31998R1374

Verordening (EG) nr. 1374/98 van de Commissie van 29 juni 1998 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling en houdende opening van tariefcontingenten in de sector melk en zuivelproducten

Publicatieblad Nr. L 185 van 30/06/1998 blz. 0021 - 0042


VERORDENING (EG) Nr. 1374/98 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 1998 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling en houdende opening van tariefcontingenten in de sector melk en zuivelproducten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1587/96 (2), en met name op artikel 13, lid 3, en op artikel 16, lid 4,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1095/96 van de Raad van 18 juni 1996 betreffende de tenuitvoerlegging van de concessies in de lijst CXL die is opgesteld naar aanleiding van de voltooiing van de onderhandelingen in het kader van artikel XXIV, lid 6, van de GATT (3), en met name op artikel 1, lid 1,

Gelet op Verordening (EG) nr. 779/98 van de Raad van 7 april 1998 betreffende de invoer in de Gemeenschap van landbouwproducten van oorsprong uit Turkije, tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 4115/86 en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 3010/95 (4), en met name op artikel 1,

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 1600/95 van de Commissie van 30 juni 1995 houdende uitvoeringsbepalingen voor de invoerregeling en houdende opening van tariefcontingenten in de sector melk en zuivelproducten (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1129/98 (6), herhaaldelijk en ingrijpend is gewijzigd; dat, nu deze verordening opnieuw wordt gewijzigd, ter wille van een duidelijke en rationele regelgeving tot de algehele omwerking ervan dient te worden overgegaan;

Overwegende dat de in het kader van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguay-ronde gesloten Overeenkomst inzake de landbouw, hierna "de Overeenkomst" genoemd, voor de sector melk en zuivelproducten in het kader van de zogeheten "vigerende markttoegang" en "minimummarkttoegang" in bepaalde tariefcontingenten voorziet; dat deze contingenten dienen te worden geopend; dat ook dient te worden bepaald hoe deze contingenten worden beheerd;

Overwegende dat de tariefcontingenten in het kader van de zogeheten "vigerende markttoegang" per land worden gespecificeerd; dat, om te kunnen controleren of de in het kader van deze contingenten ingevoerde producten aan de omschrijving van de betrokken goederen beantwoorden en het tariefcontingent in acht wordt genomen, gebruik dient te worden gemaakt van het stelsel van certificaten die onder verantwoordelijkheid van het land van uitvoer worden afgegeven;

Overwegende dat voor de invoer van Nieuw-Zeelandse boter op grond van het in de Overeenkomst bedoelde contingent sommige van de bijzondere voorschriften die voorheen in het kader van de krachtens buitengewone regelingen toegestane invoer werden toegepast om de oorsprong en de bestemming van de boter te controleren, gehandhaafd dienen te blijven;

Overwegende dat de tariefcontingenten in het kader van de "minimummarkttoegang" niet per land worden gespecificeerd; dat, voor een juist en billijk beheer van de contingenten, enerzijds dient te worden bepaald dat bij de aanvraag van een invoercertificaat een hogere zekerheid moet worden gesteld dan die welke voor de gewone invoer geldt, en anderzijds bepaalde voorwaarden voor de indiening van de certificaataanvragen dienen te worden vastgesteld; dat tevens in een spreiding van de contingenten over het jaar dient te worden voorzien en de procedure voor de toewijzing van de certificaten en de geldigheidsduur ervan dienen te worden vastgesteld; dat deze wijze van beheer nauwe samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie behoeft;

Overwegende dat in de verordening ook de bepalingen dienen te worden opgenomen die betrekking hebben op de invoer van zuivelproducten in het kader van tariefcontingenten op grond van andere internationale overeenkomsten en op de invoer van zuivelproducten in het kader van de preferentiële regelingen in het kader van contingenten; dat de controle om de betrokken producten aan de omschrijving te toetsen en, in voorkomend geval, na te gaan of het contingent in acht wordt genomen, met behulp van het stelsel van door het land van uitvoer afgegeven certificaten kan worden verricht; dat voor de invoer uit Zwitserland in het kader van de tussen dat land en de Gemeenschap gesloten bijzondere regeling en voor die uit Turkije in het kader van de preferentiële regeling welke is vastgesteld in protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije van 25 februari 1998 betreffende de handelsregeling voor landbouwproducten (7), de controle op de invoer evenwel uitsluitend aan de hand van communautaire invoercertificaten geschiedt;

Overwegende dat de bijzondere bepalingen van de onderhavige verordening hetzij een aanvulling vormen op, hetzij afwijken van Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 16 november 1988 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten (8), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1044/98 (9);

Overwegende dat, teneinde tijdige indiening van de aanvragen voor certificaten voor de bij deze verordening geopende contingenten mogelijk te maken, erin dient te worden voorzien dat deze verordening op de dag volgende op die van haar bekendmaking in werking treedt;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

Algemene regeling

Artikel 1

Voor alle invoer in de Gemeenschap van de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 804/68 bedoelde producten, hierna "zuivelproducten" genoemd, moet een invoercertificaat worden overgelegd.

In afwijking van artikel 5, lid 1, vierde streepje, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 is evenwel geen invoercertificaat vereist voor transacties die betrekking hebben op een hoeveelheid van ten hoogste:

a) 150 kg voor producten van GN-code 0405 of 0406,

en

b) en 300 kg voor de overige zuivelproducten.

