31983R2807

Verordening (EEG) nr. 2807/83 van de Commissie van 22 september 1983 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de registratie van gegevens over de visvangst van de Lid-Staten

Publicatieblad Nr. L 276 van 10/10/1983 blz. 0001 - 0018
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 4 Deel 1 blz. 0103
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 04 Deel 2 blz. 0138
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 4 Deel 1 blz. 0103
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 04 Deel 2 blz. 0138


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 2807/83 VAN DE COMMISSIE

van 22 september 1983

houdende uitvoeringsbepalingen inzake de registratie van gegevens over de visvangst van de Lid-Staten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 170/83 van de Raad van 25 januari 1983 tot instelling van een communautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden ( 1 ) ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 van de Raad van 29 juni 1982 houdende vaststelling van bepaalde maatregelen voor controle op de activiteiten van vissersvaartuigen uit de Lid-Staten ( 2 ) , en met name op artikel 13 ,

Overwegende dat in artikel 3 van Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 is bepaald dat de kapitein van een vissersvaartuig dat onder de vlag van een Lid-Staat vaart of in een Lid-Staat is geregistreerd , gegevens over zijn visserijactiviteit in een logboek moet noteren ;

Overwegende dat eenvormigheid van de logboeken het toelaat om op het niveau van de Gemeenschap voor de naleving van de vastgestelde instandhoudingsmaatregelen zorg te dragen en tot een doeltreffender controle op de naleving van de geldende voorschriften zal bijdragen , terwijl daarmee tevens de wetenschappelijke analyse van de visbestandramingen en de exploitatie van die bestanden zal worden vergemakkelijkt ;

Overwegende dat , ten einde ervoor zorg te dragen dat de aan elke Lid-Staat toegewezen quota in acht worden genomen , een aangifte van aanvoer , onderscheidenlijk overlading dient te worden ingevoerd , waarin door de kapitein de werkelijk aangevoerde , onderscheidenlijk overgeladen hoeveelheden worden gemeld ;

Overwegende dat wanneer de aanvoer of overlading meer dan 15 dagen na de vangst plaatsvindt , de bovenbedoelde gegevens systematisch en op adequate wijze dienen te worden doorgegeven ;

Overwegende dat het Comité van beheer voor de visbestanden geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter vastgestelde termijn ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Het in artikel 3 van Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 bedoelde logboek wordt door de kapitein volgens het in bijlage I , onderscheidenlijk bijlage II , opgenomen model naar visserijzone ingevuld voor elke visserijactiviteit , die de in artikel 3 , lid 1 , van genoemde verordening bedoelde soorten betreft waarvoor in de onderscheiden ICES/NAFO-gebieden de totaal toegestane vangst ( TAC ) is vastgesteld . Het in bijlage I opgenomen logboekformulier wordt , met uitzondering van NAFO1/ICES V a en XIV , waarvoor het in bijlage II opgenomen formulier dient , voor alle visserijzones gebruikt . Voor de invulling van deze logboeken worden de in bijlage IV , onderscheidenlijk bijlage V , opgenomen instructies gevolgd .

2 . Indien de vaartuigen in de wateren van een derde land vissen , wordt het in bijlage I , onderscheidenlijk bijlage II , opgenomen logboek eveneens op de in lid 1 voorgeschreven wijze bijgehouden , tenzij door het betrokken derde land uitdrukkelijk een ander logboek wordt voorgeschreven .

3 . Voor de vermelding van het gebruikte vistuig en de gevangen soorten worden in de desbetreffende rubrieken van het logboek de codes gebruikt die in de bijlagen VI en VII zijn opgenomen .

Artikel 2

1 . De in artikel 6 van Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 bedoelde aangifte van aanvoer geschiedt op een formulier van het in bijlage I , onderscheidenlijk bijlage III , opgenomen model .

Bij aanvoer in een haven van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , mag echter een ander door die Lid-Staat vastgesteld formulier worden gebruikt , op voorwaarde dat het ten minste de in bijlage III vervatte gegevens behelst .

2 . De in artikel 7 van Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 bedoelde aangifte van overlading geschiedt , met uitzondering van NAFO 1/ICES Va en XIV , waarvoor de in bijlage III opgenomen aangifte van aanvoer , onderscheidenlijk overlading , wordt gebruikt , op een formulier van het in bijlage I opgenomen model .

3 . Voor de aangifte worden de in bijlage IV , onderscheidenlijk bijlage V , opgenomen instructies gevolgd .

Artikel 3

Indien aanvoer , onderscheidenlijk overlading , meer dan 15 dagen na de vangst geschiedt , behelzen de door de kapitein aan de autoriteiten van de Staat , waarvan zijn vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , overeenkomstig artikel 8 van Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 gemelde gegevens :

- de vangsthoeveelheden van elke , sedert de vorige melding overgeladen , onderscheidenlijk aangevoerde soort , uitgedrukt in kilogram ;

- het ICES/NAFO-gebied , waar de vangsten zijn gedaan , waarbij , onderscheidenlijk , de vangsten in de wateren van een derde land en die in de zich buiten de soevereiniteit of jurisdictie van enige Staat bevindende wateren afzonderlijk worden opgegeven .

Te rekenen vanaf de dag van de eerste vangst worden de gegevens overeenkomstig de bepalingen in bijlage VIII om de 15 dagen gemeld .

