VERORDENING (EEG, EURATOM, EGKS) Nr. 2014/92 VAN DE RAAD van 20 juli 1992 houdende wijziging van de aanpassingscoëfficiënten welke in bepaalde Lid-Staten van toepassing zijn op de bezoldigingen en de pensioenen van de ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot instelling van één Raad en één Commissie welke de Europese Gemeenschappen gemeen hebben,

Gelet op het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen, vastgesteld bij Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 (1) en laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 571/92 (2), inzonderheid op de artikelen 63, 64, 65, 65 bis en 82 en op bijlage XI van het Statuut alsmede op artikel 20, eerste alinea, en artikel 64 van de Regeling,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat zich in bepaalde Lid-Staten waar ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen zijn tewerkgesteld, gedurende het tweede halfjaar van 1991 een aanzienlijke stijging van de kosten van levensonderhoud heeft voorgedaan; dat de aanpassingscoëfficiënten die overeenkomstig Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 3834/91 (3) van toepassing zijn op de bezoldigingen en de pensioenen van deze ambtenaren en personeelsleden derhalve dienen te worden gewijzigd met ingang van 1 januari 1992 of, voor de landen van tewerkstelling waar de stijging van de kosten van levensonderhoud bijzonder groot is, met ingang van 16 november 1991,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. De aanpassingscoëfficiënt welke van toepassing is op de bezoldiging van de ambtenaren en de andere personeelsleden die in het hierna genoemde land zijn tewerkgesteld, bedraagt met ingang van 16 november 1991:

Griekenland 88,8 (4).

2. De aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op de bezoldiging van de ambtenaren en de andere personeelsleden die in de hierna genoemde landen zijn tewerkgesteld, bedragen met ingang van 1 januari 1992:

Spanje 112,2 (4)

Portugal 97,0 (4).

3. De aanpassingscoëfficiënten voor de pensioenen worden vastgesteld overeenkomstig artikel 82, lid 1, van het Statuut.

De artikelen 3 tot en met 10 van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 2175/88 (5) blijven van toepassing.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 20 juli 1992. Voor de Raad

De Voorzitter

D. HURD

(1) PB nr. L 56 van 4. 3. 1968, blz. 1. (2) PB nr. L 62 van 7. 3. 1992, blz. 1. (3) PB nr. L 361 van 19. 12. 1991, blz. 13. (4) Voorlopige cijfers. (5) PB nr. L 191 van 22. 7. 1988, blz. 1.