Artikel 2

1. Op de invoercertificaten zijn de in de leden 2 tot en met 5 vervatte bijzondere bepalingen van toepassing.

2. De in artikel 14, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 bedoelde zekerheid bedraagt 10 ECU per 100 kg nettogewicht van het product.

3. In vak 16 van de certificaataanvraag en van het certificaat wordt de GN-code van het product vermeld. Het certificaat geldt slechts voor het aldus omschreven product.

4. Het certificaat is geldig vanaf de dag van afgifte in de zin van artikel 21, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 tot en met het einde van de derde daaropvolgende maand.

5. Het certificaat wordt afgegeven op de werkdag na de dag van indiening van de aanvraag.

Artikel 3

Kaas wordt slechts bij de GN-codes 0406 20 10, 0406 90 02 tot en met 0406 90 06 en 0406 90 19 ingedeeld indien de volgende documenten worden overgelegd:

a) voor invoer uit Zwitserland in het kader van de tussen dat land en de Gemeenschap gesloten bijzondere regeling, een overeenkomstig artikel 23 afgegeven certificaat;

b) voor de overige derde landen, een certificaat IMA 1 dat aan de in hoofdstuk IV vervatte voorwaarden voldoet.

GN-code 0406 90 01 geldt slechts voor uit derde landen ingevoerde kaas.

Artikel 4

In deze verordening wordt onder "invoerjaar" verstaan:

a) voor de in hoofdstuk II, afdelingen 1 en 3, bedoelde regelingen: het kalenderjaar;

b) voor de in hoofdstuk II, afdeling 2, bedoelde regeling: het op 1 juli aanvangende tijdvak van twaalf maanden.

HOOFDSTUK II

Regelingen inzake de tariefcontingenten

Afdeling 1

Invoer van zuivelproducten in het kader van per land van oorsprong gespecificeerde en in de GATT/WTO-overeenkomsten bedoelde tariefcontingenten

Artikel 5

Deze afdeling geldt voor bepaalde, naar land van oorsprong gespecificeerde tariefcontingenten voor zuivelproducten als bedoeld in de overeenkomsten die in het kader van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguay-ronde, hierna "de Overeenkomst" genoemd, zijn gesloten.

Artikel 6

De in artikel 5 bedoelde tariefcontingenten en de toe te passen rechten zijn vastgesteld in bijlage I.

Artikel 7

1. Voor de in bijlage I genoemde producten en de daarbij vermelde rechten wordt een invoercertificaat slechts afgegeven tegen overlegging van een certificaat IMA 1 dat aan de voorwaarden van hoofdstuk IV voldoet, of, indien het origineel niet beschikbaar is, van een afschrift van dat certificaat; dit invoercertificaat draagt het nummer van het certificaat IMA 1.

2. De geldigheid van het certificaat IMA 1 verstrijkt uiterlijk op 31 december na de datum van afgifte ervan.

Vanaf 1 november van elk jaar mogen evenwel certificaten worden afgegeven die vanaf 1 januari daaropvolgend gelden voor de hoeveelheden van het contingent voor dat invoerjaar.

Artikel 8

1. De certificaataanvraag en het certificaat bevatten:

a) in de vakken 7 en 8, het land van herkomst en dat van oorsprong;

b) in vak 15, de beschrijving van de producten volgens de specificatie in bijlage I;

c) in vak 16, de onderverdeling van de gecombineerde nomenclatuur, in voorkomend geval voorafgegaan door "ex";

d) in vak 20, het nummer van het certificaat IMA 1 en één van de volgende vermeldingen:

- Válido si va acompañado de un certificado IMA 1 [Reglamento (CE) n° 1374/98]

- Gyldig ledsaget af et certifikat IMA 1 (forordning (EF) nr. 1374/98)

- Nur gültig in Verbindung mit einer Bescheinigung IMA 1 (Verordnung (EG) Nr. 1374/98)

- ¸ãêõñï ìüíï åöüóïí óõíïäåýåôáé áðü ðéóôïðïéçôéêü IMA 1 [êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 1374/98]

- Valid if accompanied by an IMA 1 certificate (Regulation (EC) No 1374/98)

- Valable si accompagné d'un certificat IMA 1 [règlement (CE) n° 1374/98]

- Valido se accompagnato da un certificato IMA 1 [regolamento (CE) n. 1374/98]

- Geldig wanneer vergezeld van een certificaat IMA 1 (Verordening (EG) nr. 1374/98)

- Válido quando acompanhado de um certificado IMA 1 [Regulamento (CE) nº 1374/98]

- Voimassa vain IMA 1-todistuksen kanssa [asetus (EY) N:o 1374/98]

- Giltig endast med IMA 1-intyget (Förordning (EG) nr 1374/98).

2. Het certificaat verplicht tot invoer uit het aangegeven land van oorsprong.

Artikel 9

1. Voor boter van oorsprong uit Nieuw-Zeeland dat aan het in artikel 5 bedoelde tariefcontingent is onderworpen, gelden de volgende bijzondere bepalingen:

a) in afwijking van artikel 2, lid 2, beloopt de zekerheid 5 ECU per 100 kg nettogewicht van het product;

b) een aanvraag om een invoercertificaat mag slechts in het Verenigd Koninkrijk worden ingediend;

c) op het certificaat IMA 1 moet de vervaardigingsdatum van de betrokken boter worden vermeld.

