20.5.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 203/3


Oproep tot het indienen van voorstellen (nr. IX-2023/02)

“SUBSIDIES VOOR EUROPESE POLITIEKE STICHTINGEN”

(2022/C 203/03)

INHOUD

A.

Inleiding en rechtskader 3

B.

Doel van de oproep 4

C.

Doel, categorie en vorm van financiering 5

D.

Beschikbare begroting 5

E.

Ontvankelijkheidsvereisten voor verzoeken om financiering 5

F.

Criteria voor de beoordeling van verzoeken om financiering 6

F.1

Uitsluitingscriteria 6

F.2

Subsidiabiliteitscriteria 6

F.3

Selectiecriteria 6

F.4

Criteria voor de toekenning en verdeling van middelen 6

G.

Gedeelde controle door het europees parlement en de autoriteit 7

H.

Voorwaarden 7

I.

Tijdschema 7

J.

Openbaarmaking en verwerking van persoonsgegevens 8

K.

Verdere informatie 8

A.   INLEIDING EN RECHTSKADER

1.

Volgens artikel 10, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie dragen de “politieke partijen op Europees niveau bij tot de vorming van een Europees politiek bewustzijn en tot de uiting van de wil van de burgers van de Unie”.

2.

Overeenkomstig artikel 224 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie stellen het Europees Parlement en de Raad bij verordeningen het statuut van de Europese politieke partijen en in het bijzonder de regels inzake hun financiering vast. Deze regels zijn vastgelegd in Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (1), zoals gewijzigd.

3.

Krachtens artikel 2, lid 4, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 is een Europese politieke stichting “een entiteit die formeel verbonden is met een Europese politieke partij, die in overeenstemming met de voorwaarden en procedures van deze verordening bij de Autoriteit is geregistreerd, en waarvan de activiteiten, binnen de doelstellingen en fundamentele waarden die de Unie nastreeft, het bereiken van de doelstellingen van de Europese politieke partij dichterbij kunnen helpen brengen”.

4.

Krachtens artikel 17, lid 2, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 kan een Europese politieke stichting die is verbonden met een Europese politieke partij die overeenkomstig artikel 17, lid 1, van de verordening een verzoek om financiering kan indienen, die overeenkomstig de in de verordening vastgestelde voorwaarden en procedures is geregistreerd, en die zich niet in een van de in artikel 136, lid 1, van het Financieel Reglement bedoelde uitsluitingsgevallen bevindt, een verzoek om financiering uit de algemene begroting van de Europese Unie indienen, overeenkomstig de voorwaarden en bepalingen die door de ordonnateur van het Europees Parlement in een oproep tot het indienen van voorstellen zijn neergelegd.

5.

Het Europees Parlement doet deze oproep tot het indienen van voorstellen (“oproep”) dus met het oog op het toekennen van subsidies aan Europese politieke stichtingen.

6.

Het juridische basiskader bestaat uit de volgende handelingen:

a)

Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014;

b)

Besluit van het Bureau van het Europees Parlement van 1 juli 2019 houdende de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het statuut en de financiering van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (2) (“besluit van het Bureau van 1 juli 2019”);

c)

Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (3) (“Financieel Reglement”);

d)

Gedelegeerde Verordening (EU, Euratom) 2015/2401 van de Commissie van 2 oktober 2015 betreffende de inhoud en de werking van het register van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (4);

e)

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2246 van de Commissie van 3 december 2015 inzake nadere bepalingen voor het registratienummersysteem die van toepassing zijn op het register van Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen en informatie uit standaarduittreksels uit het register (5);

f)

Reglement van het Europees Parlement (6).

De Europese Commissie heeft op 25 november 2021 een voorstel (7) (herschikking) gepresenteerd voor de herziening van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014. De Raad en het Europees Parlement kunnen de wijzigingen in de verordening vóór of tijdens het begrotingsjaar 2023 goedkeuren. De inwerkingtreding van de nieuwe verordening vóór of tijdens het jaar 2023 kan aanleiding geven tot relevante aanpassingen aan het basisrechtskader voor de financiering voor het begrotingsjaar 2023, naar aanleiding waarvan mogelijkerwijs een technisch corrigendum op deze oproep nodig is.

B.   DOEL VAN DE OPROEP

7.

Deze oproep heeft tot doel geregistreerde Europese politieke stichtingen op te roepen verzoeken om financiering uit de Uniebegroting in te dienen (“verzoeken om financiering”).

C.   DOEL, CATEGORIE EN VORM VAN FINANCIERING

8.

Met de financiering wordt beoogd het werkprogramma van de Europese politieke stichting voor het begrotingsjaar 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023 te ondersteunen, volgens de voorwaarden die zijn neergelegd in de door de begunstigde Europese politieke stichting en het Europees Parlement te sluiten subsidieovereenkomst.

