28.1.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 25/28


BESLUIT VAN DE RAAD

van 24 januari 2006

tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Georgië

(2006/41/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 308,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Besluit 97/787/EG van de Raad (2) voorziet in de toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Armenië en Georgië in de vorm van langlopende leningen en giften.

(2)

Besluit 2000/244/EG van de Raad voorziet in de toekenning van buitengewone financiële bijstand aan Tadzjikistan en verlengt de uitvoeringsperiode voor het verlenen van bijstand aan Armenië en Georgië tot 2004.

(3)

In het geval van Georgië was niet volledig voldaan aan de doelstellingen van de bijstand wegens het onbevredigende economische beleidskader in het land tijdens het grootste gedeelte van de uitvoeringsperiode.

(4)

Bijgevolg werd slechts 31,5 miljoen EUR van het totale bijstandsbedrag van 65 miljoen EUR dat in het kader van de buitengewone financiële bijstand aan Georgië was toegekend, vastgelegd en betaald.

(5)

De huidige autoriteiten van Georgië zetten zich in voor economische stabilisering en structurele hervormingen, die door het Internationaal Monetair Fonds (IMF) worden ondersteund door middel van een in het kader van de armoedebestrijdings- en groeifaciliteit gesloten driejarige overeenkomst, die op 4 juni 2004 is goedgekeurd en betrekking had op een totaalbedrag van 98 miljoen SDR. Hierna hebben de crediteuren van de Club van Parijs op 21 juli 2004 ingestemd met een herschikking van de bilaterale overheidsschuld van Georgië onder de Houston-voorwaarden.

(6)

Op de donorconferentie die op 16 juni 2004 in Brussel plaatsvond, kon de nieuwe regering van Georgië ook rekenen op sterke steun van de internationale gemeenschap.

(7)

De Wereldbank keurde in juni 2004 een krediet ter ondersteuning van de hervormingen ten belope van 24 miljoen USD goed en zal in het kader van een nieuwe landenpartnerschapsstrategie (Country Partnership Strategy) door middel van armoedebestrijdingsmaatregelen bijstand aan Georgië blijven verlenen.

(8)

De Georgische autoriteiten hebben het voornemen kenbaar gemaakt om de vroegtijdige schuldaflossingen aan de Gemeenschap voort te zetten met het oog op een verbetering van de houdbaarheid van de schuldpositie.

(9)

Aangezien de betrekkingen tussen de Europese Unie en Georgië zich ontwikkelen binnen het kader van het Europees Nabuurschapsbeleid, dat naar verwachting zal leiden tot een verdergaande economische integratie, wordt communautaire bijstand aan het economische hervormingsprogramma van de regering passend geacht.

(10)

Het beschikbaar stellen van een bedrag dat overeenstemt met de niet-vastgelegde gift van de buitengewone financiële bijstand, hetgeen zou bijdragen tot de ondersteuning van de economische hervormingen van het land en de vermindering van de buitenlandse schuldenlast, is een passende bijdrage van de Gemeenschap aan de tenuitvoerlegging van armoedebestrijdings- en groeistrategieën in Georgië.

(11)

Met het oog op een efficiënte bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap in het kader van deze macrofinanciële bijstand moet Georgië passende maatregelen nemen voor de preventie en de bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden met betrekking tot de bijstand en moet worden gezorgd voor controles door de Commissie en audits door de Rekenkamer.

(12)

De diensten van de Commissie, bijgestaan door daartoe naar behoren gemachtigde deskundigen, voerden in oktober 2004 een operationele beoordeling uit van de financiële en administratieve procedures van het ministerie van Financiën en de centrale bank van Georgië om zich te vergewissen van het bestaan van een kader voor goed financieel beheer.

(13)

De uitkering van deze gift laat de bevoegdheden van de begrotingsautoriteit onverlet.

(14)

De Commissie heeft het Economisch en Financieel Comité geraadpleegd alvorens haar voorstel in te dienen.

