8.10.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 264/8


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 29 september 2005

betreffende het standaardformaat voor verslagen over de activiteiten van de netwerken van immigratieverbindingsfunctionarissen en over de situatie in het ontvangende land ter zake van illegale immigratie

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 1508)

(Slechts de teksten in de Tsjechische , Duitse, Estse, Griekse, Spaanse, Franse, Italiaanse, Letse, Litouwse, Hongaarse, Maltese, Nederlandse, Poolse, Portugese, Sloveense, Slowaakse, Finse, Zweedse en Engelse taal zijn authentiek)

(2005/687/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 377/2004 van de Raad van 19 februari 2004 betreffende de oprichting van een netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen (1), en met name op artikel 6, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De krachtens artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 377/2004 vereiste verslagen moeten de Commissie in staat stellen haar evaluatieverslag op te stellen over de situatie in derde landen waar immigratieverbindingsfunctionarissen van de lidstaten zijn gedetacheerd alsmede haar jaarverslag over de ontwikkeling van een gemeenschappelijk beleid inzake illegale immigratie, mensensmokkel en mensenhandel, buitengrenzen en de terugkeer van illegaal verblijvende personen.

(2)

Wat de op te nemen gegevens betreft, moet het formaat voor de verslagen bijgevolg deze doelstellingen weerspiegelen.

(3)

Wat IJsland en Noorwegen betreft, houdt deze beschikking een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de door de Raad van de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (2), die vallen onder het gebied dat is bedoeld in artikel 1, onder A en E, van Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (3).

(4)

Wat Zwitserland betreft, houdt deze beschikking een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de door de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat ondertekende overeenkomst betreffende de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis die vallen onder het gebied dat is bedoeld in artikel 4, lid 1, van Besluit 2004/860/EG van de Raad van 25 oktober 2004 betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap, en de voorlopige toepassing van enkele bepalingen van de overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (4).

(5)

Overeenkomstig artikel 5 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van Denemarken, heeft Denemarken beslist Verordening (EG) nr. 377/2004 in Deens recht om te zetten. Verordening (EG) nr. 377/2004 is dus volgens internationaal recht bindend voor Denemarken.

(6)

Overeenkomstig artikel 5 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol tot opneming van het Schengenacquis in het kader van de Europese Unie, en artikel 8, lid 2, van Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele bepalingen van het Schengenacquis (5), neemt het Verenigd Koninkrijk deel aan Verordening (EG) nr. 377/2004 en bijgevolg ook aan deze beschikking.

(7)

Overeenkomstig artikel 5 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol tot opneming van het Schengenacquis in het kader van de Europese Unie, en artikel 6, lid 2, van Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (6), neemt Ierland deel aan Verordening (EG) nr. 377/2004 en bijgevolg ook aan deze beschikking.

(8)

De deelname van het Verenigd Koninkrijk en Ierland aan deze beschikking overeenkomstig artikel 8, lid 2, van Besluit 2000/365/EG en artikel 6, lid 2, van Besluit 2002/192/EG, heeft betrekking op de verantwoordelijkheid van de Gemeenschap voor het nemen van maatregelen ter ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis tegen de organisatie van illegale immigratie waaraan het Verenigd Koninkrijk en Ierland deelnemen.

(9)

Deze beschikking vormt een op het Schengenacquis voortbouwend of anderszins daaraan gerelateerd rechtsbesluit in de zin van artikel 3, lid 1, van de Toetredingsakte van 2003,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Het formaat voor het krachtens Verordening (EG) nr. 377/2004 van 19 februari 2004 vereiste verslag is vastgesteld in de bijlage bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk België, de Tsjechische Republiek, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, Ierland, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.

Gedaan te Brussel, 29 september 2005.

Voor de Commissie

Franco FRATTINI

Vice-voorzitter


(1)  PB L 64 van 2.3.2004, blz. 1.

(2)  PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.

(3)  PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31.

