02019R1122 — NL — 01.01.2021 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/1122 VAN DE COMMISSIE

van 12 maart 2019

tot aanvulling van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de werking van het EU-register

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 177 van 2.7.2019, blz. 3)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/1124 VAN DE COMMISSIE van 13 maart 2019

  L 177

66

2.7.2019




▼B

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/1122 VAN DE COMMISSIE

van 12 maart 2019

tot aanvulling van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de werking van het EU-register

(Voor de EER relevante tekst)



TITEL I

ALGEMENE BEPALINGEN



HOOFDSTUK 1

Onderwerp, toepassingsgebied en definities

Artikel 1

Onderwerp

Bij deze verordening worden met betrekking tot het EU-register en het onafhankelijke transactielogboek als bedoeld in artikel 20, lid 1, van Richtlijn 2003/87/EG algemene, operationele en onderhoudsvoorschriften vastgesteld.

Artikel 2

Toepassingsgebied

Deze verordening is van toepassing op de emissierechten die in het kader van het emissiehandelssysteem van de Europese Unie (EU-ETS) zijn gecreëerd.

▼M1

Deze verordening is ook van toepassing op jaarlijkse emissieruimte-eenheden (AEA's).

▼B

Artikel 3

Definities

Voor de toepassing van deze verordening gelden de definities van artikel 3 van Verordening (EU) nr. 1031/2010 en artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/331 van de Commissie ( 1 ). Voorts wordt verstaan onder:

1.

„centrale administrateur” : de persoon die door de Commissie is aangewezen overeenkomstig artikel 20 van Richtlijn 2003/87/EG;

2.

„nationale administrateur” : de entiteit die verantwoordelijk is voor de administratie namens een lidstaat van een reeks gebruikersrekeningen in het EU-register die tot het rechtsgebied van een lidstaat behoren, en die is aangewezen overeenkomstig artikel 7;

3.

„rekeninghouder” : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van een rekening in het EU-register;

4.

„rekeninggegevens” : alle voor de opening van een rekening of registratie van een verificateur benodigde gegevens, met inbegrip van alle gegevens met betrekking tot de aangewezen vertegenwoordigers;

5.

„bevoegde autoriteit” : de door een lidstaat overeenkomstig artikel 18 van Richtlijn 2003/87/EG aangewezen autoriteit of autoriteiten;

6.

„verificateur” : een verificateur als omschreven in artikel 3, punt 3, van Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2067 van de Commissie ( 2 );

7.

„luchtvaartemissierechten” : emissierechten die zijn gecreëerd overeenkomstig artikel 3 quater, lid 2, van Richtlijn 2003/87/EG, met inbegrip van met hetzelfde doel gecreëerde emissierechten voortvloeiend uit op grond van artikel 25 van de EU-ETS-richtlijn aan het EU-ETS gekoppelde regelingen voor de handel in emissierechten;

8.

„algemene emissierechten” : alle overige emissierechten die zijn gecreëerd overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG, met inbegrip van emissierechten voortvloeiend uit op grond van artikel 25 van de EU-ETS-richtlijn aan het EU-ETS gekoppelde regelingen voor de handel in emissierechten;

9.

„proces” : een geautomatiseerd technisch middel om een handeling te verrichten die betrekking heeft op een rekening of een eenheid in het EU-register;

10.

„uitvoering” : de afronding van een voorgesteld proces, hetgeen tot voltooiing, als aan alle voorwaarden is voldaan, dan wel beëindiging van dat proces kan leiden;

11.

„werkdag” : elke dag van het jaar van maandag tot en met vrijdag;

▼M1

12.

„transactie” : een proces in het EU-register waarbij een emissierecht of een jaarlijkse emissieruimte-eenheid van één rekening naar de andere wordt overgedragen;

▼B

13.

„inlevering” : de boeking van een emissierecht door een exploitant of vliegtuigexploitant tegen de geverifieerde emissies van zijn installatie of vliegtuig;

14.

„afschrijving” : de definitieve afstoting van een emissierecht door de bezitter ervan zonder deze tegen geverifieerde emissies te boeken;

15.

„witwassen” : praktijk als omschreven in artikel 1, lid 3, van Richtlijn (EU) 2015/849;

16.

„ernstige strafbare feiten” : feiten als omschreven in artikel 3, punt 4, van Richtlijn (EU) 2015/849;

17.

„terrorismefinanciering” : praktijk als omschreven in artikel 1, lid 5, van Richtlijn (EU) 2015/849;

18.

„directeur” : persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid als omschreven in artikel 3, lid 1, punt 25, van Verordening (EU) nr. 596/2014;

19.

„moederonderneming” : een moederonderneming als omschreven in artikel 2, punt 9, van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad ( 3 );

20.

„dochteronderneming” : een dochteronderneming als omschreven in artikel 2, punt 10, van Richtlijn 2013/34/EU;

21.

„groep” : een groep in de zin van artikel 2, punt 11, van Richtlijn 2013/34/EU;

22.

„centrale tegenpartij” : een centrale tegenpartij als omschreven in artikel 2, punt 1, van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad ( 4 );

▼M1

23.

„ESR-nalevingsperiode” : de periode van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2030 tijdens welke de lidstaten hun broeikasgasemissies moeten beperken overeenkomstig Verordening (EU) 2018/842;

24.

„jaarlijkse emissieruimte-eenheid” of „AEA” : een deel van de jaarlijkse emissieruimte van een lidstaat zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842 ter grootte van één ton kooldioxide-equivalent.

▼B



HOOFDSTUK 2

Het registersysteem

Artikel 4

Het EU-register

1.  
De centrale administrateur beheert het EU-register en houdt het bij, met inbegrip van de technische infrastructuur.

▼M1

2.  
De lidstaten gebruiken het EU-register om aan hun verplichtingen uit hoofde van artikel 19 van Richtlijn 2003/87/EG en artikel 12 van Verordening (EU) 2018/842 te voldoen. Het EU-register voorziet in de in deze verordening omschreven processen ten behoeve van de nationale administrateurs en de rekeninghouders.

▼B

3.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register voldoet aan de hardware-, netwerk-, software- en beveiligingsvoorschriften zoals vastgesteld in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75 van deze verordening.

Artikel 5

Het EU-transactielogboek

1.  
Voor transacties die binnen het toepassingsgebied van deze verordening vallen, wordt overeenkomstig artikel 20 van Richtlijn 2003/87/EG een transactielogboek van de Europese Unie (EUTL) aangelegd in de vorm van een gestandaardiseerde elektronische databank.
2.  
De centrale administrateur beheert het EUTL en houdt het bij overeenkomstig de bepalingen van deze verordening.
3.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EUTL alle in deze verordening bedoelde processen kan controleren en vastleggen en dat het voldoet aan de hardware-, netwerk- en softwarevereisten zoals vastgelegd in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75.
4.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EUTL alle processen kan vastleggen die zijn beschreven in titel I, hoofdstuk 3, en in de titels II en III.

Artikel 6

Communicatieverbindingen tussen de registers en het EUTL

1.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register met de registers van regelingen voor de handel in broeikasgasemissierechten waarmee een koppelingsovereenkomst in overeenstemming met artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is, een communicatieverbinding in stand houdt om transacties met emissierechten door te geven.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register een directe communicatieverbinding met het EUTL in stand houdt voor het controleren en vastleggen van transacties met emissierechten en de processen inzake rekeningbeheer zoals vastgesteld in titel I, hoofdstuk 3. Alle transacties betreffende emissierechten vinden plaats in het EU-register en worden door het EUTL vastgelegd en gecontroleerd. De centrale administrateur kan een beperkte communicatieverbinding tot stand brengen tussen het EUTL en het register van een derde land dat een overeenkomst heeft gesloten inzake toetreding tot de Europese Unie.

Artikel 7

Nationale administrateurs

1.  
Elke lidstaat wijst een nationale administrateur aan. De lidstaat heeft toegang tot zijn eigen rekeningen en de rekeningen in het EU-register die tot zijn rechtsgebied behoren en beheert die overeenkomstig artikel 10 via zijn nationale administrateur, zoals omschreven in bijlage I.
2.  
De lidstaten en de Commissie zien erop toe dat er geen belangenconflict bestaat tussen de nationale administrateurs, de centrale administrateur en de rekeninghouders.
3.  
Elke lidstaat stelt de Commissie in kennis van de identiteit en de contactgegevens van zijn nationale administrateur, met inbegrip van een telefoonnummer voor noodgevallen dat bij een beveiligingsincident kan worden gebruikt.
4.  
De Commissie coördineert de tenuitvoerlegging van deze verordening met de nationale administrateurs van alle lidstaten en de centrale administrateur. De Commissie zorgt met name dat, overeenkomstig de Verdragen, alle relevante raadplegingen plaatsvinden over de kwesties en procedures die verband houden met het beheer van de registers die onder deze verordening vallen en de tenuitvoerlegging van deze verordening. De regels voor de samenwerking die tussen de centrale administrateur en de nationale administrateurs zijn afgesproken, omvatten gemeenschappelijke operationele procedures voor de tenuitvoerlegging van deze verordening, procedures voor het beheer van wijzigingen en incidenten met betrekking tot het EU-register, technische specificaties betreffende de functionering en de betrouwbaarheid van het EU-register en het EUTL en bepalingen betreffende de taken van de verwerkingsverantwoordelijken voor de ter uitvoering van deze verordening verzamelde persoonsgegevens. De regels voor de samenwerking kunnen mede betrekking hebben op de consolidatie van de externe communicatieverbindingen, de informatietechnologie-infrastructuur en procedures voor de toegang tot gebruikersaccounts. Om een geharmoniseerde uitvoering van titel I, hoofdstuk 3, te waarborgen, dient de centrale administrateur om de twee jaar een verslag in bij de nationale administrateurs over de bestaande praktijken op dat gebied in elke lidstaat.

▼M1

5.  
De centrale administrateur, de bevoegde autoriteiten en de nationale administrateurs voeren alleen de processen uit die nodig zijn voor het vervullen van hun respectieve functies overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG en Verordening (EU) 2018/842.

▼B



HOOFDSTUK 3

Rekeningen



Deel 1

Algemene bepalingen die voor alle rekeningen gelden

Artikel 8

Rekeningen

1.  
De lidstaten en de centrale administrateur zorgen ervoor dat het EU-register de in bijlage I genoemde rekeningen bevat.
2.  
Elke type rekening kan de in bijlage I aangegeven soorten eenheden bevatten.

Artikel 9

Rekeningstatus

1.  
De rekeningen kunnen zich in de volgende status bevinden: „open”, „geblokkeerd”, „in afwachting van afsluiting” of „afgesloten”. Voor bepaalde jaren kunnen rekeningen ook de status “uitgesloten” hebben.
2.  
Vanaf geblokkeerde rekeningen kunnen geen processen worden geïnitieerd, behalve de processen genoemd in de artikelen 22, 31 en 56.
3.  
Voor een rekening wordt afgesloten, kan aan die rekening — zolang tegen de afsluiting rechtsmiddelen ter beschikking zijn of totdat aan de voorwaarden voor de afsluiting is voldaan, maar niet langer dan tien jaar — de status „in afwachting van afsluiting” worden gegeven. Vanaf rekeningen met de status „in afwachting van afsluiting” kunnen geen processen worden geïnitieerd, deze rekeningen kunnen geen eenheden verwerven en de toegang ertoe wordt volledig geschorst. Een rekening met de status „in afwachting van afsluiting” kan alleen op de status „open” worden gezet wanneer aan alle voorwaarden voor het openen van een rekening is voldaan.
4.  
Vanaf afgesloten rekeningen kunnen geen processen worden geïnitieerd. Een afgesloten rekening kan niet worden heropend en kan geen eenheden verwerven.
5.  
Als een installatie op grond van artikel 27 of 27 bis van Richtlijn 2003/87/EG van het EU-ETS wordt uitgesloten, geeft de nationale administrateur de betrokken exploitanttegoedrekening de status „uitgesloten” voor de hele duur van de uitsluiting.
6.  
Na kennisgeving door de bevoegde autoriteit dat de vluchten van een vliegtuigexploitant overeenkomstig bijlage I bij Richtlijn 2003/87/EG in een gegeven jaar niet langer onder het EU-ETS vallen, geeft de nationale administrateur de betrokken vliegtuigexploitanttegoedrekening de status „uitgesloten”, na de vliegtuigexploitant vooraf hiervan in kennis te hebben gesteld, totdat de bevoegde autoriteit meedeelt dat de vluchten van de vliegtuigexploitant opnieuw onder het EU-ETS vallen.
7.  
Vanaf uitgesloten rekeningen kunnen geen processen worden geïnitieerd, met uitzondering van de in de artikelen 22 en 57 omschreven processen en de in de artikelen 31 en 56 bedoelde processen voor zover zij betrekking hebben op de periode waarin de rekening nog niet de status „uitgesloten” had.

Artikel 10

Het beheer van rekeningen

1.  
Elke rekening heeft een administrateur die de rekening namens een lidstaat of namens de EU beheert.
2.  
Voor ieder type rekening wordt overeenkomstig bijlage I de administrateur aangewezen.
3.  
De administrateur van een rekening opent de rekening, schorst de toegang tot de rekening, of sluit de rekening, wijzigt de status ervan, keurt gemachtigde vertegenwoordigers goed, keurt wijzigingen in rekeninggegevens waarvoor de goedkeuring van een administrateur nodig is, goed, initieert transacties als de rekeningvertegenwoordiger of de rekeninghouder daarom overeenkomstig artikel 20, leden 6 en 7, verzoekt, en initieert transacties als de bevoegde autoriteit of de betrokken rechtshandhavingsautoriteit daarom verzoekt, overeenkomstig deze verordening.
4.  
De administrateur kan eisen dat de rekeninghouders en hun vertegenwoordigers ermee instemmen redelijke voorwaarden die coherent zijn met deze verordening, in acht te nemen wat betreft de in bijlage II uiteengezette zaken.
5.  
De rekeningen vallen onder de wetgeving en behoren tot het rechtsgebied van de lidstaat van hun administrateur en de op die rekeningen aangehouden eenheden worden geacht zich op het grondgebied van die lidstaat te bevinden.

Artikel 11

Kennisgevingen van de centrale administrateur

De centrale administrateur stelt de vertegenwoordigers van de rekeningen en de nationale administrateur in kennis van het voorstel voor de uitvoering, afronding of beëindiging van elk met de rekening verband houdend proces en van wijzigingen in de rekeningstatus, en wel via een geautomatiseerd mechanisme zoals beschreven in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75. Kennisgevingen worden gedaan in de officiële taal/talen van de lidstaat van de administrateur van de rekening.



Deel 2

Openen en bijwerken van rekeningen

▼M1

Artikel 12

Opening van door de centrale administrateur beheerde rekeningen

1.  
De centrale administrateur opent alle ETS-beheerdersrekeningen in het EU-register, de EU-ESR-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's, de afschrijvingsrekening uit hoofde van Verordening (EU) 2018/842 („ESR-afschrijvingsrekening”), de EU-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's in het kader van bijlage II, de EU-ESR-veiligheidsreserverekening en voor elke lidstaat één ESR-nalevingsrekening voor elk jaar van de nalevingsperiode.
2.  
De overeenkomstig artikel 7, lid 1, aangewezen nationale administrateur fungeert als gemachtigde vertegenwoordiger van de ESR-nalevingsrekeningen.

▼B

Artikel 13

Opening van een rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register

1.  
Clearingsystemen of afwikkelingssystemen als omschreven in Verordening (EU) nr. 1031/2010 die zijn verbonden met krachtens artikel 26 of artikel 30 van die verordening aangewezen veilingplatforms, kunnen bij een nationale administrateur de opening van een rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register aanvragen. De persoon die de rekening aanvraagt, verstrekt de in bijlage IV vermelde gegevens.
2.  
Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van een volledige set gegevens overeenkomstig lid 1 en artikel 21 opent de nationale administrateur de rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register of stelt hij de persoon die de rekening aanvraagt, in kennis van de weigering, op grond van artikel 19, om de rekening te openen.
3.  
Emissierechten die op een rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling worden aangehouden, zijn zakelijke zekerheden zoals gedefinieerd in artikel 2, onder m), van Richtlijn 98/26/EG.

Voor de toepassing van artikel 9, lid 2, van Richtlijn 98/26/EG bestaat de rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register uit de desbetreffende rekening en wordt deze geacht te zijn gevestigd in en te zijn onderworpen aan de wetgeving van de in artikel 10, lid 5, van deze verordening bedoelde lidstaat.

Artikel 14

Opening van exploitanttegoedrekeningen in het EU-register

1.  
Binnen twintig werkdagen na de inwerkingtreding van een broeikasgasemissievergunning verstrekt de betrokken bevoegde autoriteit of de exploitant de betrokken nationale administrateur de in bijlage VI omschreven gegevens en een verzoek tot opening van een exploitanttegoedrekening in het EU-register.
2.  
Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van een volledige set gegevens overeenkomstig lid 1 en artikel 21 opent de nationale administrateur voor elke installatie een exploitanttegoedrekening in het EU-register of stelt hij de aspirant-rekeninghouder in kennis van de weigering, op grond van artikel 19, om een rekening te openen.
3.  
Er mag slechts een nieuwe exploitanttegoedrekening worden geopend als de installatie niet al beschikt over een exploitanttegoedrekening die op basis van dezelfde broeikasgasemissievergunning is geopend.

Artikel 15

Opening van vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het EU-register

1.  
Binnen twintig werkdagen na de goedkeuring van het monitoringplan van een vliegtuigexploitant verstrekt de bevoegde autoriteit of de vliegtuigexploitant de betrokken nationale administrateur de in bijlage VII omschreven gegevens en een verzoek tot opening van een vliegtuigexploitanttegoedrekening in het EU-register.
2.  
Elke vliegtuigexploitant krijgt één vliegtuigexploitanttegoedrekening.
3.  
Vliegtuigexploitanten met luchtvaartactiviteiten waarvan de totale jaarlijkse uitstoot minder dan 25 000  ton kooldioxide-equivalent per jaar bedraagt, of die gedurende drie opeenvolgende perioden van vier maanden minder dan 243 vluchten per periode uitvoeren, kunnen een natuurlijke persoon of een rechtspersoon machtigen tot de opening van een vliegtuigexploitanttegoedrekening en tot het namens hen inleveren van de emissierechten overeenkomstig artikel 12, lid 2 bis, van Richtlijn 2003/87/EG. De vliegtuigexploitant blijft daarbij verantwoordelijk voor de naleving. Wanneer een vliegtuigexploitant een natuurlijke persoon of rechtspersoon machtigt, moet de vliegtuigexploitant ervoor zorgen dat er geen belangenconflict bestaat tussen de gemachtigde persoon of entiteit en de bevoegde autoriteiten, nationale administrateurs, verificateurs of andere entiteiten die zijn onderworpen aan de bepalingen van Richtlijn 2003/87/EG en de handelingen ter implementatie daarvan. In dit geval moet de gemachtigde natuurlijke persoon of rechtspersoon zorgen dat de overeenkomstig lid 1 vereiste informatie wordt overlegd.
4.  
Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van een volledige set gegevens overeenkomstig lid 1 en artikel 21 opent de nationale administrateur voor elke vliegtuigexploitant een vliegtuigexploitanttegoedrekening in het EU-register of stelt hij de aspirant-rekeninghouder in kennis van de weigering, op grond van artikel 19, om een rekening te openen.
5.  
Een vliegtuigexploitant krijgt slechts één vliegtuigexploitanttegoedrekening.

Artikel 16

Opening van handelsrekeningen in het EU-register

1.  
Om een handelsrekening in het EU-register te openen, moet de aspirant-rekeninghouder zulks bij de nationale administrateur aanvragen. De aspirant-rekeninghouder verstrekt de informatie die door de nationale administrateur wordt verlangd en die minstens de in bijlage IV voorgeschreven gegevens omvat.
2.  
De lidstaat van de nationale administrateur kan als voorwaarde voor de opening van een handelsrekening stellen dat de aspirant-rekeninghouders permanent verblijven of inschreven staan in de lidstaat van de nationale administrateur die de rekening beheert.
3.  
De lidstaat van de nationale administrateur kan als voorwaarde voor de opening van een handelsrekening stellen dat de aspirant-rekeninghouders voor btw-doeleinden ingeschreven staan in de lidstaat van de nationale administrateur van de rekening.
4.  
Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van een volledige set gegevens overeenkomstig lid 1 en artikel 21 opent de nationale administrateur een handelsrekening in het EU-register of stelt hij de aspirant-rekeninghouder in kennis van de weigering, op grond van artikel 19, om de rekening te openen.

Artikel 17

Opening van nationale tegoedrekeningen in het EU-register

De bevoegde autoriteit van een lidstaat geeft de nationale administrateur de opdracht een nationale tegoedrekening in het EU-register te openen binnen twintig werkdagen na de ontvangst van de in bijlage III omschreven gegevens.

Artikel 18

Registratie van verificateurs in het EU-register

1.  
Een aanvraag voor de registratie van een verificateur in het EU-register wordt ingediend bij de nationale administrateur. De persoon die de registratie aanvraagt, verstrekt de door de nationale administrateur verlangde informatie, met inbegrip van de in de bijlagen III en V omschreven gegevens.
2.  
Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van een volledige set gegevens overeenkomstig lid 1 en artikel 21 registreert de nationale administrateur de verificateur in het EU-register of stelt hij de aspirant-verificateur in kennis van de weigering op grond van artikel 19.

Artikel 19

Weigering een rekening te openen of een verificateur te registreren

1.  
De nationale administrateur gaat na of de gegevens en de documenten die met het oog op de opening van een rekening of de registratie worden verstrekt, volledig, actueel, nauwkeurig en waarheidsgetrouw zijn.

In geval van gegronde twijfel kan de nationale administrateur bij de uitvoering van de in de eerste alinea bedoelde controle een andere nationale administrateur om bijstand verzoeken. De administrateur die dit verzoek ontvangt, kan het afwijzen. De aspirant-rekeninghouder of -verificateur kan de nationale administrateur uitdrukkelijk vragen om dergelijke bijstand te verzoeken. De nationale administrateur brengt de aspirant-rekeninghouder of -verificateur van zulke bijstandsverzoeken op de hoogte.

2.  

Een nationale administrateur kan weigeren een rekening te openen of een verificateur te registreren:

a) 

als de verstrekte gegevens en documenten onvolledig, verouderd of anderszins onnauwkeurig of onjuist zijn;

b) 

als een rechtshandhavingsautoriteit informatie aanbiedt of voor een nationale administrateur anderszins informatie beschikbaar is waaruit blijkt dat tegen de aspirant-rekeninghouder of, als het om een rechtspersoon gaat, een van de directeuren van de aspirant-rekeninghouder, een onderzoek loopt of als de persoon in kwestie in de voorbije vijf jaar is veroordeeld wegens fraude met emissierechten, witwassen, terrorismefinanciering of andere ernstige strafbare feiten waarvoor de rekening als instrument kan dienen;

c) 

als de nationale administrateur goede redenen heeft om aan te nemen dat de rekeningen kunnen worden gebruikt voor fraude met emissierechten, witwassen, terrorismefinanciering of andere ernstige strafbare feiten;

d) 

om in de nationale wetgeving genoemde redenen.

3.  
Als de nationale administrateur weigert overeenkomstig lid 2 een exploitanttegoedrekening of vliegtuigexploitanttegoedrekening te openen, kan de rekening in opdracht van de bevoegde autoriteit worden geopend. Toegang tot de rekening wordt overeenkomstig artikel 30, lid 4, volledig geschorst totdat de in lid 2 vermelde redenen voor weigering niet meer aan de orde zijn.
4.  
Als de nationale administrateur weigert een rekening te openen, kan de persoon die de opening van de rekening aanvraagt, tegen deze weigering bezwaar maken bij de bevoegde autoriteit of de desbetreffende autoriteit krachtens de nationale wetgeving, die vervolgens, met inachtneming van de nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig, met deze verordening verenigbaar doel wordt nagestreefd en die evenredig zijn, hetzij de nationale administrateur opdracht geeft de rekening te openen, hetzij de weigering met een met redenen omkleed besluit bekrachtigt.

Artikel 20

Gemachtigde vertegenwoordigers

1.  

De centrale administrateur ziet erop toe dat de gemachtigde vertegenwoordigers van de rekeningen in het EU-register toegang hebben tot de relevante rekeningen en namens de rekeninghouder een van de volgende rechten hebben:

a) 

processen initiëren;

b) 

processen goedkeuren, indien vereist;

c) 

processen initiëren en processen goedkeuren die door een andere gemachtigde vertegenwoordiger zijn geïnitieerd.

2.  