Artikel 4

Met het oog op de naleving van de bepalingen op het gebied van instandhouding en controle , in het bijzonder die , welke in deze verordening zijn vervat , mogen logboek en aangifte van aanvoer , onderscheidenlijk overlading , door een inspecteur van de in artikel 1 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 2057/82 bedoelde Lid-Staat worden gecontroleerd .

Artikel 5

1 . Indien een bepaling volgens de in bijlage IV opgenomen instructies facultatief is , heeft de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , het recht te eisen dat de kapitein van dit vaartuig deze bepaling in acht neemt .

2 . Voor ramingen inzake de hoeveelheden , in kilogram , aan boord gehouden vis waarvoor een TAC is vastgesteld , geldt een tolerantie van 20 % .

Als de vis in kisten , manden of andere verpakking wordt opgeslagen , moet het aantal eenheden daarvan nauwkeurig worden vermeld .

Artikel 6

Deze verordening treedt in werking op de derde dag na haar publikatie in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Zij wordt van toepassing 90 dagen nadat de logboeken aan de Lid-Staten zijn afgegeven .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 22 september 1983 .

Voor de Commissie

Giorgios CONTOGEORGIS

Lid van de Commissie

( 1 ) PB nr . L 24 van 27 . 1 . 1983 , blz . 1 .

( 2 ) PB nr . L 220 van 29 . 7 . 1982 , blz . 1 .

BIJLAGE I : zie P.b .

BIJLAGE II

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN - LOGBOEK VOOR DE VISSERIJ IN NAFO 1 EN ICES Va EN XIV

Naam van het vaartuig

Het buitenop de romp aangebrachte identificatienummer

Datum * NAFO ICES-afdeling *

Dag * Maand * Jaar * *

... * ... * ... * ... *

Begintrek GMT * Einde trek GMT * Vistijd uren * Positie aan het begin van de trek * Type vistuig * Aantal binnengehaalde netten of lijnen * Maaswijdte * Vangst per soort ( in kg levend gewicht ) *

* * * Breedtegraad * Lengtegraad * NAFO ICES-afdeling * * * * * Kabeljauw ( 101 ) * Roodbaars ( 103 ) * Zwarte heilbot ( 118 ) * Heilbot ( 120 ) * Zeewolf ( 188 ) * Lodde ( 340 ) * Garnaal ( 639 ) * * *

* * * * * * * * * gehouden * * * * * * * * * *

* * * * * * * * * overboord * * * * * * * * * *

Subtotaal voor de visdag * gehouden * * * * * * * * * *

* overboord * * * * * * * * * *

Totaal voor de visreis * gehouden * * * * * * * * * *

* overboord * * * * * * * * * *

Vandaag verwerkt voor menselijke consumptie ( in kg levend gewicht ) * * * * * * * * * *

Vandaag verwerkt voor industriële doeleinden ( in kg levend gewicht ) * * * * * * * * * *

TOTAAL * * * * * * * * * *

Opmerkingen

Handtekening van de kapitein ...

BIJLAGE III

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN - AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING (*)

Naam van het vaartuig en eventueel roepletters :

Het buitenop de romp aangebrachte identificatienummer :

Bij overlading

Naam en/of roepletters :

Buitenop de romp aangebracht identificatienummer en nationaliteit van het ontvangende vaartuig :

jaar 1 9 ...

* dag * maand * tijdstip * * *

Vertrek ( 4 ) * ... * ... * ... * uit * ... *

Terugkeer ( 5 ) * ... * ... * ... * in * ... *

Aanvoer ( 6 ) * ... * ... * * in * ... *

Naam van de gemachtigde :

Handtekening : ...

Naam van de kapitein :

Handtekening : ...

Vermeld het gewicht in kg of de gebruikte verpakking ( b.v . kist , mand ) en het equivalent van deze eenheid in kg : ... kg ( 18 ) ( 19 )

Soort * ICES NAFO * Visserijzone derde landen * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) * Aanbiedingsvorm ( 17 ) *

* * * Heel * Gestript * Gekopt * Gefileerd * * * * * * *

(*) Doorhalen wat niet van toepassing is .

BIJLAGE IV

INSTRUCTIES VOOR DE KAPITEIN DIE EEN LOGBOEK MOET BIJHOUDEN VOLGENS HET IN BIJLAGE I OPGENOMEN MODEL EN EEN AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING MOET INDIENEN VOLGENS HET IN BIJLAGE I , RESPECTIEVELIJK III , OPGENOMEN MODEL

1 . VOORAFGAANDE OPMERKING

Deze instructies zijn beloeld voor de kapitein van een vissersvaartuig die volgens de regeling van de Europese Economische Gemeenschap tijdens de reis een logboek moet bijhouden en bij terugkeer in de haven een aangifte van aanvoer/overlading moet indienen .

2 . INSTRUCTIES BETREFFENDE HET LOGBOEK

2.1 . Algemene regel

2.1.1 . Vaartuigen waarvoor een logboek moet worden bijgehouden

2.1.1.1 . Alle wateren , met uitzondering van het Skagerrak en het Kattegat

De kapitein van een vissersvaartuig met een lengte van meer dan 10 meter dient een logboek bij te houden .

Van dit voorschrift is vrijgesteld : de kapitein van een vaartuig met een lengte van meer dan 10 meter , maar niet meer dan 17 meter , wanneer een visreis wordt gemaakt van ten hoogste 24 uur , gerekend vanaf het tijdstip waarop het vaartuig de haven verlaat , tot het tijdstip waarop het vaartuig in een haven terugkeert .

