30.12.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 406/10


BESLUIT VAN DE RAAD

van 23 oktober 2006

betreffende de sluiting van een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Uruguay

(2006/997/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 133 in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 22 maart 2004 heeft de Raad de Commissie gemachtigd met enkele andere WTO-leden onderhandelingen te openen uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, van de GATT 1994, in verband met de toetreding tot de Europese Gemeenschap van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek.

(2)

De onderhandelingen zijn door de Commissie gevoerd in overleg met het comité dat is ingesteld bij artikel 133 van het Verdrag en volgens de door de Raad vastgestelde onderhandelingsrichtsnoeren.

(3)

De Commissie heeft de onderhandelingen afgesloten over een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Uruguay. De overeenkomst dient te worden goedgekeurd,

BESLUIT:

Artikel 1

De overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Uruguay inzake de intrekking van specifieke concessies in het kader van de intrekking van de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, in verband met hun toetreding tot de Europese Gemeenschap, wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst, in de vorm van een briefwisseling, is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon of de personen aan te wijzen die bevoegd is, respectievelijk zijn, de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling te ondertekenen, ten einde daardoor de Gemeenschap te binden.

Gedaan te Luxemburg, 23 oktober 2006.

Voor de Raad

De voorzitter

J.-E ENESTAM


OVEREENKOMST

In de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en Uruguay betreffende de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, in verband met hun toetreding tot de Europese Gemeenschap

Genève,

Excellentie,

Bij de onderhandelingen tussen de Europese Gemeenschap (EG) en Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de GATT 1994 over de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, in verband met hun toetreding tot de Europese Gemeenschap, is door de EG en Uruguay het volgende overeengekomen met het oog op de afsluiting van deze onderhandelingen, die geopend zijn naar aanleiding van de kennisgeving van de EG aan de WTO van 19 januari 2004 op grond van artikel XXIV, lid 6, van de GATT:

De EG verwerkt in haar lijst CLX voor het douanegebied van de EG-25 de concessies die in haar vorige lijst van verbintenissen waren opgenomen.

De EG past de omschrijving van het EG-tariefcontingent van 4 000 ton „rundvlees van hoge kwaliteit, vers, gekoeld of bevroren”, toegewezen aan Uruguay, aan.

Deze overeenkomst treedt in werking op de datum van ondertekening, na goedkeuring ervan door de partijen volgens hun eigen procedures.

Namens de Europese Gemeenschap

Image

[plaats],

Genève,

Excellentie,

Er wordt verwezen naar uw brief die als volgt luidt:

„Bij de onderhandelingen tussen de Europese Gemeenschap (EG) en Uruguay uit hoofde van artikel XXIV, lid 6, en artikel XXVIII van de GATT 1994 over de wijziging van de concessies die vervat zijn in de lijsten van verbintenissen van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, in verband met hun toetreding tot de Europese Gemeenschap, is door de EG en Uruguay het volgende overeengekomen met het oog op de afsluiting van deze onderhandelingen, die geopend zijn naar aanleiding van de kennisgeving van de EG aan de WTO van 19 januari 2004 op grond van artikel XXIV, lid 6, van de GATT:

De EG verwerkt in haar lijst CLX voor het douanegebied van de EG-25 de concessies die in haar vorige lijst van verbintenissen waren opgenomen.

De EG past de omschrijving van het EG-tariefcontingent van 4 000 ton „rundvlees van hoge kwaliteit, vers, gekoeld of bevroren”, toegewezen aan Uruguay, aan.

Deze overeenkomst treedt in werking op de datum van ondertekening, na goedkeuring ervan door de partijen volgens hun eigen procedures.”.

Ik heb de eer u te bevestigen dat mijn regering hiermee instemt.

Namens Uruguay

Image