Voor elke rekening zijn er ten tijde van de opening ten minste twee gemachtigde vertegenwoordigers met een van de volgende combinaties van rechten:

a) 

één gemachtigde vertegenwoordiger met het recht om processen te initiëren en één gemachtigde vertegenwoordiger met het recht om processen goed te keuren;

b) 

één gemachtigde vertegenwoordiger met het recht om processen te initiëren en processen die door een andere gemachtigde vertegenwoordiger zijn geïnitieerd goed te keuren en één gemachtigde vertegenwoordiger met het recht om processen goed te keuren;

c) 

één gemachtigde vertegenwoordiger met het recht om processen te initiëren en één gemachtigde vertegenwoordiger met het recht om processen te initiëren en processen die zijn geïnitieerd door een andere gemachtigde vertegenwoordiger goed te keuren;

d) 

twee gemachtigde vertegenwoordigers met het recht om processen te initiëren en processen die door een andere gemachtigde vertegenwoordiger zijn geïnitieerd goed te keuren.

3.  
Verificateurs hebben ten minste één gemachtigde vertegenwoordiger die relevante processen namens de verificateur initieert. Een vertegenwoordiger van een verificateur mag geen vertegenwoordiger van een rekening zijn.
4.  
Rekeninghouders kunnen besluiten dat bij voorstellen voor overdrachten naar de rekeningen van de overeenkomstig artikel 23 opgestelde lijst van betrouwbare rekeningen de goedkeuring van een tweede gemachtigde vertegenwoordiger niet vereist is. Rekeninghouders kunnen een dergelijk besluit intrekken. Het besluit en de intrekking van het besluit worden meegedeeld in een naar behoren ondertekende verklaring die wordt ingediend bij de nationale administrateur.
5.  
Naast de in de leden 1 en 2 omschreven gemachtigde vertegenwoordigers kunnen er voor de rekeningen ook gemachtigde vertegenwoordigers zijn die over „read only”-toegang tot de rekening beschikken.
6.  
Als een gemachtigde vertegenwoordiger om technische of andere redenen geen toegang tot het EU-register heeft, kan de nationale administrateur, overeenkomstig de aan deze nationale administrateur toegekende rechten, desgevraagd namens de gemachtigde vertegenwoordiger transacties initiëren of goedkeuren, mits de nationale administrateur zulke verzoeken toestaat en de toegang van de gemachtigde vertegenwoordiger niet overeenkomstig deze verordening is geschorst.
7.  
Als gemachtigde vertegenwoordigers van een rekening geen toegang tot het EU-register hebben, kunnen rekeninghouders de nationale administrateur verzoeken in hun naam voor te stellen een proces uit te voeren, in overeenstemming met deze verordening, mits de nationale administrateur zulke verzoeken toestaat. Zulke verzoeken mogen niet worden ingediend voor rekeningen met de status „afgesloten”.
8.  
In de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75 kan voor elk type rekening een maximumaantal gemachtigde vertegenwoordigers zijn vastgesteld.
9.  
Gemachtigde vertegenwoordigers zijn natuurlijke personen van boven de 18 jaar. Alle gemachtigde vertegenwoordigers van één rekening moeten verschillende personen zijn, maar dezelfde persoon kan wel gemachtigde vertegenwoordiger voor meer dan één rekening zijn. De lidstaat van de nationale administrateur kan, behalve als het om vertegenwoordigers van verificateurs gaat, eisen dat ten minste één van de gemachtigde vertegenwoordigers van een rekening een permanente ingezetene in die lidstaat is.

Artikel 21

Voordracht en goedkeuring van gemachtigde vertegenwoordigers

1.  
Wanneer een aspirant-rekeninghouder of -verificateur de opening van een rekening of registratie van een verificateur aanvraagt, draagt hij overeenkomstig artikel 20 een aantal gemachtigde vertegenwoordigers voor.
2.  
Wanneer de rekeninghouder een gemachtigde vertegenwoordiger voordraagt, verstrekt hij de door de administrateur verlangde informatie. Die informatie omvat minstens de in bijlage VIII voorgeschreven gegevens.

Indien de aspirant-gemachtigde vertegenwoordiger al voor een rekening is voorgedragen en de rekeninghouder daarom verzoekt, kan de nationale administrateur de documentatie die bij de eerdere voordracht is ingediend ten behoeve van de in lid 4 bedoelde controle gebruiken.

3.  
Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van een volledige set informatie overeenkomstig lid 2 keurt de nationale administrateur een gemachtigde vertegenwoordiger goed of stelt hij de rekeninghouder in kennis van zijn weigering. Als de beoordeling van de informatie over de voorgedragen persoon meer tijd vergt, kan de administrateur het beoordelingsproces met ten hoogste twintig extra werkdagen verlengen en de rekeninghouder van deze verlenging in kennis stellen.
4.  
De nationale administrateur gaat na of de gegevens en de documenten die met het oog op de voordracht van een gemachtigde vertegenwoordiger worden verstrekt, volledig, actueel, nauwkeurig en waarheidsgetrouw zijn.

In geval van gegronde twijfel kan de nationale administrateur bij de uitvoering van de in de eerste alinea bedoelde controle een andere nationale administrateur om bijstand verzoeken. De administrateur die dit verzoek ontvangt, kan het afwijzen. De aspirant-rekeninghouder of -verificateur kan de nationale administrateur uitdrukkelijk vragen om dergelijke bijstand te verzoeken. De nationale administrateur brengt de aspirant-rekeninghouder of -verificateur van zulke bijstandsverzoeken op de hoogte.

5.  

Een nationale administrateur kan weigeren een gemachtigde vertegenwoordiger goed te keuren:

a) 

als de verstrekte gegevens en documenten onvolledig, verouderd of anderszins onnauwkeurig of onjuist zijn;

b) 

als een rechtshandhavende instantie informatie aanbiedt of voor een nationale administrateur anderszins informatie beschikbaar is waaruit blijkt dat tegen de aspirant-vertegenwoordiger een onderzoek loopt of als de persoon in kwestie in de voorbije vijf jaar is veroordeeld wegens fraude met emissierechten, witwassen, terrorismefinanciering of andere ernstige strafbare feiten waarvoor de rekening als instrument kan dienen;

c) 

om in de nationale wetgeving genoemde redenen.

6.  
Als de nationale administrateur weigert een gemachtigde vertegenwoordiger goed te keuren, kan de rekeninghouder krachtens de nationale wetgeving tegen deze weigering bezwaar maken bij de desbetreffende autoriteit, die vervolgens, met inachtneming van de nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig, met deze verordening verenigbaar doel wordt nagestreefd en die evenredig zijn, hetzij de nationale administrateur opdracht geeft de vertegenwoordiger goed te keuren, hetzij de weigering met een met redenen omkleed besluit bekrachtigt.

Artikel 22

Bijwerking van rekeninggegevens en van de informatie over gemachtigde vertegenwoordigers

1.  
Alle rekeninghouders stellen de nationale administrateur binnen tien werkdagen in kennis van wijzigingen in de rekeninggegevens. Voorts bevestigen de rekeninghouders uiterlijk op 31 december van elk jaar bij de nationale administrateur dat hun rekeninggegevens nog steeds volledig, actueel, nauwkeurig en waarheidsgetrouw zijn.
2.  
Vliegtuigexploitanten of vliegtuigexploitanten die zijn gefuseerd of gesplitst, stellen de administrateur van hun rekening daarvan binnen tien werkdagen in kennis.
3.  
De kennisgeving van de wijziging wordt gestaafd met de informatie die de nationale administrateur overeenkomstig de bepalingen van dit deel verlangt. Binnen twintig werkdagen na de ontvangst van deze kennisgeving en de ter staving verstrekte gegevens keurt de betrokken nationale administrateur de bijwerking van de informatie goed. De administrateur kan overeenkomstig artikel 21, leden 4 en 5, weigeren de informatie bij te werken. De rekeninghouder wordt van die weigering in kennis gesteld. Overeenkomstig artikel 19, lid 4, kan bezwaar tegen zulke weigeringen worden aangetekend bij de bevoegde autoriteit of de desbetreffende autoriteit krachtens de nationale wetgeving.
4.  
Ten minste om de drie jaar gaat de nationale administrateur na of de rekeninggegevens nog steeds volledig, actueel, nauwkeurig en waarheidsgetrouw zijn en verzoekt hij de rekeninghouder in voorkomend geval eventuele wijzigingen mee te delen. Voor exploitanttegoedrekeningen, vliegtuigexploitanttegoedrekeningen en verificateurs vindt de controle ten minste om de vijf jaar plaats.
5.  
De houder van een exploitanttegoedrekening mag zijn exploitanttegoedrekening uitsluitend verkopen of afstaan samen met de installatie die met de exploitanttegoedrekening is verbonden.
6.  
Behoudens lid 5 mag geen enkele rekeninghouder zijn rekening aan een andere persoon verkopen of afstaan.
7.  
Als de rechtspersoon die houder van een rekening in het EU-register is, verandert als gevolg van een fusie of een splitsing van de rekeninghouder, wordt de rechtsopvolger van de vorige rekeninghouder de rekeninghouder zodra de op grond van artikel 14, 15 of 16 vereiste documentatie is ingediend.
8.  
Een gemachtigde vertegenwoordiger mag deze hoedanigheid niet aan een andere persoon overdragen.
9.  
Een rekeninghouder of een verificateur kan om de verwijdering van een gemachtigde vertegenwoordiger verzoeken. Na ontvangst van het verzoek schorst de nationale administrateur de toegang van de gemachtigde vertegenwoordiger. Binnen twintig werkdagen na ontvangst van het verzoek verwijdert de betrokken administrateur de gemachtigde vertegenwoordiger.
10.  
Elke rekeninghouder kan overeenkomstig artikel 21 nieuwe gemachtigde vertegenwoordigers voordragen.
11.  
Als een vliegtuigexploitant volgens de in artikel 18 bis van Richtlijn 2003/87/EG vastgestelde procedure onder een andere administrerende lidstaat komt te vallen, past de centrale administrateur de informatie betreffende de nationale administrateur van de betrokken vliegtuigexploitanttegoedrekening aan. Als een vliegtuigexploitanttegoedrekening een andere administrateur krijgt, kan de nieuwe administrateur van de vliegtuigexploitant verlangen dat hij de informatie betreffende de opening van de rekening overlegt die de nieuwe administrateur overeenkomstig artikel 15 verlangt, alsook de informatie over gemachtigde vertegenwoordigers die de nieuwe administrateur overeenkomstig artikel 21 verlangt.
12.  
Behoudens lid 11 vinden er geen wijzigingen plaats wat betreft de lidstaat die voor het beheer van een rekening verantwoordelijk is.

Artikel 23

Lijst van betrouwbare rekeningen

1.  
Voor rekeningen in het EU-register kan een lijst van betrouwbare rekeningen worden opgenomen.
2.  
Rekeningen van eenzelfde rekeninghouder die door dezelfde nationale administrateur worden beheerd, worden automatisch in de lijst van betrouwbare rekeningen opgenomen.
3.  
De EU-toewijzingsrekening en de EU-rekening voor de afschrijving van emissierechten worden automatisch in de lijst van betrouwbare rekeningen opgenomen.
4.  
Wijzigingen in de lijst van betrouwbare rekeningen worden voor uitvoering voorgesteld en afgerond overeenkomstig de in artikel 35 beschreven procedure. De wijziging wordt geïnitieerd en goedgekeurd door twee gemachtigde vertegenwoordigers die het recht hebben processen respectievelijk te initiëren en goed te keuren. De uitvoering van de voorgestelde wijziging geschiedt in het geval van het schrappen van rekeningen van de lijst van betrouwbare rekeningen onmiddellijk. Voor alle andere wijzigingen in de lijst van betrouwbare rekeningen vindt de uitvoering op de vierde werkdag volgende op het voorstel om 12.00 uur Midden-Europese tijd (MET) plaats.



Deel 3

Afsluiten van rekeningen

Artikel 24

Afsluiten van rekeningen

Onverminderd artikel 29 sluit de administrateur binnen tien werkdagen na de ontvangst van een aanvraag van de houder van een rekening anders dan die welke in de artikelen 25 en 26 zijn gespecificeerd, de rekening af.

Artikel 25

Afsluiting van exploitanttegoedrekeningen

1.  
De bevoegde autoriteit stelt de nationale administrateur binnen tien werkdagen in kennis van de intrekking van een broeikasgasemissievergunning of van het feit dat zij heeft vernomen dat de activiteiten van een installatie zijn stopgezet. Binnen tien werkdagen na die kennisgeving registreert de nationale administrateur de betrokken datum in het EU-register.
2.  

De nationale administrateur kan een exploitanttegoedrekening afsluiten indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a) 

de activiteiten van een installatie zijn stopgezet of de vergunning voor broeikasgasemissies is ingetrokken;

b) 

het jaar van de laatste emissies is in het EU-register geregistreerd;

c) 

voor alle jaren waarin de exploitant viel onder het EU-ETS zijn geverifieerde emissies geregistreerd;

d) 

de exploitant van de betrokken installatie heeft een hoeveelheid emissierechten ingeleverd die groter was dan of gelijk was aan de hoeveelheid geverifieerde emissies;

e) 

de exploitant is niet in afwachting van teruggave van te veel ontvangen emissierechten overeenkomstig artikel 48, lid 4.

Artikel 26

Afsluiting van vliegtuigexploitanttegoedrekeningen

1.  
De bevoegde autoriteit stelt de nationale administrateur binnen tien werkdagen na kennisgeving door de rekeninghouder of nadat zij dit na onderzoek van andere bewijzen heeft ontdekt, ervan in kennis dat de vliegtuigexploitant met een andere vliegtuigexploitant is gefuseerd of al zijn onder bijlage I bij Richtlijn 2003/87/EG vallende activiteiten heeft stopgezet.
2.  

De nationale administrateur kan een vliegtuigexploitanttegoedrekening afsluiten indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a) 

de in lid 1 bedoelde kennisgeving is gedaan;

b) 

het jaar van de laatste emissies is in het EU-register geregistreerd;

c) 

voor alle jaren waarin de exploitant viel onder het EU-ETS zijn geverifieerde emissies geregistreerd;

d) 

de vliegtuigexploitant heeft een hoeveelheid emissierechten ingeleverd die groter was dan of gelijk was aan de hoeveelheid geverifieerde emissies;

e) 

de exploitant is niet in afwachting van teruggave van te veel ontvangen emissierechten overeenkomstig artikel 50, lid 6.

Artikel 27

Verwijdering van verificateurs

1.  
Binnen tien werkdagen na ontvangst van een aanvraag van een verificateur om die verificateur uit het EU-register te verwijderen, verwijdert de nationale administrateur de verificateur.
2.  

De bevoegde autoriteit kan de nationale administrateur ook opdracht geven een verificateur uit het EU-register te verwijderen wanneer aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

a) 

de accreditatie van de verificateur is verstreken of ingetrokken;

b) 

de verificateur heeft zijn activiteiten stopgezet.

▼M1

Artikel 27 bis

Afsluiten van de ESR-nalevingsrekening

De centrale administrateur sluit een ESR-nalevingsrekening niet eerder af dan één maand na het vaststellen van het nalevingsstatuscijfer voor die rekening overeenkomstig artikel 59 septies, en na voorafgaande kennisgeving aan de rekeninghouder.

Bij het afsluiten van de ESR-nalevingsrekening ziet de centrale administrateur erop toe dat het EU-register de op de ESR-nalevingsrekening resterende AEA's overdraagt naar de ESR-afschrijvingsrekening.

▼B

Artikel 28

Afsluiting van rekeningen en verwijdering van gemachtigde vertegenwoordigers op initiatief van de administrateur

1.  
Indien voor de situatie die aanleiding geeft tot schorsing van de toegang tot rekeningen krachtens artikel 30, niet binnen een redelijke termijn een oplossing wordt gevonden ondanks herhaalde kennisgevingen, kan de bevoegde autoriteit of de betrokken rechtshandhavingsautoriteit de nationale administrateur opdracht geven de rekeningen waarvoor de toegang is geschorst, af te sluiten.

In het geval van exploitanttegoedrekeningen of vliegtuigexploitanttegoedrekeningen kan de bevoegde autoriteit of de betrokken rechtshandhavingsautoriteit de nationale administrateur de opdracht geven die rekeningen waarvoor de toegang is geschorst te blokkeren totdat de bevoegde autoriteit bepaalt dat de situatie die tot de schorsing aanleiding heeft gegeven, niet langer bestaat.

2.  
Als op een handelsrekening gedurende een jaar geen transacties zijn geregistreerd, kan de nationale administrateur die handelsrekening afsluiten nadat hij de rekeninghouder ervan in kennis heeft gesteld dat de handelsrekening binnen veertig werkdagen wordt afgesloten, tenzij hij een verzoek ontvangt om de rekening te handhaven. Als de nationale administrateur geen dergelijk verzoek van de rekeninghouder ontvangt, kan hij de rekening afsluiten of de status „in afwachting van afsluiting” geven.
3.  
De nationale administrateur sluit een exploitanttegoedrekening of een vliegtuigexploitanttegoedrekening af wanneer de bevoegde autoriteit hem daartoe opdracht heeft gegeven omdat redelijkerwijs geen verdere inlevering van emissierechten of te veel ontvangen emissierechten te verwachten is.
4.  
De nationale administrateur kan een gemachtigde vertegenwoordiger verwijderen als hij van mening is dat de goedkeuring van de gemachtigde vertegenwoordiger overeenkomstig artikel 21, lid 3, had moeten worden geweigerd en met name als hij erachter komt dat de bij de voordracht overgelegde documenten en identificatiegegevens onvolledig, verouderd of anderszins onnauwkeurig of onjuist waren.
5.  
De rekeninghouder kan binnen dertig kalenderdagen bij de krachtens de nationale wetgeving bevoegde autoriteit bezwaar maken tegen de wijziging van een rekeningstatus overeenkomstig lid 1 of tegen de verwijdering van een gemachtigde vertegenwoordiger overeenkomstig lid 4, waarna die bevoegde autoriteit, met inachtneming van de nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig, met deze verordening verenigbaar doel wordt nagestreefd en die evenredig zijn, hetzij de nationale administrateur opdracht geeft de rekening te heropenen of de gemachtigde vertegenwoordiger weer aan te stellen, hetzij de wijziging van de rekeningstatus of de verwijdering met een met redenen omkleed besluit bekrachtigt.

Artikel 29

Positief saldo op af te sluiten rekeningen

Als een rekening die door een administrateur overeenkomstig artikel 24, 25, 26 of 28 moet worden afgesloten, een positief saldo aan emissierechten te zien geeft, verzoekt de administrateur de rekeninghouder een andere rekening aan te geven waarop de betrokken emissierechten moeten worden overgedragen. Als de rekeninghouder niet binnen veertig werkdagen op het verzoek van de administrateur heeft gereageerd, kan de administrateur de emissierechten naar zijn nationale tegoedrekening overdragen of de rekening de status „in afwachting van afsluiting” geven.



Deel 4

Schorsing van de toegang tot rekeningen

Artikel 30

Schorsing van de toegang tot rekeningen

1.  

Een administrateur kan de toegang van een gemachtigde vertegenwoordiger tot elke rekening of verificateur in het register of tot processen waartoe die gemachtigde vertegenwoordiger normaal toegang heeft, schorsen als de administrateur goede redenen heeft om aan te nemen dat de gemachtigde vertegenwoordiger:

a) 

heeft gepoogd toegang te verkrijgen tot rekeningen of processen waarvoor hij geen machtiging bezit;

b) 

herhaaldelijk heeft gepoogd toegang tot een rekening of proces te verkrijgen via een niet-correcte gebruikersnaam of een niet-correct wachtwoord, of

c) 

heeft gepoogd de beveiliging, beschikbaarheid, integriteit of vertrouwelijkheid van het EU-register of het EUTL, of van de daarin verwerkte of opgeslagen gegevens, te ondermijnen.

2.  

Een administrateur kan alle toegang van gemachtigde vertegenwoordigers tot een specifieke rekening of een verificateur schorsen als aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

a) 

de rekeninghouder is overleden of bestaat niet meer als rechtspersoon;

b) 

de rekeninghouder heeft de vergoedingen niet betaald;

c) 

de rekeninghouder heeft de op de rekening toepasselijke voorwaarden geschonden;

d) 

de rekeninghouder heeft niet ingestemd met de wijzigingen in de voorwaarden die door de nationale administrateur of de centrale administrateur zijn vastgesteld;

e) 

de rekeninghouder heeft nagelaten wijzigingen in de rekeninggegevens te melden of heeft geen bewijzen verstrekt met betrekking tot wijzigingen in de rekeninggegevens of tot nieuwe vereisten voor de rekeninggegevens;

f) 

de rekeninghouder heeft zich niet gehouden aan de eis van de lidstaat dat een gemachtigde vertegenwoordiger een permanente verblijfplaats heeft in de lidstaat van de nationale administrateur;

g) 

de rekeninghouder heeft zich niet gehouden aan de eis van de lidstaat dat de rekeninghouder een permanente verblijfplaats of registratie heeft in de lidstaat van de administrateur van de rekening.

3.  

Een administrateur kan de toegang van alle gemachtigde vertegenwoordigers tot een specifieke rekening of verificateur schorsen in elk van de volgende gevallen:

a) 

voor ten hoogste vier weken als de administrateur goede redenen heeft om aan te nemen dat de rekening werd of zal worden gebruikt voor fraude, witwassen, terrorismefinanciering, corruptie of andere ernstige strafbare feiten. In dit geval zijn bepalingen van artikel 67 van overeenkomstige toepassing. In opdracht van de financiële inlichtingeneenheid kan de periode worden verlengd;

b) 

op grond van en overeenkomstig nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig doel wordt nagestreefd.

4.  
De nationale administrateur kan de toegang van gemachtigde vertegenwoordigers tot bepaalde rekeningen of verificateurs volledig schorsen als hij van mening is dat de opening van die rekening of de registratie van die verificateur overeenkomstig artikel 19 had moeten worden geweigerd of dat de rekeninghouder niet langer aan de voorwaarden voor de opening van de rekening voldoet.
5.  
De nationale administrateur kan de toegang van gemachtigde vertegenwoordigers tot alle rekeningen van een rekeninghouder schorsen indien hij verneemt dat de rekeninghouder een insolventieprocedure doorloopt. Deze schorsing kan worden gehandhaafd tot de nationale administrateur officiële informatie ontvangt over wie het recht heeft de rekeninghouder te vertegenwoordigen en de gemachtigde vertegenwoordigers worden bevestigd of nieuwe gemachtigde vertegenwoordigers worden benoemd overeenkomstig artikel 21.
6.  
De administrateur van de rekening maakt de schorsing onmiddellijk ongedaan wanneer voor de situatie die aanleiding gaf tot de schorsing, een oplossing is gevonden.
7.  
De rekeninghouder of rekeningvertegenwoordiger kan tegen de schorsing van zijn toegang overeenkomstig de leden 1 tot en met 3 binnen dertig kalenderdagen bezwaar maken bij de bevoegde autoriteit of de desbetreffende autoriteit krachtens de nationale wetgeving, die vervolgens, met inachtneming van de nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig, met deze verordening verenigbaar doel wordt nagestreefd en die evenredig zijn, hetzij de nationale administrateur opdracht geeft de toegang te herstellen, hetzij de schorsing met een met redenen omkleed besluit bekrachtigt.
8.  
De bevoegde autoriteit of de Commissie kan de nationale administrateur of de centrale administrateur ook opdragen tot schorsing over te gaan op grond van een van de in de leden 1 tot en met 5 genoemde redenen.
9.  
Een nationale rechtshandhavingsautoriteit van de lidstaat van de administrateur kan de administrateur ook verzoeken tot schorsing over te gaan op grond van en overeenkomstig de nationale wetgeving.
10.  
Wanneer de houder van een exploitanttegoedrekening of vliegtuigexploitanttegoedrekening wegens een schorsing overeenkomstig dit artikel in de tien werkdagen vóór de in artikel 12, leden 2 bis en 3, van Richtlijn 2003/87/EG vastgestelde uiterste datum voor inlevering nog niet aan zijn inleveringsverplichtingen heeft kunnen voldoen, levert de nationale administrateur, als de rekeninghouder daarom verzoekt, het door de rekeninghouder opgegeven aantal emissierechten in.
11.  
Als een rekening waartoe de toegang is geschorst een positief saldo aan emissierechten te zien geeft, kan de bevoegde autoriteit of de betrokken rechtshandhavingsautoriteit, in overeenstemming met de toepasselijke bepalingen in de nationale wetgeving, de nationale administrateur opdracht geven de emissierechten onmiddellijk over te dragen naar de betrokken nationale rekening of de rekening de status „in afwachting van afsluiting” te geven.