2. Voor de controle op de in lid 1 bedoelde hoeveelheden van het tariefcontingent wordt rekening gehouden met alle hoeveelheden waarvoor in het betrokken tijdvak invoeraangiften zijn aanvaard.

3. Voor de boter die in het kader van het in lid 1 bedoelde tariefcontingent is ingevoerd, delen de lidstaten de Commissie uiterlijk aan het einde van elke maand mee voor welke in de voorgaande maand in hun land aangekomen hoeveelheden invoeraangiften zijn aanvaard.

Artikel 10

1. Op Nieuw-Zeelandse boter die op grond van deze afdeling in de Gemeenschap wordt ingevoerd, wordt in alle handelsstadia vermeld dat de oorsprong ervan Nieuw-Zeeland is.

2. Nieuw-Zeelandse boter mag slechts in het Verenigd Koninkrijk met voor direct verbruik bestemde communautaire boter worden vermengd.

In geval van vermenging geldt lid 1 slechts tot het aan verpakking in kleine verpakkingen voorafgaande stadium.

Het Verenigd Koninkrijk stelt de Commissie in kennis van de daartoe genomen maatregelen.

Afdeling 2

Invoer van zuivelproducten in het kader van in de GATT/WTO-overeenkomsten bedoelde en niet naar land van oorsprong gespecificeerde tariefcontingenten

Artikel 11

Deze afdeling geldt voor de in de Overeenkomst bedoelde en niet naar land van oorsprong gespecificeerde tariefcontingenten voor zuivelproducten.

Artikel 12

1. De in artikel 11 bedoelde tariefcontingenten en de toe te passen rechten zijn vastgesteld in bijlage II.

2. De voor elk invoerjaar in bijlage II vermelde hoeveelheden worden in vier gelijke delen over vier op respectievelijk 1 juli, 1 oktober, 1 januari en 1 april van elk jaar beginnende kwartalen gespreid.

Artikel 13

1. De aanvrager van een invoercertificaat moet bij de indiening van de aanvraag ten genoegen van de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat aantonen dat hij in de voorbije twaalf maanden regelmatig melk of zuivelproducten in de Gemeenschap heeft ingevoerd en/of uit de Gemeenschap heeft uitgevoerd. De regeling geldt evenwel niet voor detailhandelaren of horeca-exploitanten die hun producten rechtstreeks aan de eindverbruiker verkopen.

2. Op de certificaataanvraag en op het certificaat mag slechts één van de in bijlage II vermelde GN-codes vermeld zijn; de certificaataanvraag moet betrekking hebben op ten minste 10 ton en ten hoogste 25 % van de hoeveelheid die voor het betrokken product, respectievelijk voor de betrokken producten, voor elk in artikel 12, lid 2, bedoeld tijdvak waarvoor de certificaataanvraag wordt ingediend, beschikbaar is.

3. Op de certificaataanvraag en op het certificaat worden vermeld:

a) in vak 8, het land van oorsprong;

b) in vak 15, een uitvoerige beschrijving van het product en met name:

i) de gebruikte grondstof,

ii) het vetgehalte in gewichtspercenten van de droge stof,

iii) het vochtgehalte in gewichtspercenten van de vetvrije massa,

iv) het vetgehalte in gewichtspercenten;

c) in vak 20, een van de volgende vermeldingen:

- Reglamento (CE) n° 1374/98, artículo 12

- Forordning (EF) nr. 1374/98, artikel 12

- Verordnung (EG) Nr. 1374/98, Artikel 12

- Êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 1374/98, Üñèñï 12

- Article 12 of Regulation (EC) No 1374/98

- Règlement (CE) n° 1374/98, article 12

- Regolamento (CE) n. 1374/98, articolo 12

- Verordening (EG) nr. 1374/98, artikel 12

- Regulamento (CE) nº 1374/98, artigo 12º

- Asetus (EY) N:o 1374/98, 12 artikla

- Förordning (EG) nr 1374/98, artikel 12;

d) in vak 24, het toe te passen recht.

4. Het certificaat verplicht tot invoer uit het aangeven land.

Artikel 14

1. Certificaataanvragen mogen slechts in de eerste tien dagen van elk in artikel 12, lid 2, bedoeld tijdvak worden ingediend.

2. De certificaataanvragen zijn slechts ontvankelijk indien de aanvrager schriftelijk verklaart dat hij voor het lopende tijdvak geen andere aanvragen heeft ingediend in het kader van de in deze afdeling bedoelde invoerregeling voor een product van dezelfde code in de lidstaat waar de aanvraag wordt ingediend, noch in andere lidstaten, en zich ertoe heeft verbonden deze ook niet te zullen indienen. Indien dezelfde belanghebbende verschillende aanvragen voor hetzelfde product indient, is geen van zijn aanvragen ontvankelijk.