2.1.1.2 . Skagerrak en Kattegat

De kapitein van een vissersvaartuig met een lengte van meer dan 12 meter dient een logboek bij te houden .

2.1.2 . Invullen van het logboek

- Het logboek moet dagelijks voor 24.00 uur of uiterlijk bij aankomst in de haven worden ingevuld .

- Het logboek moet ook worden ingevuld bij een controle op zee .

- Alle verplicht te verstrekken gegevens worden in het logboek vermeld .

- Bepalingen die op communautair niveau facultatief zijn , mogen door een Lid-Staat voor de vaartuigen die zijn vlag voeren of in die Lid-Staat geregistreerd zijn , verplicht worden gesteld . De daartoe vereiste aanvullende instructies worden door de bevoegde instanties medegedeeld .

2.1.3 . Invullen van het logboek in de wateren van derde landen

- Wanneer het betrokken derde land geen bijzondere bepalingen heeft vastgesteld , wordt het logboek van de Gemeenschap ingevuld .

- Wanneer het derde land een ander logboek voorschrijft , worden de voorschriften van dat land opgevolgd .

- Wanneer het derde land niet een bepaald logboek voorschrijft , maar wel andere gegevens dan de Gemeenschap vraagt , worden de door het derde land verlangde gegevens genoteerd .

2.2 . Gegevens over het vaartuig

Bovenaan elk logboekformulier worden algemene gegevens over het vaartuig , onderscheidenlijk de vaartuigen , vermeld en wel bij

ref . nr . ( 1 ) van het logboek : naam en eventuele roepletters van het vaartuig ;

ref . nr . ( 2 ) van het logboek : het buitenop de romp aangebrachte identificatienummer ;

ref . nr . ( 3 ) van het logboek : naam van de kapitein en zijn adres ;

ref . nr . ( 4 ) van het logboek : dag , maand , tijdstip en haven van vertrek ;

ref . nr . ( 5 ) van het logboek : dag , maand , tijdstip en haven van terugkeer ;

ref . nr . ( 6 ) van het logboek : datum en plaats van aanvoer , in geval van aanvoer op een andere datum en plaats dan vermeld bij ( 5 ) ;

ref . nr . ( 7 ) van het logboek : bij overlading : datum , naam en eventueel roepletters , nationaliteit en het buitenop de romp aangebrachte identificatienummer van het vaartuig waarop is overgeladen .

Bij de spanvisserij moeten onder de naam van het vaartuig waarvoor het logboek wordt ingevuld , de naam van het tweede vaartuig , de naam van zijn kapitein en het buitenop de romp aangebrachte identificatienummer worden vermeld .

De kapitein van het andere vaartuig houdt eveneens een logboek bij . Daarin vermeldt hij alleen de gevangen hoeveelheden die bij hem aan boord worden gehouden , zodat de vangsten slechts eenmaal worden geboekt .

2.3 . Gegevens over het vistuig

Vermeld bij .

ref . nr . ( 8 ) van het logboek : het vistuig ; geef met de in bijlage VI , kolom 1 , opgenomen code aan welk vistuig is gebruikt ;

ref . nr . ( 9 ) van het logboek : de maaswijdte in millimeter ;

ref . nr . ( 10 ) van het logboek : de afmetingen van het vistuig overeenkomstig de aanwijzingen in bijlage VI , kolom 2 ( facultatief ) .

2.4 . Gegevens over de visserijactiviteit

2.4.1 . Aard van de gegevens

Gegevens over de visserijactiviteit worden vermeld bij :

ref . nr . ( 11 ) van het logboek : de datum ; deze moet worden vermeld voor elke dag op zee ;

ref . nr . ( 12 ) van het logboek : aantal trekken , enz . , overeenkomstig de aanwijzingen in bijlage VI , kolom 3 ( facultatief ) ;

ref . nr . ( 13 ) van het logboek : de vistijd ( facultatief ) , de vistijd is gelijk aan het aantal uren dat op zee wordt doorgebracht , verminderd met de tijd nodig voor het varen naar en tussen de visgronden en voor de terugkeer van de visgronden , de tijd dat het schip bijgedraaid ligt en de duur van eventuele averij . Het aantal uren dat wordt besteed aan het zoeken naar vis ( bij voorbeeld met de sonar ) , wordt echter tot de vistijd gerekend ;

ref . nr . ( 14 ) van het logboek : de positie .

Voorbeelden

- ICES/NAFO/gebied : Vermeld de ICES-sectoren aan de hand van de kaarten die op de omslag van het logboek zijn afgedrukt en gebruik daarvoor de code voor elke sector .

Voorbeeld : IVa , VIb of VIIg .

- Statistisch vak : Zie de ICES-vakken op de kaarten die op de omslag van het logboek zijn afgedrukt . Deze vakken hebben als grens een breedtecirkel op een geheel aantal graden of een geheel aantal graden plus 30 minuten en een lengtecirkel op een geheel aantal graden .

Geef met een combinatie van cijfers en letter het statistisch vak aan waarin het grootste gedeelte van de vangst is behaald .

Voorbeeld : de ICES-code voor het gebied tussen 56 * en 56 * 30' noorderbreedte en tussen 6 * en 7 * oosterlengte is 41/F6 .

