15.6.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 152/19 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 10 juni 2005
tot wijziging van bijlage II van Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende autowrakken
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2005) 1707)
(Voor de EER relevante tekst)
(2005/438/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 september 2000 betreffende autowrakken (1), en met name op artikel 4, lid 2, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 4, lid 2, onder a), van Richtlijn 2000/53/EG verbiedt het gebruik van lood, kwik, cadmium en zeswaardig chroom in materialen en onderdelen van voertuigen die na 1 juli 2003 in de handel worden gebracht, behoudens in de gevallen genoemd in bijlage II van die richtlijn, onder de aldaar vermelde voorwaarden. |
(2) |
Aangezien hergebruik, retrofitting en verlenging van de levensduur van producten nuttig zijn, dienen er reserveonderdelen beschikbaar te zijn voor de reparatie van voertuigen die reeds vóór 1 juli 2003 in de handel waren gebracht. Het gebruik van lood, kwik, cadmium of zeswaardig chroom in reserveonderdelen die na 1 juli 2003 in de handel worden gebracht voor de reparatie van dergelijke voertuigen, moet derhalve worden toegelaten. |
(3) |
Richtlijn 2000/53/EG moet bijgevolg dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(4) |
De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 18 van Richtlijn 75/442/EEG van de Raad (2) ingestelde comité, |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
In bijlage II van Richtlijn 2000/53/EG wordt het vijfde streepje van de „Opmerkingen” vervangen door het volgende:
„— |
na 1 juli 2003 in de handel gebrachte reserveonderdelen die worden gebruikt voor voertuigen die voor 1 juli 2003 in de handel werden gebracht, zijn vrijgesteld van het bepaalde in artikel 4, lid 2, onder a) (3). |
Artikel 2
Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Brussel, 10 juni 2005.
Voor de Commissie
Stavros DIMAS
Lid van de Commissie
(1) PB L 269 van 21.10.2000, blz. 34. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2005/63/EG van de Commissie (PB L 25 van 28.1.2005, blz. 73).
(2) PB L 194 van 25.7.1975, blz. 39. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).
(3) Deze clausule is niet van toepassing op wielbalansgewichten, koolborstels voor elektrische motoren en remvoeringen, aangezien deze onderdelen onder specifieke vermeldingen vallen.”