3. De lidstaten delen de Commissie op de vijfde werkdag na die van het verstrijken van het tijdvak voor de indiening van aanvragen voor elk van de in bijlage II vermelde producten de ingediende aanvragen mee. Deze mededeling bevat de lijst van de aanvragers en, per GN-code, de aangevraagde hoeveelheden. Alle mededelingen, met inbegrip van die waarin wordt gemeld dat geen aanvragen zijn ingediend, worden met gebruikmaking van het in bijlage VIII opgenomen model indien geen aanvragen zijn ingediend, en van de modellen in de bijlagen VIII en IX indien dat wel het geval is, op de voorgeschreven werkdag per telex of per fax gedaan.

4. De Commissie besluit zo spoedig mogelijk in welke mate aan de ingediende aanvragen gevolg kan worden gegeven en stelt de lidstaten daarvan in kennis.

In afwijking van artikel 2, lid 5, wordt het certificaat uiterlijk op de derde werkdag na de kennisgeving aan de lidstaten van het in de eerste alinea bedoelde besluit van de Commissie aan de aanvragers van wie de aanvragen overeenkomstig lid 3 zijn gemeld, afgegeven.

Indien de hoeveelheden waarvoor certificaten zijn aangevraagd, de vastgestelde hoeveelheden overschrijden, kan de Commissie op de aangevraagde hoeveelheden een toewijzingscoëfficiënt toepassen.

Indien de totale hoeveelheid waarvoor aanvragen zijn ingediend, kleiner is dans de beschikbare hoeveelheid, bepaalt de Commissie de resterende hoeveelheid die aan de beschikbare hoeveelheid voor het volgende tijdvak van hetzelfde invoerjaar wordt toegevoegd.

5. Indien de in lid 4, derde alinea, bedoelde toewijzingscoëfficiënt kleiner is dan 0,8000, kan de aanvrager van zijn certificaataanvraag afzien. In dit geval stelt hij de bevoegde autoriteit binnen drie dagen na de bekendmaking van het besluit van de Commissie waarbij de toepassingscoëfficiënt wordt vastgesteld, van zijn beslissing in kennis, waarna de zekerheid onverwijld wordt vrijgegeven. De bevoegde autoriteit stelt de Commissie binnen vier werkdagen na de bekendmaking van het besluit van de Commissie in kennis van de hoeveelheden waarvoor de aanvragers van hun aanvraag hebben afgezien en waarvoor de in artikel 16 bedoelde zekerheid wordt vrijgegeven.

Artikel 15

De geldigheid van de certificaten verstrijkt uiterlijk op 30 juni na de datum van afgifte in de zin van artikel 21, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3719/88.

De op grond van deze afdeling afgegeven invoercertificaten mogen slechts worden overgedragen aan natuurlijke personen of rechtspersonen die aan de in artikel 13, lid 1, bedoelde voorwaarden voldoen.

Artikel 16

In afwijking van artikel 2, lid 2, beloopt de zekerheid 35 ECU per 100 kg nettogewicht van het product.

Artikel 17

In afwijking van artikel 8, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 mag de op grond van deze afdeling ingevoerde hoeveelheid niet groter zijn dan de in de vakken 17 en 18 van het invoercertificaat aangegeven hoeveelheid. Daartoe wordt in vak 19 van het certificaat het cijfer 0 ingevuld.

Afdeling 3

Invoer van zuivelproducten in het kader van in andere internationale overeenkomsten bedoelde tariefcontingenten

Artikel 18

1. De leden 2 en 3 gelden voor de invoer van zuivelproducten uit Noorwegen in het kader van de EER-Overeenkomst.

2. De zuivelproducten en de toe te passen douanerechten zijn in bijlage III, deel A, vermeld.

3. De artikelen 7 en 8 zijn van toepassing.

Artikel 19

1. De leden 2 tot en met 5 gelden voor de invoer van zuivelproducten in het kader van de in bijlage 1 van protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije vermelde tariefcontingenten.

2. De zuivelproducten en de toe te passen douanerechten zijn in bijlage III, deel B, vermeld.

3. De in bijlage III, deel B, voor elk jaar vermelde hoeveelheden worden in gelijke delen over de op 1 januari en 1 juli aanvangende halfjaren gespreid.

Voor het halfjaar van 1 juli tot en met 31 december 1998 evenwel is de hoeveelheid 1 500 ton.

4. De geldigheid van de invoercertificaten verstrijkt uiterlijk op 31 december na de datum van afgifte in de zin van artikel 21, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3719/88. De op grond van het onderhavige artikel afgegeven invoercertificaten mogen slechts worden overgedragen aan natuurlijke personen of rechtspersonen die aan de in artikel 13, lid 1, bedoelde voorwaarden voldoen.

5. De artikelen 13, 14, 16 en 17 zijn van overeenkomstige toepassing.

Evenwel:

a) moeten de certificaataanvragen in afwijking van artikel 13, lid 2, betrekking hebben op telkens ten minste 10 ton en ten hoogste de hoeveelheid die voor elk in lid 3 van het onderhavige artikel bedoeld tijdvak beschikbaar is;

b) wordt in vak 20 van de certificaataanvraag en van het certificaat in afwijking van artikel 13, lid 3, onder c), verwezen naar artikel 19;

c) delen de lidstaten de Commissie, in afwijking van artikel 14, lid 3, op de vijfde werkdag na die van het verstrijken van het tijdvak voor de indiening van aanvragen, voor elk van de in bijlage III, deel B, vermelde producten de ingediende aanvragen mee. Deze mededeling bevat de lijst van de aanvragers en, per GN-code, de aangevraagde hoeveelheden. Alle mededelingen, met inbegrip van die waarin wordt gemeld dat geen aanvragen zijn ingediend, worden, met gebruikmaking van het in bijlage X opgenomen model, op de voorgeschreven werkdag per telex of per fax gedaan.