(4)  PB L 370 van 17.12.2004, blz. 78.

(5)  PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43.

(6)  PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20.


BIJLAGE

Verslag over de activiteiten van het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen en over de situatie in het ontvangende land ter zake van illegale immigratie

Ontvangend land:

 

Rapporterende lidstaat:

 

Verslagperiode:

 

INLEIDING

Artikel 6, lid 1, van Verordening (EG) nr. 377/2004 van de Raad van 19 februari 2004 betreffende de oprichting van een netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen (hierna de „verordening” genoemd) luidt: „De lidstaat die het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie bekleedt of, indien deze lidstaat niet vertegenwoordigd is in het betrokken land of in de betrokken regio, de lidstaat die het plaatsvervangend voorzitterschap bekleedt, stelt aan het eind van ieder halfjaar een verslag op ten behoeve van de Raad en de Commissie over de activiteiten van de netwerken van immigratieverbindingsfunctionarissen waarin deze lidstaat vertegenwoordigd is, en over de situatie in het ontvangende land ter zake van illegale immigratie.”.

Er moet ook aan worden herinnerd dat overeenkomstig artikel 4, lid 1, van de verordening alle in derde landen gedetacheerde immigratieverbindingsfunctionarissen bijdragen aan dit verslag.

Dit verslag bestaat uit twee delen:

1)

activiteiten van het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen;

2)

situatie in het ontvangende land ter zake van illegale immigratie.

Het verslag moet, voorzover mogelijk, gebaseerd zijn op feiten en cijfers en op beschikbare en betrouwbare informatiebronnen. Indien er geen dergelijke informatiebronnen zijn, moet dat in het verslag worden vermeld. Statistische gegevens moeten worden verstrekt conform de relevante definities waarover de lidstaten in het kader van CIBGGI overeenstemming hebben bereikt. De in dit formaat gevraagde beschrijvingen en evaluaties moeten, voorzover mogelijk, beknopt zijn en gebaseerd zijn op feiten. Om een correcte beoordeling van de situatie mogelijk te maken, moeten in het verslag alleen de meest relevante gegevens worden opgenomen.

Indien er zich geen significante wijzingen hebben voorgedaan met betrekking tot kwesties die reeds in vorige verslagen werden behandeld, moet dat worden vermeld. Indien van toepassing, moet in het verslag de nadruk worden gelegd op de ontwikkelingen tijdens de verslagperiode, in vergelijking met het vorige verslag dat met betrekking tot dat ontvangende land was opgesteld.

Het ingevulde verslag wordt als een „RESTREINT UE-document” behandeld, met inachtneming van de toepasselijke bepalingen van Besluit 2001/264/EG van de Raad van 19 maart 2001 tot vaststelling van beveiligingsvoorschriften van de Raad (1).

I.   ACTIVITEITEN VAN HET NETWERK VAN IMMIGRATIEVERBINDINGSFUNCTIONARISSEN

1.   Lijst van lidstaten die immigratieverbindingsfunctionarissen in het betrokken land hebben gedetacheerd:

Lidstaat

Aantal immigratieverbindingsfunctionarissen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2.   Is er overeenkomstig artikel 4 van de verordening een samenwerkingsnetwerk gevormd? (Onderstreep uw antwoord.)

JA

NEEN

2.1.   Indien het antwoord „NEEN” is, vermeld waarom niet:

2.2.   Indien het antwoord „JA” is, wat is dan volgens u het algehele nut van de in het kader van het netwerk verrichte activiteiten? (Geef een cijfer van 1 tot 5, waarbij 1 = volstrekt niet nuttig, 5 = zeer nuttig.)

