02018R0033 — NL — 11.01.2018 — 000.002


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/33 VAN DE COMMISSIE

van 28 september 2017

tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen betreffende het gestandaardiseerde presentatieformat van de vergoedingenstaat en het desbetreffende gemeenschappelijke symbool, overeenkomstig Richtlijn 2014/92/EU van het Europees Parlement en de Raad

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 006 van 11.1.2018, blz. 26)


Gerectificeerd bij:

►C1

Rectificatie, PB L 221, 31.8.2018, blz.  3 (2018/33)




▼B

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/33 VAN DE COMMISSIE

van 28 september 2017

tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen betreffende het gestandaardiseerde presentatieformat van de vergoedingenstaat en het desbetreffende gemeenschappelijke symbool, overeenkomstig Richtlijn 2014/92/EU van het Europees Parlement en de Raad

(Voor de EER relevante tekst)



Artikel 1

Model voor de vergoedingenstaat en het desbetreffende gemeenschappelijke symbool

1.  Betalingsdienstaanbieders gebruiken het model zoals opgenomen in de bijlage en vullen het in overeenkomstig de artikelen 2 tot en met 18.

2.  Betalingsdienstaanbieders wijzigen het model voor de vergoedingenstaat bij het invullen niet op een andere wijze dan in deze verordening is toegelaten. Betalingsdienstaanbieders volgen met name de volgorde van de in het model opgenomen informatie, titels en ondertitels.

3.  De vergoedingenstaat:

a) wordt opgemaakt in staand A4-formaat;

b) bevat de titel „Vergoedingenstaat” bovenaan op de eerste bladzijde, waarbij die titel gecentreerd is en in het midden staat tussen het logo van de betalingsdienstaanbieder in de linkerbovenhoek van het document en het gemeenschappelijke symbool in de rechterbovenhoek van het document;

c) bevat het gemeenschappelijke symbool, dat niet groter is dan 2,5 cm × 2,5 cm en dat is weergegeven zoals in het model in de bijlage;

d) wordt opgemaakt in het lettertype Arial of een ander, op Arial gelijkend, lettertype en in lettergrootte 11, met uitzondering van de titel „Vergoedingenstaat”, die vetgedrukt in lettergrootte 16 wordt weergegeven, de titels, die vetgedrukt in lettergrootte 14 worden weergegeven, en de ondertitels, die vetgedrukt in lettergrootte 12 worden weergegeven, tenzij een grotere lettergrootte of brailleschrift voor personen met een visuele beperking bij nationale wet is voorgeschreven of is overeengekomen tussen de consument en de betalingsdienstaanbieder;

e) wordt opgemaakt in zwart-wit, met uitzondering van het logo van de betalingsdienstaanbieder en het gemeenschappelijke symbool die, zoals bepaald in artikel 2, in kleur mogen worden weergegeven;

f) bevat de titels in halfdonkergrijs in het kleurpatroon met referentienummer 166,166,166 van het RGB-kleurenmodel en de ondertitels in lichtgrijs in het kleurpatroon met referentienummer 191,191,191 van het RGB-kleurenmodel;

g) heeft genummerde bladzijden.

Artikel 2

Gemeenschappelijk symbool en logo van de betalingsdienstaanbieder

1.  Wanneer het gemeenschappelijke symbool in kleur is weergegeven, wordt het kleurpatroon met referentienummer 0/51/153 (hexadecimaal: 003399) van het RGB-kleurenmodel gebruikt voor de achtergrond en het kleurpatroon 255/204/0 (hexadecimaal: FFCC00) van het RGB-kleurenmodel voor het symbool.

2.  De afmetingen van het logo van de betalingsdienstaanbieder zijn gelijk aan de afmetingen van het gemeenschappelijke symbool.

3.  Het logo mag alleen in kleur worden weergegeven als het gemeenschappelijke symbool ook in kleur wordt weergegeven. Wanneer het in zwart-wit is afgedrukt, is het gemeenschappelijke symbool duidelijk leesbaar.