HOOFDSTUK III

Preferentiële invoerregelingen zonder contingenten

Artikel 20

Dit hoofdstuk geldt voor bepaalde zuivelproducten die zonder beperking tegen verlaagde rechten uit een derde land in het kader van een tussen dat land en de Gemeenschap overeengekomen bijzondere regeling of in het kader van een autonome concessie worden ingevoerd.

Artikel 21

De in artikel 20 bedoelde zuivelproducten en de toe te passen rechten zijn in bijlage IV vermeld.

Artikel 22

1. Voor de in bijlage IV genoemde producten en de daarbij vermelde rechten wordt een invoercertificaat slechts afgegeven tegen overlegging van een certificaat IMA 1 dat aan de voorwaarden van hoofdstuk IV voldoet, of, indien het origineel niet beschikbaar is, van een afschrift van dat certificaat; dit invoercertificaat draagt het nummer van het certificaat IMA 1.

2. De geldigheid van het certificaat IMA 1 verstrijkt uiterlijk op 31 december na de datum van afgifte ervan.

Artikel 23

1. In afwijking van artikel 22 geldt dit artikel voor:

a) de invoer uit Zwitserland in het kader van de tussen dat land en de Gemeenschap gesloten bijzondere regeling;

b) de invoer van de in bijlage 1 van protocol nr. 1 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije vermelde zuivelproducten, met uitzondering van de in artikel 19, lid 1, van deze verordening bedoelde producten.

2. De certificaataanvraag en het certificaat bevatten:

a) in vak 15, de gedetailleerde beschrijving van het in bijlage IV bedoelde product of, voor producten van de GN-codes 0406 90 02 tot en met 0406 90 06, de in de gecombineerde nomenclatuur bedoelde beschrijving,

b) in vak 16, de productcode van de gecombineerde nomenclatuur;

c) in vak 20, één van de volgende vermeldingen:

- Reglamento (CE) n° 1374/98, artículo 23

- Forordning (EF) nr. 1374/98, artikel 23

- Verordnung (EG) Nr. 1374/98, Artikel 23

- Êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 1374/98, Üñèñï 23

- Article 23 of Regulation (EC) No 1374/98

- Règlement (CE) n° 1374/98, article 23

- Regolamento (CE) n. 1374/98, articolo 23

- Verordening (EG) nr. 1374/98, artikel 23

- Regulamento (CE) nº 1374/98, artigo 23

- Asetus (EY) n:o 1374/98, 23 artikla

- Förordning (EG) nr 1374/98, artikel 23;

d) in vak 24, het toe te passen recht.

3. Voor producten van de GN-codes 0406 90 02 tot en met 0406 90 06 en voor in bijlage IV onder de volgnummers 3, 4 en 5 vermelde producten wordt een invoercertificaat slechts afgegeven indien de aanvraag vergezeld gaat van:

a) een schriftelijke verklaring van de aanvrager waaruit blijkt dat de minimumprijzen die in bijlage IV, of, voor producten van de GN-codes 0406 90 02 tot en met 0406 90 06, in de gecombineerde nomenclatuur zijn vermeld, in acht zijn genomen;

b) een schriftelijke verbintenis van de aanvrager om de bevoegde autoriteiten desgevraagd alle aanvullende gegevens en bewijselementen te verschaffen die zij met het oog op de naleving van de minimumprijs nodig achten, en desgevraagd elke controle van de boekhouding door genoemde autoriteiten te aanvaarden.

Bij niet-inachtneming van de minimumprijs moet, naast het in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (10), vastgestelde invoerrecht, een met 25 %van het invoerrecht overeenkomende boete worden betaald.

4. Het verlaagde minimumrecht wordt slechts toegepast na overlegging van de aangifte voor het vrije verkeer, vergezeld van het invoercertificaat en van het bewijs van oorsprong dat is afgegeven in toepassing van:

a) protocol nr. 3 bij de overeenkomst van 22 juli 1972 tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat (11) voor de invoer uit Zwitserland;

b) protocol nr. 3 bij Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EG-Turkije voor de invoer uit Turkije.

HOOFDSTUK IV

Bepalingen inzake de certificaten IMA 1

Artikel 24

Het certificaat IMA 1 wordt overeenkomstig de bepalingen van dit hoofdstuk opgesteld volgens het in bijlage V opgenomen model en moet bij de invoer worden overgelegd.

Artikel 25

1. Het in artikel 24 bedoelde formulier is van het formaat 210 × 297 mm. Het gewicht van het te gebruiken papier moet ten minste 40 g/m2 zijn en de kleur van dat papier wit.

2. De formulieren worden in één van de officiële talen van de Gemeenschap gedrukt en ingevuld. Voorts mogen zij in de officiële taal of in één van de officiële talen van het land van uitvoer worden gedrukt en ingevuld.