TITEL II

SPECIFIEKE BEPALINGEN INZAKE HET EU-REGISTER MET BETREKKING TOT HET EU-EMISSIEHANDELSSYSTEEM



HOOFDSTUK 1

Geverifieerde emissies en naleving

Artikel 31

Geverifieerde emissiegegevens voor een installatie of vliegtuigexploitant

1.  
Elke exploitant of vliegtuigexploitant selecteert, voor zover door nationale wetgeving vereist, een verificateur van de lijst van verificateurs die geregistreerd zijn bij de nationale administrateur die zijn rekening beheert.
2.  
De nationale administrateur, de bevoegde autoriteit of, na besluit van de bevoegde autoriteit, de rekeninghouder of de verificateur voert de emissiegegevens over het voorgaande jaar in.
3.  
De jaarlijkse emissiegegevens worden verstrekt in het in bijlage IX omschreven formaat.
4.  
Na succesvolle verificatie, overeenkomstig artikel 15 van Richtlijn 2003/87/EG, van het verslag van een exploitant over de emissies van een installatie in een voorgaand jaar of van het verslag van een vliegtuigexploitant over de emissies van alle luchtvaartactiviteiten die hij in een voorgaand jaar heeft verricht, keurt de verificateur of de bevoegde autoriteit de jaarlijkse emissiegegevens goed.
5.  
De overeenkomstig lid 4 goedgekeurde emissies worden door de nationale administrateur of de bevoegde autoriteit in het EU-register aangemerkt als „geverifieerd”. De bevoegde autoriteit kan besluiten dat niet de nationale administrateur, maar de verificateur tot taak heeft emissies in het EU-register als „geverifieerd” aan te merken. Alle goedgekeurde emissies worden tegen 31 maart aangemerkt als „geverifieerd”.
6.  
De bevoegde autoriteit kan de nationale administrateur opdracht geven de jaarlijkse geverifieerde emissies voor een installatie of een vliegtuigexploitant met het oog op de naleving van de artikelen 14 en 15 van Richtlijn 2003/87/EG te corrigeren door de gecorrigeerde geverifieerde of geraamde emissies voor die installatie of vliegtuigexploitant voor dat jaar in te voeren in het EU-register.
7.  
Als op 1 mei van elk jaar voor een installatie of vliegtuigexploitant geen geverifieerd emissiecijfer voor het voorgaande jaar in het EU-register is opgetekend of als het geverifieerde emissiecijfer aantoonbaar onjuist is, wordt in plaats daarvan een zo nauwkeurig mogelijk overeenkomstig de artikelen 14 en 15 van Richtlijn 2003/87/EG berekend, geraamd emissiecijfer in het EU-register ingevoerd.

Artikel 32

Blokkering van rekeningen omdat geen geverifieerde emissies zijn ingediend

1.  
Als de jaarlijkse emissies van een installatie of vliegtuigexploitant voor het voorgaande jaar niet op 1 april in het EU-register zijn ingevoerd en als „geverifieerd” zijn aangemerkt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat de overeenkomstige exploitanttegoedrekening of vliegtuigexploitanttegoedrekening in het EU-register de status „geblokkeerd” krijgt.
2.  
Wanneer alle ontbrekende geverifieerde emissies van de installatie of vliegtuigexploitant voor dat jaar in het EU-register zijn opgetekend, zorgt de centrale administrateur ervoor dat de rekening in het EU-register de status „open” krijgt.

Artikel 33

Berekening van nalevingsstatuscijfers

1.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat op 1 mei van elk jaar het EU-register het nalevingsstatuscijfer aangeeft voor het voorgaande jaar voor elke installatie en vliegtuigexploitant met een exploitanttegoedrekening of vliegtuigexploitanttegoedrekening die niet de afgesloten status heeft door de som van alle emissierechten die voor de lopende periode zijn ingeleverd te verminderen met de som van alle geverifieerde emissies in de lopende periode tot en met het voorgaande jaar, en daarop een correctiefactor toe te passen. Het nalevingsstatuscijfer wordt niet berekend voor rekeningen waarvoor het vorige nalevingsstatuscijfer nul of positief was en het jaar voor het voorgaande jaar als jaar van de laatste emissies is ingesteld. In de berekening wordt de inlevering van emissierechten die voor een periode na de huidige nalevingsperiode zijn afgegeven niet meegenomen.

De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register het nalevingsstatuscijfer berekent vóór de afsluiting van de rekening op grond van de artikelen 25 en 26.

2.  
In het geval van de handelsperiodes van 2008 tot en met 2012 en van 2013 tot en met 2020 bedraagt de in lid 1 bedoelde correctiefactor nul als het nalevingsstatuscijfer van het laatste jaar van de voorgaande periode groter was dan nul, maar hij wordt gehandhaafd op het niveau van het nalevingsstatuscijfer van het laatste jaar van de voorgaande periode als dit cijfer kleiner was dan of gelijk was aan nul. Voor de handelsperioden vanaf 1 januari 2021 wordt de correctiefactor als bedoeld in lid 1 gelijk aan het nalevingsstatuscijfer van het laatste jaar van de voorgaande periode.
3.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het nalevingsstatuscijfer voor elke installatie en vliegtuigexploitant voor elk jaar in het EU-register wordt opgetekend.



HOOFDSTUK 2

Transacties



Deel 1

Algemeen

Artikel 34

Een bepaald type rekening kan slechts de transacties initiëren waarin uitdrukkelijk bij deze verordening voor dat type rekening is voorzien.

Artikel 35

Verrichting van overdrachten

1.  
Voor alle in dit hoofdstuk omschreven transacties vereist het EU-register een bevestiging buiten de band voordat de transactie voor uitvoering kan worden voorgesteld. Onverminderd artikel 20, lid 4, wordt een transactie alleen voor uitvoering voorgesteld als een gemachtigde vertegenwoordiger deze heeft geïnitieerd en hijzelf of een andere rekeningvertegenwoordiger de transactie buiten de band heeft goedgekeurd.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat alle in artikel 55 omschreven overdrachten naar rekeningen op de lijst van betrouwbare rekeningen onmiddellijk worden verricht als zij op werkdagen tussen 10.00 en 16.00 uur MET worden voorgesteld.

Overdrachten naar rekeningen op de lijst van vertrouwde rekeningen die op enig ander tijdstip worden voorgesteld, worden, als zij vóór 10.00 uur MET worden voorgesteld, op dezelfde dag om 10.00 uur MET verricht of, als zij na 16.00 uur MET worden voorgesteld, op de volgende werkdag vóór 10.00 uur MET verricht.

3.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat alle in artikel 55 omschreven overdrachten naar rekeningen die niet op de lijst van betrouwbare rekeningen staan en overdrachten van een rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling die op een werkdag vóór 12.00 uur MET worden voorgesteld, op de eerstvolgende werkdag om 12.00 uur MET worden verricht. Transacties die op een werkdag na 12.00 uur MET worden voorgesteld, worden verricht op de tweede werkdag na de dag van het voorstel om 12.00 uur MET.
4.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat overdrachten vóór 16.00 uur MET op de dag van verrichting zijn afgerond.
5.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat een aan de in lid 3 genoemde voorschriften voor de verrichting onderworpen transactie in het EU-register vóór de verrichting kan worden afgebroken. Het afbreken van een transactie kan ten minste twee uur vóór de verrichting van de transactie door een gemachtigde vertegenwoordiger worden geïnitieerd. Als het afbreken van een transactie is geïnitieerd wegens een vermoeden van fraude, meldt de rekeninghouder dit onmiddellijk aan de bevoegde nationale rechtshandhavingsautoriteit. Dit rapport wordt binnen zeven werkdagen naar de nationale administrateur doorgestuurd.
6.  
Als een rekeningvertegenwoordiger of de rekeninghouder vermoedt dat een aan de in lid 3 genoemde voorschriften voor de verrichting onderworpen overdracht op frauduleuze wijze is voorgesteld, kan de rekeningvertegenwoordiger of de rekeninghouder ten laatste twee uur vóór de verrichting de nationale administrateur of, indien van toepassing, de centrale administrateur verzoeken om de overdracht namens de rekeningvertegenwoordiger of de rekeninghouder af te breken. De rekeninghouder rapporteert de vermoedelijke fraude onmiddellijk na dit verzoek aan de bevoegde nationale rechtshandhavingsautoriteit. Dit rapport wordt binnen zeven werkdagen naar de nationale administrateur of indien van toepassing de centrale administrateur doorgestuurd.
7.  
Zodra een overdracht is voorgesteld, wordt aan alle rekeningvertegenwoordigers een kennisgeving gestuurd met vermelding van de voorgestelde verrichting van de overdracht. Zodra het afbreken van een transactie is geïnitieerd overeenkomstig lid 5, wordt aan alle rekeningvertegenwoordigers en aan de nationale administrateur die de rekening beheert een kennisgeving gestuurd.
8.  
Voor de toepassing van artikel 3, punt 11, kunnen lidstaten besluiten dat voor een bepaald jaar de nationale feestdagen voor de toepassing van deze verordening in die lidstaat niet als werkdagen worden beschouwd. Een dergelijk besluit, dat uiterlijk op 1 december van het jaar dat aan het betrokken begrotingsjaar voorafgaat wordt bekendgemaakt, vermeldt de betreffende dagen.

Artikel 36

Aard van de emissierechten en definitief karakter van transacties

1.  
Een emissierecht is een fungibel, gedematerialiseerd instrument dat op de markt kan worden verhandeld.
2.  
Wegens de gedematerialiseerde aard van de emissierechten zijn de in het EU-register opgeslagen gegevens een afdoend „prima facie”-bewijs voor het eigendomsrecht op een emissierecht en voor alle andere zaken die op grond van deze verordening in het EU-register moeten of mogen worden opgenomen.
3.  
De fungibiliteit van de emissierechten impliceert dat terugvorderings- of restitutieverplichtingen die met betrekking tot een emissierecht uit de nationale wetgeving kunnen voortvloeien, slechts voor emissierechten als soort gelden.

Transacties worden, onverminderd artikel 58 en het afstemmingsproces van artikel 73, definitief en onherroepelijk na definitieve afronding overeenkomstig artikel 74. Onverminderd de bepalingen of rechtsmiddelen waarin de nationale wetgeving voorziet en die kunnen leiden tot de eis of de opdracht om een nieuwe transactie in het EU-register uit te voeren, mogen wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen, regels of praktijken betreffende de nietigheid van overeenkomsten en transacties niet leiden tot het ongedaan maken van een transactie die op grond van deze verordening definitief en onherroepelijk is geworden.

Een rekeninghouder of een derde mag niet worden belet de uit de onderliggende transactie voortvloeiende rechten of aanspraken uit te oefenen die zij in rechte kunnen aanvoeren, onder meer ter terugvordering, restitutie of schadeloosstelling met betrekking tot een transactie die in het EU-register definitief is geworden, bijvoorbeeld in geval van fraude of een technische fout, voor zover dit niet leidt tot terugdraaiing, herroeping of ongedaanmaking van de transactie in het EU-register.

4.  
Een koper of houder van een emissierecht die te goeder trouw handelt, verwerft het eigendomsrecht op een emissierecht vrij van de gebreken van het eigendomsrecht van de cedent.



Deel 2

Creatie van emissierechten

Artikel 37

Creatie van emissierechten

1.  
De centrale administrateur kan naargelang van het geval een EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten, een EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten, een EU-veilingrekening en een EU-luchtvaartveilingrekening creëren en hij creëert of annuleert rekeningen en emissierechten naargelang dit op grond van handelingen van de Unie nodig is, met inbegrip van die welke vereist kunnen zijn krachtens Richtlijn 2003/87/EG of artikel 10, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1031/2010.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register aan elk emissierecht een unieke eenheidsidentificatiecode toekent zodra het emissierecht is gecreëerd.
3.  
Emissierechten die met ingang van 1 januari 2021 worden gecreëerd, bevatten een vermelding waaruit blijkt in welke periode van tien jaar, te rekenen vanaf 1 januari 2021, zij zijn gecreëerd.
4.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat de in ISO 6166 gedefinieerde ISIN-codes voor de emissierechten in het EU-register worden weergegeven.
5.  
Onverminderd lid 6 worden emissierechten die zijn gecreëerd volgens de nationale toewijzingstabel van een lidstaat die de Europese Raad ingevolge artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie in kennis heeft gesteld van zijn voornemen zich uit de Unie terug te trekken, of die moeten worden geveild door een veilingplatform dat door een dergelijke lidstaat is aangewezen, door een landcode geïdentificeerd en moeten zij onderscheiden kunnen worden naar jaar van creatie.
6.  

Gecreëerde emissierechten hoeven niet door een landcode geïdentificeerd te worden:

a) 

voor de jaren waarin het recht van de Unie in die lidstaat nog niet uiterlijk op 30 april van het volgende jaar vervalt of wanneer voldoende is gewaarborgd dat de inlevering van de emissierechten op een wettelijk afdwingbare manier moet plaatsvinden voordat de Verdragen niet meer in die lidstaat van toepassing zijn;

b) 

indien emissierechten zijn gecreëerd voor jaren waarin de naleving van Richtlijn 2003/87/EG voor tijdens deze jaren uit te stoten emissies wordt vereist uit hoofde van een overeenkomst met voorwaarden voor de terugtrekking van een lidstaat die kennis heeft gegeven van zijn voornemen om zich terug te trekken uit de Unie, en de akten van ratificatie door beide partijen bij het terugtredingsakkoord zijn neergelegd.



Deel 3

Overdrachten tussen rekeningen vóór het veilen of toewijzen

Artikel 38

Overdracht van algemene emissierechten die moeten worden geveild

1.  
De centrale administrateur draagt namens de betrokken veilende lidstaat vertegenwoordigd door zijn overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1031/2010 aangestelde veiler tijdig algemene emissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten naar de EU-veilingrekening, zulks ten belope van een hoeveelheid die overeenstemt met de jaarlijkse hoeveelheden die op grond van artikel 10 van die verordening worden vastgesteld.
2.  
Als overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EU) nr. 1031/2010 aanpassingen worden aangebracht in de jaarlijkse hoeveelheden, draagt de centrale administrateur een overeenkomstige hoeveelheid algemene emissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten naar de EU-veilingrekening of van de EU-veilingrekening naar de EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten, naargelang van het geval.

Artikel 39

Overdracht van algemene emissierechten die kosteloos moeten worden toegewezen

De centrale administrateur draagt tijdig algemene emissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten naar de EU-toewijzingsrekening, zulks ten belope van een hoeveelheid die overeenstemt met de som van de emissierechten die volgens de nationale toewijzingstabel van elke lidstaat kosteloos worden toegewezen.

Artikel 40

Overdracht van luchtvaartemissierechten die moeten worden geveild

1.  
De centrale administrateur draagt namens de betrokken veilende lidstaat vertegenwoordigd door zijn overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1031/2010 aangestelde veiler tijdig luchtvaartemissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten naar de EU-luchtvaartveilingrekening, zulks ten belope van een hoeveelheid die overeenstemt met de jaarlijkse hoeveelheden die op grond van die verordening worden vastgesteld.
2.  
Als overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EU) nr. 1031/2010 aanpassingen worden aangebracht in de jaarlijkse hoeveelheden, draagt de centrale administrateur een overeenkomstige hoeveelheid luchtvaartemissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten naar de EU-luchtvaartveilingrekening of van de EU-luchtvaartveilingrekening naar de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten, naargelang van het geval.

Artikel 41

Overdracht van luchtvaartemissierechten die kosteloos moeten worden toegewezen

1.  
De centrale administrateur draagt tijdig luchtvaartemissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten naar de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening, zulks ten belope van een hoeveelheid die overeenstemt met het kosteloos toe te wijzen aantal luchtvaartemissierechten dat bij een op grond van artikel 3 sexies, lid 3, van Richtlijn 2003/87/EG aangenomen besluit van de Commissie wordt vastgesteld.
2.  
Als het aantal kosteloos toe te wijzen luchtvaartemissierechten wordt verhoogd bij een op grond van artikel 3 sexies, lid 3, van Richtlijn 2003/87/EG aangenomen besluit, draagt de centrale administrateur opnieuw luchtvaartemissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten naar de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening, zulks ten belope van de hoeveelheid die overeenstemt met de toename van het aantal luchtvaartemissierechten dat kosteloos moet worden toegewezen.
3.  
Als het aantal kosteloos toe te wijzen luchtvaartemissierechten wordt verlaagd bij een op grond van artikel 3 sexies, lid 3, van Richtlijn 2003/87/EG aangenomen besluit, schrapt de centrale administrateur luchtvaartemissierechten op de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening, zulks ten belope van de hoeveelheid die overeenstemt met de afname van het aantal luchtvaartemissierechten dat kosteloos moet worden toegewezen.

Artikel 42

Overdracht van luchtvaartemissierechten naar de bijzondere reserve

1.  
De centrale administrateur draagt tijdig luchtvaartemissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten naar de EU-rekening voor de bijzondere reserve, zulks ten belope van het aantal luchtvaartemissierechten in de bijzondere reserve dat bij een op grond van artikel 3 sexies, lid 3, van Richtlijn 2003/87/EG aangenomen besluit wordt vastgesteld.
2.  
Als het aantal luchtvaartemissierechten in de bijzondere reserve wordt verhoogd bij een op grond van artikel 3 sexies, lid 3, van Richtlijn 2003/87/EG aangenomen besluit, draagt de centrale administrateur opnieuw luchtvaartemissierechten over van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten naar de EU-rekening voor de bijzondere reserve, zulks ten belope van de hoeveelheid die overeenstemt met de toename van het aantal luchtvaartemissierechten in de bijzondere reserve.
3.  
Als het aantal luchtvaartemissierechten in de bijzondere reserve wordt verlaagd bij een op grond van artikel 3 sexies, lid 3, van Richtlijn 2003/87/EG aangenomen besluit, schrapt de centrale administrateur luchtvaartemissierechten op de EU-rekening voor de bijzondere reserve, zulks ten belope van de hoeveelheid die overeenstemt met de afname van het aantal luchtvaartemissierechten in de bijzondere reserve.
4.  
Bij toewijzing uit de bijzondere reserve op grond van artikel 3 septies van Richtlijn 2003/87/EG wordt de daaruit voortvloeiende definitieve hoeveelheid luchtvaartemissierechten die voor de hele handelsperiode kosteloos aan de vliegtuigexploitant wordt toegewezen automatisch van de EU-rekening voor de bijzondere reserve naar de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening overgedragen.

Artikel 43

Overdracht van algemene emissierechten naar de EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten

Aan het einde van elke handelsperiode draagt de centrale administrateur alle nog op de EU-toewijzingsrekening staande emissierechten over naar de EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten.

Artikel 44

Overdracht van luchtvaartemissierechten naar de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten

Aan het einde van elke handelsperiode draagt de centrale administrateur alle nog op de EU-rekening voor de bijzondere reserve staande emissierechten over naar de EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten.

Artikel 45

Afschrijving van luchtvaartemissierechten

De centrale administrateur ziet erop toe dat alle emissierechten die aan het einde van een handelsperiode nog op de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening staan, naar de EU-rekening voor de afschrijving van emissierechten worden overgedragen.



Deel 4

Toewijzing aan vaste installaties

Artikel 46

Invoer van de nationale toewijzingstabellen in het EU-register

1.  
Elke lidstaat stelt de Commissie uiterlijk op 31 december 2020 in kennis van zijn nationale toewijzingstabel voor de periode 2021-2025 en uiterlijk op 31 december 2025 van dezelfde tabel voor de periode 2026-2030. De lidstaten zien erop toe dat de nationale toewijzingstabellen de in bijlage X omschreven informatie bevatten.
2.  
De Commissie geeft de centrale administrateur de opdracht de nationale toewijzingstabel in het EU-register in te voeren als zij van mening is dat die tabel in overeenstemming is met Richtlijn 2003/87/EG, Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/331 en de besluiten van de Commissie krachtens artikel 10 quater van Richtlijn 2003/87/EG. Zo niet wijst zij de nationale toewijzingstabel binnen een redelijke termijn af en stelt zij de betrokken lidstaat daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen en van de criteria waaraan een volgende kennisgeving moet voldoen om te kunnen worden aanvaard. Die lidstaat dient binnen drie maanden een herziene nationale toewijzingstabel bij de Commissie in.

Artikel 47

Wijzigingen in de nationale toewijzingstabellen

1.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat elke wijziging van de nationale toewijzingstabel in het EU-register wordt doorgevoerd conform de voorschriften voor kosteloze toewijzing aan vaste installaties.
2.  
Zodra een wijziging overeenkomstig lid 1 is doorgevoerd, wordt een kennisgeving toegezonden aan de nationale administrateur die de installatie waarop de wijziging betrekking heeft, beheert.
3.  
Lidstaten stellen de Commissie in kennis van wijzigingen in hun nationale toewijzingstabel met betrekking tot kosteloze toewijzing krachtens artikel 10 quater van Richtlijn 2003/87/EG.

Bij ontvangst van kennisgevingen krachtens voorgaande alinea geeft de Commissie de centrale administrateur de opdracht de wijzigingen in de nationale toewijzingstabel in het EU-register in te voeren als zij van mening is dat die wijzigingen in overeenstemming zijn met artikel 10 quater van Richtlijn 2003/87/EG. Zo niet wijst zij de wijzigingen binnen een redelijke termijn af en stelt zij de betrokken lidstaat daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen en van de criteria waaraan een volgende kennisgeving moet voldoen om te kunnen worden aanvaard.

Artikel 48

Kosteloze toewijzing van algemene emissierechten

1.  
De nationale administrateur geeft in de nationale toewijzingstabel voor elke exploitant, elk jaar en elke rechtsgrondslag die in bijlage X is aangegeven, aan of een installatie al dan niet een toewijzing voor dat jaar moet krijgen.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register algemene emissierechten automatisch overdraagt van de EU-toewijzingsrekening naar de betrokken open of geblokkeerde exploitanttegoedrekening, in overeenstemming met de desbetreffende nationale toewijzingstabel, met inachtneming van de in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75 vastgestelde wijzen van automatische overdracht.
3.  
Wanneer een uitgesloten exploitanttegoedrekening geen emissierechten overeenkomstig lid 2 ontvangt, dan worden de emissierechten voor de jaren waarin de uitsluiting van kracht was niet naar de rekening overgedragen mocht deze voor latere jaren de status „open” krijgen.
4.  
De centrale administrateur moet ervoor zorgen dat een exploitant te veel ontvangen emissierechten kan overdragen naar de EU-toewijzingsrekening als de nationale toewijzingstabel van een lidstaat krachtens artikel 47 is gewijzigd om deze te corrigeren voor het feit dat de exploitant te veel emissierechten toegewezen heeft gekregen, en als de bevoegde autoriteit de exploitant heeft verzocht de te veel ontvangen emissierechten terug te boeken.
5.  
De bevoegde autoriteit kan de nationale administrateur opdracht geven de te veel ontvangen emissierechten terug te boeken naar de EU-toewijzingsrekening als te veel emissierechten zijn toegewezen als gevolg van toewijzing nadat de exploitant de activiteiten van de installatie waarop deze toewijzing betrekking heeft zonder kennisgeving aan de bevoegde autoriteit heeft stopgezet.



Deel 5

Toewijzing aan vliegtuigexploitanten

Artikel 49

Wijzigingen in de nationale luchtvaarttoewijzingstabellen

1.  
Lidstaten stellen de Commissie in kennis van wijzigingen in hun nationale luchtvaarttoewijzingstabellen.
2.  
De Commissie geeft de centrale administrateur de opdracht de overeenkomstige wijzigingen in de nationale luchtvaarttoewijzingstabellen in het EU-register aan te brengen als zij van mening is dat de wijzigingen in die tabellen in overeenstemming zijn met Richtlijn 2003/87/EG, en met name, als het gaat om toewijzingen uit de bijzondere reserve, in overeenstemming zijn met de toewijzingen die overeenkomstig artikel 3 septies, lid 7, van die richtlijn zijn berekend en gepubliceerd. Zo niet wijst zij de wijzigingen binnen een redelijke termijn af en stelt zij de lidstaat daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen en van de criteria waaraan een volgende kennisgeving moet voldoen om te kunnen worden aanvaard.
3.  
Als het bij een fusie tussen vliegtuigexploitanten gaat om exploitanten die door verschillende lidstaten worden geadministreerd, wordt de wijziging geïnitieerd door de nationale administrateur die de vliegtuigexploitant administreert van wie de toewijzing moet opgaan in de toewijzing van een andere vliegtuigexploitant. Voordat de wijziging wordt uitgevoerd, moet toestemming worden verkregen van de nationale administrateur die de vliegtuigexploitant administreert die in zijn toewijzing de toewijzing van de gefuseerde vliegtuigexploitant opneemt.