9.

De financiering valt in de categorie subsidies voor Europese politieke stichtingen in de zin van titel VIII van het Financieel Reglement (“subsidie”). De subsidie wordt verstrekt in de vorm van een vergoeding van een percentage van de daadwerkelijk gemaakte kosten die voor subsidie in aanmerking komen.

10.

Het maximumbedrag dat door het Europees Parlement aan de begunstigde wordt betaald bedraagt niet meer dan 95 % van de subsidiabele kosten die in de geraamde begroting zijn aangegeven en niet meer dan 95 % van de subsidiabele kosten die daadwerkelijk zijn gemaakt.

D.   BESCHIKBARE BEGROTING

11.

De geraamde begroting voor het begrotingsjaar 2023 overeenkomstig artikel 403 van de begroting van het Europees Parlement – “Financiering van de Europese politieke stichtingen” – bedraagt 23 000 000 EUR, zoals aangenomen door het Europees Parlement in de ontwerpraming. De te verdelen beschikbare kredieten worden door de begrotingsautoriteit vastgesteld in de definitief vastgestelde begroting voor het jaar 2023.

E.   ONTVANKELIJKHEIDSVEREISTEN VOOR VERZOEKEN OM FINANCIERING

12.

Verzoeken om financiering zijn ontvankelijk als ze:

a)

schriftelijk zijn ingediend via het bij deze oproep gevoegde aanvraagformulier, vergezeld van alle vereiste ondersteunende documenten;

b)

een schriftelijke toezegging bevatten, in de vorm van een ondertekend formulier dat bij deze oproep is gevoegd, volgens welke de aanvrager instemt met de voorwaarden en uitsluitingscriteria als bedoeld in bijlage 1b bij het besluit van het Bureau van 1 juli 2019;

c)

een brief van een wettelijk vertegenwoordiger bevatten waaruit blijkt dat hij gemachtigd is juridische verbintenissen aan te gaan namens de aanvrager;

d)

uiterlijk 30 september 2022, bij voorkeur in pdf-formaat, in elektronische vorm, of als elektronisch origineel (met een gekwalificeerde elektronische handtekening), zijn toegezonden aan de voorzitter van het Europees Parlement, en wel naar het volgende e-mailadres: fin.part.fond.pol@europarl.europa.eu

De aanvraagformulieren moeten van hetzij handgeschreven handtekeningen, hetzij gekwalificeerde elektronische handtekeningen (QES) zijn voorzien, de QES in overeenstemming met de verordening betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten (eIDAS) (8).

Indien aanvragen in elektronisch formaat worden ingediend, en wanneer bepaalde documentatie van handgeschreven handtekeningen zijn voorzien, bewaart en produceert de aanvrager de originelen, geheel of gedeeltelijk, op verzoek van de diensten van het Europees Parlement, en stuurt hij deze originelen naar het onderstaande fysieke adres:

Voorzitter van het Europees Parlement

t.a.v. de heer Didier Kléthi, directeur-generaal Financiën

ADENAUER 04T003

L-2929 Luxemburg

LUXEMBURG

13.

Indien de aanvrager overeenkomstig artikel 4, lid 2, van het besluit van het Bureau van 1 juli 2019 door de gedelegeerd ordonnateur wordt verzocht originele bewijsstukken of toelichtingen op papier in te dienen met betrekking tot de aanvraag, gebruikt de aanvrager daartoe het in paragraaf 12 vermelde fysieke adres. Elektronische documenten die van de gekwalificeerde elektronische handtekening zijn voorzien, worden ook geaccepteerd en worden naar het volgende e-mailadres gestuurd: fin.part.fond.pol@europarl.europa.eu.

Voor alle andere correspondentie met betrekking tot de aanvraag moet gebruik worden gemaakt van het hierboven vermelde e-mailadres.

14.

Als onvolledig beoordeelde verzoeken kunnen worden afgewezen.

F.   CRITERIA VOOR DE BEOORDELING VAN VERZOEKEN OM FINANCIERING

F.1   Uitsluitingscriteria

15.

Aanvragers worden uitgesloten van de financieringsprocedure indien zij:

a)

zich in een van de in artikel 136, leden 1 en 2, of artikel 141 van het Financieel Reglement bedoelde uitsluitingssituaties bevinden;

b)

aan een van de in artikel 27, lid 1, of artikel 27, lid 2, onder a), punten v), vi) en vii), van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 opgenomen sancties zijn onderworpen.

F.2   Subsidiabiliteitscriteria

16.