3. Het formulier wordt hetzij met de schrijfmachine, hetzij met de hand ingevuld, in het laatste geval in drukletters.

4. Ieder certificaat wordt door de met de afgifte belaste instelling van een volgnummer voorzien.

Artikel 26

1. Behalve voor de in artikel 23 bedoelde invoer moet voor iedere soort en iedere aanbiedingsvorm van de in bijlage I, bijlage III, deel A, en bijlage IV bedoelde producten een certificaat worden opgesteld.

2. Voor iedere soort en iedere aanbiedingsvorm van de producten moet het certificaat de in bijlage VI vermelde gegevens bevatten.

Het origineel van het certificaat moet, behalve in geval van niet te voorziene omstandigheden of in geval van overmacht, niet later dan aan het einde van de tweede maand te rekenen vanaf de datum waarop het certificaat is afgegeven, samen met de producten waarop het betrekking heeft, aan de douaneautoriteiten van de lidstaat van invoer worden voorgelegd.

Artikel 27

1. De geldigheidsduur van het certificaat is dezelfde als die van het in artikel 2, lid 4, bedoelde invoercertificaat.

2. Een certificaat is slechts geldig indien het door een met de afgifte belaste, in bijlage VII vermelde instelling naar behoren is ingevuld en geviseerd.

3. Een certificaat is naar behoren geviseerd wanneer daarop plaats en datum van afgifte zijn vermeld en het is voorzien van het stempel van de met de afgifte belaste instelling en van de handtekening van de voor ondertekening ervan bevoegde persoon of personen.

Artikel 28

1. Een met de afgifte belaste instelling kan slechts in bijlage VII worden opgenomen indien zij:

a) als zodanig door het land van uitvoer is erkend;

b) zich ertoe verbindt de op de certificaten vermelde gegevens te verifiëren;

c) zich ertoe verbindt de Commissie en de lidstaten op hun verzoek alle nuttige en noodzakelijke inlichtingen te verstrekken om de op de certificaten vermelde gegevens te kunnen beoordelen.

2. Bijlage VII wordt herzien wanneer aan de in lid 1, onder a), bedoelde voorwaarde niet langer is voldaan, of wanneer een met de afgifte belaste instelling één van de door haar aangegane verbintenissen niet nakomt.

Artikel 29

De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de goede werking van het bij dit hoofdstuk ingestelde certificatenstelsel te controleren.

HOOFDSTUK V

Algemene en slotbepalingen

Artikel 30

Hoofdstuk I is, behoudens andersluidende bepalingen, van toepassing op de invoercertificaten die in het kader van de in de hoofdstukken II en III bedoelde regelingen worden afgegeven.

Artikel 31

Verordening (EG) nr. 1600/95 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening.

Artikel 32

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 1998.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 29 juni 1998.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB L 148 van 28. 6. 1968, blz. 13.

(2) PB L 206 van 16. 8. 1996, blz. 21.

(3) PB L 146 van 20. 6. 1996, blz. 1.

(4) PB L 113 van 15. 4. 1998, blz. 1.

(5) PB L 151 van 1. 7. 1995, blz. 12.

(6) PB L 157 van 30. 5. 1998, blz. 91.

(7) PB L 86 van 20. 3. 1998, blz. 3.

(8) PB L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1.

(9) PB L 149 van 20. 5. 1998, blz. 11.

(10) PB L 256 van 7. 9. 1987, blz. 1.

(11) PB L 300 van 31. 12. 1972, blz. 189.

BIJLAGE I

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE II

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE III

TARIEFCONTINGENTEN IN HET KADER VAN DE OVERIGE INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE IV

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Voor de toepassing van deze bepaling wordt de korst als volgt omschreven:

"De korst van deze kaassoorten is het gedeelte dat zich aan de buitenzijde van het zuivel heeft gevormd en dat duidelijk harder van samenstelling en donkerder van kleur is".

(2b) Wat Cheddar betreft, worden als hele vormen met standaardgewicht beschouwd:

- kazen in platte cilindrische vorm met een nettogewicht van 33 kg of meer doch niet meer dan 44 kg,

- blokken kaas in de vorm van een kubus of blok met een nettogewicht van 10 kg of meer.

(1) Als waarde franco grens wordt beschouwd, de prijs franco grens van het land van uitvoer of de fob-prijs van het land van uitvoer, welke prijzen worden verhoogd met een bedrag dat overeenkomt met de kosten van vervoer en verzekering tot het douanegebied van de Gemeenschap.

(2) De rechthoekige blokken of de vacuüm- of onder inert gas verpakte stukken komen slechts voor de concessie in aanmerking indien op de verpakking ten minste de volgende aanduidingen zijn aangebracht:

- de benaming van de kaas,

- het vetgehalte berekend op de droge stof,

- de verantwoordelijke verpakker,

- het land van oorsprong van de kaas.

(3) De benaming "kaas verpakt voor de verkoop in het klein" geldt voor kaas welke wordt aangeboden in onmiddellijke verpakkingen met een nettogewicht van niet meer dan 1 kg, die stukjes of schijven bevatten met een nettogewicht van ten hoogste 100 gram elk.

