7.6.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 203/49


Artikel 198

Voor zover in het Verdrag niet anders is bepaald, zijn de bepalingen van dit Verdrag van toepassing op de Europese grondgebieden van de lidstaten en op de niet-Europese grondgebieden welke onder hun rechtsmacht vallen.

Zij zijn eveneens van toepassing op de Europese grondgebieden welker buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd.

Overeenkomstig Protocol nr. 2 bij de Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden zijn de bepalingen van dit Verdrag van toepassing op de Åland-eilanden.

In afwijking van de voorgaande alinea's:

a)

is dit Verdrag niet van toepassing op de Faeröer.

Dit Verdrag is niet van toepassing op Groenland;

b)

is dit Verdrag niet van toepassing op de zones van Cyprus die onder de soevereiniteit van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland vallen;

c)

is dit Verdrag niet van toepassing op de landen en gebieden overzee die met het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland bijzondere betrekkingen onderhouden, die niet zijn vermeld op de lijst in bijlage II van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

d)

zijn de bepalingen van dit Verdrag op de Kanaaleilanden en op het eiland Man slechts van toepassing voor zover noodzakelijk ter verzekering van de toepassing van de regeling die voor deze eilanden is vastgesteld in het op 22 januari 1972 ondertekende Verdrag betreffende de toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.

(Punt e) geschrapt)