9.5.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 122/8


VERORDENING (EG) Nr. 704/2006 VAN DE COMMISSIE

van 8 mei 2006

betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en producten van GN-code 0206 29 91 (1 juli 2006 tot en met 30 juni 2007)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), en met name op artikel 32, lid 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Volgens WTO-lijst CXL moet de Gemeenschap jaarlijks een invoercontingent van 53 000 ton openen voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en producten van GN-code 0206 29 91 (volgnummer 09.4003). Uitvoeringsbepalingen dienen te worden vastgesteld voor de contingentsperiode 2006/2007, die op 1 juli 2006 begint.

(2)

Het contingent voor 2005/2006 werd beheerd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 715/2005 van de Commissie van 12 mei 2005 betreffende de opening en de wijze van beheer van een tariefcontingent voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en producten van GN-code 0206 29 91 (1 juli 2005 tot en met 30 juni 2006) (2). De bij die verordening vastgestelde wijze van beheer is gebaseerd op een criterium inzake de invoerprestatie dat ervoor zorgt dat het contingent wordt toegewezen aan professionele marktdeelnemers die in staat zijn om rundvlees in te voeren zonder ongepaste speculatie te bedrijven.

(3)

Blijkens de met die wijze van beheer opgedane ervaring zijn de resultaten positief en daarom is het dienstig er ook voor de contingentsperiode van 1 juli 2006 tot en met 30 juni 2007 mee te werken.

(4)

In het vooruitzicht van de komende inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de toetreding van Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie en onverminderd artikel 39 van dat Verdrag dient, om de marktdeelnemers in die landen in staat te stellen vanaf de datum van toetreding van hun land van dit contingent te profiteren, de contingentsperiode in twee deelperioden te worden verdeeld, waarbij de in het kader van dit contingent beschikbare hoeveelheid over die deelperioden moet worden gespreid met inachtneming van de traditionele handelspatronen tussen de Gemeenschap en de landen die in het kader van dit contingent rundvlees leveren.

(5)

Wat de invoerprestatie betreft, moet een referentieperiode voor de in aanmerking te nemen invoer worden bepaald die lang genoeg is om zich op een representatieve prestatie te kunnen baseren, maar die ook recent genoeg is om een beeld van de jongste ontwikkelingen op handelsgebied te kunnen krijgen.

(6)

Met het oog op de controle moeten de aanvragen voor rechten tot invoer worden ingediend in de lidstaat waar de marktdeelnemer in het nationale BTW-register is ingeschreven.

(7)

Ter voorkoming van speculatie dient een zekerheid betreffende de rechten tot invoer te worden vastgesteld die door elke aanvrager in het kader van het contingent moet worden gesteld.

(8)

Om de deelnemers ertoe te verplichten invoercertificaten aan te vragen voor alle toegewezen rechten tot invoer, moet worden bepaald dat deze verplichting een primaire eis is in de zin van Verordening (EEG) nr. 2200/85 van de Commissie van 22 juli 1985 tot vaststelling van gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake de regeling voor het stellen van zekerheden voor landbouwproducten (3).

(9)

Behalve waar afwijkingen wenselijk zijn, dient voor de in het kader van de onderhavige verordening afgegeven invoercertificaten het bepaalde te gelden in Verordening (EG) nr. 1291/2000 van de Commissie van 9 juni 2000 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten (4) en in Verordening (EG) nr. 1445/95 van de Commissie van 26 juni 1995 houdende uitvoeringsbepalingen voor de invoer- en uitvoercertificatenregeling in de sector rundvlees en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2377/80 (5).

(10)

Het Comité van beheer voor rundvlees heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Voor de periode van 1 juli 2006 tot en met 30 juni 2007 wordt een tariefcontingent van in totaal 53 000 ton, uitgedrukt in vlees zonder been, geopend voor bevroren rundvlees van GN-code 0202 en producten van GN-code 0206 29 91.

Het volgnummer van het tariefcontingent is 09.4003.

2.   Het recht van het gemeenschappelijk douanetarief dat moet worden toegepast voor het in lid 1 vermelde contingent, bedraagt 20 % ad valorem.

3.   De in lid 1 vermelde hoeveelheid wordt als volgt gespreid:

a)

37 000 ton voor de periode van 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006;

b)

16 000 ton voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 30 juni 2007.

Artikel 2

Voor de toepassing van deze verordening:

a)

stemt 100 kg vlees met been overeen met 77 kg vlees zonder been;

b)

wordt onder „bevroren vlees” verstaan: vlees in bevroren toestand dat een kerntemperatuur van ten hoogste – 12 °C heeft wanneer het in het douanegebied van de Gemeenschap wordt binnengebracht.