BIJLAGE V

CERTIFICAAT IMA 1

>BEGIN VAN DE GRAFIEK>

1. Verkoper

2. Nummer van afgifte

ORIGINEEL

CERTIFICAAT

voor de indeling van bepaalde zuivelproducten onder bepaalde posten of onderverdelingen van de gecombineerde nomenclatuur

3. Koper

4. Nummer en datum van de factuur

5. Land van oorsprong

6. Lidstaat van bestemming

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

A.Voor iedere aanbiedingsvorm van ieder product moet een certificaat worden opgesteld.

B.Het certificaat moet worden opgesteld in een van de officiële talen van de Europese Gemeenschap; aanvullend mag als tweede taal de officiële taal of een van de officiële talen van het land van uitvoer worden gebruikt.

C.Het certificaat moet worden opgesteld overeenkomstig de geldende communautaire voorschriften.

D.Het origineel en eventueel een afschrift van het certificaat worden ingediend bij het douanekantoor in de Gemeenschap op het ogenblik waarop het product in het vrije verkeer wordt gebracht.

7. Merken, nummers, aantal en aard van de colli, gedetailleerde beschrijving van het product en vermelding van de aanbiedingsvorm

8. Bruto- gewicht (kg)

9. Netto- gewicht (kg)

10. Gebruikte grondstof

11. Vetgehalte in gewichtspercenten, berekend op de droge stof

12. Vochtgehalte in gewichtspercenten, in het vetvrije kaasmassa

13. Vetgehalte in gewichtspercenten

14. Rijpingstijd

15. Prijs franco grens van de Gemeenschap per 100 kg nettogewicht (in ECU) gelijk aan of hoger dan:

16. Opmerkingen : a) tariefcontingent (1) b) bestemd voor verwerking (1)

17.HIERBIJ WORDT BEVESTIGD DAT

-de bovenstaande vermeldingen juist zijn en in overeenstemming zijn met de terzake geldende communautaire voorschriften

-voor de hierboven omschreven producten aan de koper geen enkele reductie, premie of andere vorm van korting is verleend noch zal worden verleend, die zou kunnen leiden tot een waarde lager dan de minimumwaarde die is vastgesteld voor de invoer van het betrokken product (2)

18. De met de afgifte belaste instelling

teop jaarmaanddag

(Handtekening en stempel van de met de afgifte belaste instelling)

(1)Doorhalen wat niet van toepassing is.

(2)Deze vermelding wordt doorgehaald voor schapenkaas of kaas bereid uit buffelmelk, Glaris-kruidkaas, Tilsit van Butterkäse, alsmede voor melk voor zuigelingen.>EIND VAN DE GRAFIEK>

BIJLAGE VI

VOORSCHRIFTEN INZAKE HET OPSTELLEN VAN DE CERTIFICATEN

Naast de vakken 1 tot en met 6, 9, 17 en 18 van het certificaat IMA 1 moeten worden ingevuld:

A. met betrekking tot onder nr. 46 in bijlage I opgenomen Cheddar van GN-code ex 0406 90 21:

1. vak nr. 7 onder vermelding van, naar gelang van het geval,

- "Cheddar in hele vormen met standaardgewicht",

- "Cheddar in andere dan hele vormen met standaardgewicht, met een nettogewicht van 500 gram of meer",

- "Cheddar in andere dan hele vormen met standaardgewicht, met een nettogewicht van minder dan 500 gram";

2. vak nr. 10 onder vermelding van "uitsluitend niet-gepasteuriseerde inlandse koemelk";

3. vak nr. 11 onder vermelding van "ten minste 50 gewichtspercenten";

4. vak nr. 14 onder vermelding van "ten minste negen maanden";

5. de vakken nr. 15 en nr. 16 onder vermelding van het tijdvak waarvoor het contingent geldt;

B. met betrekking tot onder nr. 45 in bijlage I opgenomen Cheddar van GN-code ex 0406 90 21:

1. vak nr. 7 onder vermelding van "Cheddar in hele vormen met standaardgewicht";

2. vak nr. 10 onder vermelding van "uitsluitend inlandse koemelk";

3. vak nr. 11 onder vermelding van "ten minste 50 gewichtspercenten";

4. vak nr. 14 onder vermelding van "ten minste drie maanden";

5. vak nr. 16 onder vermelding van het tijdvak waarvoor het contingent geldt;

C. met betrekking tot onder nr. 43 in bijlage I opgenomen Cheddar, bestemd voor verwerking, van GN-code 0406 90 01:

1. vak nr. 7 onder vermelding van "Cheddar in hele vormen met standaardgewicht";

2. vak nr. 10 onder vermelding van "uitsluitend inlandse koemelk";

3. vak nr. 16 onder vermelding van het tijdvak waarvoor het contingent geldt;

D. met betrekking tot onder nr. 43 in bijlage I opgenomen andere kaas dan Cheddar, bestemd voor verwerking, van GN-code 0406 90 01:

1. vak nr. 7 onder vermelding van "uitsluitend inlandse koemelk";

2. vak nr. 16 onder vermelding van het tijdvak waarvoor het contingent geldt;

E. met betrekking tot onder de nrs. 6 en 7 in bijlage IV opgenomen Tilsit van GN-code ex 0406 90 25:

1. vak nr. 7 onder vermelding van "Tilsit";

2. vak nr. 10 onder vermelding van "uitsluitend inlandse koemelk";

