22.6.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 161/1


VERORDENING (EG) Nr. 700/2007 VAN DE RAAD

van 11 juni 2007

inzake de afzet van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In artikel 2, tweede alinea, juncto artikel 2, eerste alinea, onder b), van Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1) is bepaald dat de algemene voorschriften inzake maatregelen om de productie, de verwerking en de afzet van rundvlees beter te organiseren, door de Raad moeten worden vastgesteld.

(2)

De systemen voor de productie van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden en de kenmerken van deze dieren ten tijde van het slachten verschillen vaak van lidstaat tot lidstaat. Op de voornaamste consumptiemarkten van de Gemeenschap wordt vlees dat in het kader van deze verschillende productiesystemen wordt geproduceerd, over het algemeen onder één verkoopbenaming afgezet.

(3)

Inmiddels is gebleken dat een dergelijke praktijk de handel kan verstoren en oneerlijke concurrentie in de hand kan werken. Deze praktijken hebben derhalve een rechtstreekse invloed op de instelling en de werking van de interne markt.

(4)

Deze praktijken kunnen bovendien verwarrend en misleidend zijn voor de consument.

(5)

Met het oog op een betere werking van de interne markt moet de afzet van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, zo transparant mogelijk worden geregeld. Hierdoor zal tegelijkertijd de organisatie van de desbetreffende productie verbeteren. Om dit te verwezenlijken dient te worden vastgesteld welke verkoopbenamingen in de talen van de lidstaten moeten worden gebruikt voor de afzet van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden. De consument wordt op die manier beter voorgelicht.

(6)

In sommige gevallen is vlees van dieren die niet ouder zijn dan twaalf maanden, beschermd op grond van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (2). In die gevallen wordt dit vlees op de markt gebracht onder de betrokken beschermde aanduiding of benaming, die borg staat voor een waterdichte identificatie door marktdeelnemers en consumenten. Daarom moet worden gestipuleerd dat de bepalingen van de onderhavige verordening die beschermde benamingen onverlet dienen te laten.

(7)

Uit diverse studies komt naar voren dat de organoleptische kenmerken van vlees, zoals malsheid, smaak of kleur, veranderen naar gelang van de leeftijd van het betrokken dier en het voeder dat het heeft gekregen.

(8)

In een openbare raadpleging die de Commissie in 2005 heeft gehouden, bestempelden de meeste consumenten de leeftijd van de dieren en het voeder dat zij hebben gekregen, als belangrijke indicatoren voor de eigenschappen van het van die dieren afkomstige vlees. Slachtgewicht daarentegen lijkt wat dat betreft minder zwaar door te wegen.

(9)

De productiesystemen en het soort voeder dat wordt gegeven aan dieren die niet ouder zijn dan twaalf maanden, zijn gekoppeld aan de slachtleeftijd. De slachtleeftijd blijkt gemakkelijker te controleren dan het gebruikte diervoeder. De transparantie is bijgevolg voldoende gediend indien het gebruik van op de leeftijd van de dieren gebaseerde verkoopbenamingen wordt opgelegd.

(10)

Volgens dezelfde raadpleging werd de scheidslijn voor de eerste categorie van dieren door de meeste geraadpleegde consumenten getrokken bij een leeftijd van ten hoogste acht maanden. Deze leeftijdsgrens wordt eveneens gebruikt in artikel 130 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers (3), in dat geval om te bepalen of dieren in aanmerking komen voor de slachtpremie. Het lijkt dan ook raadzaam deze leeftijdsgrens te hanteren om de categorie van dieren die niet ouder zijn dan twaalf maanden in twee subcategorieën op te splitsen.

(11)

De raadpleging heeft ook aangetoond dat dezelfde verkoopbenaming bij de consumenten in de verschillende lidstaten niet noodzakelijkerwijs dezelfde verwachtingen oproept. Om ervoor te zorgen dat die consument een product kan kopen dat aan zijn verwachtingen voldoet, is het dus niet meer dan logisch om bij de keuze van de verkoopbenamingen zoveel mogelijk rekening te houden met culturele gewoonten en tradities.

(12)

Voorts moet het vlees van dieren die niet ouder zijn dan twaalf maanden, met het oog op de identificatie ervan, worden gemerkt met een per categorie verschillende letter.

(13)

Marktdeelnemers die naast de in deze verordening vastgestelde verkoopbenamingen nog andere informatie willen vermelden, moeten zich hierbij houden aan de procedure als bedoeld in artikel 16 of artikel 17 van Verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten (4).