Artikel 50

Kosteloze toewijzing van luchtvaartemissierechten

1.  
De nationale administrateur vermeldt voor elke vliegtuigexploitant en voor elk jaar of de vliegtuigexploitant voor dat jaar al dan niet een toewijzing in de nationale luchtvaarttoewijzingstabel moet krijgen.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register luchtvaartemissierechten automatisch overdraagt van de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening naar de betrokken open of geblokkeerde vliegtuigexploitanttegoedrekening, in overeenstemming met de desbetreffende toewijzingstabel, met inachtneming van de in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75 vastgestelde wijzen van automatische overdracht.
3.  
Indien een overeenkomst op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is en de overdracht van luchtvaartemissierechten aan vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het register van een andere regeling voor de handel in broeikasgasemissies vereist is, ziet de centrale administrateur er in samenwerking met de administrateur van het andere register op toe dat het EU-register die luchtvaartemissierechten overdraagt van de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening naar de overeenkomstige rekeningen in een ander register.
4.  
Indien een overeenkomst op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is en de overdracht van luchtvaartemissierechten overeenkomstig een andere regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten aan vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het EU-register vereist is, ziet de centrale administrateur er in samenwerking met de administrateur van het andere register op toe dat het EU-register die luchtvaartemissierechten overdraagt van de overeenkomstige rekeningen van het andere register naar de vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het EU-register, na goedkeuring door de bevoegde autoriteit voor het beheer van de andere regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten.
5.  
Wanneer een uitgesloten vliegtuigexploitanttegoedrekening geen emissierechten overeenkomstig lid 2 ontvangt voor de jaren waarin de uitsluiting van kracht was, dan worden deze emissierechten niet naar de rekening overgedragen mocht deze voor latere jaren de status „open” krijgen.
6.  
De centrale administrateur moet ervoor zorgen dat een vliegtuigexploitant te veel ontvangen emissierechten kan overdragen naar de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening als de nationale luchtvaarttoewijzingstabel van een lidstaat krachtens artikel 49 is gewijzigd om deze te corrigeren voor het feit dat de vliegtuigexploitant te veel emissierechten toegewezen heeft gekregen, en als de bevoegde autoriteit de vliegtuigexploitant heeft verzocht de te veel ontvangen emissierechten terug te boeken.
7.  
De bevoegde autoriteit kan de nationale administrateur opdracht geven te veel ontvangen emissierechten over te dragen naar de EU-toewijzingsrekening als er te veel emissierechten zijn toegewezen als gevolg van toewijzing nadat een vliegtuigexploitant de activiteiten waarop deze toewijzing betrekking heeft zonder kennisgeving aan de bevoegde autoriteit heeft stopgezet.

Artikel 51

Teruggave van luchtvaartemissierechten

Wanneer de nationale luchtvaarttoewijzingstabel overeenkomstig artikel 25 bis van Richtlijn 2003/87/EG wordt gewijzigd na de overdracht van emissierechten aan de vliegtuigexploitanttegoedrekeningen voor een bepaald jaar overeenkomstig artikel 50 van deze verordening, doet de centrale administrateur alle overdrachten die vereist zijn krachtens maatregelen die overeenkomstig artikel 25 bis van Richtlijn 2003/87/EG zijn genomen.



Deel 6

Veiling

Artikel 52

Invoer van de veilingtabellen in het EUTL

1.  
Binnen één maand na de vaststelling en vóór de publicatie van een veilingkalender op grond van artikel 11, lid 1, artikel 13, lid 1, artikel 13, lid 2, of artikel 32, lid 4, van Verordening (EU) nr. 1031/2010 verstrekt het betrokken afwikkelsysteem of clearingsysteem als omschreven in Verordening (EU) nr. 1031/2010 de Commissie de overeenkomstige veilingtabel.

Het genoemde afwikkelsysteem of clearingsysteem levert voor elk kalenderjaar vanaf 2012 twee veilingtabellen, één voor de veiling van algemene emissierechten en één voor de veiling van luchtvaartemissierechten, en zorgt ervoor dat de veilingtabellen de in bijlage XIII omschreven informatie omvatten.

2.  
De Commissie geeft de centrale administrateur de opdracht de veilingtabel in het EUTL in te voeren als zij van mening is dat die tabel in overeenstemming is met Verordening (EU) nr. 1031/2010. Zo niet wijst zij de veilingtabel binnen een redelijke termijn af en stelt zij het afwikkelsysteem of clearingsysteem als omschreven in Verordening (EU) nr. 1031/2010 daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen en van de criteria waaraan een volgende indiening moet voldoen om te kunnen worden aanvaard. Het genoemde afwikkelsysteem of clearingsysteem dient dienovereenkomstig binnen drie maanden een herziene veilingtabel bij de Commissie in.
3.  
Elke veilingtabel of herziene veilingtabel die vervolgens overeenkomstig lid 2 van dit artikel in het EUTL wordt opgenomen, vormt een overboekingsopdracht als gedefinieerd in artikel 2, onder i), van Richtlijn 98/26/EG.

Onverminderd artikel 53, lid 3, vormt elke indiening van zo een veilingtabel of herziene veilingtabel bij de Commissie het tijdstip van invoering van een overboekingsopdracht in een systeem als omschreven in artikel 2, onder a), van Richtlijn 98/26/EG, overeenkomstig artikel 3, lid 3, van die richtlijn.

Artikel 53

Wijzigingen in de veilingtabellen

1.  
Het betrokken clearingsysteem of afwikkelingssysteem als gedefinieerd in Verordening (EU) nr. 1031/2010, stelt de Commissie onmiddellijk in kennis van wijziging die in de veilingtabel moeten worden aangebracht.
2.  
De Commissie geeft de centrale administrateur de opdracht de herziene veilingtabel in het EUTL in te voeren als zij van mening is dat die tabel in overeenstemming is met Verordening (EU) nr. 1031/2010. Zo niet wijst zij de wijzigingen binnen een redelijke termijn af en stelt zij het veilingplatform daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen en van de criteria waaraan een volgende kennisgeving moet voldoen om te kunnen worden aanvaard.
3.  
De Commissie kan de centrale administrateur opdracht geven de in een veilingtabel vastgestelde overdracht van emissierechten te schorsen als zij weet krijgt van een noodzakelijke wijziging in de veilingtabel die niet door het eerdergenoemde clearingsysteem of afwikkelingssysteem is gemeld.

Artikel 54

Veiling van emissierechten

1.  
De Commissie geeft de centrale administrateur tijdig de opdracht om, op verzoek van de veilende lidstaat vertegenwoordigd door zijn overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1031/2010 aangestelde veiler, algemene emissierechten van de EU-veilingrekening en/of luchtvaartemissierechten van de EU-luchtvaartveilingrekening overeenkomstig de veilingtabellen over te dragen naar de betrokken rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register. De houder van de betrokken rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register ziet erop toe dat de geveilde emissierechten overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1031/2010 aan de succesvolle bieders of hun rechtsopvolgers worden overgedragen.
2.  
Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1031/2010 kan worden geëist dat de gemachtigde vertegenwoordiger van een rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register niet-geleverde emissierechten overdraagt van de rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register naar de EU-veilingrekening of de EU-luchtvaartveilingrekening, naargelang van het geval.



Deel 7

Handel

Artikel 55

Overdrachten van emissierechten

1.  
Op verzoek van een rekeninghouder zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register, met inachtneming van lid 2, emissierechten overdraagt naar een andere rekening, tenzij een dergelijke overdracht onmogelijk is vanwege de status van de initiërende of de ontvangende rekening.
2.  
Exploitanttegoedrekeningen en vliegtuigexploitanttegoedrekeningen mogen emissierechten alleen overdragen naar een rekening die voorkomt op de overeenkomstig artikel 23 opgezette lijst van betrouwbare rekeningen.
3.  
Rekeninghouders van exploitanttegoedrekeningen of vliegtuigexploitanttegoedrekeningen kunnen besluiten dat overdrachten van hun rekening naar rekeningen die niet voorkomen op de overeenkomstig artikel 23 opgestelde lijst van betrouwbare rekeningen mogelijk zijn. Rekeninghouders van exploitanttegoedrekeningen of vliegtuigexploitanttegoedrekeningen kunnen een dergelijk besluit intrekken. Het besluit en intrekking van het besluit worden meegedeeld in een naar behoren ondertekende verklaring die wordt ingediend bij de nationale administrateur.
4.  
Bij het initiëren van een overdracht vermeldt de gemachtigde vertegenwoordiger die de overdracht initieert in het EU-register of het gaat om een bilaterale transactie, tenzij de transactie is ingeschreven bij een handelsplatform, of de transactie bij een centrale tegenpartij wordt gecleard en of het een overdracht tussen verschillende rekeningen van dezelfde rekeninghouder in het EU-register betreft.



Deel 8

Inlevering van emissierechten

Artikel 56

Inlevering van emissierechten

1.  

Een exploitant of vliegtuigexploitant levert emissierechten in door het EU-register te verzoeken:

a) 

een opgegeven aantal emissierechten over te dragen van de betrokken exploitanttegoedrekening of vliegtuigexploitanttegoedrekening naar de EU-rekening voor de afschrijving van emissierechten;

b) 

het aantal en type overgedragen emissierechten dat is ingeleverd voor de emissies van de installatie van de exploitant of de emissies van de vliegtuigexploitant in de lopende periode, als zodanig te registreren.

2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register voorstellen voor de uitvoering van de inlevering van emissierechten belet die overeenkomstig artikel 33, lid 1, niet in aanmerking moeten worden genomen voor de berekening van het nalevingsstatuscijfer.
3.  
Een emissierecht dat reeds is ingeleverd, kan niet opnieuw worden ingeleverd.
4.  
Wanneer een overeenkomst op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is, zijn de leden 1, 2 en 3 van dit artikel van toepassing op eenheden die uit hoofde van de aan het EU-ETS gekoppelde regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten zijn afgegeven.
5.  
Emissierechten die een landcode hebben overeenkomstig artikel 37, lid 5, mogen niet worden ingeleverd.



Deel 9

Afschrijving van emissierechten

Artikel 57

Afschrijving van emissierechten

1.  

De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register elk verzoek van een rekeninghouder overeenkomstig artikel 12, lid 4, van Richtlijn 2003/87/EG tot afschrijving van op diens rekeningen aanwezige emissierechten uitvoert door:

a) 

een opgegeven aantal emissierechten over te dragen van de desbetreffende rekening naar de EU-rekening voor de afschrijving van emissierechten;

b) 

het aantal overgedragen emissierechten te registreren als afgeschreven voor het lopende jaar.

2.  
Afgeschreven emissierechten worden niet geregistreerd als ingeleverd voor emissies.



Deel 10

Terugdraaien van een transactie

Artikel 58

Terugdraaien van definitief afgeronde processen die per vergissing zijn geïnitieerd

1.  
Als een rekeninghouder of een nationale administrateur die namens de rekeninghouder optreedt, onopzettelijk of per vergissing een van de in lid 2 genoemde transacties heeft geïnitieerd, kan de rekeninghouder de administrateur van zijn rekening in een schriftelijk verzoek voorstellen de afgeronde transactie terug te draaien. Het verzoek wordt naar behoren ondertekend door de gemachtigde vertegenwoordiger(s) van de rekeninghouder die het terug te draaien type transactie mag (mogen) initiëren, en wordt uiterlijk tien werkdagen na de definitieve afronding van het proces ingediend. Dit verzoek bevat een verklaring dat de transactie onopzettelijk of per vergissing werd geïnitieerd.
2.  

Rekeninghouders kunnen voorstellen de volgende transacties terug te draaien:

a) 

inlevering van emissierechten;

b) 

afschrijving van emissierechten.

3.  
Als de administrateur van de rekening vaststelt dat het verzoek aan de voorwaarden van lid 1 voldoet en hij met het verzoek instemt, kan hij voorstellen de transactie in het EU-register terug te draaien.
4.  
Als een nationale administrateur onopzettelijk of per vergissing een van de in lid 5 genoemde transacties heeft geïnitieerd, kan hij de centrale administrateur in een schriftelijk verzoek voorstellen de afgeronde transactie terug te draaien. Dit verzoek bevat een verklaring dat de transactie onopzettelijk of per vergissing werd geïnitieerd.
5.  

Nationale administrateurs kunnen voorstellen de volgende transacties terug te draaien:

a) 

toewijzing van algemene emissierechten;

b) 

toewijzing van luchtvaartemissierechten.

6.  

De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register de krachtens lid 1 ingediende voorstellen tot terugdraaien aanvaardt, de eenheden die door de terugdraaiing moeten worden overgedragen, blokkeert en het voorstel aan de centrale administrateur toestuurt, mits aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan:

a) 

de transactie waarbij emissierechten waren ingeleverd of afgeschreven en die moet worden teruggedraaid, is niet meer dan dertig werkdagen voordat het voorstel van de administrateur van de rekening overeenkomstig lid 3 werd ingediend, afgerond;

b) 

als gevolg van de terugdraaiing van de inlevering van de transactie voldoet geen enkele exploitant of vliegtuigexploitant niet langer aan de eisen.

7.  

De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register de krachtens lid 4 ingediende voorstellen tot terugdraaien aanvaardt, de eenheden die door de terugdraaiing moeten worden overgedragen, blokkeert en het voorstel aan de centrale administrateur toestuurt, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a) 

de bestemmingsrekening van de terug te draaien transactie bevat nog steeds de hoeveelheid eenheden van het type waarop de terug te draaien transactie betrekking had;

b) 

de terug te draaien toewijzing van algemene emissierechten vond plaats nadat de vergunning van de installatie was ingetrokken of nadat de activiteiten van de installatie geheel of gedeeltelijk waren stopgezet.

8.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register de terugdraaiing voltooit met eenheden van hetzelfde eenheidstype die op de bestemmingsrekening staan van de transactie die wordt teruggedraaid.



HOOFDSTUK 3

Aansluiting met andere regelingen voor de handel in broeikasgasemissierechten

Artikel 59

Tenuitvoerlegging van koppelingsregelingen

De centrale administrateur kan met het oog op de tenuitvoerlegging van op grond van artikel 25 en artikel 25 bis van Richtlijn 2003/87/EG getroffen regelingen en overeenkomsten op passende tijdstippen rekeningen en processen in het leven roepen en transacties en andere verrichtingen uitvoeren.

▼M1



TITEL II BIS

SPECIFIEKE BEPALINGEN VOOR BOEKING VAN TRANSACTIES OP GROND VAN DE VERORDENINGEN (EU) 2018/842 EN (EU) 2018/841



HOOFDSTUK 1

Transacties op grond van Verordening (EU) 2018/842

Artikel 59 bis

Creatie van AEA's

1.  

Aan het begin van de nalevingsperiode creëert de centrale administrateur:

a) 

op de EU-ESR-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's een hoeveelheid AEA's gelijk aan de som van de jaarlijkse emissieruimte voor alle lidstaten voor alle jaren van de nalevingsperiode, zoals vastgesteld in artikel 10, lid 2, van Verordening (EU) 2018/842 en in de besluiten die zijn aangenomen op grond van artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842;

b) 

op de EU-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's in het kader van bijlage II een hoeveelheid AEA's gelijk aan de som van de jaarlijkse emissieruimte voor alle in aanmerking komende lidstaten voor alle jaren van de nalevingsperiode, zoals vastgesteld in de besluiten die zijn aangenomen op grond van artikel 4, leden 3 en 4, van Verordening (EU) 2018/842, op basis van de percentages die overeenkomstig artikel 6, lid 3, van die verordening door de lidstaten worden meegedeeld.

2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register aan elke AEA een unieke eenheidsidentificatiecode toekent zodra de AEA is gecreëerd.

Artikel 59 ter

Jaarlijkse emissieruimte-eenheden

AEA's kunnen worden gebruikt om te voldoen aan de aan lidstaten opgelegde eisen inzake de beperking van broeikasgasemissies overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) 2018/842 en hun toezeggingen overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EU) 2018/841. Zij zijn alleen overdraagbaar overeenkomstig de voorwaarden van artikel 5, leden 1 tot en met 5, artikel 6, artikel 9, lid 2, en artikel 11 van Verordening (EU) 2018/842 en artikel 12, lid 1, van Verordening (EU) 2018/841.

Artikel 59 quater

Overdracht van AEA's naar ESR-nalevingsrekeningen

1.  
Aan het begin van de nalevingsperiode draagt de centrale administrateur een hoeveelheid AEA's gelijk aan de jaarlijkse emissieruimte voor elke lidstaat voor elk jaar zoals vastgesteld in artikel 10, lid 2, van Verordening (EU) 2018/842 en in de besluiten die zijn aangenomen op grond van artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842, uit de EU-ESR-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's over naar de relevante ESR-nalevingsrekening.
2.  
Indien bij het afsluiten van de ESD-nalevingsrekening van de lidstaat voor het jaar 2020, overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EU) nr. 389/2013, de totale hoeveelheid broeikasgasemissies, uitgedrukt in ton kooldioxide-equivalent, op die ESD-nalevingsrekening groter is dan de som van alle AEA's, internationale kredieten, tCER's en lCER's, wordt een hoeveelheid die overeenstemt met het teveel aan emissies, vermenigvuldigd met de in artikel 7, lid 1, onder a), van Beschikking 406/2009/EG aangegeven kortingsfactor, in mindering gebracht op de hoeveelheid AEA's die overeenkomstig lid 1 van dit artikel voor het jaar 2021 naar de ESR-nalevingsrekening wordt overgedragen.

Artikel 59 quinquies

Invoering van de relevante broeikasgasemissiegegevens

1.  
De centrale administrateur voert de totale hoeveelheid relevante beoordeelde broeikasgasemissiegegevens, uitgedrukt in ton kooldioxide-equivalent, voor elke lidstaat in de bijbehorende ESR-nalevingsrekening voor dat nalevingsjaar tijdig in, zodra de betrokken beoordeelde broeikasgasemissiegegevens voor het gegeven jaar van de nalevingsperiode voor de meerderheid van de lidstaten beschikbaar zijn.
2.  
De centrale administrateur voert tevens de som van de relevante beoordeelde broeikasgasemissiegegevens voor alle lidstaten voor een bepaald jaar in de EU-ESR-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's in.

Artikel 59 sexies

Berekening van het saldo van de ESR-nalevingsrekening

1.  
Na invoering van de relevante broeikasgasemissiegegevens overeenkomstig artikel 59 quinquies ziet de centrale administrateur erop toe dat het EU-register het saldo van de desbetreffende ESR-nalevingsrekening berekent door de totale hoeveelheid beoordeelde broeikasgasemissies, uitgedrukt in ton kooldioxide-equivalent, op de desbetreffende ESR-nalevingsrekening af te trekken van de som van alle AEA's op dezelfde ESR-nalevingsrekening.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register het saldo van elke ESR-nalevingsrekening weergeeft.

Artikel 59 septies

Bepaling van nalevingsstatuscijfers

1.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register zes maanden na de invoering van de relevante broeikasgasemissiegegevens voor de jaren 2025 en 2030 overeenkomstig artikel 59 quinquies van deze verordening van elke ESR-nalevingsrekening het nalevingsstatuscijfer voor de jaren 2021 en 2026 bepaalt door berekening van de som van alle AEA's, kredieten overeenkomstig artikel 24 bis van Richtlijn 2003/87/EG en LMU's minus de totale hoeveelheid beoordeelde broeikasgasemissies, uitgedrukt in ton kooldioxide-equivalent, op dezelfde ESR-nalevingsrekening.
2.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register van elke ESR-nalevingsrekening het nalevingsstatuscijfer voor elk van de jaren 2022 tot en met 2025 en 2027 tot en met 2030 bepaalt door berekening van de som van alle AEA's, kredieten overeenkomstig artikel 24 bis van Richtlijn 2003/87/EG en LMU's minus de totale hoeveelheid beoordeelde broeikasgasemissies, uitgedrukt in ton kooldioxide-equivalent, op dezelfde ESR-nalevingsrekening één maand na de berekening van het nalevingsstatuscijfer voor het voorgaande jaar.

De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register het nalevingsstatuscijfer van elke ESR-nalevingsrekening registreert.

Artikel 59 octies

Toepassing van artikel 9, lid 1, onder a) en b), van Verordening (EU) 2018/842

1.  
Indien het overeenkomstig artikel 59 septies van deze verordening bepaalde nalevingsstatuscijfer negatief is, ziet de centrale administrateur erop toe dat het EU-register het teveel aan beoordeelde broeikasgasemissies uitgedrukt in ton kooldioxide-equivalent, vermenigvuldigd met de in artikel 9, lid 1, onder a), van Verordening (EU) 2018/842 aangegeven factor 1,08, overdraagt van de ESR-nalevingsrekening van de desbetreffende lidstaat voor het gegeven jaar naar de ESR-nalevingsrekening voor het volgende jaar.
2.  
Tegelijkertijd blokkeert de centrale administrateur de ESR-nalevingsrekeningen voor de resterende jaren van de nalevingsperiode van de betrokken lidstaat.
3.  
De centrale administrateur verandert de status van de ESR-nalevingsrekening van „geblokkeerd” naar „open” voor alle resterende jaren van de nalevingsperiode vanaf het jaar waarvoor het overeenkomstig artikel 59 septies bepaalde nalevingsstatuscijfer nul of positief is.

Artikel 59 nonies

Gebruik van de in artikel 6 van Verordening (EU) 2018/842 bedoelde flexibiliteit

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's overdraagt van de EU-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's in het kader van bijlage II naar de ESR-nalevingsrekening van die lidstaat voor een gegeven jaar van de nalevingsperiode. Een dergelijke overdracht wordt niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend voordat het saldo van de ESR-nalevingsrekening is berekend, of nadat het nalevingsstatuscijfer voor het gegeven jaar is bepaald;

b) 

de lidstaat die het verzoek heeft ingediend staat niet vermeld in bijlage II bij Verordening (EU) 2018/842;

c) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan het totale resterende saldo van de hoeveelheid die overeenkomstig bijlage II bij Verordening (EU) 2018/842 voor die lidstaat beschikbaar is zoals vastgesteld in de besluiten die zijn aangenomen op grond van artikel 4, leden 3 en 4, van Verordening (EU) 2018/842 en rekening houdend met de neerwaartse bijstelling van de hoeveelheid overeenkomstig artikel 6, lid 3, tweede alinea, van die verordening;

d) 

de gevraagde hoeveelheid overschrijdt de hoeveelheid overtollige emissies voor het gegeven jaar, die wordt berekend met medeneming van de hoeveelheid AEA's die overeenkomstig artikel 59 quinvicies, lid 3, of artikel 59 octovicies, lid 2, voor een gegeven jaar van de ESR-nalevingsrekening van deze lidstaat naar de LULUCF-nalevingsrekening van diezelfde lidstaat wordt overgedragen.

Artikel 59 decies

Lenen van AEA's

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's van de ESR-nalevingsrekening voor het volgende jaar van de nalevingsperiode overdraagt naar de ESR-nalevingsrekening van die lidstaat voor een gegeven jaar van de nalevingsperiode. Een dergelijke overdracht wordt niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend voordat het saldo van de ESR-nalevingsrekening is berekend, of nadat het nalevingsstatuscijfer voor het gegeven jaar is bepaald;

b) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan tien procent van de jaarlijkse emissieruimte voor het volgende jaar zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842 gedurende de jaren 2021 tot en met 2025, en vijf procent van de jaarlijkse emissieruimte voor het volgende jaar zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842 gedurende de jaren 2026 tot en met 2029.

Artikel 59 undecies

Reserveren van AEA's

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's van de ESR-nalevingsrekening van een lidstaat voor een gegeven jaar van de nalevingsperiode overdraagt naar de ESR-nalevingsrekening van een van de daaropvolgende jaren van de nalevingsperiode. Een dergelijke overdracht wordt niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend voordat het saldo van de ESR-nalevingsrekening voor het gegeven jaar is berekend;

b) 

wat betreft het jaar 2021 is de gevraagde hoeveelheid groter dan het positieve saldo van de rekening zoals berekend overeenkomstig artikel 59 sexies;

c) 

wat betreft de jaren 2022 tot en met 2029 is de gevraagde hoeveelheid groter dan het positieve saldo van de rekening zoals berekend overeenkomstig artikel 59 sexies van deze verordening of dan 30 % van de cumulatieve jaarlijkse emissieruimten van die lidstaat tot dat jaar zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842;

d) 

de status van de ESR-nalevingsrekening die de overdracht initieert staat de overdracht niet toe.

