7.6.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 202/58 |
Artikel 25
(oud artikel 22 VEG)
De Commissie brengt om de drie jaar aan het Europees Parlement, de Raad en het Economisch en Sociaal Comité verslag uit over de toepassing van de bepalingen van dit deel van het Verdrag. In dat verslag wordt rekening gehouden met de ontwikkeling van de Unie.
Op basis van dat verslag en onverminderd de overige bepalingen van de Verdragen, kan de Raad na goedkeuring door het Europees Parlement met eenparigheid van stemmen, volgens een bijzondere wetgevingsprocedure, bepalingen ter aanvulling van de in artikel 20, lid 2, vermelde rechten vaststellen. Deze bepalingen treden pas in werking nadat zij door de lidstaten overeenkomstig hun onderscheiden grondwettelijke bepalingen zijn goedgekeurd.