(14)

Met het oog op een correct gebruik van de overeenkomstig deze verordening op de etiketten te vermelden informatie, moeten de gegevens aan de hand waarvan de juistheid van deze informatie in alle productie- en afzetfasen kan worden nagegaan, worden geregistreerd. Onder voorbehoud van de noodzakelijke aanpassingen kan hiervoor gebruik gemaakt worden van het in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1825/2000 van de Commissie van 25 augustus 2000 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten (5) bedoelde registratiesysteem.

(15)

Voorts moeten de lidstaten aangeven welke autoriteiten bevoegd zijn om de in deze verordening vastgestelde voorwaarden te controleren en om ervoor te zorgen dat de Commissie, zo nodig ter plaatse, de naleving van die voorwaarden kan controleren.

(16)

Met het oog op de coherentie moeten bepalingen worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat uit derde landen ingevoerd vlees eveneens aan deze verordening voldoet. Met het oog daarop moet worden bepaald dat, wanneer de controles door een onafhankelijke dienst worden verricht, deze dienst alle nodige garanties inzake deskundigheid, onpartijdigheid en objectiviteit biedt.

(17)

De lidstaten dienen de regels vast te stellen voor de sancties die van toepassing zijn op inbreuken op de bepalingen van deze verordening, en ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. Deze sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.

(18)

De voor de uitvoering van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (6),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en werkingssfeer

1.   Deze verordening bevat de voorwaarden voor de afzet, op het grondgebied van de Gemeenschap, van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, en met name de verkoopbenamingen die in dit verband moeten worden gebruikt.

Zij is van toepassing op vlees van na 1 juli 2008 geslachte runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden en dat in de Gemeenschap wordt geproduceerd of uit derde landen in de Gemeenschap wordt ingevoerd.

2.   Deze verordening is van toepassing onverminderd de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1183/2006 van de Raad van 24 juli 2006 tot vaststelling van het communautaire indelingsschema voor geslachte volwassen runderen (7).

3.   Deze verordening is niet voor 29 juni 2007 van toepassing op vlees van runderen waarvoor een beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding is geregistreerd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 510/2006.

Artikel 2

Definitie

Met het oog op de toepassing van deze verordening wordt onder „vlees” verstaan, geslachte dieren, vlees met of zonder been en slachtafvallen, al dan niet versneden, bestemd voor menselijke consumptie, van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, aangeboden in verse, gekoelde of bevroren toestand, al dan niet voorzien van een onmiddellijke verpakking of verpakking.

Artikel 3

Indeling van de runderen in het slachthuis

Op het moment van het slachten delen de marktdeelnemers, onder toezicht van de in artikel 8, lid 1, bedoelde bevoegde autoriteit, alle runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, in één van de in bijlage I opgenomen categorieën in.

Artikel 4

Verkoopbenamingen

1.   De verkoopbenaming is de naam waaronder een levensmiddel wordt verkocht, in de zin van artikel 5, lid 1, van Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 maart 2000 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving der lidstaten inzake de etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame (8).

Vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden mag in de verschillende lidstaten slechts in de handel worden gebracht onder de in bijlage II opgenomen verkoopbenaming(en) die voor elke lidstaat is/zijn vastgesteld.

De in de vorige alinea bedoelde verkoopbenamingen mogen worden aangevuld met de vermelding van de benaming of de aanduiding van de betrokken stukken vlees of van het betrokken slachtafval.

2.   De in bijlage II, onder A), opgenomen verkoopbenamingen en de van die verkoopbenamingen afgeleide nieuwe benamingen worden uitsluitend gebruikt indien aan alle voorschriften van deze verordening wordt voldaan.

Meer bepaald mag in een verkoopbenaming of op een etiket van vlees van runderen die ouder zijn dan twaalf maanden, geen gebruik worden gemaakt van de termen „veau”, „teleci”, „Kalb”, „μοσχάρι”, „ternera”, „kalv”, „veal”, „vitello”, „vitella”, „kalf”, „vitela” en „teletina”.

Artikel 5

Verplichte vermeldingen op het etiket

1.   Onverminderd artikel 3, lid 1, van Richtlijn 2000/13/EG en de artikelen 13, 14 en 15 van Verordening (EG) nr. 1760/2000, brengen de marktdeelnemers in ieder stadium van de productie en de afzet de volgende gegevens aan op het etiket van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden:

a)

de slachtleeftijd van de dieren, door middel van de vermelding „slachtleeftijd: tot acht maanden” voor dieren die niet ouder zijn dan acht maanden, of „slachtleeftijd: van acht tot twaalf maanden” voor dieren die ouder zijn dan acht maanden, maar niet ouder dan twaalf maanden;

b)

de verkoopbenaming overeenkomstig artikel 4 van deze verordening.