2.3.   Welke activiteiten vonden plaats tijdens de verslagperiode? (Onderstreep uw antwoord(en).)

1)

Vergaderingen

2)

Uitwisseling van gegevens en van praktijkervaring

3)

Coördinatie van standpunten die worden ingenomen in contacten met vervoerders

4)

Gezamenlijke gespecialiseerde opleidingen

5)

Organisatie van informatiebijeenkomsten/opleidingen voor de leden van het diplomatieke en/of consulaire personeel van de lidstaten in het ontvangende land

6)

Vaststelling van een gemeenschappelijke aanpak voor het verzamelen van strategisch relevante gegevens en voor de rapportage ervan

7)

Totstandbrenging van regelmatige contacten met soortgelijke netwerken in het ontvangende land en in de naburige landen

8)

Andere (licht toe):

2.4.   Hoe vaak hebben de immigratieverbindingsfunctionarissen tijdens de verslagperiode vergaderd? (Onderstreep uw antwoord.)

Nooit

Één keer

Maandelijks

Driemaandelijks

Andere

Opmerkingen:

2.5.   Zijn ook andere organisaties of autoriteiten uitgenodigd om aan dergelijke vergaderingen deel te nemen? Zo ja, verstrek nadere bijzonderheden.

2.6.   Wat bleek de meest doeltreffende methode voor de uitwisseling van gegevens?

2.7.   Heeft het netwerk contacten gelegd met vervoerders en/of gecoördineerde standpunten ingenomen in contacten met vervoerders? Zo ja, verstrek nadere bijzonderheden.

2.8.   Hebben immigratieverbindingsfunctionarissen tijdens de verslagperiode deelgenomen aan gezamenlijke gespecialiseerde opleidingen? Zo ja, gelieve de behandelde onderwerpen te omschrijven en te evalueren (1 = niet nuttig, 5 = zeer nuttig).

2.9.   Heeft het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen informatiebijeenkomsten/opleidingen voor de leden van het diplomatieke en/of consulaire personeel van de lidstaten in het ontvangende land georganiseerd?

JA

NEEN

2.9.1.   Zo JA, omschrijf het behandelde onderwerp:

2.9.2.   Verstrek daarover nadere toelichting (deelnemers, gevolgen voor de dagelijkse werkzaamheden van de deelnemers, follow-up enz.):

2.10.   Worden gegevens systematisch verzameld en uitgewisseld tussen immigratieverbindingsfunctionarissen? Zo ja, verstrek nadere toelichting.

2.11.   Onderhoudt het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen regelmatige contacten met de door niet-EU-landen gedetacheerde immigratieverbindingsfunctionarissen of met soortgelijke netwerken? Zo ja, verstrek nadere bijzonderheden.

2.12.   Geef een korte samenvatting van de activiteiten van het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen die tijdens de verslagperiode op regionaal niveau hebben plaatsgevonden (dat wil zeggen regionale vergaderingen, opleiding enz.).

3.   Sinds de inwerkingtreding van de verordening betreffende het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen,

a)

is de samenwerking en coördinatie tussen door de lidstaten gedetacheerde immigratieverbindingsfunctionarissen versterkt en/of verbeterd?

JA

NEEN

ER ZIJN GEEN DIRECTE GEVOLGEN

b)

kunnen de immigratieverbindingsfunctionarissen hun taken efficiënter vervullen dankzij de activiteiten van het netwerk?

JA

NEEN

ER ZIJN GEEN DIRECTE GEVOLGEN

c)

zijn de immigratieverbindingsfunctionarissen als lid van een netwerk beter in staat om contacten te leggen en te onderhouden met de bevoegde autoriteiten in het ontvangende land?

JA

NEEN

ER ZIJN GEEN DIRECTE GEVOLGEN

d)

kunnen immigratieverbindingsfunctionarissen hun eigen bevoegde autoriteiten beter helpen bij de uitoefening van hun taken (dat wil zeggen de voorbereiding van de terugkeer van personen, de totstandbrenging van contacten in het ontvangende land, de identificatie van onderdanen van derde landen enz.)?

JA

NEEN

ER ZIJN GEEN DIRECTE GEVOLGEN

e)

is de samenwerking met andere door niet-EU-landen gedetacheerde immigratieverbindingsfunctionarissen verbeterd?

