02017D0033 — NL — 25.05.2021 — 001.001
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
BESLUIT (EU) 2017/2098 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 3 november 2017 (PB L 299 van 16.11.2017, blz. 34) |
Gewijzigd bij:
|
|
Publicatieblad |
||
nr. |
blz. |
datum |
||
BESLUIT (EU) 2021/729 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 29 april 2021 |
L 157 |
5 |
5.5.2021 |
BESLUIT (EU) 2017/2098 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 3 november 2017
betreffende procedurele aspecten inzake de oplegging van corrigerende maatregelen wegens niet-inachtneming van Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2017/33)
Artikel 1
Definities
In dit Besluit wordt bedoeld met:
1. |
„bevoegde autoriteit” : een bevoegde autoriteit zoals bedoeld in artikel 2, punt 5) van Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28); |
2. |
„SIPS-exploitant” : een SIPS-exploitant zoals bedoeld in artikel 2, punt 4) van Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28); |
3. |
„corrigerende maatregel” : een corrigerende maatregel zoals bedoeld in artikel 2, punt 44) van Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28); |
4. |
„niet-inachtneming” : enige inbreuk op Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28); |
5. |
„vermoeden van niet-inachtneming” : redelijke gronden om aan te nemen dat een SIPS-exploitant niet heeft voldaan aan één of meer vereisten van Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28), zulks op basis van voor de bevoegde autoriteit beschikbare informatie en documentatie (waaronder een door de SIPS-exploitant verstrekte zelfevaluatie); |
6. |
„voortdurende niet-inachtneming” : enige inbreuk op Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28) die middels een onderzoek werd bevestigd, maar die de SIPS-exploitant niet heeft hersteld overeenkomstig een met de bevoegde autoriteit overeengekomen actieplan en wel binnen een door die autoriteit vastgestelde tijdspanne; |
7. |
„ontwerpbeoordeling” : een verslag dat nog niet is goedgekeurd door het besluitvormende orgaan van een bevoegde autoriteit, welk verslag een voorlopige analyse geeft van de regels, procedures en activiteiten van het SIPS, en van de incidenten, of van enige andere aangelegenheid die voor de SIPS-exploitatie van belang geacht wordt, en welk verslag een vermoeden van niet- inachtneming vermeldt in welke mate de SIPS-exploitant voldoet aan de in Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28) vastgelegde oversightvereisten; |
8. |
„beoordeling” : indien de Europese Centrale Bank (ECB) optreedt als de bevoegde autoriteit, een verslag dat de Raad van bestuur heeft goedgekeurd, of, indien een nationale centrale bank (NCB) optreedt als de bevoegde autoriteit, een verslag dat het betrokken besluitvormende orgaan van die NCB heeft goedgekeurd, en dat vermeldt in welke mate de SIPS-exploitant voldoet aan de in Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28) vastgelegde oversightvereisten. |
Artikel 2
Algemene beginselen
Indien twee centrale banken van het Eurosysteem worden aangewezen als bevoegde autoriteiten met betrekking tot een bepaald SIPS voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 795/2014 (ECB/2014/28), en tenzij anders bepaald in het besluit ingevolge artikel 1, lid 2, van die verordening waarin het betrokken betalingssysteem als een SIPS wordt aangeduid, zijn de volgende beginselen van toepassing:
de bevoegdheden en rechten van een bevoegde autoriteit als omschreven in dit besluit kunnen hetzij afzonderlijk worden uitgeoefend door één van de twee centrale banken van het Eurosysteem die als bevoegde autoriteiten zijn aangewezen, hetzij gezamenlijk door beide;
elke verplichting van de bevoegde autoriteit om op een voorgeschreven wijze te handelen of een bepaalde handeling te ondernemen met betrekking tot een bepaalde procedure om een corrigerende maatregel op te leggen zoals uiteengezet in dit besluit, is een verplichting van de centrale bank van het Eurosysteem die de gegeven procedure inleidt of, indien een bepaalde procedure door beide centrale banken van het Eurosysteem gezamenlijk als aangewezen bevoegde autoriteiten is ingeleid, een verplichting van elk van hen;
de twee als bevoegde autoriteiten aangewezen centrale banken van het Eurosysteem coördineren onderling alle interacties met, en eventuele verzoeken gericht aan, de exploitant van het betrokken SIPS;
elke verplichting van een SIPS-exploitant jegens een bevoegde autoriteit uit hoofde van dit besluit is een verplichting jegens elk van de twee centrale banken van het Eurosysteem die als bevoegde autoriteiten zijn aangewezen, en een antwoord op elk verzoek van één van hen of beide krachtens dit besluit wordt bij elk van hen ingediend.
Bevoegde autoriteiten kunnen in de volgende gevallen de procedure initiëren om een corrigerende maatregel op te leggen:
ingeval in een beoordeling niet-inachtneming werd bevestigd;
ingeval van voortdurende niet-inachtneming, indien voorheen geen corrigerende maatregel werd opgelegd aan de SIPS-exploitant;
indien een ontwerpbeoordeling de bevoegde autoriteiten aanleiding geeft om niet-inachtneming te vermoeden die ernstig is en onverwijld handelen vereist.
Artikel 3
Kennisgeving aan de SIPS-exploitant
Artikel 4
Organisatie van de hoorzittingfase
Artikel 5
Toegang tot het bestand
Artikel 6
Oplegging van corrigerende maatregelen
Artikel 7
Vervaltermijnen
Het recht van een bevoegde autoriteit om ingeval van in een beoordeling bevestigde niet-inachtneming corrigerende maatregelen op te leggen, vervalt twee jaar na de afronding van deze beoordeling.
Artikel 8
Kennisgeving van het besluit tot oplegging van corrigerende maatregelen
De bevoegde autoriteit stelt een SIPS-exploitant schriftelijk, waaronder elektronisch, in kennis van enig besluit tot oplegging van corrigerende maatregelen, en wel binnen zeven kalenderdagen nadat het besluit werd genomen.
Artikel 9
Niet-implementatie van corrigerende maatregelen
Dat een SIPS-exploitant de corrigerende maatregelen niet binnen de aangegeven tijdspanne implementeert, kan de ECB hanteren als een reden voor sanctieoplegging door de ECB, mits niet reeds voor dezelfde inbreuk een sanctie werd opgelegd.
Artikel 10
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.