In afwijking van punt a), kunnen de marktdeelnemers in ieder stadium van de productie en de afzet, met uitzondering van de aanbieding aan de eindverbruiker, de slachtleeftijd vervangen door de identificatieletter van de in bijlage I bij deze verordening omschreven categorie.

2.   De voorschriften voor het aanbrengen van de in lid 1 bedoelde vermeldingen op het etiket van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden en dat in niet-voorverpakte vorm in de detailhandel wordt aangeboden aan de eindverbruiker, worden door de lidstaten vastgesteld.

Artikel 6

Facultatieve vermeldingen op het etiket

De marktdeelnemers mogen de in artikel 5 bedoelde verplichte vermeldingen aanvullen met facultatieve vermeldingen die zijn goedgekeurd volgens de in artikel 16 of artikel 17 van Verordening (EG) nr. 1760/2000 bedoelde procedure.

Artikel 7

Registratie

In elk stadium van de productie en de afzet van vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, registreren de marktdeelnemers met name de volgende gegevens ter garantie van de juistheid van de in de artikelen 5 en 6 bedoelde vermeldingen op het etiket:

a)

het identificatienummer en de geboortedatum van de dieren, alleen in het slachthuis;

b)

een referentienummer voor de vaststelling van het verband tussen, enerzijds, de identificatie van de dieren waarvan het vlees afkomstig is en, anderzijds, de op het etiket van het vlees vermelde verkoopbenaming, slachtleeftijd en identificatieletter van de betrokken categorie;

c)

de datum waarop de dieren en het vlees de inrichting respectievelijk binnengekomen zijn en verlaten hebben zodat een verband tussen deze gegevens kan worden gelegd.

Artikel 8

Officiële controles

1.   Vóór 1 juli 2008 wijzen de lidstaten de bevoegde autoriteit(en) aan die verantwoordelijk is/zijn voor de officiële controles waarmee wordt nagegaan of deze verordening wordt toegepast en delen zij de betrokken gegevens mee aan de Commissie.

2.   De in lid 1 bedoelde bevoegde autoriteit voert officiële controles uit overeenkomstig de algemene beginselen van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (9).

3.   De Commissie gaat samen met de bevoegde autoriteiten na of de lidstaten de bepalingen van deze verordening naleven.

De deskundigen van de Commissie voeren, zo nodig, samen met de betrokken bevoegde autoriteiten en, in voorkomend geval, met deskundigen van de lidstaten, controles ter plaatse uit om zich ervan te vergewissen dat deze verordening ten uitvoer wordt gelegd.

De lidstaten op het grondgebied waarvan een controle wordt uitgevoerd, verlenen de Commissie alle medewerking die zij bij het verrichten van haar taak nodig heeft.

Artikel 9

Uit derde landen ingevoerd vlees

1.   Uit derde landen ingevoerd vlees van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, wordt overeenkomstig de bepalingen van deze verordening in de Gemeenschap afgezet.

2.   Marktdeelnemers uit een derde land die in lid 1 bedoeld vlees op de markt van de Gemeenschap willen afzetten, laten hun activiteiten controleren door de bevoegde autoriteit die door dat derde land is aangewezen, of, bij gebrek daaraan, door een onafhankelijke dienst. Deze dienst moet de nodige garanties bieden waaruit blijkt dat hij zich houdt aan de Europese norm EN 45011 of ISO/IEC Guide 65 („Algemene voorschriften voor instanties die productcertificeringssystemen toepassen”).

De aangewezen bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, de onafhankelijke dienst garandeert dat de in deze verordening vastgestelde voorwaarden in acht worden genomen.

Artikel 10

Sancties

De lidstaten stellen de regels vast voor de sancties die van toepassing zijn op inbreuken op de bepalingen van deze verordening, en nemen alle maatregelen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat zij worden toegepast. Deze sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 1 juli 2009 in kennis van die bepalingen en stellen haar zo spoedig mogelijk in kennis van eventuele latere wijzigingen daarop.

Artikel 11

Uitvoeringsmaatregelen

1.   De voor de tenuitvoerlegging van deze verordening vereiste maatregelen worden vastgesteld volgens de in artikel 12, lid 2 bedoelde procedure. Deze maatregelen betreffen met name:

a)

de in bijlage I bedoelde instructies over waar en in welke lettergrootte de identificatieletter van de betrokken categorie moet worden vermeld;

b)

de controle op de naleving van deze verordening in het kader van de in artikel 9 bedoelde invoer van vlees uit derde landen.