(15)

Het Verdrag voorziet alleen in artikel 308 in bevoegdheden voor de vaststelling van dit besluit,

BESLUIT:

Artikel 1

1.   De Gemeenschap stelt Georgië macrofinanciële bijstand beschikbaar in de vorm van giften ten belope van een maximumbedrag van 33,5 miljoen EUR teneinde de economische hervormingen te ondersteunen en bij te dragen tot een verbetering van de houdbaarheid van de schuldpositie van het land.

2.   De macrofinanciële bijstand van de Gemeenschap wordt in overleg met het Economisch en Financieel Comité door de Commissie beheerd op een wijze die volledig in overeenstemming is met de tussen het IMF en Georgië gesloten overeenkomsten.

3.   De macrofinanciële bijstand van de Gemeenschap wordt voor twee jaar beschikbaar gesteld, met ingang van de eerste dag na de inwerkingtreding van dit besluit. Indien de omstandigheden hiertoe nopen, kan de Commissie evenwel, na raadpleging van het Economisch en Financieel Comité, besluiten de beschikbaarheidsperiode met maximaal één jaar te verlengen.

Artikel 2

1.   De Commissie wordt gemachtigd om, na overleg met het Economisch en Financieel Comité, met de autoriteiten van Georgië overeenstemming te bereiken over de aan deze bijstand te verbinden financiële en economische beleidsvoorwaarden die in een Memorandum van overeenstemming moeten worden vastgelegd. Deze voorwaarden stroken met de overeenkomsten tussen het IMF en Georgië.

2.   Tijdens de tenuitvoerlegging van de communautaire bijstand controleert de Commissie de betrouwbaarheid van de voor deze macrofinanciële bijstand van de Gemeenschap relevante financiële en administratieve procedures en interne en externe controlemechanismen van Georgië.

3.   De Commissie onderzoekt periodiek of het economische beleid van de regering in overeenstemming is met de doelstellingen van deze bijstand en of aan de daaraan verbonden financiële en economische beleidsvoorwaarden is voldaan.

Artikel 3

1.   De gift wordt in ten minste twee tranches aan Georgië beschikbaar gesteld, voorzover de nettoschuldpositie van het begunstigde land jegens de Gemeenschap met — in de regel — ten minste hetzelfde bedrag is verminderd.

2.   De eerste gifttranche wordt uitgekeerd bij een bevredigende uitvoering van het door de armoedebestrijdings- en groeifaciliteit van het IMF ondersteunde economische programma.

De tweede en eventuele volgende tranches worden uitgekeerd bij een bevredigende tenuitvoerlegging van het door het IMF ondersteunde economische programma en andere maatregelen, zoals bedoeld in het in artikel 2, lid 1, bedoelde Memorandum van overeenstemming niet eerder dan drie maanden na uitkering van de voorgaande tranche.

3.   De middelen worden betaald aan de centrale bank van Georgië. De uiteindelijke ontvanger van de middelen is het ministerie van Financiën van Georgië.

Artikel 4

Deze bijstand wordt ten uitvoer gelegd overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 betreffende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (3) en de uitvoeringsmaatregelen daarvan. In het bijzonder dient het in artikel 2, lid 1, bedoelde Memorandum van overeenstemming te bepalen dat Georgië passende maatregelen vaststelt met het oog op de preventie en bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden in verband met deze bijstand. Daarnaast dient het Memorandum de Commissie, met inbegrip van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (het OLAF), evenals de Rekenkamer het recht te verlenen in voorkomend geval controles ter plaatse te verrichten.

Artikel 5

Ten minste eenmaal per jaar, en vóór september, doet de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag toekomen, waarin een evaluatie van de uitvoering van dit besluit in het voorgaande jaar is opgenomen.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 24 januari 2006.

Voor de Raad

De voorzitter

K.-H. GRASSER


(1)  Advies uitgebracht op 15 december 2005 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)  PB L 322 van 25.11.1997, blz. 37. Besluit laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2000/244/EG (PB L 77 van 28.3.2000, blz. 11).

(3)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.