Artikel 3

Naam en contactgegevens van de rekeningaanbieder

1.  Betalingsdienstaanbieders vervangen de tekst tussen vierkante haken door de naam van de rekeningaanbieder, vetgedrukt en links uitgelijnd.

2.  Betalingsdienstaanbieders vervangen de tekst tussen vierkante haken door hun contactgegevens, zoals het geografische adres, het telefoonnummer, het e-mailadres, het faxnummer, het webadres en de contactpersoon/het contactpunt, waarvan de betaalrekeninghouder voor toekomstige correspondentie gebruik kan maken.

Deze contactgegevens worden links uitgelijnd.

Artikel 4

Naam en contactgegevens van de betaalrekeninghouder

1.  Betalingsdienstaanbieders vervangen de tekst tussen vierkante haken door de naam van de betaalrekeninghouder.

Die naam wordt vetgedrukt en links uitgelijnd vermeld.

2.  Betalingsdienstaanbieders vervangen de tekst tussen vierkante haken door het geografische adres van de betaalrekeninghouder.

Dat geografische adres wordt links uitgelijnd en wordt, met uitzondering van de eerste letter van elk woord, in kleine letters geschreven.

Artikel 5

Naam en identificatie van de rekening

1.  Betalingsdienstaanbieders vermelden de naam van de betaalrekening.

Die naam wordt vetgedrukt, links uitgelijnd en direct na de desbetreffende aanduiding vermeld.

2.  Betalingsdienstaanbieders vermelden de gegevens waarmee de betaalrekening wordt geïdentificeerd, zoals de bankidentificatiecode (BIC), het internationaal bankrekeningnummer (IBAN), het nationaal rekeningnummer en de nationale bankcode.

Die gegevens worden links uitgelijnd.

Artikel 6

Kalenderperiode

In de rij „periode” vermelden betalingsdienstaanbieders links uitgelijnd de kalenderperiode waarop de vergoedingenstaat betrekking heeft.

Artikel 7

Datum

In de rij „datum” vermelden betalingsdienstaanbieders links uitgelijnd de datum waarop zij de vergoedingenstaat verstrekken.

Artikel 8

Inleiding

De tekst van de in het model opgenomen inleiding wordt als zodanig overgenomen in de vergoedingenstaat, met regelafstand 1,15 met 0 punt voor en 10 punt na de tekst.

Artikel 9

Samenvatting van vergoedingen en rente

1.  Betalingsdienstaanbieders vermelden onder „Samenvatting van vergoedingen en rente” vetgedrukt en rechts uitgelijnd de totale bedragen van de vergoedingen en renten die vervolgens in vier afzonderlijke tabellen worden opgenomen.

2.  Wanneer voor een specifieke rekening geen rente van toepassing is en wanneer die informatie op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU kan of moet worden opgenomen, gebruiken de betalingsdienstaanbieders de formulering „rente niet van toepassing”, in kleine letters en rechts uitgelijnd.

3.  Wanneer er rente van toepassing is, maar deze voor de specifieke periode nul bedraagt, en wanneer die informatie op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU kan of moet worden opgenomen, geven de betalingsdienstaanbieders dit aan met een „0” in de desbetreffende tabel.

4.  Betalingsdienstaanbieders vermelden de globale kostenindicator, die een overzicht biedt van de totale jaarlijkse kosten van de betaalrekening, in een afzonderlijke tabel wanneer dat op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU is vereist. Betalingsdienstaanbieders schrappen de tabel als die nationale bepalingen niet vereisen dat betalingsdienstaanbieders de globale kostenindicator vermelden.

Artikel 10

Gedetailleerde staat van voor de rekening betaalde vergoedingen

1.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de tabel met als titel „Gedetailleerde staat van voor de rekening betaalde vergoedingen” alle vergoedingen die in de betrokken periode voor de desbetreffende diensten in rekening zijn gebracht.