De kapitein mag echter alle statistische vakken vermelden waarin het vaartuig op een bepaalde dag heeft gevist .

- Visserijzone derde land

Vermeld eventueel de visserijzone van het derde land of de zich buiten de soevereiniteit of juridisctie van enige Staat bevindende wateren , met gebruikmaking van de onderstaande op de kaarten op de omslag van het logboek afgedrukte codes :

N = Noorwegen

S = Zweden

FR = Faeroer

E = Spanje

CDN = Canada

IS = IJsland

A = Volle zee .

2.4.2 . Hoeveelheden van de aan boord gehouden vangsten , per soort ( referentienummer ( 15 ) van het logboek )

Vermeld gegevens voor de in bijlage VII genoemde soorten , wanneer de hoeveelheid groter is dan :

- 10 kg levend gewicht voor zalm ,

- 50 kg levend gewicht voor andere soorten .

Gegevens mogen ook worden verstrekt voor andere soorten die vermeld zijn op een eventuele lijst van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd .

De bovenaan de kolommen vermelde soortnamen mogen door andere namen worden vervangen , wanneer het aantal kolommen zonder opschrift te gering is . ( Wanneer het totale aantal kolommen te gering is , moet een nieuwe bladzijde worden begonnen . )

Vermeld de gebruikte maateenheid en het gemiddelde levend gewicht , netto , in kilogram , dat die maateenheid ( mand , kist , enz . ) bevat .

2.4.3 . Vrijunllige raming van de hoeveelheid overboord gezette bijvangst ( referentienummer ( 16 ) van het logboek )

Vermeld de hoeveelheden vis die overboord worden gezet , bij voorkeur in levend gewicht en in kilogram , maar eventueel in een andere eenheid als bedoeld in referentienummer ( 15 ) . Deze gegevens worden alleen gevraagd voor wetenschappelijke doeleinden ; voor de berekening van de quota wordt daarmee geen rekening gehouden .

2.5 . Frequentie waarmee gegevens in het logboek moeten worden genoteerd

- Voor elke dag op zee wordt een regel gebruikt .

- Een nieuwe regel wordt gebruikt , wanneer nog op dezelfde dag in een andere ICES-sector wordt gevist .

- Een nieuwe regel wordt gebruik , wanneer nog op dezelfde dag in een andere visserijzone wordt gevist .

- Een nieuw formulier wordt gebruikt :

- zodra van vistuig wordt veranderd of een net wordt gebruikt met een andere maaswijdte dan het tevoren gebruikte net ;

- voor elke visserijactiviteit na overlading of tussentijdse aanvoer .

3 . INSTRUCTIES BETREFFENDE DE AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING

Algemene regel

De kapitein van een vissersvaartuig met een lengte van meer dan 10 meter dat de vlag voert van of geregistreerd is in een Lid-Staat , of zijn gemachtigde , moet na elke visreis bij het aan wal brengen van de vangst bij de autoriteiten van de aanvoerhaven een aanvoeraangifte indienen .

Wanneer de vangst wordt overgeladen of buiten het grondgebied van de Gemeenschap aan wal wordt gebracht , deelt de kapitein aan de Lid-Staat waarvan zijn vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , onmiddellijk de gegevens mede die hij in de aangifte van aanvoer/overlading vermeldt .

Bij overlading moet de kapitein van het vaartuig dat de vis gevangen heeft , in de aangifte van de overlading de overgeladen hoeveelheden vermelden . Aan de kapitein van het vaartuig waarop is overgeladen , wordt een kopie van de aangifte van overlading afgegeven . Het origineel van het door de kapitein van het vaartuig dat de overgeladen vis gevangen heeft , ingevulde douanedocument T2M wordt aan de kapitein van het vaartuig waarop is overgeladen , afgegeven .

Te verstrekken gegevens

Aangifte van de aangevoerde hoeveelheden of raming van de overgeladen hoeveelheden : gegevens moeten voor elke soort in de aangifte onderaan de laatste gebruikte bladzijde worden vermeld met inachtneming van de volgende voorschriften :

- Aanbiedingsvorm van de vis ( referentienummer ( 17 ) van het logboek )

Daarmee wordt bedoeld de wijze waarop de vis is verwerkt . Vermeld : GESTRIPT , GEKOPT , GEFILEERD , enz . Voor niet-verwerkte vis moet de vermelding HEEL ( hele vis ) worden aangebracht .

- Maateenheid voor de aangevoerde hoeveelheden ( referentienummer ( 18 ) van het logboek )

Vermeld de bij het lossen gebruikte maateenheid ( bij voorbeeld manden , kisten ) en het nettogewicht van de vis , in kilogram . Deze maateenheid mag een andere zijn dan die welke eerder in het logboek werd gebruikt .

- Totaalgewicht van de aangevoerde/overgeladen vangsten van elke soort ( referentienummer ( 19 ) van het logboek )

Vermeld de aangevoerde of overgeladen hoeveelheden van alle soorten die worden genoemd in bijlage VII .

Het gewicht is het gewicht van de vis zoals deze aan wal wordt gebracht , dat wil zeggen na een eventuele verwerking aan boord . De bevoegde dienst van de Lid-Staat berekent dan aan de hand van omrekeningscoëfficiënten het levend gewicht .

