31976L0331

Eerste Richtlijn 76/331/EEG van de Commissie van 29 maart 1976 tot wijziging van de bijlagen van Richtlijn 66/400/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad

Publicatieblad Nr. L 083 van 30/03/1976 blz. 0034 - 0036
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 14 blz. 0221
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 0004
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 0004
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 7 blz. 0025
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 7 blz. 0025


++++

EERSTE RICHTLIJN VAN DE COMMISSIE

van 29 maart 1976

tot wijziging van de bijlagen van Richtlijn 66/400/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad

( 76/331/EEG )

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Richtlijn 66/400/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van bietenzaad ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 75/444/EEG van de Raad van 26 juni 1975 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 21 bis ,

Overwegende dat , ingevolge de ontwikkeling op wetenschappelijk en technisch gebied , om de hierna genoemde redenen wijzigingen moeten worden aangebracht in bijlage I van genoemde richtlijn ;

Overwegende dat de steeds meer gebruikte suikerbieten van eenkiemige rassen een tendens tot hybridisatie vertonen ;

Overwegende dat , om de risico's die uit deze hybridisatie kunnen voortvloeien , te vermijden , de minimumafstand tot nabij liggende gewassen in bepaalde gevallen moet worden vergroot ;

Overwegende voorts dat door de steeds betere kwaliteit van suikerbietenzaad de minimumeisen ten aanzien van de kiemkracht en van de eenkiemigheid kunnen worden verscherpt ;

Overwegende ten slotte dat het dienstig lijkt sommige bepalingen aan te passen aan de voorwaarden die worden toegepast bij officieel onderzoek van zaad volgens de gebruikelijke internationale methoden ;

Overwegende dat de in deze richtlijn vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité teeltmateriaal voor land - , tuin - en bosbouw ,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD :

Artikel 1

In deel A , punt 5 , van bijlage I komt de tabel als volgt te luiden :

* Basiszaad * Gecertificeerd zaad *

" a ) Suikerbieten * * *

- Suikerbieten van eenkiemige rassen naast suikerbieten van andere rassen * 1 000 m * 600 m *

- Suikerbieten van andere dan eenkiemige rassen naast suikerbieten van andere rassen * 600 m * 300 m *

- Suikerbieten naast voederbieten en andere subspecies van de soort Beta vulgaris * 1 000 m * 1 000 m *

b ) Voederbieten * * *

- Voederbieten van eenkiemige rassen naast voederbieten van andere rassen * 1 000 m * 600 m *

- Voederbieten van andere dan eenkiemige rassen naast voederbieten van andere rassen * 600 m * 300 m *

- Voederbieten naast suikerbieten en andere subspecies van de soort Beta vulgaris * 1 000 m * 1 000 m " *

Artikel 2

Alinea a ) van bijlage I , deel B , punt 3 , komt als volgt te luiden :

* Mechanische minimum zuiverheid ( % van het gewicht ) ( 1 ) * Minimum kiemkracht ( % van de zuivere kluwens of zaden ) * Maximum vochtgehalte ( % van het gewicht ) ( 1 ) *

" aa ) Suikerbieten * * * *

- Eenkiemig zaad * 97 * 80 * 15 *

- Precisiezaad * 97 * 75 * 15 *

- Meerkiemig zaad van rassen waarvan het percentage diploïde zaden meer dan 85 bedraagt * 97 * 73 * 15 *

- Ander zaad * 97 * 68 * 15 *

bb ) Voederbieten * * * *

- Meerkiemig zaad van rassen waarvan het percentage diploïde zaden meer dan 85 bedraagt , eenkiemig zaad , precisiezaad * 97 * 73 * 15 *

- Ander zaad * 97 * 68 * 15 *

Het gewichtspercentage aan zaden van andere planten mag niet meer bedragen dan 0,3 . "

( 1 ) In voorkomend geval exclusief korrelvormige bestrijdingsmiddelen , omhullingen of andere toevoegingsmiddelen in vaste staat .

Artikel 3

1 . In bijlage I , deel B , punt 3 , alinea b ) , wordt bij aa ) de volgende zin toegevoegd :

" Het percentage kluwens met drie of meer kiemen mag niet meer dan 5 bedragen berekend op de gekiemde kluwens . "

2 . In bijlage I , deel B , punt 3 , alinea b ) , wordt na punt aa ) het volgende punt toegevoegd :

" aa ) bis ) Precisiezaad van suikerbieten :

Ten minste 70 % van de gekiemde kluwens mogen slechts één zaadkiem geven . Het percentage kluwens met drie of meer kiemen mag niet meer dan 5 bedragen berekend op de gekiemde kluwens . "

3 . In bijlage I , deel B , punt 3 , alinea b ) , komt de titel bij bb ) als volgt te luiden :

" bb ) Precisiezaad van voederbieten . "

Artikel 4

De Lid-Staten treffen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke maatregelen om

- op 1 juli 1978 te voldoen aan de bepalingen van artikel 1 ,

- op 1 juli 1977 te voldoen aan de overige bepalingen van deze richtlijn .

Artikel 5

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten .

Gedaan te Brussel , 29 maart 1976 .

Voor de Commissie

P . J . LARDINOIS

Lid van de Commissie

( 1 ) PB nr . 125 van 11 . 7 . 1966 , blz . 2290/66 .

( 2 ) PB nr . L 196 van 26 . 7 . 1975 , blz . 6 .