Vergoedingen voor het verstrekken of beheren van de rekening worden onder de ondertitel „Algemene rekeningdiensten” vermeld.

2.  Betalingsdienstaanbieders vullen de diensten in de subkolom „Dienst” in, links uitgelijnd en vetgedrukt, met regelafstand enkel, 0 punt voor en 0 punt na iedere dienst.

3.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de subkolom „Aantal keren dat de dienst is gebruikt” het aantal keren dat iedere dienst tijdens de betrokken periode van de kostenstaat is gebruikt, rechts uitgelijnd en in het lettertype dat is voorgeschreven in artikel 1, lid 3, onder d).

Betalingsdienstaanbieders laten de subkolom „Aantal keren dat de dienst is gebruikt” blanco indien:

a) een dienst is gebruikt, maar de betalingsdienstaanbieder voor die dienst geen vergoeding in rekening heeft gebracht, en

b) die informatie op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU kan of moet worden opgenomen.

4.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de subkolom „Vergoeding per eenheid” rechts uitgelijnd de structuur van de vergoeding per eenheid en de kosten voor iedere gebruikte dienst.

5.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de subkolom „Aantal keren dat de vergoeding in rekening is gebracht” rechts uitgelijnd het aantal keren dat iedere dienst tijdens de betrokken periode van de vergoedingenstaat in rekening is gebracht. Betalingsdienstaanbieders geven dit in de desbetreffende subkolom aan met de formulering „vergoeding niet in rekening gebracht” indien:

a) een dienst is gebruikt, maar er geen vergoeding voor in rekening is gebracht, en

b) die informatie op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU kan of moet worden opgenomen.

6.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de subkolom „Totaal” vetgedrukt het resulterende totaalbedrag van de vergoedingen die tijdens de betrokken periode voor het gebruik van die dienst zijn betaald.

7.  Wanneer onder een ondertitel geen enkele dienst is opgenomen, schrappen de betalingsdienstaanbieders die ondertitel. Betalingsdienstaanbieders schrappen de ondertitel ook wanneer de betaalrekeninghouder tijdens de betrokken periode niet meer diensten heeft gebruikt dan het in het dienstenpakket vermelde aantal.

8.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de rij „Totaal betaalde vergoedingen” vetgedrukt het resulterende totaalbedrag van de vergoedingen die tijdens de betrokken periode door een betaalrekeninghouder zijn betaald.

Artikel 11

Presentatie van typen vergoedingen

1.  Wanneer afzonderlijke vergoedingen op één of meer van de volgende wijzen in rekening worden gebracht, geven de betalingsdienstaanbieders in de tabel „Gedetailleerde staat van voor de rekening betaalde vergoedingen” in de kolom „Dienst” van de betrokken dienst op een afzonderlijke regel een beschrijving van ieder stadium, ieder kanaal of iedere voorwaarde waarvoor een vergoeding in rekening wordt gebracht („Typen vergoedingen”):

a) voor verschillende stadia van de verlening van dezelfde dienst waarvoor een vergoeding in rekening wordt gebracht, zoals een vergoeding voor het openen van een rekening en daaropvolgende vergoedingen voor de uitvoering van de dienst;

b) voor verschillende kanalen via welke dezelfde dienst wordt aangevraagd, gebruikt of verstrekt, zoals de telefoon, een kantoor of online;

c) naargelang voor dezelfde dienst aan een specifieke voorwaarde wordt voldaan, zoals de inachtneming van een minimaal of maximaal drempelbedrag voor overmakingen of opnamen van contanten.

De beschrijving wordt links uitgelijnd. De vergoedingen worden rechts uitgelijnd in de kolom „Vergoeding per eenheid” vermeld.