Artikel 59 duodecies

Gebruik van landcompensatie-eenheden (LMU's)

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register landcompensatie-eenheden overdraagt van de LULUCF-nalevingsrekening van een lidstaat naar de ESR-nalevingsrekening van die lidstaat. Een dergelijke overdracht wordt niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan de beschikbare hoeveelheid van de overeenkomstig artikel 59 quinvicies voor overdracht naar de ESR-nalevingsrekening in aanmerking komende LMU's of de resterende hoeveelheid;

b) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan de beschikbare hoeveelheid volgens bijlage III bij Verordening (EU) 2018/842 of de resterende hoeveelheid;

c) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan de hoeveelheid emissies voor het gegeven jaar verminderd met de hoeveelheid AEA's voor het gegeven jaar, zoals vastgesteld in artikel 10, lid 2, van Verordening (EU) 2018/842 en de besluiten die zijn aangenomen op grond van artikel 4, lid 3, en artikel 10 van die verordening, en verminderd met de som van alle gereserveerde AEA's uit vorige jaren die zijn overgedragen naar het lopende jaar of daaropvolgende jaren overeenkomstig artikel 59 undecies van deze verordening;

d) 

de betrokken lidstaat heeft zich niet gehouden aan de rapportagevoorschriften overeenkomstig artikel 7, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 525/2013 met betrekking tot zijn voornemen gebruik te maken van de in artikel 7 van Verordening (EU) 2018/842 bedoelde flexibiliteitsinstrumenten;

e) 

de betrokken lidstaat heeft niet voldaan aan Verordening (EU) 2018/841;

f) 

de overdracht wordt geïnitieerd voordat het saldo van de LULUCF-nalevingsrekening van die lidstaat is berekend of nadat het nalevingsstatuscijfer voor de gegeven nalevingsperiode is bepaald overeenkomstig de artikelen 59 duovicies en 59 octovicies;

g) 

de overdracht wordt geïnitieerd voordat het saldo van de ESR-nalevingsrekening van die lidstaat is berekend of nadat het nalevingsstatuscijfer voor het gegeven jaar is bepaald.

Artikel 59 terdecies

Ex-ante-overdrachten van de jaarlijkse emissieruimte van een lidstaat

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's van de ESR-nalevingsrekening voor een gegeven jaar van die lidstaat overdraagt naar de ESR-nalevingsrekening van een andere lidstaat. Een dergelijke overdracht wordt niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

met betrekking tot de jaren 2021 tot en met 2025 bedraagt de gevraagde hoeveelheid meer dan vijf procent van de gegeven jaarlijkse emissieruimte van de initiërende lidstaat zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842, of is deze groter dan de resterende beschikbare hoeveelheid;

b) 

met betrekking tot de jaren 2026 tot en met 2030 bedraagt de gevraagde hoeveelheid meer dan tien procent van de gegeven jaarlijkse emissieruimte van de initiërende lidstaat zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842, of is deze groter dan de resterende beschikbare hoeveelheid;

c) 

de lidstaat heeft om overdracht verzocht naar een ESR-nalevingsrekening voor een jaar eerder dan het gegeven jaar;

d) 

de status van de ESR-nalevingsrekening die de overdracht initieert staat de overdracht niet toe.

Artikel 59 quaterdecies

Overdrachten na de berekening van het saldo van de ESR-nalevingsrekening

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's van de ESR-nalevingsrekening voor een gegeven jaar van die lidstaat overdraagt naar de ESR-nalevingsrekening van een andere lidstaat. Een dergelijke overdracht wordt niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend voordat het saldo van de rekening is berekend overeenkomstig artikel 59 sexies;

b) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan het positieve saldo van de rekening zoals berekend overeenkomstig artikel 59 sexies; of is groter dan de resterende hoeveelheid;

c) 

de status van de ESR-nalevingsrekening die de overdracht initieert staat de overdracht niet toe.

Artikel 59 quindecies

Veiligheidsreserve

Na invoering van de relevante broeikasgasemissiegegevens voor het jaar 2030 overeenkomstig artikel 59 quinquies van deze verordening, creëert de centrale administrateur op de EU-ESR-veiligheidsreserverekening een extra hoeveelheid AEA's gelijk aan het verschil tussen 70 % van de som van de beoordeelde emissies voor alle lidstaten voor het jaar 2005, als vastgesteld volgens de methode van het besluit dat is aangenomen op grond van artikel 4, lid 3, van Verordening (EU) 2018/842, en de som van de beoordeelde broeikasgasemissiegegevens voor het jaar 2030 van alle lidstaten. Deze hoeveelheid komt uit tussen de 0 en 105 miljoen AEA's.

Artikel 59 sexdecies

Eerste ronde van de verdeling van de veiligheidsreserve

1.  

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's voor jaren in de periode van 2026 tot en met 2030 overdraagt van de EU-ESR-veiligheidsreserverekening naar de ESR-nalevingsrekening van die lidstaat overeenkomstig de behoeften van die lidstaat. Dergelijke overdrachten worden niet uitgevoerd in elk van de volgende gevallen:

a) 

het verzoek heeft betrekking op een ESR-nalevingsrekening voor een ander jaar dan de jaren 2026-2030;

b) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend voordat het saldo voor het jaar 2030 is berekend;

c) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend minder dan zes weken vóór de berekening van het nalevingsstatuscijfer voor de ESR-nalevingsrekening voor het jaar 2026;

d) 

het verzoek is ingediend door een lidstaat die niet is opgenomen in het overeenkomstig artikel 11, lid 5, van Verordening (EU) 2018/842 bekendgemaakte besluit;

e) 

de gevraagde hoeveelheid bedraagt meer dan 20 % van de totale overschrijding van die lidstaat in de periode van 2013 tot en met 2020, als bepaald in het overeenkomstig artikel 11, lid 5, van Verordening (EU) 2018/842 bekendgemaakte besluit, of de op grond van lid 3 van dit artikel verminderde hoeveelheid AEA's, of de resterende beschikbare hoeveelheid;

f) 

de hoeveelheid overeenkomstig de artikelen 59 terdecies en 59 quaterdecies aan andere lidstaten verkochte AEA's is groter dan de hoeveelheid overeenkomstig de artikelen 59 terdecies en 59 quaterdecies van andere lidstaten verkregen AEA's;

g) 

de gevraagde hoeveelheid is groter dan de hoeveelheid overtollige emissies voor het gegeven jaar, waarbij het volgende wordt meegerekend:

i) 

de hoeveelheid AEA's voor het gegeven jaar, zoals beschreven in de besluiten die zijn aangenomen op grond van artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842;

ii) 

de hoeveelheid van de ESR-nalevingsrekening afkomstige AEA's die voor het gegeven jaar zijn verkregen of verkocht overeenkomstig de artikelen 59 terdecies en 59 quaterdecies;

iii) 

de volledige hoeveelheid AEA's die overeenkomstig artikel 59 undecies van voorgaande jaren naar het lopende jaar of de volgende jaren zijn overgedragen;

iv) 

de totale hoeveelheid AEA's die op grond van artikel 59 decies aan dat jaar mogen worden geleend;

v) 

de hoeveelheid LMU's die overeenkomstig artikel 59 quinvicies voor de overdrachten naar ESR-nalevingsrekeningen in aanmerking komen of de resterende beschikbare hoeveelheid overeenkomstig artikel 59 quaterdecies.

2.  
Zes weken voordat het nalevingsstatuscijfer voor het jaar 2026 wordt berekend, zorgt de centrale administrateur ervoor dat in het EU-register de totale hoeveelheid door alle lidstaten overeenkomstig lid 1 aangevraagde AEA's wordt berekend en weergegeven.
3.  
Indien de in lid 2 bedoelde som groter is dan de totale hoeveelheid AEA's op de EU-ESR-veiligheidsreserverekening zorgt de centrale administrateur ervoor dat de door alle lidstaten gewenste hoeveelheden verhoudingsgewijs verminderd in het EU-register worden overgedragen.
4.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat de verhoudingsgewijs verminderde hoeveelheid in het EU-register wordt berekend door de gevraagde hoeveelheid te vermenigvuldigen met de verhouding van de totale hoeveelheid AEA's op de EU-ESR-veiligheidsreserverekening en de totale door alle lidstaten overeenkomstig lid 1 gevraagde hoeveelheid.

Artikel 59 septdecies

Tweede ronde van de verdeling van de veiligheidsreserve

1.  

Indien de in artikel 59 sexdecies, lid 2, bedoelde som lager is dan de totale hoeveelheid AEA's op de EU-ESR-veiligheidsreserverekening, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register aanvullende verzoeken van de lidstaten toestaat op voorwaarde dat:

a) 

het verzoek van de lidstaat ten vroegste zes weken voor bepaling van het nalevingsstatuscijfer voor het jaar 2026 en niet later dan drie weken voor bepaling van het nalevingsstatuscijfer voor het jaar 2026 wordt ingediend;

b) 

het verzoek is ingediend door een lidstaat die is opgenomen in het overeenkomstig artikel 11, lid 5, van Verordening (EU) 2018/842 bekendgemaakte besluit;

c) 

de hoeveelheid overeenkomstig de artikelen 59 terdecies en 59 quaterdecies aan andere lidstaten verkochte AEA's niet groter is dan de hoeveelheid overeenkomstig de artikelen 59 terdecies en 59 quaterdecies van andere lidstaten verkregen AEA's;

d) 

de over te dragen hoeveelheid met medeneming van alle in artikel 59 sexdecies, lid 1, onder g), opgenomen hoeveelheden en de hoeveelheid overeenkomstig artikel 59 sexdecies ontvangen AEA's niet groter is dan de hoeveelheid overtollige emissies voor het gegeven jaar.

2.  
Indien de som van alle geldige verzoeken hoger uitkomt dan de resterende totale hoeveelheid, ziet de centrale administrateur erop toe dat het EU-register de over te dragen hoeveelheid voor elk geldig verzoek berekent door de resterende totale hoeveelheid AEA's op de EU-ESR-veiligheidsreserverekening te vermenigvuldigen met de verhouding van dat verzoek tot de som van alle verzoeken die aan de in lid 1 vastgelegde criteria voldoen.

Artikel 59 octodecies

Aanpassingen

1.  
In geval van aanpassingen overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842 of van enige andere wijziging van de som als bedoeld in artikel 59 bis van de onderhavige verordening die zou leiden tot een stijging van de jaarlijkse emissieruimte van een lidstaat tijdens de nalevingsperiode, maakt de centrale administrateur een overeenkomstige hoeveelheid AEA's aan op de EU-ESR-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's en draagt hij die hoeveelheid over naar de desbetreffende ESR-nalevingsrekening van de betrokken lidstaat.
2.  
In geval van aanpassingen overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842 of van enige andere wijziging van de som als bedoeld in artikel 59 bis van de onderhavige verordening die zou leiden tot een daling van de jaarlijkse emissieruimte van een lidstaat tijdens de nalevingsperiode, draagt de centrale administrateur een overeenkomstige hoeveelheid AEA's over van de ESR-nalevingsrekening van de betrokken lidstaat naar de ESR-afschrijvingsrekening.
3.  
Wanneer een lidstaat meedeelt het percentage naar beneden overeenkomstig artikel 6, lid 3, tweede alinea, van Verordening (EU) 2018/842 te herzien en na de overeenkomstige wijziging van de vermelde hoeveelheden in het op grond van artikel 4, lid 3, van Verordening (EU) 2018/842 aangenomen besluit, zorgt de centrale administrateur voor de overdracht van de corresponderende hoeveelheid AEA's van het EU-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's in het kader van bijlage II naar de ESR-afschrijvingsrekening. De totale beschikbare hoeveelheid voor deze lidstaat krachtens artikel 6 van Verordening (EU) 2018/842 wordt dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 59 novodecies

Overdrachten van eerder gereserveerde AEA's

Indien een lidstaat daarom verzoekt, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EU-register AEA's van de ESR-nalevingsrekening voor een gegeven jaar van de nalevingsperiode overdraagt naar de ESR-nalevingsrekening van die lidstaat voor een van de daaropvolgende jaren van de nalevingsperiode. Een dergelijke overdracht mag niet worden uitgevoerd als:

a) 

de gevraagde hoeveelheid groter is dan de overeenkomstig artikel 59 undecies gereserveerde hoeveelheid AEA's op de ESR-nalevingsrekening waarvan de beoogde overdracht plaatsvindt;

b) 

het verzoek van de lidstaat wordt ingediend voor berekening van het saldo of na bepaling van het nalevingsstatuscijfer van de ESR-nalevingsrekening waarvan de beoogde overdracht plaatsvindt.

Artikel 59 vicies

Uitvoering en terugdraaiing van overdrachten

1.  
Voor alle in deze titel omschreven overdrachten gelden de bepalingen van de artikelen 34, 35 en 55.
2.  
Overdrachten naar ESR-nalevingsrekeningen die per vergissing zijn geïnitieerd, kunnen op verzoek van de nationale administrateur worden teruggedraaid. In dit geval zijn de leden 4, 6, 7 en 8 van artikel 62 van toepassing.

▼B



TITEL III

GEMEENSCHAPPELIJKE TECHNISCHE BEPALINGEN



HOOFDSTUK 1

Technische vereisten van het EU-register en het EUTL



Deel 1

Beschikbaarheid

Artikel 60

Beschikbaarheid en betrouwbaarheid van het EU-register en het EUTL

1.  

De centrale administrateur onderneemt alle redelijke stappen om ervoor te zorgen dat:

a) 

de vertegenwoordigers van de rekeningen en de nationale administrateurs 24 uur per dag en zeven dagen per week toegang hebben tot het EU-register;

b) 

de in artikel 6 bedoelde communicatieverbindingen tussen het EU-register en het EUTL 24 uur per dag en zeven dagen per week operationeel zijn;

c) 

de nodige back-uphardware en -software voorhanden is voor het geval zich een storing voordoet bij de primaire hardware of software;

d) 

het EU-register en het EUTL prompt reageren op verzoeken van vertegenwoordigers van rekeningen.

2.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat in het EU-register en het EUTL robuuste systemen en procedures worden ingebouwd om alle betrokken gegevens te beschermen en de snelle recuperatie van gegevens en verrichtingen bij storingen of calamiteiten te vergemakkelijken.
3.  
De centrale administrateur beperkt onderbrekingen in het functioneren van het EU-register en het EUTL tot een minimum.

Artikel 61

Helpdesks

1.  
De nationale administrateurs verlenen via nationale helpdesks bijstand en steun aan de houders en vertegenwoordigers van rekeningen in het EU-register die door hen worden beheerd.
2.  
De centrale administrateur ondersteunt de nationale administrateurs via een centrale helpdesk om hen te helpen overeenkomstig lid 1 bijstand te verlenen.



Deel 2

Beveiliging en authenticering

Artikel 62

Authenticering van het EU-register

De identiteit van het EU-register wordt door het EUTL geauthenticeerd, waarbij rekening wordt gehouden met de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75.

Artikel 63

Toegang tot rekeningen in het EU-register

1.  
Vertegenwoordigers van rekeningen kunnen via de beveiligde ruimte van het EU-register toegang verkrijgen tot hun rekeningen in het EU-register. De centrale administrateur zorgt ervoor dat de beveiligde ruimte op de website van het EU-register via het internet toegankelijk is. De website van het EU-register is beschikbaar in alle officiële talen van de Europese Unie.
2.  
Nationale administrateurs kunnen via de beveiligde ruimte van het EU-register toegang verkrijgen tot de rekeningen die in het EU-register door hen worden beheerd. De centrale administrateur zorgt ervoor dat deze beveiligde ruimte op de website van het EU-register via het internet toegankelijk is.
3.  
De verbindingen tussen de gemachtigde vertegenwoordigers of nationale administrateurs en de beveiligde ruimte van het EU-register worden versleuteld, waarbij rekening wordt gehouden met de beveiligingsvoorschriften in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75.
4.  
De centrale administrateur onderneemt alle nodige stappen om ervoor te zorgen dat onrechtmatige toegang tot de beveiligde ruimte van de website van het EU-register onmogelijk wordt gemaakt.
5.  
Als de beveiliging van de inloggegevens van een gemachtigde vertegenwoordiger is geschonden, schorst de gemachtigde vertegenwoordiger onmiddellijk de toegang tot de betrokken rekening, stelt hij de administrateur van de rekening daarvan in kennis en vraagt hij vervangende inloggegevens aan. Als geen toegang tot de rekening kan worden verkregen om de toegang tot de rekening te schorsen, verzoekt de gemachtigde vertegenwoordiger onmiddellijk de nationale administrateur de toegang te schorsen.

Artikel 64

Authenticering en machtiging in het EU-register

1.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EU-register nationale administrateurs en elke gemachtigde vertegenwoordiger inloggegevens toekent om hen te authenticeren met het oog op de toegang tot het EU-register.
2.  
Een gemachtigde vertegenwoordiger heeft alleen toegang tot de rekeningen in het EU-register waarvoor hij een machtiging bezit en kan alleen om de initiëring van processen verzoeken waartoe hij krachtens artikel 21 gemachtigd is. Deze toegang wordt verstrekt en deze verzoeken worden ingediend via een beveiligde ruimte op de website van het EU-register.
3.  
Om toegang tot het EU-register te verkrijgen, moet een gemachtigde vertegenwoordiger naast de in lid 1 bedoelde inloggegevens ook secundaire authenticering gebruiken, waarbij de typen mechanismen voor secundaire authenticering zoals uiteengezet in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75, in aanmerking worden genomen.
4.  
De administrateur van een rekening kan ervan uitgaan dat een gebruiker die met succes door het EU-register is geauthenticeerd, de onder de verstrekte authenticeringsinloggegevens geregistreerde gemachtigde vertegenwoordiger is, tenzij de gemachtigde vertegenwoordiger de administrateur van de rekening ervan in kennis stelt dat de beveiliging van zijn inloggegevens is geschonden en hij vervangende inloggegevens aanvraagt.
5.  
De gemachtigde vertegenwoordiger neemt alle nodige maatregelen om verlies, diefstal of schending van zijn inloggegevens te voorkomen. De gemachtigde vertegenwoordiger stelt de nationale administrateur onmiddellijk in kennis van verlies, diefstal of schending van zijn inloggegevens.

Artikel 65

Schorsing van elke toegang wegens beveiligingsinbreuken of -risico's

1.  
De centrale administrateur kan de toegang tot het EU-register of het EUTL of delen daarvan tijdelijk schorsen als hij een redelijk vermoeden heeft dat sprake is van een inbreuk op de beveiliging van of een ernstig risico voor de beveiliging van het EU-register of het EUTL in de zin van Besluit (EU, Euratom) 2017/46 van de Commissie ( 5 ), met inbegrip van de in artikel 60 bedoelde back-upvoorzieningen. Indien de redenen voor de schorsing meer dan vijf werkdagen aanhouden, kan de Commissie de centrale administrateur opdracht geven de schorsing te handhaven.

De centrale administrateur stelt alle nationale administrateurs in kennis van de schorsing, de redenen en de vermoedelijke duur.

2.  
Een nationale administrateur die kennis krijgt van een inbreuk op de beveiliging of een risico voor de beveiliging stelt de centrale administrateur hiervan onverwijld in kennis. De centrale administrateur kan de in lid 1 bedoelde maatregelen nemen.
3.  
Een nationale administrateur die weet krijgt van een situatie zoals beschreven in lid 1 op grond waarvan de schorsing van elke toegang tot de rekeningen die hij overeenkomstig deze verordening beheert nodig is, schorst elke toegang tot alle rekeningen die hij beheert en stelt de centrale administrateur hiervan onverwijld in kennis. De centrale administrateur brengt alle nationale administrateurs zo snel mogelijk op de hoogte.
4.  
Rekeninghouders worden van uit hoofde van de leden 1, 2 en 3 genomen maatregelen zo lang van tevoren als haalbaar is op de hoogte gebracht. De voorafgaande kennisgeving vermeldt de vermoedelijke duur van de schorsing en wordt duidelijk weergegeven op de publiek toegankelijke ruimte van de website van het EU-register.

Artikel 66

Schorsing van de toegang tot emissierechten bij een vermoeden van frauduleuze transactie

1.  

Een nationale administrateur of een nationale administrateur die handelt op instructie van de bevoegde autoriteit of de desbetreffende autoriteit krachtens de nationale wetgeving kan de toegang tot emissierechten in het deel van het EU-register dat hij beheert schorsen in elk van de volgende gevallen:

a) 

voor ten hoogste vier weken als hij vermoedt dat de emissierechten het voorwerp waren van een transactie waarbij fraude werd gepleegd, geld werd witgewassen, terrorisme werd gefinancierd, van corruptie sprake was of andere ernstige strafbare feiten werden gepleegd;

b) 

indien schorsing plaatsvindt op grond van en overeenkomstig nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig doel wordt nagestreefd.

Voor de toepassing van punt a) van de eerste alinea zijn bepalingen van artikel 67 van overeenkomstige toepassing. In opdracht van de financiële inlichtingeneenheid kan de periode worden verlengd.

2.  
De Commissie kan de centrale administrateur opdracht geven de toegang tot de emissierechten in het EU-register of het EUTL op te schorten voor ten hoogste vier weken als zij vermoedt dat de emissierechten het voorwerp waren van een transactie waarbij fraude werd gepleegd, geld werd witgewassen, terrorisme werd gefinancierd, sprake was van corruptie of andere ernstige strafbare feiten werden gepleegd.
3.  
De nationale administrateur of de Commissie stelt de bevoegde rechtshandhavingsautoriteit onmiddellijk in kennis van de schorsing.
4.  
Een nationale rechtshandhavingsautoriteit van de lidstaat van de nationale administrateur kan de administrateur ook verzoeken tot schorsing over te gaan op grond van en overeenkomstig de nationale wetgeving.

Artikel 67

Samenwerking met de betrokken bevoegde autoriteiten en kennisgeving van witwassen van geld, financiering van terrorisme of criminele activiteiten

1.  
De centrale administrateur en de nationale administrateurs werken samen met overheidsdiensten die zijn belast met het toezicht op de naleving van Richtlijn 2003/87/EG en overheidsdiensten die met betrekking tot het toezicht op de primaire en secundaire markten voor emissierechten bevoegd zijn zodat zij zich een totaalbeeld van de markten voor emissierechten kunnen vormen.
2.  
De nationale administrateur, zijn directeuren en zijn werknemers werken ten volle met de betrokken bevoegde autoriteiten samen om adequate en passende procedures in te voeren teneinde verrichtingen die met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme verband houden, te voorkomen en te verhinderen.
3.  

De nationale administrateur, zijn directeuren en zijn werknemers werken ten volle met de in artikel 32 van Richtlijn (EU) 2015/849 bedoelde financiële inlichtingeneenheid (FIE) samen door onmiddellijk:

a) 

de FIE uit eigen beweging te informeren wanneer zij weten, vermoeden of goede redenen hebben om te vermoeden dat geld wordt of is witgewassen, terrorisme wordt of is gefinancierd of criminele activiteiten plaatsvinden of hebben plaatsgevonden, of dat een poging daartoe wordt of is ondernomen;

b) 

de FIE op haar verzoek alle vereiste informatie te verstrekken, overeenkomstig de volgens de geldende wetgeving vastgestelde procedures.

4.  
De in lid 2 bedoelde informatie wordt doorgestuurd naar de FIE van de lidstaat van de nationale administrateur. De voor de toezending van informatie uit hoofde van dit artikel verantwoordelijke persoon of personen wordt/worden aangewezen bij de nationale maatregelen ter omzetting van de in artikel 45, lid 1, van Richtlijn (EU) 2015/849 bedoelde beleidslijnen en procedures op het gebied van het nalevingsbeheer en de communicatie.
5.  
De lidstaat van de nationale administrateur zorgt ervoor dat de nationale maatregelen tot omzetting van de artikelen 37, 38, 39, 42 en 46 van Richtlijn (EU) 2015/849 van toepassing zijn op de nationale administrateur.
6.  
Rekeninghouders rapporteren fraude of vermoedelijke fraude onmiddellijk aan de bevoegde nationale rechtshandhavingsautoriteit. Dit rapport wordt naar de nationale administrateurs doorgestuurd.

