30.9.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 255/6 |
VERORDENING (EG) Nr. 1553/2005 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 7 september 2005
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1177/2003 inzake de communautaire statistiek van inkomens en levensomstandigheden (EU-SILC)
(Voor de EER relevante tekst)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 285,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 1177/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2003 inzake de communautaire statistiek van inkomens en levensomstandigheden (EU-SILC) (2) is een gemeenschappelijk kader voor de systematische productie van communautaire statistieken over inkomens en levensomstandigheden vastgesteld, dat vergelijkbare en actuele transversale en longitudinale gegevens over de inkomens en over de omvang en structuur van armoede en sociale uitsluiting op nationaal en Europees niveau omvat. |
(2) |
Ingevolge de toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Unie op 1 mei 2004 dient bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1177/2003 te worden uitgebreid. Deze bijlage geeft namelijk voor elke lidstaat de minimale effectieve steekproefomvang voor de EU-SILC aan. |
(3) |
Voorts blijkt dat de meeste nieuwe lidstaten en verschillende oude lidstaten meer tijd nodig hebben om hun systeem aan te passen aan de geharmoniseerde methoden en definities voor de opstelling van communautaire statistieken. |
(4) |
Verordening (EG) nr. 1177/2003 moet dan ook dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 1177/2003 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
Artikel 4, lid 2, wordt vervangen door: „2. In afwijking van lid 1 is het Tsjechië, Duitsland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Nederland, Polen, Slovenië, Slowakije en het Verenigd Koninkrijk toegestaan om met de jaarlijkse transversale en longitudinale gegevensverzameling pas te starten in 2005. Deze toestemming is onderworpen aan de voorwaarde dat die lidstaten voor 2004 vergelijkbare gegevens indienen voor de transversale gemeenschappelijke EU-indicatoren die door de Raad vóór 1 januari 2003 in het kader van de open coördinatiemethode zijn vastgesteld en die op grond van het EU-SILC-instrument kunnen worden afgeleid.”. |
2) |
In artikel 13 worden de volgende leden toegevoegd: „4. In afwijking van lid 1 draagt de Gemeenschap financieel bij in de uitvoeringskosten van Estland voor de vier jaar vanaf 2005 waarin het gegevens verzamelt. 5. De financiering voor het jaar 2007 wordt verder door een toekomstig gemeenschapsprogramma verzekerd.”. |
3) |
Bijlage II wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij deze verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Straatsburg, 7 september 2005.
Voor het Europees Parlement
De voorzitter
J. BORRELL FONTELLES
Voor de Raad
De voorzitter
C. CLARKE
(1) Advies van het Europees Parlement van 10 mei 2005 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 12 juli 2005.
(2) PB L 165 van 3.7.2003, blz. 1.
BIJLAGE
„BIJLAGE II
MINIMALE EFFECTIEVE STEEKPROEFOMVANG
|
Huishoudens |
Te interviewen personen van 16 jaar en ouder |
||
Transversaal |
Longitudinaal |
Transversaal |
Longitudinaal |
|
1 |
2 |
3 |
4 |
|
EU lidstaten |
||||
België |
4 750 |
3 500 |
8 750 |
6 500 |
Tsjechië |
4 750 |
3 500 |
10 000 |
7 500 |
Denemarken |
4 250 |
3 250 |
7 250 |
5 500 |
Duitsland |
8 250 |
6 000 |
14 500 |
10 500 |
Estland |
3 500 |
2 750 |
7 750 |
5 750 |
Griekenland |
4 750 |
3 500 |
10 000 |
7 250 |
Spanje |
6 500 |
5 000 |
16 000 |
12 250 |
Frankrijk |
7 250 |
5 500 |
13 500 |
10 250 |
Ierland |
3 750 |
2 750 |
8 000 |
6 000 |
Italië |
7 250 |
5 500 |
15 500 |
11 750 |
Cyprus |
3 250 |
2 500 |
7 500 |
5 500 |
Letland |
3 750 |
2 750 |
7 650 |
5 600 |
Litouwen |
4 000 |
3 000 |
9 000 |
6 750 |
Luxemburg |
3 250 |
2 500 |
6 500 |
5 000 |
Hongarije |
4 750 |
3 500 |
10 250 |
7 750 |
Malta |
3 000 |
2 250 |
7 000 |
5 250 |
Nederland |
5 000 |
3 750 |
8 750 |
6 500 |
Oostenrijk |
4 500 |
3 250 |
8 750 |
6 250 |
Polen |
6 000 |
4 500 |
15 000 |
11 250 |
Portugal |
4 500 |
3 250 |
10 500 |
7 500 |
Slovenië |
3 750 |
2 750 |
9 000 |
6 750 |
Slowakije |
4 250 |
3 250 |
11 000 |
8 250 |
Finland |
4 000 |
3 000 |
6 750 |
5 000 |
Zweden |
4 500 |
3 500 |
7 500 |
5 750 |
Verenigd Koninkrijk |
7 500 |
5 750 |
13 750 |
10 500 |
Totaal EU-lidstaten |
121 000 |
90 750 |
250 150 |
186 850 |
IJsland |
2 250 |
1 700 |
3 750 |
2 800 |
Noorwegen |
3 750 |
2 750 |
6 250 |
4 650 |
Totaal inclusief IJsland en Noorwegen |
127 000 |
95 200 |
260 150 |
194 300 |
NB: De tabel geeft de effectieve steekproefomvang aan. Dit is de vereiste omvang voor enquêtes met enkelvoudige aselecte steekproeftrekking (effect steekproefplan met betrekking tot de variabele „armoederisico” = 1,0). Als het effect van het steekproefplan groter is dan 1,0 en ter compensatie van alle soorten non-respons moet de werkelijke streekproef groter zijn. Bovendien heeft de steekproefomvang betrekking op het aantal geldige huishoudens, d.w.z. huishoudens waarvoor, en voor alle leden waarvan, alle of bijna alle vereiste informatie is verkregen.” |