JA

NEEN

ER ZIJN GEEN DIRECTE GEVOLGEN

4.   Geef een korte samenvatting en evaluatie van uw algemene ervaringen met de activiteiten van het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen.

5.   Eventuele suggesties, voorstellen die de werkzaamheden van de immigratieverbindingsfunctionarissen als een netwerk in het betrokken land zouden kunnen verbeteren en/of versterken:

II.   SITUATIE IN HET ONTVANGENDE LAND TER ZAKE VAN ILLEGALE IMMIGRATIE

6.   Migratiebeheer, grenscontroles en arrestatie van illegale immigranten

6.1.   Algemene evaluatie van de samenwerking met het ontvangende land op het gebied van de bestrijding van illegale immigratie

Beschrijf de stand van zaken en de ontwikkeling (contacten met de bevoegde autoriteiten, aard van de verleende bijstand, kwaliteit van de verzamelde gegevens).

6.2.   Weigering van toegang aan alle grenzen van het ontvangende land

Beschikbare gegevens over aantallen, de belangrijkste landen van herkomst en andere relevante gegevens.

6.2.1.   Land

6.2.2.   Lucht

6.2.3.   Zee (in voorkomend geval)

6.2.4.   Aanvullende gegevens/opmerkingen

6.3.   In het ontvangende land gearresteerde illegale immigranten

6.3.1.   Aantallen en trends

6.3.2.   Landen van herkomst (lijst van de tien belangrijkste landen)

6.3.3.   Aanvullende gegevens/opmerkingen

6.4.   Risico’s en dreigingen aan de grenzen van het ontvangende land

Dit is slechts een indicatieve lijst; indien de situatie dit vereist dient relevante informatie te worden toegevoegd.

 

Infrastructuur

 

Materieel

 

Personeel

 

Migratiedruk

 

Asielzoekers

 

Mensenhandel

 

Terrorisme en drugshandel in verband met illegale immigratie

6.5.   Routes en modus operandi voor illegale immigratie

6.5.1.   Belangrijkste routes

6.5.2.   Minder belangrijke routes

6.5.3.   Modus operandi

6.6.   Nationale strategieën en maatregelen om mensenhandel en mensensmokkel te voorkomen en te bestrijden

Beschrijf de (wetgevende, operationele en financiële) strategieën en maatregelen en de effecten ervan.

6.6.1.   Bestaande strategieën en maatregelen

6.6.2.   Geplande strategieën en maatregelen

7.   Overname/terugkeer van eigen onderdanen en van onderdanen van derde landen

7.1.   Rechtshandhaving op het gebied van terugkeer en overname

Beschrijf de capaciteit voor:

7.1.1.   Overname van eigen onderdanen en onderdanen van derde landen in het ontvangende land

7.1.2.   Terugkeer van illegale immigranten uit het ontvangende land

7.2.   Door het ontvangende land overgenomen eigen onderdanen en onderdanen van derde landen

7.2.1.   Aantallen

7.2.2.   Uitzettende landen

7.3.   Identificatie van eigen burgers zonder papieren ten aanzien van wie een ander land een terugkeerprocedure heeft gestart

7.3.1.   Gevolgde procedures

7.3.2.   Gemiddelde duur voor de afgifte van terugkeerdocumenten

7.3.3.   Samenwerking tussen het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen en de bevoegde autoriteiten (vorm, niveau, doeltreffendheid)

7.3.4.   Acceptatie van een „EU-reisbrief” (EU Travel Letter) of andere reisdocumenten die door de uitzettende landen worden afgegeven

7.4.   Bevolkingsregisters

7.4.1.   Bestaan van een centraal register

7.4.2.   Gebruik van het register voor de identificatie van uit te zetten personen

7.5.   Door het ontvangende land uitgetrokken middelen voor teruggekeerde migranten (eigen onderdanen en onderdanen van derde landen)

7.5.1.   Juridische, economische en administratieve capaciteit op het gebied van opvang

7.5.2.   Juridische, economische en administratieve capaciteit op het gebied van reïntegratie

7.6.   Programma's voor vrijwillige terugkeer van onderdanen van het ontvangende land en van onderdanen van derde landen (met inbegrip van informatie over deze programma’s)

Verstrek algemene gegevens.

