96/350/EG: Beschikking van de Commissie van 24 mei 1996 houdende aanpassing ingevolge artikel 17 van de bijlagen II A en II B bij Richtlijn 75/442/EEG van de Raad betreffende afvalstoffen (Voor de EER relevante tekst)
Publicatieblad Nr. L 135 van 06/06/1996 blz. 0032 - 0034
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 24 mei 1996 houdende aanpassing ingevolge artikel 17 van de bijlagen II A en II B bij Richtlijn 75/442/EEG van de Raad betreffende afvalstoffen (Voor de EER relevante tekst) (96/350/EG) DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Richtlijn 75/442/EEG van de Raad van 15 juli 1975 betreffende afvalstoffen (1), als gewijzigd bij Richtlijn 91/692/EEG (2), inzonderheid op artikel 17, Overwegende dat genoemde bepaling de Commissie in staat stelt de bijlagen II A en II B bij Richtlijn 75/442/EEG aan te passen; Overwegende dat de Commissie in haar taak wordt bijgestaan door het bij artikel 18 van Richtlijn 75/442/EEG opgerichte comité bestaande uit vertegenwoordigers van de Lid-Staten en voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie; Overwegende dat de bij deze beschikking beoogde maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van genoemd comité, HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN: Artikel 1 De bijlagen II A en II B bij Richtlijn 75/442/EEG worden vervangen door de bijlagen II A en II B bij deze beschikking. Artikel 2 Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten. Gedaan te Brussel, 24 mei 1996. Voor de Commissie Ritt BJERREGAARD Lid van de Commissie (1) PB nr. L 194 van 25. 7. 1975, blz. 47. (2) PB nr. L 377 van 31. 12. 1991, blz. 48. BIJLAGE II A VERWIJDERINGSHANDELINGEN NB: In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van verwijderingshandelingen zoals die in de praktijk plaatsvinden. Overeenkomstig artikel 4 moeten de afvalstoffen worden verwijderd zonder gevaar voor de gezondheid van de mens en zonder dat procédés of methoden worden aangewend die nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. D 1 Storten op of in de bodem (b.v. op een vuilstortplaats, enz.) D 2 Uitrijden (b.v. biodegradatie van vloeibaar of slibachtig afval in de bodem, enz.) D 3 Injectie in de diepe ondergrond (b.v. injectie van verpompbare afvalstoffen in putten, zoutkoepels of natuurlijk gevormde holten, enz.) D 4 Opslag in waterbekkens (b.v. het lozen van vloeibaar of slibachtig afval in putten, vijvers of lagunen, enz.) D 5 Verwijderen op speciaal ingerichte lokaties (b.v. in afzonderlijke beklede, afgedekte cellen die onderling en van de omgeving afgeschermd zijn, enz.) D 6 Lozen in wateren, behalve zeeën en oceanen D 7 Verwijderen in zeeën en oceanen, inclusief inbrengen in de bodem D 8 Biologische behandeling op een niet elders in deze bijlage aangegeven wijze waardoor verbindingen of mengsels ontstaan die worden verwijderd op een van de onder D 1 tot en met D 12 vermelde methodes D 9 Fysisch-chemische behandeling op een niet elders in deze bijlage aangegeven wijze, waardoor verbindingen of mengsels ontstaan die worden verwijderd op een van de onder D 1 tot en met D 12 vermelde methodes (b.v. verdampen, drogen, calcineren, enz.) D 10 Verbranding op het land D 11 Verbranding op zee D 12 Permanente opslag (b.v. plaatsen van houders in mijnen, enz.) D 13 Vermengen vóór een van de onder D 1 tot en met D 12 vermelde behandelingen D 14 Herverpakken vóór een van de onder D 1 tot en met D 13 vermelde behandelingen D 15 Opslag in afwachting van een van de onder D 1 tot en met D 14 vermelde behandelingen (met uitsluiting van voorlopige opslag voorafgaande aan inzameling op de plaats van produktie) BIJLAGE II B NUTTIGE TOEPASSING NB: In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van handelingen voor de nuttige toepassing van afvalstoffen zoals die in de praktijk plaatsvinden. Overeenkomstig artikel 4 moeten de afvalstoffen nuttig worden toegepast zonder gevaar voor de gezondheid van de mens en zonder dat procédés of methoden worden aangewend die nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. R 1 Hoofdgebruik als brandstof of een andere wijze van energieopwekking R 2 Terugwinning van oplosmiddelen R 3 Recycling/terugwinning van organische stoffen die niet als oplosmiddel worden gebruikt (met inbegrip van compostbemesting en bemesting met andere biologisch omgezette stoffen) R 4 Recycling/terugwinning van metalen en metaalverbindingen R 5 Recycling/terugwinning van andere anorganische stoffen R 6 Terugwinning van zuren of basen R 7 Terugwinning van bestanddelen die worden gebruikt om vervuiling tegen te gaan R 8 Terugwinning van bestanddelen uit katalysatoren R 9 Herraffinage van olie en ander hergebruik van olie R 10 Uitrijden voor landbouwkundige of ecologische verbetering R 11 Gebruik van afvalstoffen die bij een van de onder R 1 tot en met R 10 genoemde behandelingen vrijkomen R 12 Uitwisseling van afvalstoffen voor een van de onder R 1 tot en met R 11 genoemde behandelingen R 13 Opslag van afvalstoffen bestemd voor een van de onder R 1 tot en met R 12 genoemde behandelingen (met uitsluiting van voorlopige opslag voorafgaande aan inzameling op de plaats van produktie)