- ICES/NAFO-gebied en visserijzone derde land ( referentienummer ( 22 ) van het logboek )

Facultatieve vermelding voor de vaartuigen die een logboek moeten bijhouden : vermeld het ICES/NAFO-gebied waar de vangsten zijn behaald .

4 . ALGEMENE INSTRUCTIES VOOR HET LOGBOEK EN DE AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING

4.1 . Invullen van de formulieren

4.1.1 . Alle gegevens in het logboek en in de aangifte van aarvoer/overlading worden leesbaar en onuitwisbaar ingevuld .

4.1.2 . Het is verboden om de in het logboek en in de aangifte van aanvoer/overlading opgetekende gegevens te wijzigen . Indien gegevens verkeerd zijn opgetekend , worden zij volledig doorgestreept , vervolgens in de juiste vorm genoteerd en voorzien van de paraaf van de kapitein of zijn gemachtigde .

4.1.3 . Per vaartuig wordt ten minste één afgifte van aanvoer ingevuld . Telkens wanneer wordt overgeladen , wordt een aangifte van overlading ingevuld .

4.1.4 . De kapitein parafeert elke regel van het logboek . Elk formulier van het logboek , eventueel aangevuld met de aangifte van overlading , wordt door de kapitein ondertekend . De aangifte van aanvoer wordt door de kapitein of zijn gemachtigde ondertekend .

4.2 . Indienen van de formulieren

4.2.1 . Bij aanvoer in een haven van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , worden het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en de aangifte van aanvoer binnen 48 uur na afloop van de lossing afgegeven of toegezonden .

4.2.2 . Bij aanvoer in een andere Lid-Staat dan de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , wordt de eerste kopie van de aangifte van aanvoer aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat van aanvoer afgegeven . Het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en het origineel van de aangifte van aanvoer worden binnen 48 uur na afloop van de lossing aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , toegezonden .

4.2.3 . Bij aanvoer in een derde land worden het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en de aangifte van aanvoer binnen 48 uur na afloop van de lossing aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , toegezonden .

4.2.4 . Bij aanvoer , in een haven van de Gemeenschap , van de hoeveelheden die bij overlading zijn ontvangen , wordt de kopie van de overeenkomstig punt 3 ontvangen aangifte van overlading aan de bevoegde instanties in die haven afgegeven .

4.2.5 . Bij overlading op een vaartuig dat de vlag van een Lid-Staat voert of aldaar is geregistreerd , wordt de eerste kopie van de aangifte van overlading overhandigd aan de kapitein van het vaartuig waarop de vis is overgeladen . Het origineel van dit document moet binnen 48 uur na afloop van de lossing of bij aankomst in de haven worden afgegeven of toegezonden aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd .

4.2.6 . Bij overlading op een vaartuig dat de vlag van een derde land voert , wordt het origineel van dit document zo spoedig mogelijk afgegeven of toegezonden aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vissersvaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd .

4.2.7 . Wanneer het voor de kapitein materieel onmogelijk is het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en het originele exemplaar , onderscheidenlijk de originele exemplaren , van de aangifte van aanvoer of overlading binnen de gestelde termijn aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan zijn vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , toe te zenden , worden de gegevens die volgens bijlage I of III in de aangifte van aanvoer moeten worden opgenomen , via de radio of op een andere wijze aan de bevoegde instanties doorgegeven .

4.3 . Verantwoordelijkheid van de kapitein voor logboek en aangifte van aanvoer , respectievelijk aangifte van overlading

4.3.1 . De kapitein van het vaartuig bevestigt met zijn paraaf en handtekening dat de in logboek en aangifte van overlading opgetekende hoeveelheden zorgvuldig zijn geraamd .

4.3.2 . De kapitein van het vaartuig bevestigt met zijn paraaf en handtekening dat de andere dan kwantitatieve gegevens in logboek en aangifte van overlading naar waarheid zijn ingevuld en dat alle gegevens in de aangifte van aanvoer naar waarheid zijn ingevuld .

4.4 . De kopieën van de logboekformulieren worden gedurende één jaar bewaard .

BIJLAGE V

INSTRUCTIES VOOR DE KAPITEIN DIE EEN LOGBOEK MOET BIJHOUDEN VOLGENS HET IN BIJLAGE II OPGENOMEN MODEL EN EEN AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING MOET INDIENEN VOLGENS HET IN BIJLAGE III OPGENOMEN MODEL

1 . VOORAFGAANDE OPMERKING

Deze instructies zijn bedoeld voor de kapitein van een vissersvaartuig die volgens de regeling van de Europese Economische Gemeenschap tijdens de reis een logboek volgens het model van bijlage II moet bijhouden en bij terugkeer in de haven een aangifte van aanvoer/overlading moet indienen .

2 . INSTRUCTIES BETREFFENDE HET LOGBOEK

2.1 . Algemene regel

2.1.1 . Vaartuigen waarvoor een logboek moet worden bijgehouden

De kapitein van een vissersvaartuig met een lengte van meer dan 10 meter dient een logboek bij te houden .

Van dit voorschrift is vrijgesteld : de kapitein van een vaartuig met een lengte van meer dan 10 meter , maar niet meer dan 17 meter , wanneer een visreis wordt gemaakt van ten hoogste 24 uur , gerekend vanaf het tijdstip waarop het vaartuig de haven verlaat tot het tijdstip waarop het in een haven terugkeert .