2.  Wanneer vergoedingen in rekening worden gebracht op basis van een combinatie van verschillende typen vergoedingen, zoals vergoedingen via een verschillend kanaal, en vervolgens worden onderverdeeld naargelang al dan niet een drempelbedrag wordt bereikt, passen de betalingsdienstaanbieders artikel 10, lid 5, toe en ►C1  wordt voor de beschrijving van ieder bijkomend type vergoeding rechts ingesprongen ◄ .

3.  Wanneer de vergoeding tijdens de betrokken periode is gewijzigd, vermelden de betalingsdienstaanbieders de tijdens iedere periode toegepaste vergoedingen en voegen hiervoor nieuwe regels toe in de kolom „Vergoeding per eenheid”.

Artikel 12

Presentatie van pakketten met diensten die als onderdeel van vergoedingen in rekening zijn gebracht onder de ondertitel „Algemene rekeningdiensten”

1.  Wanneer een pakket met aan een betaalrekening gekoppelde diensten bij de rekening wordt aangeboden en in rekening wordt gebracht als onderdeel van de vergoedingen onder de ondertitel „Algemene rekeningdiensten”, vermelden de betalingsdienstaanbieders in de tabel „Gedetailleerde staat van voor de rekening betaalde vergoedingen” in de rij over „dienstenpakketten” de informatie over de diensten in het pakket in de kolom „Dienst” en het aantal keren dat het pakket is gebruikt in de kolom „Aantal keren dat de dienst is gebruikt”. In de kolommen onder „Vergoeding” vermelden de betalingsdienstaanbieders de vergoeding die voor het hele pakket in rekening is gebracht en het aantal keren dat de pakketvergoeding tijdens de relevante periode in rekening is gebracht zoals beschreven in artikel 11, lid 1. De rij wordt geschrapt als het dienstenpakket afzonderlijk in rekening wordt gebracht naast de vergoeding voor algemene rekeningdiensten.

2.  Vergoedingen die in rekening worden gebracht voor diensten boven het aantal dat door het pakket wordt gedekt, worden vermeld in de tabel met diensten en vergoedingen zoals bedoeld in de artikelen 1 tot en met 11.

3.  Indien het aantal diensten in het pakket niet beperkt is of wanneer het aantal diensten dat onder het pakket valt niet is overschreden, schrappen de betalingsdienstaanbieders de woorden „Diensten boven deze aantallen zijn afzonderlijk in rekening gebracht” onderaan de rij.

Artikel 13

Presentatie van pakketten met aan een betaalrekening gekoppelde diensten die naast vergoedingen onder de ondertitel „Algemene rekeningdiensten” in rekening zijn gebracht

1.  Wanneer een betalingsdienstaanbieder een pakket met aan een betaalrekening gekoppelde diensten bij de rekening aanbiedt en dat pakket naast de vergoedingen onder de ondertitel „Algemene rekeningdiensten” voor algemene rekeningdiensten zoals bedoeld in de tabel met diensten en vergoedingen in rekening wordt gebracht, nemen de betalingsdienstaanbieders de volgende informatie in de tabel over het dienstenpakket op:

a) in de kolom over het dienstenpakket: de merknaam, indien van toepassing, of de inhoud van het pakket; daarbij worden de vierkante haken geschrapt;

b) in de kolom „Vergoeding”: de vergoeding die voor de periode van de kostenstaat voor het hele pakket in rekening is gebracht, rechts uitgelijnd;

c) in de derde kolom: het aantal keren dat de pakketvergoeding tijdens de betrokken periode in rekening is gebracht.

Bijkomende vergoedingen die in rekening worden gebracht voor diensten boven het aantal dat door de pakketvergoeding wordt gedekt, worden vermeld in de tabel over diensten en vergoedingen zoals beschreven in de artikelen 10 en 11.

2.  Wanneer het pakket met een regelmatige frequentie in rekening wordt gebracht, wordt de frequentie links uitgelijnd in de kolom „Vergoeding” vermeld, waarbij de totale jaarlijkse kosten vetgedrukt op de regel direct onder de frequentie worden vermeld met daarbij de woorden „Totale jaarlijkse kosten”.