Artikel 3

1.   Een communautaire marktdeelnemer kan rechten tot invoer aanvragen op basis van een referentiehoeveelheid die gelijk is aan de hoeveelheden rundvlees van GN-code 0201, 0202, 0206 10 95 of 0206 29 91 die in de periode van 1 mei 2005 tot en met 30 april 2006 door hem of voor zijn rekening overeenkomstig de desbetreffende douanebepalingen zijn ingevoerd.

Onder voorbehoud dat het Verdrag betreffende de toetreding van Bulgarije en Roemenië op 1 januari 2007 in werking treedt, kunnen de marktdeelnemers in die landen rechten tot invoer ten aanzien van de hoeveelheden die beschikbaar zijn voor de in artikel 1, lid 3, onder b), genoemde tweede deelperiode voor dit contingent, aanvragen op basis van importen in de periode en van de producten zoals vermeld in de eerste alinea van het onderhavige lid.

2.   Een onderneming die is ontstaan door een fusie van ondernemingen die elk over referentie-importen beschikken, kan die referentie-importen als basis voor haar aanvraag gebruiken.

3.   De aanvraag voor rechten tot invoer gaat vergezeld van het bewijs van de in lid 1 bedoelde importen, dat wordt geleverd door middel van het naar behoren geviseerde exemplaar voor de geadresseerde van de douaneaangifte voor het vrije verkeer.

De marktdeelnemers die dit bewijs hebben geleverd tegelijk met het aanvragen van rechten tot invoer ten aanzien van de hoeveelheden die beschikbaar zijn voor de in artikel 1, lid 3, onder a), genoemde eerste deelperiode voor dit contingent, worden evenwel vrijgesteld van de verplichting dat bewijs te leveren in het geval van aanvragen voor rechten tot invoer ten aanzien van de hoeveelheden die beschikbaar zijn voor de in artikel 1, lid 3, onder b), genoemde tweede deelperiode voor dit contingent.

Artikel 4

1.   De aanvragen voor rechten tot invoer moeten de bevoegde autoriteit in de lidstaat waar de aanvrager in het nationale BTW-register is ingeschreven, bereiken:

a)

uiterlijk om 13.00 uur, plaatselijke tijd Brussel, op de tweede vrijdag na de datum van bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie wat de aanvragen voor de in artikel 1, lid 3, onder a), genoemde deelperiode betreft;

b)

uiterlijk om 13.00 uur, plaatselijke tijd Brussel, op 12 januari 2007 wat de aanvragen voor de in artikel 1, lid 3, onder b), genoemde deelperiode betreft.

Alle overeenkomstig artikel 3 als referentiehoeveelheid aangemelde hoeveelheden vormen de aangevraagde rechten tot invoer.

2.   Na de ingediende documenten te hebben gecontroleerd, delen de lidstaten de Commissie uiterlijk op de derde vrijdag na afloop van de respectieve termijn voor de indiening van aanvragen zoals bepaald in lid 1 de lijst mee van de indieners van aanvragen voor rechten tot invoer in het kader van het in artikel 1 vermelde contingent, welke lijst in het bijzonder de naam en het adres van die aanvragers en de gedurende de betrokken referentieperiode ingevoerde hoeveelheid in aanmerking te nemen vlees bevat.

3.   De in lid 2 bedoelde mededeling is ook vereist als geen aanvragen zijn ingediend, en wordt met gebruikmaking van het in bijlage I opgenomen formulier per fax of e-mail toegezonden.

Artikel 5

De Commissie neemt zo spoedig mogelijk een besluit over de mate waarin rechten tot invoer in het kader van het in artikel 1, lid 1, vermelde contingent kunnen worden toegekend. Wanneer meer rechten tot invoer zijn aangevraagd dan de in artikel 1, lid 1, vermelde beschikbare hoeveelheid, stelt de Commissie een toewijzingscoëfficiënt vast.

Artikel 6

1.   Om ontvankelijk te zijn, moet een aanvraag voor rechten tot invoer vergezeld gaan van een zekerheid ten bedrage van 6 EUR per 100 kg vlees, uitgedrukt in vlees zonder been.

2.   Wanneer door toepassing van de in artikel 5 bedoelde toewijzingscoëfficiënt minder rechten tot invoer worden toegewezen dan die welke waren aangevraagd, wordt de gestelde zekerheid onverwijld naar verhouding vrijgegeven.