Artikel 68

Schorsing van processen

1.  
De Commissie kan de centrale administrateur opdracht geven de aanvaarding door het EUTL van een aantal dan wel alle processen die uitgaan van het EU-register, tijdelijk te schorsen als dat register niet overeenkomstig deze verordening wordt beheerd en bijgehouden. Zij stelt de betrokken nationale administrateurs daarvan onmiddellijk in kennis.
2.  
De centrale administrateur kan de initiëring of aanvaarding van een aantal dan wel alle processen in het EU-register tijdelijk schorsen met het oog op de uitvoering van gepland onderhoud of noodonderhoud van het EU-register.
3.  
Een nationale administrateur kan de Commissie verzoeken de overeenkomstig lid 1 geschorste processen te hervatten wanneer hij de mening is toegedaan dat de problemen die tot de schorsing hebben geleid, zijn opgelost. Als dit het geval is, geeft de Commissie de centrale administrateur de opdracht deze processen te hervatten. Zo niet wijst zij het verzoek binnen een redelijke termijn af en stelt zij de nationale administrateur daarvan onverwijld in kennis, met opgave van de redenen en van de criteria waaraan een volgend verzoek moet voldoen om te kunnen worden aanvaard.
4.  
De Commissie kan de centrale instructeur, ook op verzoek van een lidstaat die de Europese Raad ingevolge artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie in kennis heeft gesteld van zijn voornemen zich uit de Unie terug te trekken, opdracht geven de aanvaarding door het EUTL van de relevante processen voor die lidstaat in verband met kosteloze toewijzing en veiling tijdelijk op te schorten.

Artikel 69

Schorsing van koppelingsovereenkomsten

In geval van schorsing of opzegging van een overeenkomst uit hoofde van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG neemt de centrale administrateur de passende maatregelen in overeenstemming met de overeenkomst.



Deel 3

Geautomatiseerde controles, registratie en afwikkeling van processen

Artikel 70

Geautomatiseerde controles van processen

1.  
Alle processen moeten voldoen aan de algemene IT-vereisten van elektronische berichtgeving die ervoor zorgen dat het EU-register een proces op degelijke wijze kan lezen, controleren en vastleggen. Alle processen moeten voldoen aan de specifieke procesgerelateerde vereisten die in deze verordening zijn beschreven.

▼M1

2.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EUTL op alle processen geautomatiseerde controles uitvoert en daarbij rekening houdt met de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75, om onregelmatigheden en discrepanties op te sporen waarbij een voorgesteld proces niet in overeenstemming is met de in Richtlijn 2003/87/EG, Verordening (EU) 2018/842 en deze verordening gestelde eisen.

▼B

Artikel 71

Opsporing van discrepanties

Wanneer processen worden afgewikkeld via de in artikel 6, lid 2, bedoelde directe communicatieverbinding tussen het EU-register en het EUTL, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EUTL alle processen beëindigt waarbij het na de in artikel 72, lid 2, bedoelde geautomatiseerde controles discrepanties vaststelt, en dat het EU-register en de administrateur van de rekeningen waarop de beëindigde transactie betrekking heeft, daarvan in kennis gesteld worden door een geautomatiseerde controleresponscode te verzenden. De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EU-register de desbetreffende rekeninghouders onmiddellijk ervan in kennis stelt dat het proces werd stopgezet.

Artikel 72

Opsporing van discrepanties in het EU-register

1.  
De centrale administrateur en de lidstaten zorgen ervoor dat het EU-register controle-invoercodes en controleresponscodes bevat om een correcte interpretatie van de tijdens elk proces uitgewisselde gegevens te garanderen. De controlecodes houden rekening met de codes in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75.
2.  
De centrale administrateur zorgt er voor dat vóór en tijdens de uitvoering van alle processen het EU-register passende geautomatiseerde controles verricht, om ervoor te zorgen dat discrepanties worden opgespoord en onjuiste processen worden stopgezet voordat het EUTL geautomatiseerde controles uitvoert.

Artikel 73

Afstemming — opsporing van afwijkingen door het EUTL

1.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EUTL periodiek een afstemming initieert om te garanderen dat de in het EUTL opgeslagen gegevens met betrekking tot rekeningen en tegoeden van emissierechten overeenstemmen met de in het EU-register opgeslagen gegevens met betrekking tot deze tegoeden. De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EUTL alle processen registreert.
2.  
Als het EUTL bij het in lid 1 bedoelde afstemmingsproces een afwijking vaststelt, waarbij de gegevens met betrekking tot rekeningen, tegoeden van emissierechten die door het EU-register in het kader van het periodieke afstemmingsproces worden verstrekt, verschillen van de gegevens die zijn opgeslagen in het EUTL, zorgt de centrale administrateur ervoor dat het EUTL alle verdere processen met de rekeningen, emissierechten waarop de afwijking betrekking heeft, verhindert. De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EUTL de centrale administrateur en de administrateurs van de betrokken rekeningen onmiddellijk in kennis stelt van eventuele afwijkingen.

Artikel 74

Definitieve afronding van processen

1.  
Alle overeenkomstig artikel 6, lid 2, aan het EUTL meegedeelde transacties en andere processen zijn definitief wanneer het EUTL het EU-register meedeelt de processen te hebben afgewikkeld. De centrale administrateur zorgt ervoor dat het EUTL automatisch de afwikkeling van een transactie of proces afbreekt als die/dat niet binnen 24 uur na de mededeling ervan kan worden afgewikkeld.
2.  
Het in artikel 73, lid 1, bedoelde afstemmingsproces is definitief wanneer alle afwijkingen tussen de voor een bepaalde datum en een bepaald tijdstip in het EU-register en in het EUTL opgeslagen gegevens zijn opgelost, en het afstemmingsproces met succes opnieuw is geïnitieerd en afgewikkeld.



Deel 4

Specificaties en beheer van nieuwe versies of releases

Artikel 75

Technische en gegevensuitwisselingsspecificaties

1.  
De Commissie verstrekt de nationale administrateurs de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties waarin de operationele vereisten voor het EU-register zijn vastgesteld, met inbegrip van de identificatiecodes, de geautomatiseerde controles, de responscodes en de vereisten inzake gegevensopslag, alsook de testprocedures en beveiligingsvoorschriften.
2.  
De technische en gegevensuitwisselingsspecificaties worden in overleg met de lidstaten opgesteld.
3.  
De normen die conform de overeenkomsten uit hoofde van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG worden ontwikkeld, zijn in overeenstemming met de overeenkomstig leden 1 en 2 van dit artikel opgestelde technische en gegevensuitwisselingsspecificaties.

Artikel 76

Beheer van nieuwe versies of releases

Als een nieuwe versie of release van de software van het EU-register vereist is, zorgt de centrale administrateur ervoor dat de testprocedures die in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75 zijn omschreven, worden afgerond voordat een communicatieverbinding tot stand wordt gebracht en geactiveerd tussen de nieuwe versie of release van die software en het EUTL.



HOOFDSTUK 2

Opgeslagen gegevens, rapportage, vertrouwelijkheid en vergoedingen

Artikel 77

Verwerking van informatie en persoonsgegevens

1.  
Met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens in het EU-register en het EUTL, worden de nationale administrateurs beschouwd als verwerkingsverantwoordelijken in de zin van artikel 4, punt 7, van Verordening (EU) 2016/679. De Commissie wordt met betrekking tot haar verantwoordelijkheden uit hoofde van deze verordening en de daarmee verband houdende verwerking van persoonsgegevens beschouwd als verwerkingsverantwoordelijke in de zin van artikel 3, lid 8, van Verordening (EU) 2018/1725.
2.  
In het geval van een inbreuk in verband met persoonsgegevens die door een nationale administrateur wordt ontdekt, stelt hij zonder onnodige vertragingen de centrale administrateur en de andere nationale administrateurs in kennis van de aard en de mogelijke gevolgen van de inbreuk en de genomen en voorgestelde maatregelen om de inbreuk in verband met persoonsgegevens aan te pakken en de mogelijke schadelijke effecten te beperken.
3.  
In het geval van een inbreuk in verband met persoonsgegevens die door de centrale administrateur wordt ontdekt, stelt hij zonder onnodige vertragingen de nationale administrateurs in kennis van de aard en de mogelijke gevolgen van de inbreuk en de door de centrale administrateur genomen en voor uitvoer door de nationale administrateurs voorgestelde maatregelen om de inbreuk in verband met persoonsgegevens aan te pakken en de mogelijke schadelijke effecten te beperken.
4.  
Regelingen betreffende de respectieve verantwoordelijkheden van de verwerkingsverantwoordelijken voor de nakoming van hun verplichtingen inzake gegevensbescherming worden opgenomen in de overeenkomstig artikel 7, lid 4, opgestelde samenwerkingsvoorwaarden.
5.  
De centrale administrateur en de lidstaten zien erop toe dat het EU-register en het EUTL slechts gegevens opslaan en verwerken over de rekeningen, rekeninghouders en vertegenwoordigers van rekeningen zoals aangegeven in tabel III-I van bijlage III, tabellen VI-I en VI-II van bijlage VI, tabel VII-I van bijlage VII, en tabel VIII-I van bijlage VIII. Alle andere informatie die krachtens deze verordening moet worden verstrekt, wordt buiten het EU-register en het EUTL opgeslagen en verwerkt.
6.  
De nationale administrateurs zien erop toe dat de krachtens deze verordening vereiste informatie die niet in het EU-register of het EUTL wordt opgeslagen in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van het Unierecht en de nationale wetgeving wordt verwerkt.
7.  
In het EU-register of het EUTL worden geen bijzondere categorieën van gegevens als bedoeld in artikel 9 van Verordening (EU) 2016/679 en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/1725 opgeslagen.

Artikel 78

Opgeslagen gegevens

1.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register gegevens over alle processen, loggegevens en rekeninghouders opslaat en tot vijf jaar na afsluiting van een rekening bewaart.
2.  
Persoonsgegevens worden vijf jaar na afsluiting van een rekening of vijf jaar na beëindiging van de zakelijke relatie, zoals omschreven in artikel 3, punt 13, van Richtlijn (EU) 2015/849, met een natuurlijk persoon verwijderd uit de registers.
3.  
Persoonsgegevens mogen uitsluitend vijf jaar langer worden bewaard, en zijn dan enkel toegankelijk voor de centrale administrateur, voor onderzoek, opsporing, vervolging, administratie of inning van belastingen, het uitvoeren van audits en financieel toezicht bij activiteiten met betrekking tot emissierechten of het witwassen van geld, financiering van terrorisme, of andere ernstige strafbare feiten of marktmanipulatie waartoe de rekeningen in het EU-register kunnen worden aangewend of schendingen van het EU-recht of nationale wetgeving die de werking van het EU-ETS waarborgt.
4.  
Voor onderzoek, opsporing, vervolging, administratie of inning van belastingen, het uitvoeren van audits en financieel toezicht bij activiteiten met betrekking tot emissierechten of het witwassen van geld, financiering van terrorisme, of andere ernstige strafbare feiten of marktmanipulatie waartoe de rekeningen in het EU-register kunnen worden aangewend of schendingen van het EU-recht of nationale wetgeving die de werking van het EU-ETS waarborgt kunnen door de nationale administrateurs verwerkte persoonsgegevens na de afsluiting van de zakelijke relatie worden bewaard tot het einde van een periode die overeenstemt met de maximale verjaringstermijn van deze strafbare feiten zoals vastgesteld in de nationale wetgeving van de nationale administrateur.
5.  
Rekeninggegevens die persoonsgegevens bevatten en die overeenkomstig de bepalingen van deze verordening zijn verzameld en niet in het EU-register of het EUTL zijn opgeslagen, worden overeenkomstig de bepalingen van deze verordening bewaard.
6.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat de nationale administrateurs toegang hebben tot alle gegevens die in het EU-register over de door hen beheerde rekeningen zijn opgeslagen, en dat zij deze gegevens kunnen raadplegen en exporteren.

Artikel 79

Verslaglegging en beschikbaarheid van informatie

1.  
De centrale administrateur stelt de in bijlage XIII genoemde informatie op een transparante en georganiseerde wijze ter beschikking aan de in bijlage XIII vermelde ontvangers. De centrale administrateur onderneemt alle redelijke stappen om de in bijlage XIII bedoelde informatie met de in bijlage XIII vermelde frequentie ter beschikking te stellen. De centrale administrateur geeft geen andere in het EUTL of in het EU-register bewaarde informatie vrij tenzij dit krachtens artikel 80 is toegestaan.
2.  
Nationale administrateurs kunnen ook het gedeelte van de in bijlage XIII bedoelde informatie waartoe zij overeenkomstig artikel 80 toegang hebben, met de in die bijlage bepaalde frequentie op een transparante en georganiseerde wijze ter beschikking stellen van de in die bijlage vermelde ontvangers op een site die via het internet openbaar toegankelijk is. Nationale administrateurs geven geen andere in het EU-register bewaarde informatie vrij tenzij dit krachtens artikel 80 is toegestaan.

Artikel 80

Vertrouwelijkheid

1.  
Alle gegevens, met inbegrip van de tegoeden van alle rekeningen, alle verrichte transacties, de unieke eenheidsidentificatiecode van de emissierechten die worden aangehouden of bij een transactie zijn betrokken, die in het EUTL en het EU-register zijn opgeslagen, worden als vertrouwelijk beschouwd, tenzij anders is voorgeschreven in de EU-wetgeving of nationale rechtsvoorschriften waarmee een rechtmatig, met deze verordening verenigbaar doel wordt nagestreefd en die evenredig zijn.

De eerste alinea is ook van toepassing op alle gegevens die ter uitvoering van deze verordening worden verzameld en door de centrale administrateur of een nationale administrateur worden opgeslagen.

2.  
De centrale administrateur en de nationale administrateurs zien erop toe dat alle personen die voor hen werkzaam zijn of zijn geweest of entiteiten waaraan taken zijn gedelegeerd, alsmede deskundigen die in hun opdracht handelen, aan het beroepsgeheim gebonden zijn. De vertrouwelijke gegevens waarvan deze personen beroepshalve kennis krijgen, mogen zij niet bekendmaken, onverminderd de vereisten van het nationale strafrecht of belastingrecht of de andere bepalingen van deze verordening.
3.  

De centrale administrateur of een nationale administrateur mag in het EU-register en het EUTL opgeslagen gegevens of krachtens deze verordening verzamelde gegevens aan de volgende entiteiten verstrekken:

a) 

de politie of een andere rechtshandhavingsautoriteit of rechterlijke instantie en de belastingautoriteiten van een lidstaat;

b) 

het Europees Bureau voor fraudebestrijding van de Europese Commissie;

c) 

de Europese Rekenkamer;

d) 

Eurojust;

e) 

de bevoegde autoriteiten als bedoeld in artikel 48 van Richtlijn (EU) 2015/849;

f) 

de bevoegde autoriteiten als bedoeld in artikel 67 van Richtlijn 2014/65/EU;

g) 

de bevoegde autoriteiten als bedoeld in artikel 22 van Verordening (EU) nr. 596/2014;

h) 

de Europese Autoriteit voor effecten en markten, opgericht bij Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad ( 6 );

i) 

het Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulatoren opgericht bij Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad ( 7 );

j) 

de bevoegde nationale toezichtsinstanties;

k) 

de nationale administrateurs van de lidstaten en de bevoegde autoriteiten als bedoeld in artikel 18 van Richtlijn 2003/87/EG;

l) 

de in artikel 6 van Richtlijn 98/26/EG genoemde autoriteiten en instanties;

m) 

de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de bevoegde nationale autoriteiten voor gegevensbescherming.

4.  
Gegevens kunnen worden verstrekt aan de in lid 3 genoemde entiteiten die daartoe een verzoek indienen bij de centrale administrateur of een nationale administrateur indien dergelijke verzoeken gerechtvaardigd en noodzakelijk zijn met het oog op onderzoek, opsporing, vervolging, administratie of inning van belastingen, het uitvoeren van audits en financieel toezicht van activiteiten met betrekking tot emissierechten, het witwassen van geld, de financiering van terrorisme, andere ernstige strafbare feiten, marktmisbruik waartoe de rekeningen in het EU-register kunnen worden aangewend of schendingen van het EU-recht of nationale wetgeving die de werking van het EU-ETS waarborgt.

Onverminderd de vereisten van het nationale strafrecht of belastingrecht, mogen de centrale administrateur, de nationale administrateurs, andere autoriteiten, instanties of natuurlijke of rechtspersonen die ingevolge deze verordening vertrouwelijke informatie ontvangen deze, wanneer het om de centrale administrateur en de nationale administrateurs gaat, uitsluitend gebruiken bij de vervulling van hun taken en voor de uitoefening van hun functies binnen het toepassingsgebied van deze verordening of, wanneer het om andere autoriteiten, instanties of natuurlijke of rechtspersonen gaat, voor het doel waarvoor die informatie aan hen verstrekt is en/of in het kader van administratieve of gerechtelijke procedures die specifiek met de uitoefening van deze functies verband houden.

Alle uit hoofde van deze verordening ontvangen, uitgewisselde of doorgegeven vertrouwelijke informatie valt onder de in dit artikel vastgestelde voorwaarden. Dit artikel belet evenwel niet dat de centrale administrateur en de nationale administrateurs vertrouwelijke gegevens overeenkomstig deze verordening uitwisselen of doorgeven.

Dit artikel belet niet dat de centrale administrateur en de nationale administrateurs overeenkomstig de nationale wetgeving vertrouwelijke gegevens uitwisselen of doorgeven die niet van de centrale administrateur of de nationale administrateur van een andere lidstaat zijn ontvangen.

5.  
Een entiteit die overeenkomstig lid 4 gegevens ontvangt, zorgt ervoor dat de ontvangen gegevens uitsluitend worden gebruikt voor de doeleinden die zijn vermeld in het overeenkomstig lid 4 ingediende verzoek en niet opzettelijk of per ongeluk beschikbaar worden gesteld aan personen die niets te maken hebben met het beoogde doel van het gegevensgebruik. Deze bepaling laat onverlet dat deze entiteiten de gegevens beschikbaar mogen stellen aan andere in lid 3 genoemde entiteiten indien dat noodzakelijk is voor de doeleinden die zijn vermeld in het overeenkomstig lid 4 ingediende verzoek.
6.  
De centrale administrateur kan de entiteiten bedoeld in lid 3 desgevraagd toegang geven tot transactiegegevens die niet de mogelijkheid bieden om specifieke personen te identificeren, met het oog op het opsporen van verdachte transactiepatronen. Entiteiten met een dergelijke toegang kunnen andere in lid 3 genoemde entiteiten van verdachte transactiepatronen in kennis stellen.
7.  
Europol krijgt voor de toepassing van artikel 18 van Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad ( 8 ) permanente read-only-toegang tot de gegevens die in het EU-register en het EUTL zijn opgeslagen. Europol houdt de Commissie op de hoogte van het gebruik dat het van de gegevens maakt.
8.  
Nationale administrateurs maken op beveiligde wijze aan alle andere nationale administrateurs en de centrale administrateur de naam, nationaliteit en geboortedatum en -plaats bekend van personen voor wie zij overeenkomstig artikel 19, lid 2, onder a), b) en c), geweigerd hebben een rekening te openen of die zij overeenkomstig artikel 21, lid 5, onder a) en b), geweigerd hebben als gemachtigde vertegenwoordiger aan te wijzen, alsmede de naam, nationaliteit en geboortedatum van de rekeninghouder en de gemachtigde vertegenwoordigers van rekeningen waartoe de toegang overeenkomstig artikel 30, lid 1, onder c), artikel 30, lid 2, onder a), artikel 30, lid 3, onder a) en b), en artikel 30, lid 4, is geschorst of van rekeningen die overeenkomstig artikel 28 zijn gesloten. De nationale administrateurs zorgen ervoor dat de gegevens actueel blijven en niet langer worden gedeeld als de redenen voor het delen ophouden te bestaan. De gegevens worden niet langer dan vijf jaar gedeeld.

De nationale administrateurs stellen de betrokken personen van het feit dat hun identiteitsgegevens met andere nationale administrateurs zijn gedeeld en van de duur van deze informatie-uitwisseling op de hoogte.

De betrokken personen kunnen krachtens de nationale wetgeving binnen de dertig kalenderdagen bezwaar aantekenen tegen het delen van gegevens bij de bevoegde autoriteit of de desbetreffende autoriteit. De bevoegde autoriteit of de desbetreffende autoriteit geeft de nationale administrateur opdracht ofwel om het delen van de gegevens te stoppen ofwel het delen van de gegevens voort te zetten in een met redenen omkleed besluit, onderworpen aan de voorschriften van de nationale wetgeving.

De betrokken personen kunnen de nationale administrateur die de gegevens deelt als bedoeld in de eerste alinea verzoeken de met betrekking tot hen gedeelde persoonsgegevens over te leggen. De nationale administrateurs voldoen aan dergelijke verzoeken binnen twintig werkdagen na ontvangst van het verzoek.

9.  
De nationale administrateurs kunnen ertoe besluiten de nationale rechtshandhavingsautoriteiten en de belastingdiensten in kennis te stellen van alle transacties die een groter aantal eenheden behelzen dan het door de nationale administrateur vastgestelde aantal, en van de rekeningen waarop binnen een bepaalde periode een groter aantal transacties plaatsvindt dan het door de nationale administrateur vastgestelde aantal.
10.  
Het EUTL, noch het EU-register verlangt van rekeninghouders dat zij prijsinformatie met betrekking tot emissierechten overleggen.
11.  
De overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EU) nr. 1031/2010 aangewezen veilingtoezichthouder heeft toegang tot alle informatie betreffende de rekeningen voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling in het EU-register.

Artikel 81

Vergoedingen

1.  
De centrale administrateur rekent de houders van rekeningen in het EU-register geen vergoeding aan.
2.  
De nationale administrateurs kunnen de rekeninghouders en verificateurs die door hen worden beheerd, een redelijke vergoeding aanrekenen.
3.  
De nationale administrateurs stellen de centrale administrateur binnen tien werkdagen in kennis van de aangerekende vergoedingen en van eventuele wijzigingen in de vergoedingen. De centrale administrateur maakt de vergoedingen bekend op een openbare website.

Artikel 82

Onderbreking van de functionering

De centrale administrateur zorgt ervoor dat onderbrekingen in de functionering van het EU-register tot een minimum worden beperkt door alle redelijke stappen te ondernemen om de beschikbaarheid en de beveiliging van het EU-register en van het EUTL in de zin van Besluit (EU, Euratom) 2017/46 te garanderen en door robuuste systemen en procedures op te zetten voor de bescherming van alle informatie.



TITEL IV

OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 83

Uitvoering

De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om deze verordening ten uitvoer te leggen, en met name opdat de nationale administrateurs voldoen aan hun verplichtingen om de verstrekte gegevens te controleren en te toetsen overeenkomstig artikel 19, lid 1, artikel 21, lid 4, en artikel 22, lid 4.

Artikel 84

Verder gebruik van de rekeningen

1.  
De in hoofdstuk 3 van titel I van deze verordening omschreven rekeningen die op grond van Verordening (EU) nr. 389/2013 zijn geopend of worden gebruikt, blijven in gebruik met het oog op de toepassing van deze verordening.
2.  
Op grond van artikel 18 van Verordening (EU) nr. 389/2013 geopende persoonstegoedrekeningen worden omgezet in emissierechten.

Artikel 85

Gebruiksbeperkingen

1.  
Kyoto-eenheden als omschreven in artikel 3, punt 12, van Verordening (EU) nr. 389/2013 mogen op ETS-rekeningen in het EU-register worden aangehouden tot 1 juli 2023.
2.  
Na de in lid 1 genoemde datum, verstrekt de centrale administrateur een lijst van de ETS-rekeningen met Kyoto-eenheden aan de nationale administrateurs. De nationale administrateurs vragen rekeninghouders op basis van die lijst een PK-rekening aan te geven waarop dergelijke internationale kredieten moeten worden overgedragen.
3.  
Als de rekeninghouder niet binnen veertig werkdagen op het verzoek van de nationale administrateur heeft gereageerd, draagt de nationale administrateur de internationale kredieten over naar een nationale PK-rekening of een in de nationale wetgeving voorgeschreven rekening.

Artikel 86

Verstrekken van nieuwe rekeninggegevens

De uit hoofde van deze verordening vereiste rekeninggegevens die niet bij Verordening (EU) nr. 389/2013 vereist zijn, worden uiterlijk bij de eerstvolgende herziening als bedoeld in artikel 22, lid 4, ingediend bij de nationale administrateurs.