2.1.2 . Invullen van het logboek

- Het logboek moet dagelijks voor 24.00 uur en uiterlijk bij aankomst in de haven worden ingevuld .

- Het logboek moet ook worden ingevuld bij een controle op zee .

- Alle verplicht te verstrekken gegevens worden in het logboek vermeld .

- Bepalingen die op communautair niveau facultatief zijn , mogen door een Lid-Staat voor de vaartuigen die zijn vlag voeren of in die Lid-Staat geregistreerd zijn , verplicht worden gesteld . De daartoe vereiste aanvullende instructies worden door de bevoegde instanties medegedeeld .

2.2 . Gegevens over het vaartuig

Bovenaan elk logboekformulier worden algemene gegevens over het vaartuig , onderscheidenlijk de vaartuigen , vermeld .

Bij de spanvisserij moeten onder de naam van het vaartuig waarvoor het logboek wordt ingevuld de naam van het tweede vaartuig , de naam van zijn kapitein en het buitenop de romp aangebrachte identificatienummer worden vermeld .

De kapitein van het andere vaartuig houdt eveneens een logboek bij . Daarin vermeldt hij alleen de gevangen hoeveelheden die bij hem aan boord worden gehouden , zodat de vangsten slechts eenmaal worden geboekt .

2.3 . Gegevens over het vistuig

- Vistuig : geef met de in bijlage VI , kolom 1 , opgenomen code aan welk vistuig is gebruikt .

- Geef de maaswijdte aan in millimeter .

2.4 . Gegevens over de visserijactiviteit

2.4.1 . Aard van de gegevens

De gegevens over de visserijactiviteit worden voor elke trek opgegeven overeenkomstig de aanwijzingen op het logboekformulier .

Vermeld bij :

- begin trek : het tijdstip ,

- einde trek : het tijdstip ,

- vistijd : het tijdsverschil , in uren , tussen het begin en het einde van de trek ,

- positie : breedtegraad en lengtegraad .

Voorbeelden

- ICES/NAFO-gebied : Vermeld de ICES-sectoren aan de hand van de kaarten die op de omslag van het logboek zijn afgedrukt en gebruik daarvoor de code voor elke sector . Voorbeeld : Va of NAFO 1 .

2.4.2 . Hoeveelheden van de aan boord gehouden vangsten , per soort

Vermeld gegevens voor de in bijlage VII genoemde soorten , wanneer de hoeveelheid groter is dan :

- 10 kg levend gewicht voor garnalen en zalm ,

- 50 kg levend gewicht voor andere soorten .

Gegevens mogen ook worden verstrekt voor andere soorten die vermeld zijn op een eventuele lijst van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd .

De bovenaan de kolommen vermelde soortnamen mogen door andere namen worden vervangen , wanneer het aantal kolommen zonder opschrift te gering is . ( Wanneer het totale aantal kolommen te gering is , moet een nieuwe bladzijde worden begonnen . )

2.4.3 . Raming van de hoeveelheid overboord gezette bijvangst

Vermeld de hoeveelheden vis die overboord worden gezet , in levend gewicht en in kilogram , of in een andere maateenheid . Deze gegevens zullen alleen voor wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt ; voor de berekening van de quota wordt daarmee geen rekening gehouden .

2.5 . Frequentie waarmee gegevens in het logboek moeten worden genoteerd

- Het logboek wordt dagelijks ingevuld en voor elke trek wordt een nieuwe regel gebruikt .

3 . INSTRUCTIES BETREFFENDE DE AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING

Algemene regel

De kapitein van een vissersvaartuig met een lengte van meer dan 10 meter dat de vlag voert van of geregistreerd is in een Lid-Staat , of zijn gemachtigde , moet na elke visreis bij het aan wal brengen van de vangst bij de autoriteiten van de aanvoerhaven een aanvoeraangifte indienen .

Wanneer de vangst wordt overgeladen of buiten het grondgebied van de Gemeenschap aan wal wordt gebracht , deelt de kapitein aan de Lid-Staat waarvan zijn vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , onmiddellijk de gegevens mede die hij vermeldt in de aangifte van aanvoer/overlading .

Bij overlading moet de kapitein van het vaartuig dat de vis gevangen heeft in de aangifte van overlading de overgeladen hoeveelheden vermelden . Aan de kapitein van het vaartuig waarop is overgeladen , wordt een kopie van de aangifte van overlading afgegeven . Het origineel van het door de kapitein van het vaartuig dat de overgeladen vis gevangen heeft , ingevulde douanedocument T2M wordt aan de kapitein van het vaartuig waarop is overgeladen , afgegeven .

Te verstrekken gegevens

Aangifte van de aangevoerde hoeveelheden of raming van de overgeladen hoeveelheden : gegevens moeten voor elke soort in de aangifte onderaan de laatste gebruikte bladzijde worden vermeld met inachtneming van de volgende voorschriften :

- ICES/NAFO-gebied

Facultatieve vermelding : vermeld de ICES-sector of NAFO-zone waar het grootste gedeelte van de vangsten is behaald .

- Aanbiedingsvorm van de vis

Daarmee wordt bedoeld de wijze waarop de vis is verwerkt . Vermeld : GESTRIPT , GEKOPT , GEFILEERD , enz . Voor niet-verwerkte vis moet de vermelding HEEL ( hele vis ) worden aangebracht .