3. de vakken nr. 11 en nr. 12;

F. met betrekking tot onder nr. 8 in bijlage IV opgenomen Kashkaval van GN-code ex 0406 90 29:

1. vak nr. 7 onder vermelding van "Kashkaval, bereid uit schapenmelk en ten minste twee maanden gerijpt, met een drogestofgehalte van ten minste 58 gewichtspercenten, in platte cilindrische vorm, al dan niet met plastic deklaag, met een gewicht van ten hoogste 10 kg";

2. vak nr. 10 onder vermelding van "uitsluitend inlandse schapenmelk";

3. vak nr. 11;

G. met betrekking tot onder de nrs. 9, 10 en 11 in bijlage IV opgenomen schapenkaas of buffelkaas, in bergingsmiddelen welke pekel bevatten of in zakken van schapen- of geitenvellen, en "Halloumi"-kaas van de GN-codes ex 0406 90 31, ex 0406 90 50, ex 0406 90 86, ex 0406 90 87 en ex 0406 90 88:

1. vak nr. 7 onder vermelding van, naar gelang van het geval: "schapenkaas" of "buffelkaas", alsmede "in bergingsmiddelen welke pekel bevatten" of "in zakken van schapen- of geitenvellen" wat Halloumi betreft, deze is verpakt in hetzij afzonderlijke plastic verpakkingen met een inhoud van ten hoogste 1 kg, hetzij dozen van metaal of plastic met een inhoud van ten hoogste 12 kg;

2. vak nr. 10 onder vermelding van, naar gelang van het geval: "uitsluitend inlandse schapenmelk" of "uitsluitend buffelmelk" of, bij Halloumi "inlandse melk";

3. de vakken nr. 11 en nr. 12;

H. met betrekking tot onder nr. 12 in bijlage III, deel A, opgenomen Jarlsberg en Ridder van de GN-codes ex 0406 90 39, ex 0406 90 86, ex 0406 90 87 en ex 0406 90 88:

1. vak nr. 7 onder vermelding van:

ofwel "Jarlsberg" en, naar gelang van het geval,

- "in platte cilindrische vorm met korst en een nettogewicht van 8 tot en met 12 kg",

- "in rechthoekige blokken met een nettogewicht van 7 kg of minder",

- "in stukken, vacuüm- of onder inert gas verpakt, met een nettogewicht van 150 g of meer doch niet meer dan 1 kg",

ofwel "Ridder" en, naar gelang van het geval,

- "in platte cilindrische vorm met korst van 1 tot en met 2 kg", of

- "in stukken, vacuüm- of onder inert gas verpakt, waarvan aan ten minste één zijde de korst aanwezig is, met een nettogewicht van 150 g of meer";

2. vak nr. 11 onder vermelding van, naar gelang van het geval, "ten minste 45 gewichtspercenten" of "ten minste 60 gewichtspercenten";

3. vak nr. 14 onder vermelding van, naar gelang van het geval, "ten minste drie maanden" of "ten minste vier weken".

I. met betrekking tot onder nr. 12 in bijlage III, deel A, opgenomen weikaas van de GN-codes ex 0406 10 20 en ex 0406 10 80:

1. vak nr. 7 onder vermelding van "weikaas".

BIJLAGE VII

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

BIJLAGE VIII

TOEPASSING VAN ARTIKEL 14

>BEGIN VAN DE GRAFIEK>

(Bladzijde / )

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

DG VI/D/1 - SECTOR ZUIVELPRODUCTEN

AANVRAGEN VOOR INVOERCERTIFICATEN MET VERLAAGD RECHT . . . KWARTAAL

Datum:

Lidstaat: Verordening (EG) nr. 1600/95 van de Commissie

Afzender:

Contactpersoon:

Telefoon:

Fax:

Deel I: Overzicht Volgnummer in bijlage 7 van de gecombineerde nomenclatuur GN-code Gevraagde hoeveelheid per GN-code

Subtotaal Deel II: Aanvragen per volgnummer

Volgnummer van de aanvragen:

Totale aangevraagde hoeveelheid (in ton):

Aantal bladzijden:

>EIND VAN DE GRAFIEK>

BIJLAGE IX

TOEPASSING VAN ARTIKEL 14

>BEGIN VAN DE GRAFIEK>

(Bladzijde / )

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

DG VI/D/1 - SECTOR ZUIVELPRODUCTEN

AANVRAGEN VOOR INVOERCERTIFICATEN MET VERLAAGD RECHT . . . KWARTAAL

Lidstaat: GN-code Volgnummer in bijlage 7 van de gecombineerde nomenclatuur Aanvrager (naam/adres) Hoeveelheid (in ton) Land van oorsprong

Totaal (in ton) voor volgnummer . . . . . . . . . . . . >EIND VAN DE GRAFIEK>

BIJLAGE X

TOEPASSING VAN ARTIKEL 19

>BEGIN VAN DE GRAFIEK>

Commissie van de Europese Gemeenschappen

DG VI/D/1 - Sector melk en zuivelproducten

AANVRAGEN VOOR INVOERCERTIFICATEN

Lidstaat: Periode: GN-code Aanvrager (naam en adres) Hoeveelheid (in ton) Land van oorsprong

Turkije

Totaal in ton >EIND VAN DE GRAFIEK>