15.12.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 467/27


Beroep tegen IJsland, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 26 september 2016

(Zaak E-14/16)

(2016/C 467/14)

Op 26 september 2016 is bij het EVA-Hof beroep ingesteld tegen IJsland door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, vertegenwoordigd door Carsten Zatschler, Audur Ýr Steinarsdóttir en Øyvind Bø, optredend als gemachtigden van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, Belliardstraat 35, B-1040 Brussel.

De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA vraagt het EVA-Hof:

1.

vast te stellen dat IJsland niet heeft voldaan aan zijn verplichtingen uit hoofde van het besluit waarnaar wordt verwezen in punt 17d van hoofdstuk II van bijlage XIII bij de EER-overeenkomst (Richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg), zoals aangepast aan de EER-overeenkomst bij Protocol 1 daarbij, door

i)

niet ervoor te zorgen dat een representatief deel van het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg wordt onderworpen aan de controles, zoals voorgeschreven in artikel 3, lid 1;

ii)

bij de uitoefening van die controles geen gebruik te maken van de controlelijst in bijlage I bij de richtlijn, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 1;

iii)

niet ervoor te zorgen dat de controles op grond van de richtlijn worden uitgevoerd door middel van steekproeven en zoveel mogelijk een groot deel van het wegennet omvatten, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 2;

iv)

niet ervoor te zorgen dat de plaats voor de controleposten zodanig wordt gekozen dat het mogelijk is de voertuigen die in overtreding zijn, opnieuw met de voorschriften in overeenstemming te brengen of, wanneer de controle-instantie zulks nodig acht, ter plaatse of op een daartoe door bedoelde instantie aangewezen plaats een doorrijverbod op te leggen, zonder dat de veiligheid daardoor in gevaar wordt gebracht, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 3;

v)

niet ervoor te zorgen dat zo nodig, en op voorwaarde dat de veiligheid daardoor niet in gevaar wordt gebracht, van de vervoerde producten monsters kunnen worden genomen met het oog op het onderzoek ervan door laboratoria die door de bevoegde instantie zijn erkend, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 4;

vi)

niet ervoor te zorgen dat de controles niet langer duren dan redelijk is, zoals voorgeschreven in artikel 4, lid 5;

vii)

niet ervoor te zorgen dat, wanneer tijdens het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg een of meer inbreuken op de veiligheidsnormen zijn vastgesteld, ter plaatse of op een daartoe door de controle-instanties aangewezen plaats, aan de betrokken voertuigen een doorrijverbod kan worden opgelegd en de verplichting kan worden opgelegd dat zij vóór het voortzetten van de reis in overeenstemming met de voorschriften worden gebracht ofwel het mogelijk is dat er naar gelang van de omstandigheden of veiligheidseisen andere passende maatregelen worden toegepast, zoals voorgeschreven in artikel 5;

viii)

niet ervoor te zorgen dat controles eveneens plaats kunnen hebben in de ondernemingen, zoals voorgeschreven in artikel 6, lid 1; alsmede

ix)

na te laten ETA jaarlijks een verslag toe te sturen, zoals voorgeschreven in artikel 9, lid 1.

2.

IJsland te verwijzen in de kosten van de procedure.

Feiten en argumenten:

Het verzoek betreft het feit dat IJsland op 16 november 2015 nog geen gevolg had gegeven aan een met redenen omkleed advies dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 16 september 2015 tot IJsland had gericht wegens de niet-nakoming door die staat van zijn verplichtingen uit hoofde van het besluit waarnaar wordt verwezen in punt 17d van hoofdstuk II van bijlage XIII bij de EER-overeenkomst (Richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg), zoals aangepast aan de EER-overeenkomst bij Protocol 1 daarbij.