- Maateenheid voor de aangevoerde hoeveelheden

Vermeld de bij het lossen gebruikte maateenheid ( bij voorbeeld manden , kisten ) en het nettogewicht van de vis , in kilogram . Deze maateenheid mag een andere zijn dan die welke eerder in het logboek werd gebruikt .

- Totaalgewicht van de aangevoerde/overgeladen vangsten van elke soort

Vermeld de aangevoerde of overgeladen hoeveelheden van alle soorten die worden genoemd in bijlage VII .

Het gewicht is het gewicht van de vis zoals deze aan wal wordt gebracht , dat wil zeggen na een eventuele verwerking aan boord . De bevoegde dienst van de Lid-Staat berekent dan aan de hand van omrekeningscoëfficiënten het levend gewicht .

4 . ALGEMENE INSTRUCTIES VOOR HET LOGBOEK EN DE AANGIFTE VAN AANVOER/OVERLADING

4.1 . Invullen van de formulieren

4.1.1 . Alle gegevens in het logboek en in de aangifte van aanvoer/overlading worden leesbaar en onuitwisbaar ingevuld .

4.1.2 . Het is verboden om de in het logboek en in de aangifte van aanvoer/overlading opgetekende gegevens te wijzigen . Indien gegevens verkeerd zijn opgetekend , worden zij volledig doorgestreept , vervolgens in de juiste vorm genoteerd en voorzien van de paragraaf van de kapitein of zijn gemachtigde .

4.1.3 . Per vaartuig wordt ten minste één aangifte van aanvoer ingevuld . Telkens wanneer wordt overgeladen , wordt een aangifte van overlading ingevuld .

4.1.4 . Elk formulier van het logboek wordt door de kapitein ondertekend . De aangifte van aanvoer wordt door de kapitein of zijn gemachtigde ondertekend . De aangifte van overlading wordt door de kapitein ondertekend .

4.2 . Indienen van de formulieren

4.2.1 . Bij aanvoer in een haven van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , worden het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en de aangifte van aanvoer binnen 48 uur na afloop van de lossing afgegeven of toegezonden .

4.2.2 . Bij aanvoer in een andere Lid-Staat dan de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , wordt de eerste kopie van de aangifte van aanvoer aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat van aanvoer afgegeven . Het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en het origineel van de aangifte van aanvoer worden binnen 48 uur na afloop van de lossing aan bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , toegezonden .

4.2.3 . Bij aanvoer in een derde land worden het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en de aangifte van aanvoer binnen 48 uur na afloop van de lossing aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , toegezonden .

4.2.4 . Bij aanvoer , in een haven van de Gemeenschap , van de hoeveelheden die bij overlading zijn ontvangen , wordt de kopie van de overeenkomstig punt 3 ontvangen aangifte van overlading aan de bevoegde instanties afgegeven .

4.2.5 . Bij overlading op een vaartuig dat de vlag van een Lid-Staat voert of aldaar is geregistreerd , wordt de eerste kopie van de aangifte van overlading afgegeven aan de kapitein van het vaartuig waarop de vis is overgeladen . Het origineel van dit document moet binnen 48 uur na afloop van de lossing of bij aankomst in de haven worden afgegeven of toegezonden aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd .

4.2.6 . Bij overlading op een vaartuig dat de vlag van een derde land voert , wordt het origineel van dit document zo spoedig mogelijk afgegeven of toegezonden aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat waarvan het vissersvaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd .

4.2.7 . Wanneer het voor de kapitein onmogelijk is het originele formulier , onderscheidenlijk de originele formulieren , van het logboek en het originele exemplaar , onderscheidenlijk de originele exemplaren , van de aangifte van aanvoer of overlading binnen de gestelde termijn aan de bevoegde instanties van de Lid-Staat , waarvan zijn vaartuig de vlag voert of waar het is geregistreerd , toe te zenden , worden de gegevens die volgens bijlage I of III in de aangifte van aanvoer moeten worden opgenomen , via de radio of op andere wijze aan de bevoegde instanties doorgegeven .

4.3 . Verantwoordelijkheid van de kapitein voor logboek en aangifte van aanvoer , respectievelijk van overlading

4.3.1 . De kapitein van het vaartuig bevestigt met zijn paraaf en handtekening dat de in logboek en aangifte van overlading opgetekende hoeveelheden zorgvuldig zijn geraamd .

4.3.2 . De kapitein van het vaartuig bevestigt met zijn paraaf en handtekening dat de andere dan kwantitatieve gegevens in logboek en aangifte van overlading naar waarheid zijn ingevuld en dat alle gegevens in de aangifte van aanvoer naar waarheid zijn ingevuld .

4.4 . De kopieën van de logboekformulieren worden gedurende één jaar bewaard .