Artikel 87

Wijzigingen in Verordening (EU) nr. 389/2013

Verordening (EU) nr. 389/2013 wordt als volgt gewijzigd:

1) 

Aan artikel 7 wordt het volgende lid 4 toegevoegd:

„4.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register met de registers van regelingen voor de handel in broeikasgasemissierechten waarmee een koppelingsovereenkomst in overeenstemming met artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is een communicatieverbinding in stand houdt om transacties met emissierechten door te geven.”.
2) 

Aan artikel 56 worden de volgende leden 4 en 5 toegevoegd:

„4.  
Indien een overeenkomst op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is en de overdracht van luchtvaartemissierechten aan vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het register van een andere regeling voor de handel in broeikasgasemissies vereist is, ziet de centrale administrateur er in samenwerking met de administrateur van het andere register op toe dat het EU-register die luchtvaartemissierechten overdraagt van de EU-luchtvaarttoewijzingsrekening naar de overeenkomstige rekeningen in een ander register.
5.  
Indien een overeenkomst overeenkomstig artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is en de overdracht van luchtvaartemissierechten volgens een andere regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten aan vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het EU-register vereist is, ziet de centrale administrateur er in samenwerking met de administrateur van het andere register op toe dat het EU-register die luchtvaartemissierechten overdraagt van de overeenkomstige rekeningen van het andere register naar de vliegtuigexploitanttegoedrekeningen in het EU-register, na goedkeuring door de bevoegde autoriteit voor het beheer van de andere regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten.”.
3) 

Aan artikel 67 wordt het volgende lid 5 toegevoegd:

„5.  
Wanneer een overeenkomst op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht is, zijn de leden 1, 2 en 3 van dit artikel van toepassing op eenheden die uit hoofde van de aan het EU-ETS gekoppelde regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten zijn afgegeven.”.
4) 

Artikel 71 wordt vervangen door:

„Artikel 71

Tenuitvoerlegging van koppelingsregelingen

De centrale administrateur kan met het oog op de tenuitvoerlegging van op grond van artikel 25 en artikel 25 bis van Richtlijn 2003/87/EG getroffen regelingen en overeenkomsten op passende tijdstippen rekeningen en processen in het leven roepen en transacties en andere verrichtingen uitvoeren.”.

5) 

Het volgende artikel 99 bis wordt ingevoegd:

„Artikel 99 bis

Schorsing van koppelingsovereenkomsten

In geval van schorsing of opzegging van een overeenkomst uit hoofde van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG neemt de centrale administrateur de passende maatregelen in overeenstemming met de overeenkomst.”.

6) 

Aan artikel 105 wordt het volgende lid 3 toegevoegd:

„3.  
De normen die conform de overeenkomsten uit hoofde van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG worden ontwikkeld, zijn in overeenstemming met de overeenkomstig leden 1 en 2 opgestelde technische en gegevensuitwisselingsspecificaties.”.
7) 

Artikel 108 wordt vervangen door:

„Artikel 108

Opgeslagen gegevens

1.  
De centrale administrateur ziet erop toe dat het EU-register gegevens over alle processen, loggegevens en rekeninghouders opslaat en tot vijf jaar na afsluiting van een rekening bewaart.
2.  
Persoonsgegevens worden vijf jaar na afsluiting van een rekening of vijf jaar na beëindiging van de zakelijke relatie, zoals omschreven in artikel 3, punt 13, van Richtlijn (EU) 2015/849, met de natuurlijke persoon verwijderd uit de registers.
3.  
Persoonsgegevens mogen uitsluitend vijf jaar langer worden bewaard, en zijn dan enkel toegankelijk voor de centrale administrateur, voor onderzoek, opsporing, vervolging, administratie of inning van belastingen, het uitvoeren van audits en financieel toezicht bij activiteiten met betrekking tot emissierechten of het witwassen van geld, financiering van terrorisme, of andere ernstige strafbare feiten of marktmanipulatie waartoe de rekeningen in het EU-register kunnen worden aangewend of schendingen van het EU-recht of nationale wetgeving die de werking van het EU-ETS waarborgt.
4.  
Voor onderzoek, opsporing, vervolging, administratie of inning van belastingen, het uitvoeren van audits en financieel toezicht bij activiteiten met betrekking tot emissierechten of het witwassen van geld, financiering van terrorisme, of andere ernstige strafbare feiten of marktmanipulatie waartoe de rekeningen in het EU-register kunnen worden aangewend of schendingen van het EU-recht of nationale wetgeving die de werking van het EU-ETS waarborgt kunnen door de nationale administrateurs verwerkte persoonsgegevens na de afsluiting van de zakelijke relatie worden bewaard tot het einde van een periode die overeenstemt met de maximale verjaringstermijn van deze strafbare feiten zoals vastgesteld in de nationale wetgeving van de nationale administrateur.
5.  
Rekeninggegevens die persoonsgegevens bevatten en die overeenkomstig de bepalingen van deze verordening zijn verzameld en niet in het EU-register of het EUTL zijn opgeslagen, worden overeenkomstig de bepalingen van deze verordening bewaard.
6.  
De centrale administrateur zorgt ervoor dat de nationale administrateurs toegang hebben tot alle gegevens die in het EU-register over de door hen beheerde rekeningen zijn opgeslagen, en dat zij deze gegevens kunnen raadplegen en exporteren.”.
8) 

In bijlage XIV wordt het volgende punt 4 bis ingevoegd:

„4 bis. Op 1 mei van elk jaar wordt de volgende informatie bekendgemaakt met betrekking tot de overeenkomsten die op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht zijn en tegen 30 april in het EUTL zijn geregistreerd:

a) 

het bezit aan in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten op alle rekeningen in het EU-register;

b) 

het aantal in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten dat wordt gebruikt voor naleving in het EU-ETS;

c) 

de som van de in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten die in het voorafgaande kalenderjaar zijn overgedragen naar de rekeningen in het EU-register;

d) 

som van de in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten die in het voorgaande kalenderjaar naar rekeningen zijn overgedragen.”.

Artikel 88

Intrekking

Verordening (EU) nr. 389/2013 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2021.

Verordening (EU) nr. 389/2013 blijft evenwel tot en met 1 januari 2026 van toepassing voor alle met betrekking tot de handelsperiode van 2013 tot en met 2020 vereiste handelingen, de tweede verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto en de nalevingsperiode in de zin van artikel 3, punt 30, van die verordening.

Artikel 89

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing vanaf 1 januari 2021, met uitzondering van artikel 87, dat van toepassing is vanaf de dag van inwerkingtreding.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.




BIJLAGE I



Tabel I-I: Typen rekeningen en typen eenheden die op de verschillende typen rekeningen kunnen worden aangehouden

Naam type rekening

Rekeninghouder

Administrateur van de rekening

Aantal rekeningen van dit type

Emissierechten

Uit hoofde van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG gekoppelde ETS-eenheden

Algemene emissierechten

Luchtvaartemissierechten

I.  ETS-beheerdersrekeningen in het EU-register

EU-rekening voor de totale hoeveelheid emissierechten

EU

centrale administrateur

1

Ja

Neen

Neen

EU-rekening voor de totale hoeveelheid luchtvaartemissierechten

EU

centrale administrateur

1

Neen

Ja

Neen

EU-veilingrekening

EU

centrale administrateur

1

Ja

Neen

Neen

EU-toewijzingsrekening

EU

centrale administrateur

1

Ja

Neen

Neen

EU-luchtvaartveilingrekening

EU

centrale administrateur

1

Neen

Ja

Neen

EU-rekening voor de bijzondere reserve

EU

centrale administrateur

1

Neen

Ja

Neen

EU-luchtvaarttoewijzingsrekening

EU

centrale administrateur

1

Neen

Ja

Neen

EU-rekening voor de afschrijving van emissierechten

EU

centrale administrateur

1

Ja

Ja

Ja

Rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling

Veiler, veilingplatform, clearingsysteem of afwikkelingssysteem

nationale administrateur die de rekening heeft geopend

één of meer voor elk veilingplatform

Ja

Ja

Neen

II.  ETS-tegoedrekeningen in het EU-register

Exploitanttegoedrekening

Exploitant

nationale administrateur van de lidstaat waar de installatie zich bevindt

één voor elke installatie

Ja

Ja

Ja

Vliegtuigexploitanttegoedrekening

Vliegtuigexploitant

nationale administrateur van de lidstaat die de vliegtuigexploitant administreert

één voor elke vliegtuigexploitant

Ja

Ja

Ja

Nationale tegoedrekening

Lidstaat

nationale administrateur van de lidstaat die houder is van de rekening

één of meer voor elke lidstaat

Ja

Ja

Ja

III.  ETS-handelsrekeningen in het EU-register

Handelsrekening

Persoon

nationale administrateur of centrale administrateur die de rekening heeft geopend

als goedgekeurd

Ja

Ja

Ja

▼M1



Tabel I-II: Rekeningen voor boeking van transacties overeenkomstig titel II bis

Naam type rekening

Rekeninghouder

Administrateur van de rekening

Aantal rekeningen van dit type

AEA's

Geboekte emissies/geboekte verwijderingen

LMU's

MFLFA's

EU-ESR-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's

EU

centrale administrateur

1

Ja

Nee

Nee

Nee

ESR-afschrijvingsrekening

EU

centrale administrateur

1

Ja

Nee

Ja

Nee

EU-rekening voor de totale hoeveelheid AEA's in het kader van bijlage II

EU

centrale administrateur

1

Ja

Nee

Nee

Nee

EU-ESR-veiligheidsreserverekening

EU

centrale administrateur

1

Ja

Nee

Nee

Nee

ESR-nalevingsrekening

Lidstaat

centrale administrateur

1 voor elk van de 10 nalevingsjaren voor elke lidstaat

Ja

Nee

Ja

Nee

▼B




BIJLAGE II

Voorwaarden

Betaling van vergoedingen

1. De voorwaarden betreffende door het register in rekening gebrachte vergoedingen voor het creëren en bijhouden van rekeningen en het registreren en bijhouden van verificateurs.

Wijziging van de basisvoorwaarden

2. Aanpassing van de basisvoorwaarden om rekening te houden met wijzigingen in deze verordening of in de nationale wetgeving.

Geschillenbeslechting

3. Bepalingen met betrekking tot geschillen tussen rekeninghouders en de keuze van gerechtelijke instantie voor de nationale administrateur.

Verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid

4. De beperking van de aansprakelijkheid van de nationale administrateur.

5. De beperking van de aansprakelijkheid van de rekeninghouder.




BIJLAGE III

Te verstrekken informatie bij aanvragen voor het openen van een rekening

1. De in tabel III-I vermelde informatie.



Tabel III-1: Rekeninggegevens voor alle rekeningen

 

A

B

C

D

E

F

Item nr.

Rekeninggegevens

Verplicht (V) of facultatief (F)?

Type

Kunnen deze gegevens worden bijgewerkt?

Is voor bijwerking de goedkeuring van de administrateur nodig?

Worden de gegevens op de openbare website van het EUTL weergegeven?

1

Type rekening

V

Keuze

Neen

n.v.t.

Ja

2

Naam rekeninghouder

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

3

Naam van de rekening (gekozen door de rekeninghouder)

V

Vrij

Ja

Neen

Ja

4

Adres rekeninghouder: land

V

Keuze

Ja

Ja

Ja

5

Adres rekeninghouder: regio of deelstaat

F

Vrij

Ja

Ja

Ja

6

Adres rekeninghouder: plaats

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

7

Adres rekeninghouder: postcode

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

8

Adres rekeninghouder: regel 1

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

9

Adres rekeninghouder: regel 2

F

Vrij

Ja

Ja

Ja

10

Registratienummer van het bedrijf van de rekeninghouder

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

11

Telefoonnummer 1 van de rekeninghouder

V

Vrij

Ja

Neen

Neen (*1)

12

Telefoonnummer 2 van de rekeninghouder

V

Vrij

Ja

Neen

Neen (*1)

13

E-mailadres van de rekeninghouder

V

Vrij

Ja

Neen

Neen (*1)

14

Geboortedatum (voor natuurlijke personen)

V voor natuurlijke personen

Vrij

Neen

n.v.t.

Neen

15

Geboorteplaats (voor natuurlijke personen)

V voor natuurlijke personen

Vrij

Neen

n.v.t.

Neen

16

Geboorteland

F

Vrij

Neen

n.v.t.

Neen

17

Type identiteitsbewijs (voor natuurlijke personen)

V

Keuze

Ja

Ja

Neen

18

Nummer identiteitsbewijs (voor natuurlijke personen)

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

19

Vervaldatum van het identiteitsbewijs

V indien toegewezen

Vrij

Ja

Ja

Neen

20

Btw-registratienummer met landcode

V indien toegewezen

Vrij

Ja

Ja

Neen

21

Identificator voor juridische entiteiten overeenkomstig artikel 26 van Verordening (EU) nr. 600/2014

V indien toegewezen

Vastgesteld

Ja

Neen

Ja

(*1)   

De rekeninghouder kan ervoor kiezen de informatie op de openbare website van het EUTL te laten weergeven.




BIJLAGE IV

Informatie die moet worden verstrekt om een rekening voor de levering van geveilde emissierechten of een handelsrekening te kunnen openen

1. De in tabel III-I van bijlage III vermelde informatie.

2. Bewijs dat de persoon die de opening van een rekening aanvraagt, een open bankrekening heeft in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte.

3. Bewijsstukken ter staving van de identiteit van de natuurlijke persoon die de opening van een rekening aanvraagt; een kopie van een van de volgende stukken kan als bewijs dienen:

a) 

een identiteitskaart die is afgegeven door een lidstaat van de Europese Economische Ruimte of de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling;

b) 

een paspoort;

c) 

een document dat overeenkomstig de nationale wetgeving van de nationale administrateur die de rekening beheert als persoonlijk identificatiedocument geldt.

4. Bewijsstukken ter staving van het adres van de permanente verblijfplaats van de rekeninghouder (natuurlijke persoon); een kopie van een van de volgende stukken kan als bewijs dienen:

a) 

het krachtens punt 3 overgelegde identiteitsbewijs als daarin het adres van de permanente verblijfplaats wordt vermeld;

b) 

enig ander door de regering verstrekt identiteitsdocument waarin het adres van de permanente verblijfplaats vermeld staat;

c) 

als het land van de permanente verblijfplaats geen identiteitsdocumenten verstrekt waarin het adres van de permanente verblijfplaats wordt vermeld, een verklaring van de lokale autoriteiten waarin de permanente verblijfplaats van de voorgedragen persoon wordt bevestigd;

d) 

enig ander document dat in de lidstaat van de administrateur van de rekening gewoonlijk wordt aanvaard als bewijs van de permanente verblijfplaats van de persoon op wiens naam het document staat.

5. De volgende documenten als de opening van een rekening wordt aangevraagd door een rechtspersoon:

a) 

een document waaruit blijkt dat de rechtspersoon is geregistreerd;

b) 

bankrekeninggegevens;

c) 

een bevestiging van inschrijving in het btw-register;

d) 

de naam, de geboortedatum en de nationaliteit van de uiteindelijk begunstigde van de rechtspersoon als gedefinieerd in artikel 3, punt 6, van Richtlijn (EU) 2015/849, met inbegrip van het type eigendom of controle dat deze uitoefent;

e) 

de lijst van de directeuren.

6. Als een rechtspersoon de opening van een rekening aanvraagt, kunnen nationale administrateurs om de indiening van de volgende documenten verzoeken:

a) 

een kopie van de oprichtingsakten van de rechtspersoon;

b) 

een kopie van het jaarverslag of van de meest recente gecontroleerde financiële overzichten, of als geen gecontroleerde financiële overzichten voorhanden zijn, een kopie van de door het belastingkantoor of de financiële directeur geviseerde financiële overzichten.

7. Bewijsstukken ter staving van het vestigingsadres van de rekeninghouder (rechtspersoon), als dit niet duidelijk valt op te maken uit het overeenkomstig punt 5 overgelegde document.

8. Een uittreksel uit het strafregister, of enig ander document dat door de administrateur van de rekening als uittreksel uit het strafregister wordt erkend, van de natuurlijke persoon die de opening van een rekening aanvraagt.

Als een rechtspersoon de opening van een rekening aanvraagt, kan de nationale administrateur verzoeken om een uittreksel uit het strafregister, of enig ander document dat door de administrateur van de rekening als uittreksel uit het strafregister wordt erkend, van de uiteindelijk begunstigde en/of de directeuren van deze rechtspersoon. Als de nationale administrateur om een uittreksel uit het strafregister verzoekt, wordt de rechtvaardiging van dit verzoek geregistreerd.

In plaats van een verzoek tot indiening van een uittreksel uit het strafregister kan de nationale administrateur, overeenkomstig nationale wetgeving, de voor het strafregister bevoegde autoriteit verzoeken de relevante informatie in elektronische vorm te verstrekken.

Onder dit punt verstrekte documenten mogen niet worden bewaard na de opening van de rekening.

9. Als aan de nationale administrateur originele documenten worden verstrekt, kan deze een kopie ervan maken en de kopie van een bewijs van echtheid voorzien.

10. Een kopie van een document mag krachtens deze bijlage als bewijs worden overgelegd, indien deze door een notaris of een andere soortgelijke, door de nationale administrateur aangeduide persoon voor eensluidend wordt gewaarmerkt. Onverminderd het bepaalde in Verordening (EU) 2016/1191 moet voor documenten die zijn afgegeven buiten de lidstaat waar de kopie van het document wordt ingediend, de kopie worden gelegaliseerd, tenzij de nationale wetgeving anderszins voorschrijft. De kopieën mogen hoogstens drie maanden vóór het gebruik ervan zijn gewaarmerkt of gelegaliseerd.

11. De administrateur van de rekening kan verlangen dat de overgelegde documenten vergezeld gaan van een gewaarmerkte vertaling in een taal die door de administrateur wordt vastgesteld.

12. In plaats van om papieren documenten te verzoeken ter staving van de uit hoofde van deze bijlage vereiste informatie, kunnen de nationale administrateurs voor het opvragen van relevante informatie gebruikmaken van digitale instrumenten, op voorwaarde dat die instrumenten krachtens de nationale wetgeving gerechtigd zijn deze informatie te verstrekken.




BIJLAGE V

Aanvullende informatie die moet worden vertrekt ten behoeve van de registratie van verificateurs

Een document waaruit blijkt dat de verificateur die om registratie verzoekt, als verificateur is geaccrediteerd overeenkomstig artikel 15 van Richtlijn 2003/87/EG.




BIJLAGE VI

Informatie die moet worden verstrekt om een exploitanttegoedrekening te kunnen openen

1. De in tabel III-I van bijlage III vermelde informatie.

2. Op grond van de overeenkomstig tabel III-I van bijlage III verstrekte gegevens wordt de exploitant van de installatie tot rekeninghouder aangewezen. De naam van de rekeninghouder moet identiek zijn aan de naam van de natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van de desbetreffende broeikasgasemissievergunning.

3. Als de rekeninghouder deel uitmaakt van een groep, verstrekt hij een document waarin duidelijk de structuur van de groep wordt aangegeven. Als dat document een kopie is, wordt het door een notaris of een andere soortgelijke, door de nationale administrateur aangewezen persoon voor eensluidend gewaarmerkt. Als de gewaarmerkte kopie wordt afgegeven buiten de lidstaat die om een kopie verzoekt, wordt de kopie gelegaliseerd, tenzij de nationale wetgeving anderszins voorschrijft. De kopieën mogen hoogstens drie maanden vóór het gebruik ervan zijn gewaarmerkt of gelegaliseerd.

4. De in tabellen VI-I en VI-II van deze bijlage vermelde informatie.

5. Als een rechtspersoon de opening van een rekening aanvraagt, kunnen nationale administrateurs om de indiening van de volgende documenten verzoeken:

a) 

een document waaruit blijkt dat de rechtspersoon is geregistreerd;

b) 

bankrekeninggegevens;

c) 

een bevestiging van inschrijving in het btw-register;

d) 

de naam, de geboortedatum en de nationaliteit van de uiteindelijk begunstigde van de rechtspersoon als gedefinieerd in artikel 3, punt 6, van Richtlijn (EU) 2015/849, met inbegrip van het type eigendom of controle dat deze uitoefent;

e) 

een kopie van de oprichtingsakten van de rechtspersoon;

f) 

een kopie van het jaarverslag of van de meest recente gecontroleerde financiële overzichten, of als geen gecontroleerde financiële overzichten voorhanden zijn, een kopie van de door het belastingkantoor of de financiële directeur geviseerde financiële overzichten.

6. In plaats van om papieren documenten te verzoeken ter staving van de uit hoofde van deze bijlage vereiste informatie, kunnen de nationale administrateurs voor het opvragen van relevante informatie gebruikmaken van digitale instrumenten, op voorwaarde dat die instrumenten krachtens de nationale wetgeving gerechtigd zijn deze informatie te verstrekken.



Tabel VI-I: Rekeninggegevens voor exploitanttegoedrekeningen

 

A

B

C

D

E

F

Item nr.

Rekeninggegevens

Verplicht (V) of facultatief (F)?

Type

Kunnen deze gegevens worden bijgewerkt?

Is voor bijwerking de goedkeuring van de administrateur nodig?

Worden de gegevens op de openbare website van het EUTL weergegeven?

1

ID vergunning

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

2

Datum inwerkingtreding vergunning

V

Vrij

Ja

Ja

3

Naam van de installatie

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

4

Activiteitstype installatie

V

Keuze

Ja

Ja

Ja

5

Adres installatie: land

V

Vastgesteld

Ja

Ja

Ja

6

Adres installatie: regio of deelstaat

F

Vrij

Ja

Ja

Ja

7

Adres installatie: plaats

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

8

Adres installatie: postcode

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

9

Adres installatie: regel 1

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

10

Adres installatie: regel 2

F

Vrij

Ja

Ja

Ja

11

Telefoon 1 installatie

V

Vrij

Ja

Neen

Neen

12

Telefoon 2 installatie

V

Vrij

Ja

Neen

Neen

13

E-mailadres installatie

V

Vrij

Ja

Neen

Neen

14

Naam van de moederonderneming

V indien toegewezen

Vrij

Ja

Neen

Ja

15

Naam van de dochteronderneming

V indien toegewezen

Vrij

Ja

Neen

Ja

16

ID van de rekeninghouder van de moederonderneming (toegekend door het EU-register)

V indien toegewezen

Vastgesteld

Ja

Neen

Neen

17

EPRTR-identificatienummer

V indien toegewezen

Vrij

Ja

Neen

Ja

18

Breedtegraad

F

Vrij

Ja

Neen

Ja

19

Lengtegraad

F

Vrij

Ja

Neen

Ja

20

Jaar van eerste emissie

V

Vrij

 

 

Ja



Tabel VI-II: Gegevens van de contactpersoon van de installatie

 

A

B

C

D

E

F

Item nr.

Rekeninggegevens

Verplicht (V) of facultatief (F)?

Type

Kunnen deze gegevens worden bijgewerkt?

Is voor bijwerking de goedkeuring van de administrateur nodig?

Worden de gegevens op de openbare website van het EUTL weergegeven?

1

Contactpersoon binnen lidstaat: voornaam

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

2

Contactpersoon binnen lidstaat: achternaam

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

3

Adres contactpersoon: land

F

Vastgesteld

Ja

Neen

Neen

4

Adres contactpersoon: regio of deelstaat

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

5

Adres contactpersoon: plaats

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

6

Adres contactpersoon: postcode

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

7

Adres contactpersoon: regel 1

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

8

Adres contactpersoon: regel 2

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

9

Telefoon 1 contactpersoon

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

10

Telefoon 2 contactpersoon

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

11

E-mailadres contactpersoon

F

Vrij

Ja

Neen

Neen




BIJLAGE VII

Informatie die moet worden verstrekt om een vliegtuigexploitanttegoedrekening te kunnen openen

1. De in tabel III-I van bijlage III en tabel VII-I van bijlage VII vermelde informatie.

2. Op grond van de overeenkomstig tabel III-I verstrekte gegevens wordt de vliegtuigexploitant als rekeninghouder aangewezen. De voor de rekeninghouder geregistreerde naam moet identiek zijn aan de naam in het monitoringplan. Als de naam in het monitoringplan verouderd is, wordt de naam in het handelsregister of de naam waarvan Eurocontrol zich bedient, gebruikt.

3. Als de rekeninghouder deel uitmaakt van een groep, verstrekt hij een document waarin duidelijk de structuur van de groep wordt aangegeven. Als dat document een kopie is, wordt het door een notaris of een andere soortgelijke, door de nationale administrateur aangewezen persoon voor eensluidend gewaarmerkt. Als de gewaarmerkte kopie wordt afgegeven buiten de lidstaat die om een kopie verzoekt, wordt de kopie gelegaliseerd, tenzij de nationale wetgeving anderszins voorschrijft. De kopieën mogen hoogstens drie maanden vóór het gebruik ervan zijn gewaarmerkt of gelegaliseerd.

4. De roepnaam is de aanduiding van de ICAO (Internationale Burgerluchtvaartorganisatie) in vak 7 van het vluchtplan of, bij ontbreken daarvan, de registratiemarkering van het vliegtuig.