3.  Wanneer voor verschillende pakketten verschillende vergoedingen gelden tijdens de betrokken periode wordt de in lid 1 opgesomde informatie voor ieder pakket in een afzonderlijke tabel verstrekt.

4.  Betalingsdienstaanbieders schrappen de volledige tabel, inclusief de titel „Details van de in het dienstenpakket inbegrepen vergoedingen”, als geen dienstenpakket bij de rekening wordt aangeboden of als het bij de rekening aangeboden dienstenpakket als onderdeel van een vergoeding voor algemene rekeningdiensten in rekening wordt gebracht.

5.  Wanneer het totale aantal diensten in het pakket niet beperkt is of wanneer het aantal diensten dat onder het dienstenpakket valt niet is overschreden, schrappen de betalingsdienstaanbieders de woorden „Diensten boven deze aantallen zijn afzonderlijk in rekening gebracht” onderaan de tabel.

Artikel 14

Details van over de rekening betaalde rente

1.  Indien van toepassing vermelden de betalingsdienstaanbieders in de tabel „Details van over de rekening betaalde rente” de rente die de betaalrekeninghouder heeft betaald tijdens de periode waarop de vergoedingenstaat betrekking heeft.

2.  Betalingsdienstaanbieders vermelden de rentevoet in de kolom „Rentevoet” en wel als een percentage dat op jaarbasis wordt toegepast. Als de rentevoet tijdens de betrokken periode is gewijzigd, vermelden de betalingsdienstaanbieders de rentevoet van iedere periode op een afzonderlijke regel.

3.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de kolom „Rente” vetgedrukt de rente die de betaalrekeninghouder heeft betaald, uitgedrukt in de munteenheid van de rekening. Als de rentevoet tijdens de betrokken periode is gewijzigd, vermelden de betalingsdienstaanbieders de door de betaalrekeninghouder betaalde rente afzonderlijk voor iedere betrokken periode, telkens op een afzonderlijke regel.

4.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de rij „Totaal betaalde rente” vetgedrukt het resulterende totaalbedrag van de rente die tijdens de betrokken periode door de betaalrekeninghouder is betaald.

5.  Wanneer geen rente is betaald door een betaalrekeninghouder omdat op de rekening geen rente van toepassing is, en wanneer die informatie op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU kan of moet worden opgenomen, duiden de betalingsdienstaanbieders dit aan met de formulering „rente niet van toepassing”, in kleine letters, links uitgelijnd en vetgedrukt, in de rij „Totaal betaalde rente”.

Artikel 15

Details van over de rekening ontvangen rente

1.  Indien van toepassing vermelden de betalingsdienstaanbieders in de tabel „Details van over de rekening ontvangen rente” de rente die de betaalrekeninghouder heeft ontvangen tijdens de periode waarop de vergoedingenstaat betrekking heeft.

2.  Betalingsdienstaanbieders vervangen „Naam van de rekening” door de naam van de betrokken rekening, in vetgedrukte letters.

3.  Betalingsdienstaanbieders vermelden de rentevoet in de kolom „Rentevoet” en wel als een percentage dat op jaarbasis wordt toegepast. Als de rentevoet tijdens de betrokken periode is gewijzigd, vermelden de betalingsdienstaanbieders de tijdens iedere periode geldende rentevoet op een afzonderlijke regel.

4.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de kolom „Rente” vetgedrukt en uitgedrukt in de munteenheid van de rekening de rente die een betaalrekeninghouder heeft ontvangen. Als de rentevoet is gewijzigd tijdens de periode waarop de vergoedingenstaat betrekking heeft, vermelden de betalingsdienstaanbieders de door de betaalrekeninghouder ontvangen rente afzonderlijk voor iedere betrokken periode, telkens op een afzonderlijke regel. Wanneer een rente van toepassing is, maar voor de specifieke periode nul bedraagt, geven de betalingsdienstaanbieders dit aan met een „0” in de kolom „Rente”.