2.   Wijzigingen van bijlage II, deel B, worden vastgesteld volgens de in artikel 12, lid 2 bedoelde procedure.

Artikel 12

Comité

1.   De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 42 van Verordening (EG) nr. 1254/1999 ingestelde beheerscomité runds- en kalfsvlees.

2.   Wanneer naar dit artikel wordt verwezen, zijn de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing.

De in artikel 4, lid 3, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op één maand.

Artikel 13

Overgangsmaatregelen

Vlees van dieren die niet ouder zijn dan twaalf maanden en die geslacht zijn vóór 1 juli 2008, mag nog steeds op de markt worden gebracht zonder dat het aan de voorschriften van deze verordening voldoet.

Artikel 14

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2008.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Luxemburg, 11 juni 2007.

Voor de Raad

De voorzitter

H. SEEHOFER


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2).

(2)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1).

(3)  PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 552/2007 (PB L 131 van 23.5.2007, blz. 10).

(4)  PB L 204 van 11.8.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006.

(5)  PB L 216 van 26.8.2000, blz. 8. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 275/2007 (PB L 76 van 16.3.2007, blz. 12).

(6)  PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23. Besluit gewijzigd bij Besluit 2006/512/EG (PB L 200 van 22.7.2006, blz. 11).

(7)  PB L 214 van 4.8.2006, blz. 1.

(8)  PB L 109 van 6.5.2000, blz. 29.

(9)  PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1; gerectificeerd in PB L 191 van 28.5.2004, blz. 1.


BIJLAGE I

Categorieën van runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden

Runderen die niet ouder zijn dan twaalf maanden, worden bij het slachten ingedeeld in een van de volgende categorieën:

A)

Categorie V: runderen die niet ouder zijn dan acht maanden

Identificatieletter voor deze categorie: V;

B)

Categorie Z: runderen die ouder zijn dan acht maanden maar niet ouder dan twaalf maanden

Identificatieletter voor deze categorie: Z.

In de lidstaten vindt deze indeling plaats op basis van het paspoort waarvan de runderen vergezeld gaan, of, bij gebrek daaraan, op basis van de gegevens uit het in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1760/2000 bedoelde gecomputeriseerde gegevensbestand.


BIJLAGE II

Lijst van de in artikel 4 bedoelde verkoopbenamingen

A)

Voor vlees van runderen uit categorie V:

Land van afzet

Verplichte verkoopbenaming

België

veau, viande de veau / kalfsvlees / Kalbfleisch

Bulgarije

месо от малки телета

Tsjechië

telecí

Denemarken

lyst kalvekød

Duitsland

Kalbfleisch

Estland

vasikaliha

Griekenland

μοσχάρι γάλακτος

Spanje

ternera blanca, carne de ternera blanca

Frankrijk

veau, viande de veau

Ierland

veal

Italië

vitello, carne di vitello

Cyprus

μοσχάρι γάλακτος

Letland

teļa gaļa

Litouwen

veršiena

Luxemburg

veau, viande de veau / Kalbfleisch

Hongarije

borjúhús

Malta

vitella

Nederland

kalfsvlees

Oostenrijk

Kalbfleisch

Polen

cielęcina

Portugal

vitela

Roemenië

carne de vițel

Slovenië

teletina

Slowakije

teľacie mäso

Finland

vaalea vasikanliha / ljust kalvkött

Zweden

ljust kalvkött

Verenigd Koninkrijk

veal

B)

Voor vlees van runderen uit categorie Z:

Land van afzet

Verplichte verkoopbenaming

België

jeune bovin, viande de jeune bovin / jongrundvlees / Jungrindfleisch

Bulgarije

телешко месо

Tsjechië

hovězí maso z mladého skotu

Denemarken

kalvekød

Duitsland

Jungrindfleisch

Estland

noorloomaliha

Griekenland

νεαρό μοσχάρι

Spanje

ternera, carne de ternera

Frankrijk

jeune bovin, viande de jeune bovin

Ierland

rosé Veal

Italië

vitellone, carne di vitellone

Cyprus

νεαρό μοσχάρι

Letland

jaunlopa gaļa

Litouwen

jautiena

Luxemburg

jeune bovin, viande de jeune bovin / Jungrindfleisch

Hongarije

növendék marha húsa

Malta

vitellun

Nederland

rosé kalfsvlees

Oostenrijk

Jungrindfleisch

Polen

młoda wołowina

Portugal

vitelão

Roemenië

carne de tineret bovin

Slovenië

meso težjih telet

Slowakije

mäso z mladého dobytka

Finland

vasikanliha / kalvkött

Zweden

kalvkött

Verenigd Koninkrijk

beef