8.   Juridische, institutionele en financiële capaciteit voor het migratiebeheer

8.1.   Handhaving van de nationale wetgeving inzake het beheer van migratiestromen

Verstrek informatie over de stand van zaken en de ontwikkelingen tijdens de verslagperiode.

8.1.1.   Grenscontroles

8.1.2.   Aansprakelijkheid van vervoerders

8.1.3.   Straffen voor mensensmokkelaars en mensenhandelaars

8.1.4.   Straffen voor de vervalsing van reisdocumenten en voor het gebruik van vervalste reisdocumenten

8.1.5.   Straffen voor tussenpersonen en personen die zwartwerkers in dienst hebben

8.2.   Administratieve capaciteit, waaronder personele en financiële middelen

Opmerkingen over de omvang van de middelen in relatie tot de werkbelasting.

8.2.1.   Grenswachten

8.2.1.1.   Landsgrenzen

8.2.1.2.   Zeegrenzen (in voorkomend geval)

8.2.1.3.   Luchtgrenzen

8.2.2.   Politiediensten die betrokken zijn bij de bestrijding van illegale immigratie, mensensmokkel en mensenhandel en bij internationale politiesamenwerking

8.3.   Opleiding van personeel

Beschrijf aard en niveau van de opleiding en verstrek, indien nodig, aanvullende toelichting.

8.3.1.   Grenswachten

8.3.2.   Politiediensten die betrokken zijn bij de bestrijding van illegale immigratie, mensensmokkel en mensenhandel

8.3.3.   Politiediensten die belast zijn met internationale samenwerking

8.4.   Capaciteit en financiering met betrekking tot de huisvesting voor uit te zetten illegaal verblijvende personen, met inbegrip van afgewezen asielzoekers

Beschrijf de situatie in relatie tot de werkelijke behoeften/het aantal dossiers.

8.5.   Beschikbaarheid van systemen voor de verzameling en verwerking van gegevens met betrekking tot illegale immigratie

Beschrijf de stand van zaken en eventuele verbeteringen tijdens de verslagperiode.

8.6.   Bevordering en uitvoering van voorlichtingscampagnes over problemen en risico’s van illegale migratie

Verstrek een aantal algemene gegevens.

9.   Visumbeleid en beveiliging van documenten

9.1.   Visumbeleid

9.1.1.   Adequaatheid van de lijst van landen waarvoor een visum vereist is, in het licht van de migratiestromen

eef een korte beoordeling van de situatie op dat gebied in het ontvangende land.

9.1.2.   Beoordeling van de criteria en de standaardprocedure voor de afgifte van visa

9.2.   Beveiliging van reisdocumenten, visa, verblijfstitels en identiteitsdocumenten

9.2.1.   Naleving van ICAO-normen (waaronder de opname van biometrische gegevens)

9.2.2.   Situatie in het ontvangende land met betrekking tot de vervalsing van documenten

10.   Eventuele andere opmerkingen en relevante informatie over de situatie in het ontvangende land/de ontvangende regio met betrekking tot illegale immigratie (dat wil zeggen het slecht functioneren van de overheidsinstantie die belast is met het migratiebeheer en de bestrijding van illegale immigratie; voorvallen of gebeurtenissen tijdens de verslagperiode die kunnen leiden tot nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot de toestroom van illegale immigranten)

11.   Voorstellen met betrekking tot de wijze waarop het ontvangende land kan worden bijgestaan bij de voorkoming van illegale migratiestromen (dat wil zeggen eventuele communautaire maatregelen)


(1)  PB L 101 van 11.4.2001, blz. 1.