5.  Wanneer over een bepaalde rekening geen rente wordt betaald omdat op die rekening geen rente van toepassing is, duiden de betalingsdienstaanbieders dit aan met de woorden „rente niet van toepassing”, in kleine letters en links uitgelijnd, in de kolom „Rente”.

6.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de rij „Totaal ontvangen rente” vetgedrukt het resulterende totaalbedrag van de rente die de betaalrekeninghouder heeft ontvangen tijdens de periode waarop de vergoedingenstaat betrekking heeft.

7.  Wanneer over een bepaalde rekening geen rente wordt betaald omdat op die rekening geen rente van toepassing is, en wanneer die informatie op grond van nationale bepalingen tot omzetting van Richtlijn 2014/92/EU kan of moet worden opgenomen, duiden de betalingsdienstaanbieders dit aan met de woorden „rente niet van toepassing”, in kleine letters, links uitgelijnd en vetgedrukt, in de rij „Totaal ontvangen rente”.

Artike 16

Aanvullende informatie

1.  Betalingsdienstaanbieders vermelden in de tabel „Aanvullende informatie” alle aanvullende informatie die niet onder de artikelen 2 tot en met 15 valt en rechtstreeks verband houdt met de diensten, de betaalde vergoedingen, de in rekening gebrachte of ontvangen rente of de toegepaste rentevoeten, zoals bedoeld in artikel 5, lid 2, van Richtlijn 2014/92/EU, tijdens de periode waarop de vergoedingenstaat betrekking heeft. De in die tabel vermelde aanvullende informatie omvat de informatie die op grond van nationale bepalingen moet worden opgenomen.

2.  Indien van toepassing volgen de betalingsdienstaanbieders bij het invullen van de tabel het presentatieformat dat in deze verordening is beschreven.

3.  Betalingsdienstaanbieders schrappen deze tabel indien zij geen informatie verstrekken zoals bedoeld in lid 1.

Artikel 17

Merknamen

Wanneer een merknaam wordt gebruikt, volgt die merknaam onmiddellijk op de naam van de dienst, in het in artikel 1, lid 3, onder d), beschreven standaardlettertype en tussen vierkante haken.

Artikel 18

Gebruik van elektronische middelen

1.  Wanneer de vergoedingenstaat in elektronische vorm wordt verstrekt, mogen betalingsdienstaanbieders, op voorwaarde dat de consument tezelfdertijd een kopie krijgt van de vergoedingenstaat die is opgesteld volgens het model in de bijlage en ingevuld zoals beschreven in de artikelen 2 tot en met 17, het model enkel op de volgende manieren wijzigen:

a) in afwijking van artikel 1, lid 3, onder d), mag een groter lettertype worden gebruikt, op voorwaarde dat de verhouding van de lettergroottes zoals beschreven in artikel 1, lid 3, wordt gerespecteerd;

b) indien de afmetingen van de elektronische toestellen ertoe leiden dat het gebruik van meerdere tabellen en kolommen de vergoedingenstaat moeilijk leesbaar maakt, mag één kolom of één tabel worden gebruikt, indien de volgorde van de informatie, de titels en de ondertitels wordt gerespecteerd;

c) elektronische middelen, zoals lagen en pop-ups, mogen worden gebruikt op voorwaarde dat de titel van de vergoedingenstaat, het gemeenschappelijke symbool, de titels en de ondertitels prominent worden weergegeven en de volgorde van de informatie wordt gerespecteerd.

2.  De in lid 1, onder c), beschreven elektronische middelen mogen niet zo opdringerig worden gebruikt dat de consument daardoor van de informatie in de vergoedingenstaat kan worden afgeleid. De informatie die via lagen en pop-ups wordt verstrekt, is beperkt tot de in deze verordening genoemde informatie.

Artikel 19

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.




BIJLAGE

Model vergoedingenstaat

image

image

image