31975D0438

75/438/EEG: Besluit van de Raad van 3 maart 1975 inzake deelneming van de Gemeenschap aan de interimaire commissie die is ingesteld op basis van resolutie nr. III van de Conventie ter voorkoming van verontreiniging van de zee vanaf het land

Publicatieblad Nr. L 194 van 25/07/1975 blz. 0022 - 0022
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 15 Deel 1 blz. 0228
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 15 Deel 1 blz. 0122
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 15 Deel 1 blz. 0228
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 15 Deel 1 blz. 0122


++++

BESLUIT VAN DE RAAD

van 3 maart 1975

inzake deelneming van de Gemeenschap aan de interimaire commissie die is ingesteld op basis van resolutie nr . III van de Conventie ter voorkoming van verontreiniging van de zee vanaf het land

( 75/438/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 235 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 1 ) ,

Overwegende dat in resolutie nr . III , gehecht aan de Slotakte van de Conventie ter voorkoming van verontreinigeng van de zee vanaf het land van 21 februari 1974 de oprichting wordt aanbevolen van een interimaire commissie , bestaande uit vertegenwoordigers van de ondertekenaars van de Conventie ;

Overwegende dat bij Besluit nr . 75/437/EEG ( 2 ) deze Conventie namens de Gemeenschap is gesloten ;

Overwegende dat bijgevolg de Vertegenwoordiger van de Gemeenschap in de interimaire commissie dient te worden aangewezen ,

BESLUIT :

Enig artikel

In afwachting van het van kr * ht worden van de Conventie ter voorkoming van verontreiniging van de zee vanaf het land , is de Commissie gemachtigd de Gemeenschap te vertegenwoordigen in de zogeheten Werkgroep " interimaire commissie " die is ingesteld op basis van resolutie nr . III die gehecht is aan de Slotakte van de Conventie .

Gedaan te Brussel , 3 maart 1975 .

Voor de Raad

De Voorzitter

J . KEATING

( 1 ) PB nr . C 127 van 18 . 10 . 1974 , blz . 32 .

( 2 ) Zie blz . 5 van dit Publikatieblad .