3.   Het aanvragen van een of meer invoercertificaten voor in totaal de toegewezen rechten tot invoer vormt een primaire eis in de zin van artikel 20, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2220/85.

Artikel 7

1.   De toegewezen hoeveelheden kunnen slechts tegen overlegging van een of meer invoercertificaten worden ingevoerd.

2.   Certificaataanvragen kunnen slechts worden ingediend in de lidstaat waar de aanvrager rechten tot invoer in het kader van het in artikel 1, lid 1, vermelde contingent heeft verkregen.

Elke afgifte van een invoercertificaat leidt tot een overeenkomstige verlaging van de verkregen rechten tot invoer.

3.   De certificaataanvragen en de certificaten bevatten de volgende gegevens:

a)

in vak 16, één van de volgende groepen van GN-codes:

0202 10 00, 0202 20,

0202 30, 0206 29 91;

b)

in vak 20, één van de in bijlage II opgenomen vermeldingen.

Artikel 8

1.   De Verordeningen (EG) nr. 1291/2000 en (EG) nr. 1445/95 zijn van toepassing tenzij in de onderhavige verordening anders is bepaald.

2.   Overeenkomstig artikel 50, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1291/2000 wordt het volledige recht van het gemeenschappelijk douanetarief dat gold op de datum van aanvaarding van de douaneaangifte voor het vrije verkeer, geïnd voor alle hoeveelheden die worden ingevoerd boven die welke op het invoercertificaat zijn vermeld.

3.   Na 30 juni 2007 zijn de invoercertificaten niet langer geldig.

Artikel 9

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 8 mei 2006.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2).

(2)  PB L 121 van 13.5.2005, blz. 48.

(3)  PB L 205 van 3.8.1985, blz. 5. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 673/2004 (PB L 105 van 14.4.2004, blz. 17).

(4)  PB L 152 van 24.6.2000, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 410/2006 (PB L 71 van 10.3.2006, blz. 7).

(5)  PB L 143 van 27.6.1995, blz. 35. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1118/2004 (PB L 217 van 17.6.2004, blz. 10).


BIJLAGE I

Fax (32 2) 292 17 34

E-mail: AGRI-IMP-BOVINE@cec.eu.int

Toepassing van Verordening (EG) nr. 704/2006

Image


BIJLAGE II

Vermeldingen zoals bedoeld in artikel 7, lid 3, onder b)

:

in het Spaans

:

Carne de vacuno congelada [Reglamento (CE) no 704/2006]

:

in het Tsjechisch

:

Zmražené hovězí maso (nařízení (ES) č. 704/2006)

:

in het Deens

:

Frosset oksekød (forordning (EF) nr. 704/2006)

:

in het Duits

:

Gefrorenes Rindfleisch (Verordnung (EG) Nr. 704/2006)

:

in het Ests

:

Külmutatud veiseliha (määrus (EÜ) nr 704/2006)

:

in het Grieks

:

Κατεψυγμένο βόειο κρέας [κανονισμός (EK) αριθ. 704/2006]

:

in het Engels

:

Frozen meat of bovine animals (Regulation (EC) No 704/2006)

:

in het Frans

:

Viande bovine congelée [règlement (CE) no 704/2006]

:

in het Italiaans

:

Carni bovine congelate [Regolamento (CE) n. 704/2006]

:

in het Lets

:

Saldēta liellopu gaļa (Regula (EK) Nr. 704/2006)

:

in het Litouws

:

Sušaldyta galvijiena (Reglamentas (EB) Nr. 704/2006)

:

in het Hongaars

:

Fagyasztott szarvasmarhahús (704/2006/EK rendelet)

:

in het Maltees

:

Laħam tal-friża tal-bhejjem ta’ l-ifrat (Regolament (KE) Nru 704/2006)

:

in het Nederlands

:

Bevroren rundvlees (Verordening (EG) nr. 704/2006)

:

in het Pools

:

Mrożone mięso wołowe i cielęce (rozporządzenie (WE) nr 704/2006)

:

in het Portugees

:

Carne de bovino congelada [Regulamento (CE) n.o 704/2006]

:

in het Slowaaks

:

Zmrazené hovädzie mäso [smernica (ES) č. 704/2006]

:

in het Sloveens

:

Zamrznjeno goveje meso (Uredba (ES) št. 704/2006)

:

in het Fins

:

Jäädytettyä naudanlihaa (asetus (EY) N:o 704/2006)

:

in het Zweeds

:

Fryst kött av nötkreatur (förordning (EG) nr 704/2006)