6.12.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 339/12 |
RICHTLIJN 2006/124/EG VAN DE COMMISSIE
van 5 december 2006
tot wijziging van Richtlijn 92/33/EEG van de Raad betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad, en van Richtlijn 2002/55/EG van de Raad betreffende het in de handel brengen van groentezaad
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 92/33/EEG van de Raad van 28 april 1992 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad (1), en met name op artikel 1, lid 3,
Gelet op Richtlijn 2002/55/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het in de handel brengen van groentezaad (2), en met name op artikel 2, lid 2, en artikel 45,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Richtlijn 2002/55/EG omvat niet alle geslachten en soorten groenten die in Richtlijn 92/33/EEG zijn opgenomen. Het is dienstig dat de werkingssfeer van Richtlijn 2002/55/EG wordt uitgebreid zodat zij van toepassing is op dezelfde geslachten en soorten als Richtlijn 92/33/EEG. |
(2) |
De Richtlijnen 2002/55/EG en 92/33/EEG omvatten niet Zea mays L. (pofmais of suikermais), een plant die in bepaalde nieuwe lidstaten op grote schaal wordt geteeld. Het is dienstig dat de werkingssfeer van beide richtlijnen tot Zea mays L. wordt uitgebreid. Hoewel mais overeenkomstig de wetgeving betreffende het gemeenschappelijk landbouwbeleid tot de granen wordt gerekend, is zaaizaad van suikermais of pofmais onderworpen aan de bijzondere wetgeving betreffende het in de handel brengen van groentezaad. |
(3) |
In het licht van de ontwikkeling van de wetenschappelijke kennis is gebleken dat een aantal in de Richtlijnen 92/33/EEG en 2002/55/EG gebruikte botanische namen onjuist of twijfelachtig zijn. Die namen moeten worden aangepast aan de internationaal gangbare namen. |
(4) |
De Richtlijnen 92/33/EEG en 2002/55/EG moeten daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(5) |
De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land-, tuin- en bosbouw, |
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
De in bijlage II bij Richtlijn 92/33/EEG opgenomen geslachten en soorten worden vervangen door die in de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 2
Richtlijn 2002/55/EG wordt als volgt gewijzigd:
1) |
De in artikel 2, lid 1, onder b), vermelde geslachten en soorten worden vervangen door die in de bijlage bij deze richtlijn. |
2) |
Punt 3, onder a), van bijlage II wordt als volgt gewijzigd:
|
3) |
Punt 2 van bijlage III wordt als volgt gewijzigd:
|
Artikel 3
1. De lidstaten dienen uiterlijk op 30 juni 2007 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij delen de Commissie de tekst van die bepalingen onverwijld mee, alsmede een tabel ter weergave van het verband tussen die bepalingen en deze richtlijn.
Zij passen die bepalingen toe vanaf 1 juli 2007. Zij kunnen echter de toepassing van de bepalingen in verband met de officiële aanvaarding van de rassen behorende tot Allium cepa L. (Aggregatum-groep), Allium fistulosum L., Allium sativum L., Allium schoenoprasum L., Rheum rhabarbarum L. and Zea mays L. tot 31 december 2009 uitstellen.
Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.
Artikel 4
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 5
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 5 december 2006.
Voor de Commissie
Markos KYPRIANOU
Lid van de Commissie
(1) PB L 157 van 10.6.1992, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/55/EG van de Commissie (PB L 22 van 26.1.2005, blz. 17).
(2) PB L 193 van 20.7.2002, blz. 33. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/117/EG (PB L 14 van 18.1.2005, blz. 18).
BIJLAGE
„Allium cepa L. |
|||
|
Ui Echalion |
||
|
Sjalot |
||
Allium fistulosum L. |
Stengelui |
||
Allium porrum L. |
Prei |
||
Allium sativum L. |
Knoflook |
||
Allium schoenoprasum L. |
Bieslook |
||
Anthriscus cerefolium (L.) Hoffm. |
Kervel |
||
Apium graveolens L. |
Bleekselderij Knolselderij |
||
Asparagus officinalis L. |
Asperge |
||
Beta vulgaris L. |
Rode biet, inclusief Cheltenham beet Snijbiet |
||
Brassica oleracea L. |
Boerenkool Bloemkool Broccoli Spruitkool Savooiekool Witte kool Rode kool Koolrabi |
||
Brassica rapa L. |
Chinese kool Meiraap/stoppelknol |
||
Capsicum annuum L. |
Paprika of Spaanse peper |
||
Cichorium endivia L. |
Krulandijvie Andijvie |
||
Cichorium intybus L. |
Witlof Bladcichorei Cichorei voor de industrie |
||
Citrullus lanatus (Thunb.) Matsum. et Nakai |
Watermeloen |
||
Cucumis melo L. |
Meloen |
||
Cucumis sativus L. |
Komkommer Augurk |
||
Cucurbita maxima Duchesne |
Pompoen |
||
Cucurbita pepo L. |
Courgette |
||
Cynara cardunculus L. |
Artisjok Kardoen |
||
Daucus carota L. |
Wortel Voederwortel |
||
Foeniculum vulgare Mill. |
Knolvenkel |
||
Lactuca sativa L. |
Sla |
||
Lycopersicon esculentum Mill. |
Tomaat |
||
Petroselinum crispum (Mill.) Nyman ex A. W. Hill |
Peterselie |
||
Phaseolus coccineus L. |
Pronkboon |
||
Phaseolus vulgaris L. |
Stamboon Stokboon |
||
Pisum sativum L. (partim) |
Kreukzadige doperwt Rondzadige doperwt Peul |
||
Raphanus sativus L. |
Radijs Rammenas |
||
Rheum rhabarbarum L. |
Rabarber |
||
Scorzonera hispanica L. |
Schorseneer |
||
Solanum melongena L. |
Aubergine |
||
Spinacia oleracea L. |
Spinazie |
||
Valerianella locusta (L.) Laterr. |
Veldsla |
||
Vicia faba L. (partim) |
Tuinboon |
||
Zea mays L. (partim) |
Suikermais Pofmais” |