BIJLAGE VI

VISTUIG EN VISSERIJACTIVITEITEN

Vistuig * Kolom 1 * Kolom 2 * Kolom 3 *

* Code * Afmetingen ( in meter ) /aantal * Aantal trekken , enz . *

Bodemottertrawl * OTB * Trawlmodel ( 1 ) * Aantal keren dat het vistuig is uitgezet of uitgeworpen *

Boomkor * TBB * Boomlengte maal aantal bomen * *

Dreg * DRB * Breedte maal aantal dreggen * *

Bodemspantrawl * PTB * Trawlmodel ( 1 ) * *

Deense zegen ( snurrevaad ) * SDN * Totale lengte * *

Schotse zegen * SSC * Totale lengte * *

Pelagische ottertrawl * OTM * Trawlmodel ( 1 ) * Aantal keren dat het vistuig is uitgezet of uitgeworpen *

Pelagische spantrawl * PTM * Trawlmodel ( 1 ) * *

Ringzegen * PS * Lengte , hoogte * Aantal keren dat het vistuig is uitgezet of uitgeworpen *

Kieuwnet * GN * Lengte , hoogte * Aantal netten dat die dag is uitgezet *

Kieuwnet ( staand net ) * GNS * Lengte , hoogte * Aantal netten dat die dag is uitgezet *

Kieuwnet ( drijfnet ) * GND * Lengte , hoogte * Aantal netten dat die dag is uitgezet *

Laddernet * GTR * Lengte , hoogte * Aantal netten dat die dag is uitgezet *

Beuglijnen * LL * Aantal haken dat die dag per lijn is uitgezet *

Beuglijnen ( vast ) * LLS * *

Beuglijnen ( vrij ) * LLD * *

Handlijnen en hengels * LHP * Totaal aantal haken/lijnen dat die dag is uitgezet ( 2 ) *

Kubben en garnalenkorven * FPO * Aantal kubben en garnalenkorven dat die dag is uitgezet *

Diverse soorten vistuig * MIS * *

( 1 ) Vermeld het door de fabrikant opgegeven model . In plaats daarvan kan , als de lengte van de maaszijde bekend is , de omtrek ter hoogte van de opening van het net worden opgegeven . De omtrek is dan gelijk aan het aantal mazen maal de maaszijde .

( 2 ) Vermeld het aantal haken en het aantal lijnen en plaats een schuine streep tussen de twee cijfers .

BIJLAGE VII

LIJST VAN SOORTEN WAARVAN DE VANGSTEN IN HET LOGBOEK MOETEN WORDEN VERMELD

1 . Europese wateren ( met uitzondering van de Groenlandse wateren )

SOORT

Wetenschappelijke benaming * Naam * Code *

Gadus morhua * Kabeljauw * COD *

Melanogrammus aeglefinus * Schelvis * HAD *

Pollachius virens * Koolvis * POK *

Merlangius merlangus * Wijting * WHG *

Pleuronectes platessa * Schol * PLE *

Solea solea * Tong * SOL *

Scomber scombrus * Makreel * MAC *

Sprattus sprattus * Sprot * SPR *

Trachurus trachurus * Horsmakreel * HOM *

Merluccius merluccius * Heek * HKE *

Engraulis encrasicolus * Ansjovis * ANE *

Trisopterus esmarkii * Kever * NOP *

Micromesistius poutassou * Blauwe wijting * WHB *

Clupea harengus * Haring * HER *

Salmo salar * Zalm * SAL *

Lepidorhombus whiffiagonis * Schartong * MEG *

Lophius spp . * Zeeduivel * MON *

2 . Groenlandse wateren ( ICES Va en XIV en NAFO 1 )

SOORT

Wetenschappelijke benaming * Naam * Code *

Gadus morhua * Kabeljauw * COD *

Micromesistius poutassou * Blauwe wijting * WHB *

Sebastes marinus en Sebastes mentella * Roodbaars * RED *

Reinhardtius hippoglossoides * Zwarte heilbot * GHL *

Hippoglossus hippoglossus * Heilbot * HAL *

Pandalus borealis * Noorse garnaal * PRA *

Anarhichas-soorten * Zeewolf * CAT *

Mallotus villosus * Lodde * CAP *

Salmo salar * Zalm * SAL *

3 . Noordamerikaanse wateren ( NAFO 3PS )

SOORT

Wetenschappelijke benaming * Naam * Code *

Gadus morhua * Kabeljauw * COD *

Hippoglossoides platessoides * Amerikaanse schol * PLA *

Gluptocephalus cynoglossus * Witje * WIT *

Sebastes marinus en Sebastes mentella * Roodbaars * RED *

BIJLAGE VIII

AANWIJZINGEN VOOR MELDINGEN PER RADIO

1 . Wanneer de produkten meer dan 15 dagen na de vangst worden aangevoerd of overgeladen , worden de volgende gegevens meegedeeld :

- de hoeveelheden , in kilogram , die sinds de vorige mededeling van elke in bijlage VII vermelde soort zijn gevangen en aan boord gehouden of overgeladen , dan wel aangevoerd buiten de visserijzone van de Gemeenschap ;

- het ICES - of NAFO-gebied waar de vangsten zijn gedaan , waarbij , onderscheidenlijk , de vangsten in de wateren van een derde land en die in de zich buiten de soevereiniteit of jurisdictie van enige Staat bevindende wateren , afzonderlijk worden opgegeven .

2 . De onder punt 1 bedoelde gegevens worden doorgeseind via de radiostations waarmee het vaartuig normaal in verbinding staat , voorafgegaan door de naam van het vaartuig , zijn roepletters , zijn buitenop de romp aangebrachte identificatienummer en de naam van de kapitein .

Wanneer het betrokken vaartuig de mededeling niet kan verzenden , mag een ander vaartuig de mededeling namens het eerste doorseinen of mag het betrokken vaartuig de mededeling op een andere wijze doorgeven .

3 . De kapitein van het vaartuig treft de nodige maatregelen opdat de door de radiostations ontvangen gegevens schriftelijk aan de bevoegde instanties worden doorgegeven .