5. Als een rechtspersoon de opening van een rekening aanvraagt, kunnen nationale administrateurs om de indiening van de volgende documenten verzoeken:

a) 

een document waaruit blijkt dat de rechtspersoon is geregistreerd;

b) 

bankrekeninggegevens;

c) 

een bevestiging van inschrijving in het btw-register;

d) 

de naam, de geboortedatum en de nationaliteit van de uiteindelijk begunstigde van de rechtspersoon als gedefinieerd in artikel 3, punt 6, van Richtlijn (EU) 2015/849, met inbegrip van het type eigendom of controle dat deze uitoefent;

e) 

een kopie van de oprichtingsakten van de rechtspersoon;

f) 

een kopie van het jaarverslag of van de meest recente gecontroleerde financiële overzichten, of als geen gecontroleerde financiële overzichten voorhanden zijn, een kopie van de door het belastingkantoor of de financiële directeur geviseerde financiële overzichten.

6. In plaats van om papieren documenten te verzoeken ter staving van de uit hoofde van deze bijlage vereiste informatie, kunnen de nationale administrateurs voor het opvragen van relevante informatie gebruikmaken van digitale instrumenten, op voorwaarde dat die instrumenten krachtens de nationale wetgeving gerechtigd zijn deze informatie te verstrekken.



Tabel VII-I: Rekeninggegevens voor vliegtuigexploitanttegoedrekeningen

 

A

B

C

D

E

F

Item nr.

Rekeninggegevens

Verplicht (V) of facultatief (F)?

Type

Kunnen deze gegevens worden bijgewerkt?

Is voor bijwerking de goedkeuring van de administrateur nodig?

Worden de gegevens op de openbare website van het EUTL weergegeven?

1

Unieke code op grond van Verordening (EG) nr. 748/2009 van de Commissie

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

2

Roepnaam (ICAO-aanduiding)

F

Vrij

Ja

Ja

Ja

3

ID monitoringplan

V

Vrij

Ja

Ja

Ja

4

Monitoringplan: eerste jaar van toepassing

V

Vrij

Ja

Ja

Ja




BIJLAGE VIII

Aan de administrateur van de rekening te verstrekken informatie over gemachtigde vertegenwoordigers

1. De in tabel VIII-I van bijlage VIII vermelde informatie.



Tabel VIII-I: Gegevens van gemachtigde vertegenwoordigers

 

A

B

C

D

E

F

Item nr.

Rekeninggegevens

Verplicht (V) of facultatief (F)?

Type

Kunnen deze gegevens worden bijgewerkt?

Is voor bijwerking de goedkeuring van de administrateur nodig?

Worden de gegevens op de openbare website van het EUTL weergegeven?

1

Voornaam

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

2

Achternaam

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

3

Titel

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

4

Functie

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

5

Naam werkgever

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

6

Afdeling of dienst van de werkgever

F

Vrij

Ja

Neen

Neen

7

Land

V

Vastgesteld

Neen

n.v.t.

Neen

8

Regio of deelstaat

F

Vrij

Ja

Ja

Neen

9

Plaats

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

10

Postcode

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

11

Adres — regel 1

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

12

Adres — regel 2

F

Vrij

Ja

Ja

Neen

13

Telefoon 1

V

Vrij

Ja

Neen

Neen

14

Mobiele telefoon

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

15

E-mailadres

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

16

Geboortedatum

V

Vrij

Neen

n.v.t.

Neen

17

Geboorteplaats

V

Vrij

Neen

n.v.t.

Neen

18

Geboorteland

V

Vrij

Neen

n.v.t.

Neen

19

Type identiteitsbewijs

V

Keuze

Ja

Ja

Neen

20

Nummer van het identiteitsbewijs

V

Vrij

Ja

Ja

Neen

21

Vervaldatum van het identiteitsbewijs

V indien toegewezen

Vrij

Ja

Ja

Neen

22

Nationaal registratienummer

F

Vrij

Ja

Ja

Neen

23

Voorkeurstaal

F

Keuze

Ja

Neen

Neen

24

Rechten als gemachtigde vertegenwoordiger

V

Meerkeuze

Ja

Ja

Neen

2. Een naar behoren ondertekende verklaring van de rekeninghouder waarin hij aangeeft dat hij een bepaalde persoon als gemachtigde vertegenwoordiger wil voordragen, waarin bevestigd wordt dat de gemachtigde vertegenwoordiger het recht heeft namens de rekeninghouder transacties te initiëren, goed te keuren, te initiëren en goed te keuren of „read only”-toegang heeft (zoals beschreven in artikel 20, lid 1 respectievelijk lid 5).

3. Bewijsstukken ter staving van de identiteit van de voorgedragen persoon; een kopie van een van de volgende stukken kan als bewijs dienen:

a) 

een identiteitskaart die is afgegeven door een lidstaat van de Europese Economische Ruimte of de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling;

b) 

een paspoort;

c) 

een document dat overeenkomstig de nationale wetgeving van de nationale administrateur die de rekening beheert als persoonlijk identificatiedocument geldt.

4. Bewijsstukken ter staving van het adres van de permanente verblijfplaats van de voorgedragen persoon; een kopie van een van de volgende stukken kan als bewijs dienen:

a) 

het krachtens punt 3 overgelegde identiteitsbewijs als daarin het adres van de permanente verblijfplaats wordt vermeld;

b) 

enig ander door de regering verstrekt identiteitsdocument waarin het adres van de permanente verblijfplaats vermeld staat;

c) 

als het land van de permanente verblijfplaats geen identiteitsdocumenten verstrekt waarin het adres van de permanente verblijfplaats wordt vermeld, een verklaring van de lokale autoriteiten waarin de permanente verblijfplaats van de voorgedragen persoon wordt bevestigd;

d) 

enig ander document dat in de lidstaat van de administrateur van de rekening gewoonlijk wordt aanvaard als bewijs van de permanente verblijfplaats van de persoon op wiens naam het document staat.

5. Een uittreksel uit het strafregister, of enig ander document dat door de administrateur van de rekening als uittreksel uit het strafregister wordt erkend, van de voorgedragen persoon, met uitzondering van de gemachtigde vertegenwoordigers van verificateurs.

In plaats van een verzoek tot indiening van een uittreksel uit het strafregister kan de nationale administrateur, overeenkomstig nationale wetgeving, de voor het strafregister bevoegde autoriteit verzoeken de relevante informatie in elektronische vorm te verstrekken.

De op grond van dit lid verstrekte documenten mogen niet worden bewaard na de goedkeuring van de voorgedragen rekeningvertegenwoordiger.

6. Als aan de nationale administrateur originele documenten worden verstrekt, kan deze een kopie ervan maken en de kopie van een bewijs van echtheid voorzien.

7. Een kopie van een document mag krachtens deze bijlage als bewijs worden overgelegd, indien deze door een notaris of een andere soortgelijke, door de nationale administrateur aangeduide persoon voor eensluidend wordt gewaarmerkt. Onverminderd het bepaalde in Verordening (EU) 2016/1191, moet voor documenten die zijn afgegeven buiten de lidstaat waar de kopie van het document wordt ingediend, de kopie worden gelegaliseerd, tenzij de nationale wetgeving anderszins voorschrijft. De kopieën mogen hoogstens drie maanden vóór het gebruik ervan zijn gewaarmerkt of gelegaliseerd.

8. De administrateur van de rekening kan verlangen dat de overgelegde documenten vergezeld gaan van een gewaarmerkte vertaling in een taal die door de nationale administrateur wordt vastgesteld.

9. In plaats van om papieren documenten te verzoeken ter staving van de uit hoofde van deze bijlage vereiste informatie, kunnen de nationale administrateurs voor het opvragen van relevante informatie gebruikmaken van digitale instrumenten, op voorwaarde dat die instrumenten krachtens de nationale wetgeving gerechtigd zijn deze informatie te verstrekken.




BIJLAGE IX

Formaten voor het verstrekken van jaarlijkse emissiegegevens

1. De emissiegegevens voor exploitanten moeten de in tabel IX-I vermelde informatie bevatten, met inachtneming van het elektronische formaat voor het verstrekken van emissiegegevens zoals beschreven in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75.



Tabel IX-I: Emissiegegevens voor exploitanten

 

 

 

 

1

ID installatie

 

2

Verslagjaar

 

Broeikasgasemissies

 

in ton

in ton CO2-eq.

3

CO2-emissies

 

 

4

N2O-emissies

 

 

5

PFK-emissies

 

 

6

Totale emissies

Σ (C3 + C4 + C5)

2. De emissiegegevens voor vliegtuigexploitanten moeten de in tabel IX-II vermelde informatie bevatten, met inachtneming van het elektronische formaat voor het verstrekken van emissiegegevens zoals beschreven in de technische en gegevensuitwisselingsspecificaties zoals bedoeld in artikel 75.



Tabel IX-II: Emissiegegevens voor vliegtuigexploitanten

 

 

 

1

ID vliegtuigexploitant

 

2

Verslagjaar

 

Broeikasgasemissies

 

in ton CO2

3

Binnenlandse emissies

(voor alle vluchten opgestegen van een luchthaven op het grondgebied van een lidstaat en geland op een luchthaven op het grondgebied van dezelfde lidstaat)

 

4

Buitenlandse emissies

(voor alle vluchten opgestegen van een luchthaven op het grondgebied van een lidstaat en geland op een luchthaven op het grondgebied van een andere lidstaat)

 

5

Totale emissies

Σ (C3 + C4)




BIJLAGE X

Nationale toewijzingstabel



Rij nr.

 

Hoeveelheid kosteloos toegewezen algemene emissierechten

 

Op grond van artikel 10 bis, lid 7, van Richtlijn 2003/87/EG

Op grond van artikel 10 quater van Richtlijn 2003/87/EG (overdraagbaar)

 

Op grond van een andere bepaling van Richtlijn 2003/87/EG

Totaal

 

1

Landcode van de lidstaat

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

2

 

ID installatie

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

3

 

Toe te wijzen hoeveelheid:

 

 

 

 

 

 

4

 

 

in het jaar X

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

5

 

 

in het jaar X + 1

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

6

 

 

in het jaar X + 2

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

7

 

 

in het jaar X + 3

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

8

 

 

in het jaar X + 4

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

9

 

 

in het jaar X + 5

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

10

 

 

in het jaar X + 6

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

11

 

 

in het jaar X + 7

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

12

 

 

in het jaar X + 8

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

13

 

 

in het jaar X + 9

 

 

 

 

 

Handmatige invoer

Rijen 2 tot en met 13 worden voor elke installatie herhaald.




BIJLAGE XI

Nationale luchtvaarttoewijzingstabel



Rij nr.

 

Hoeveelheid kosteloos toegewezen luchtvaartemissierechten

 

Op grond van artikel 3 sexies van Richtlijn 2003/87/EG

Op grond van artikel 3 septies van Richtlijn 2003/87/EG

Totaal

 

1

Landcode van de lidstaat

 

 

 

Handmatige invoer

2

 

ID vliegtuigexploitant

 

 

 

Handmatige invoer

3

 

Toe te wijzen hoeveelheid

 

 

 

 

4

 

 

in het jaar X

 

 

 

Handmatige invoer

5

 

 

in het jaar X + 1

 

 

 

Handmatige invoer

6

 

 

in het jaar X + 2

 

 

 

Handmatige invoer

7

 

 

in het jaar X + 3

 

 

 

Handmatige invoer

8

 

 

in het jaar X + 4

 

 

 

Handmatige invoer

9

 

 

in het jaar X + 5

 

 

 

Handmatige invoer

10

 

 

in het jaar X + 6

 

 

 

Handmatige invoer

11

 

 

in het jaar X + 7

 

 

 

Handmatige invoer

12

 

 

in het jaar X + 8

 

 

 

Handmatige invoer

13

 

 

in het jaar X + 9

 

 

 

Handmatige invoer

Rijen 2 tot en met 13 worden voor elke vliegtuigexploitant herhaald.




BIJLAGE XII

Veilingtabel



Rij nr.

Gegevens over het veilingplatform

 

 

1

Identificatiecode van het veilingplatform

 

 

2

Identiteit van de veilingtoezichthouder

 

 

3

Nummer van de rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling

 

 

4

Gegevens over de afzonderlijke veilingen van [algemene emissierechten/luchtvaartemissierechten]

 

5

Tijdens de veiling te veilen hoeveelheid

Datum en tijdstip van levering aan de rekening voor de levering van zekerheden ten behoeve van de veiling

Identiteit van de aan elke veiling verbonden veiler(s)

Hoeveelheid voor de betrokken veiler(s) binnen de tijdens de veiling te veilen hoeveelheid, met inbegrip van, indien van toepassing, de respectieve hoeveelheid uit hoofde van artikel 10 bis, lid 8, van Richtlijn 2003/87/EG te veilen emissierechten

Handmatige invoer

6

 

 

 

 

Handmatige invoer

7

 

 

Handmatige invoer

8

 

 

Handmatige invoer

9

 

 

Handmatige invoer

10

 

 

Handmatige invoer

11

 

 

Handmatige invoer

12

 

 

Handmatige invoer

13

 

 

 

 

Handmatige invoer

14

 

 

Handmatige invoer

15

 

 

Handmatige invoer

16

 

 

Handmatige invoer

17

 

 

Handmatige invoer

18

 

 

Handmatige invoer

19

 

 

Handmatige invoer




BIJLAGE XIII

Rapportagevereisten voor de centrale administrateur

I.    Informatie in het EU-register over het EU-ETS

Voor het publiek beschikbare informatie

1. Het EUTL geeft voor elke rekening de volgende informatie op de openbare website van het EUTL weer:

a) 

alle informatie die volgens tabel III-I van bijlage III, tabel VI-I van bijlage VI en tabel VII-I van bijlage VII op de openbare website van het EU-register moet worden weergegeven;

b) 

de emissierechten die krachtens de artikelen 48 en 50 aan individuele rekeninghouders zijn toegewezen;

c) 

de status van de rekening overeenkomstig artikel 9, lid 1;

d) 

het jaar van de eerste emissies en het jaar van de laatste emissies;

e) 

het aantal emissierechten dat overeenkomstig artikel 6 is ingeleverd;

f) 

vanaf 1 april van het jaar (X + 1), het cijfer van de geverifieerde emissies van de met de exploitanttegoedrekening verbonden installatie voor het jaar X, alsook de correcties daarop;

g) 

een symbool en een verklaring die aangeven of de met de exploitanttegoedrekening verbonden installatie of vliegtuigexploitant uiterlijk op 30 april een aantal emissierechten heeft ingeleverd dat minstens even groot is als al haar/zijn emissies in de afgelopen jaren.

De onder a) tot en met d) bedoelde informatie wordt elke 24 uur bijgewerkt.

Voor de toepassing van punt g) worden de symbolen en verklaringen weergegeven als vermeld in tabel XIV-I. Het symbool wordt op 1 mei bijgewerkt en blijft, behalve de toevoeging van een „*” in de in rij 5 van tabel XIV-I beschreven gevallen, onveranderd tot 1 mei van het daaropvolgende jaar, tenzij de rekening voor die tijd wordt afgesloten.



Tabel XIV-I: Nalevingsverklaringen

Rij nr.

Nalevingsstatuscijfer volgens artikel 33

Zijn de geverifieerde emissies voor het volledige afgelopen jaar geregistreerd?

Symbool

Verklaring

Weer te geven op de openbare website van het EUTL

1

0 of een positief getal

Ja

A

„Het aantal op 30 april ingeleverde emissierechten is groter dan of gelijk aan de geverifieerde emissies”

2

Een negatief getal

Ja

B

„Het aantal op 30 april ingeleverde emissierechten is kleiner dan de geverifieerde emissies”

3

Om het even welk getal

Neen

C

„Tot 30 april zijn voor het voorgaande jaar geen geverifieerde emissies ingevoerd.”

4

Om het even welk getal

Neen (omdat het proces van de inlevering van emissierechten en/of het proces van de bijwerking van geverifieerde emissies voor het register van de lidstaat was geschorst)

X

„De invoering van geverifieerde emissies en/of de inlevering van emissierechten was tot 30 april onmogelijk omdat het proces van de inlevering van emissierechten en/of het proces van de bijwerking van geverifieerde emissies voor het register van de lidstaat was geschorst.”

5

Om het even welk getal

Ja of neen (maar later bijgewerkt door de bevoegde autoriteit)

* [toegevoegd aan het oorspronkelijke symbool]

„De geverifieerde emissies zijn door de bevoegde autoriteit geraamd of gecorrigeerd.”

2. Het EUTL geeft de volgende algemene informatie op de openbare website van het EUTL weer en werkt ze om de 24 uur bij:

a) 

de nationale toewijzingstabel van elke lidstaat, inclusief aanduidingen van wijzigingen die overeenkomstig artikel 47 in de tabel zijn aangebracht;

b) 

de nationale luchtvaarttoewijzingstabel van elke lidstaat, inclusief aanduidingen van wijzigingen die overeenkomstig artikel 49 in de tabel zijn aangebracht;

c) 

het totale aantal emissierechten dat in het EU-register op alle gebruikersrekeningen op de dag voordien aanwezig was;

d) 

de vergoedingen die de nationale administrateurs overeenkomstig artikel 81 aanrekenen.

3. Het EUTL zorgt ervoor dat de volgende informatie op 30 april van elk jaar op zijn openbare website wordt weergegeven:

a) 

het totaal van de voor het voorgaande kalenderjaar ingevoerde geverifieerde emissies per lidstaat als een percentage van het totaal van de geverifieerde emissies van het daaraan voorafgaande jaar;

b) 

het percentage op de door een bepaalde lidstaat beheerde rekeningen, van het aantal en volume van alle transacties voor de overdracht van emissierechten en Kyoto-eenheden in het voorgaande kalenderjaar;

c) 

de omvang van alle transacties tussen door verschillende lidstaten beheerde rekeningen, als aantal- en volumepercentage van alle transacties van emissierechten en Kyoto-eenheden van het voorgaande kalenderjaar.

4. Het EUTL zorgt ervoor dat de volgende informatie over elke op 30 april van een bepaald jaar afgeronde en in het EUTL geregistreerde transactie op 1 mei drie jaar daarna op de openbare website van het EUTL wordt weergegeven:

a) 

naam van de rekeninghouder en rekeningidentificatiecode van de overdragende rekening;

b) 

naam van de rekeninghouder en rekeningidentificatiecode van de verwervende rekening;

c) 

het aantal emissierechten of Kyoto-eenheden waarop de transactie betrekking had, met inbegrip van de landcode, maar zonder de unieke eenheidsidentificatiecode van de emissierechten of de unieke numerieke waarde van het eenheidsreeksnummer van de Kyoto-eenheden;

d) 

de identificatiecode van de transactie;

e) 

de datum en het tijdstip waarop de transactie is afgerond (Midden-Europese tijd);

f) 

het type transactie.

De eerste alinea is niet van toepassing op transacties waarbij zowel de overdragende als de verwervende rekening een ETS-beheerdersrekening is zoals aangegeven in tabel I-I in bijlage I.

5. Op 1 mei van elk jaar wordt de volgende informatie bekendgemaakt met betrekking tot de overeenkomsten die op grond van artikel 25 van Richtlijn 2003/87/EG van kracht zijn en tegen 30 april in het EUTL zijn geregistreerd:

a) 

het bezit aan in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten op alle rekeningen in het EU-register;

b) 

het aantal in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten dat voor naleving in het EU-ETS wordt gebruikt;

c) 

de som van de in het kader van de gekoppelde regeling voor de handel in emissierechten verleende emissierechten die in het voorafgaande kalenderjaar naar rekeningen in het EU-register zijn overgedragen;

d) 

de som van de emissierechten die in het voorafgaande kalenderjaar naar rekeningen in het gekoppelde register zijn overgedragen.

Informatie beschikbaar voor rekeninghouders

6. Het EU-register geeft op het gedeelte van de website van het EU-register dat uitsluitend voor de rekeninghouder toegankelijk is, de volgende informatie weer, en werkt deze informatie in real time bij:

a) 

het huidige bezit aan emissierechten en Kyoto-eenheden, met inbegrip van de landcode en, waar van toepassing, de vermelding waaruit blijkt in welke periode van tien jaar zij zijn gecreëerd, maar zonder de unieke eenheidsidentificatiecode van de emissierechten of de unieke numerieke waarde van het eenheidsreeksnummer van de Kyoto-eenheden;

b) 

de lijst van voorgestelde transacties die door die rekeninghouder zijn geïnitieerd, met voor elke voorgestelde transactie de vermelding van:

i) 

de in punt 4 van deze bijlage opgenomen elementen;

ii) 

het rekeningnummer en de naam van de rekeninghouder van de verwervende rekening;

iii) 

de datum en het tijdstip waarop de transactie is voorgesteld (Midden-Europese tijd);

iv) 

de huidige status van de voorgestelde transactie;

v) 

de eventuele responscodes die na de door het register en het EUTL verrichte controles zijn teruggezonden.

c) 

de lijst van emissierechten of Kyoto-eenheden die door die rekening zijn overgedragen of verworven als gevolg van afgeronde transacties, met voor elke transactie:

i) 

de vermelding van de elementen in punt 4;

ii) 

het rekeningnummer en de naam van de rekeninghouder van de overdragende en de verwervende rekening.

▼M1

II.    Informatie met betrekking tot de boeking van transacties overeenkomstig titel II bis

Voor het publiek beschikbare informatie

7. De centrale administrateur maakt voor elke ESR-nalevingsrekening de volgende informatie openbaar en werkt deze informatie in voorkomend geval binnen 24 uur bij:

a) 

informatie over de lidstaat die houder is van de rekening;

b) 

jaarlijkse emissieruimten zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 4, lid 3, en artikel 10 van Verordening (EU) 2018/842;

c) 

de status van elke ESR-nalevingsrekening overeenkomstig artikel 10;

d) 

de relevante gegevens over broeikasgasemissies overeenkomstig artikel 59 quinquies;

e) 

het nalevingsstatuscijfer overeenkomstig artikel 59 septies voor elke ESR-nalevingsrekening, als volgt aangeduid:

i) 

A staat voor naleving;

ii) 

I staat voor niet-naleving;

f) 

de hoeveelheid overeenkomstig artikel 59 octies ingevoerde broeikasgasemissies;

g) 

de volgende informatie over elke afgeronde transactie:

i) 

naam en ID van de rekeninghouder van de overdragende rekening;

ii) 

naam en ID van de rekeninghouder van de verwervende rekening;

iii) 

de hoeveelheid AEA's waarop de transactie betrekking heeft, zonder de unieke eenheidsidentificatiecode van de AEA's;

iv) 

identificatiecode van de transactie;

v) 

de datum en het tijdstip waarop de transactie is afgerond (Midden-Europese tijd);

vi) 

het type transactie.

Informatie beschikbaar voor rekeninghouders

8. Het EU-register geeft op het gedeelte van de website van het EU-register dat uitsluitend voor de houder van de ESR-nalevingsrekening toegankelijk is, de volgende informatie weer, en werkt deze in real time bij:

a) 

de lopende tegoeden aan AEA's, zonder de unieke eenheidsidentificatiecode van de AEA's;

b) 

de lijst van voorgestelde transacties die door die rekeninghouder zijn geïnitieerd, met voor elke voorgestelde transactie de vermelding van:

i) 

de elementen in punt 7, onder g);

ii) 

de datum en het tijdstip waarop de transactie is voorgesteld (Midden-Europese tijd);

iii) 

de huidige status van de voorgestelde transactie;

iv) 

de eventuele responscodes die na de door het register en het EUTL verrichte controles zijn teruggezonden;

c) 

de lijst van AEA's die door die rekening zijn verworven als gevolg van afgeronde transacties, met voor elke transactie de vermelding van de elementen in punt 7, onder g);

d) 

de lijst van AEA's die uit die rekening zijn overgedragen als gevolg van afgeronde transacties, met voor elke transactie de vermelding van de elementen in punt 7, onder g).



( 1 ) Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/331 van de Commissie van 19 december 2018 tot vaststelling van een voor de hele Unie geldende overgangsregeling voor de geharmoniseerde kosteloze toewijzing van emissierechten overeenkomstig artikel 10 bis van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 59 van 27.2.2019, blz. 8).

( 2 ) Uitvoeringsverordening (EU) 2018/2067 van de Commissie van 19 december 2018 inzake de verificatie van gegevens en de accreditatie van verificateurs krachtens Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 334 van 31.12.2018, blz. 94).

( 3 ) Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PB L 182 van 29.6.2013, blz. 19).

( 4 ) Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 1).

( 5 ) Besluit (EU, Euratom) 2017/46 van de Commissie van 10 januari 2017 over de beveiliging van communicatie- en informatiesystemen binnen de Europese Commissie (PB L 6 van 11.1.2017, blz. 40).

( 6 ) Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).

( 7 ) Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot oprichting van een Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (PB L 211 van 14.8.2009, blz. 1).

( 8 ) Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) en tot vervanging en intrekking van de Besluiten 2009/371/JBZ, 2009/934/JBZ, 2009/935/JBZ, 2009/936/JBZ en 2009/968/JBZ van de Raad (PB L 135 van 24.5.2016, blz. 53).