Om in aanmerking te komen voor Uniefinanciering moet de partij voldoen aan de in de artikelen 17 en 18 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 vermelde voorwaarden, namelijk:

a)

geregistreerd staan bij de Autoriteit voor Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen (9) (“de Autoriteit”), overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014;

b)

zijn aangesloten bij een Europese politieke partij die voldoet aan alle criteria voor toekenning van een bijdrage aan Europese politieke partijen (10);

c)

voldoen aan de in artikel 23 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 genoemde verplichtingen, d.w.z. de jaarrekeningen (11), een externe-auditverslag en de lijst van donateurs en contribuanten hebben ingediend.

F.3   Selectiecriteria

17.

Overeenkomstig artikel 198 van het Financieel Reglement “[beschikt] de aanvrager (…) over stabiele en toereikende financieringsbronnen om zijn of haar activiteit gedurende de periode waarvoor de subsidie wordt toegekend, te handhaven en aan de financiering ervan bij te dragen (“financiële draagkracht”)”, alsook over “de vereiste beroepsbekwaamheden en -kwalificaties om de voorgestelde actie of het voorgestelde werkprogramma tot een goed einde te brengen, behoudens specifieke andersluidende bepalingen in de basishandeling (“operationele capaciteit”)”.

F.4   Criteria voor de toekenning en verdeling van middelen

18.

In overeenstemming met artikel 19 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 worden de kredieten die respectievelijk beschikbaar zijn jaarlijks verdeeld. Zij worden als volgt verdeeld over de Europese politieke stichtingen waarvan het verzoek om financiering is ingewilligd in het licht van de subsidiabiliteits- en uitsluitingscriteria:

a)

10 % wordt gelijkelijk verdeeld onder de begunstigde Europese politieke stichtingen;

b)

90 % wordt verdeeld onder de begunstigde Europese politieke stichtingen op grond van het aantal gekozen leden in het Europees Parlement van de begunstigde Europese politieke partijen waarbij de aanvragers zijn aangesloten.

G.   GEDEELDE CONTROLE DOOR HET EUROPEES PARLEMENT EN DE AUTORITEIT

19.

In artikel 24, leden 1 en 2 (12), van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 wordt voorzien in gedeelde controle door het Europees Parlement en de Autoriteit.

20.

Indien overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 de Autoriteit bevoegd is de naleving van de bepalingen van die verordening te controleren, stuurt het Europees Parlement de verzoeken om financiering door naar de Autoriteit.

21.

Tijdens alle stadia van de [toekennings] procedure blijven indieners van verzoeken uit hoofde van artikel 24, lid 4, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 verplicht op verzoek van de Autoriteit alle informatie over te leggen die noodzakelijk is voor het verrichten van de controles waar zij mee is belast. Hieronder valt met name documentatie of verduidelijkingen aanvullend bij de financieringsaanvraag, in te dienen in het door de Autoriteit gespecificeerde formaat.

22.

De Autoriteit stelt het Europees Parlement in kennis van het resultaat van haar controles en verificaties.

H.   VOORWAARDEN

23.

Aanvragers moeten eventuele wijzigingen met betrekking tot de ingediende documenten of de in het verzoek verstrekte informatie binnen twee weken melden aan het Europees Parlement. Indien de aanvrager dit verzuimt, kan de ordonnateur een besluit nemen op grond van de beschikbare informatie, ongeacht later of via andere kanalen verstrekte informatie.

24.

Het is aan de aanvrager om te bewijzen dat hij nog aan de criteria voor financiering voldoet.

25.

De voorwaarden voor de toekenning van Uniefinanciering uit hoofde van deze oproep zijn vastgelegd in bijlage 1b bij het besluit van het Bureau van 1 juli 2019.

26.

Elke aanvrager aanvaardt de in paragraaf 25 van deze oproep bedoelde voorwaarden door het formulier te ondertekenen dat bij deze oproep is gevoegd. Deze voorwaarden zijn bindend voor de begunstigde aan wie de financiering wordt toegekend en worden uiteengezet in de subsidieovereenkomst.

I.   TIJDSCHEMA

27.

Financieringsaanvragen dienen uiterlijk op 30 september 2022 te worden ingediend.

28.

De ordonnateur van het Europees Parlement neemt binnen drie maanden na de sluiting van de oproep tot het indienen van voorstellen een besluit. Vervolgens worden de individuele besluiten, ondertekend door de Voorzitter van het Europees Parlement, aan de indieners van de verzoeken ter kennis gebracht.

29.

Succesvolle aanvragers ontvangen volgens planning in januari 2023 de door hen te ondertekenen ontwerp-subsidieovereenkomst. Afgewezen aanvragers zullen op hetzelfde moment worden geïnformeerd. De subsidieovereenkomst mag met een gekwalificeerde elektronische handtekening (QES) worden ondertekend. De betaling van de voorfinanciering vindt plaats binnen 30 dagen na de ondertekening van de subsidieovereenkomst namens het Europees Parlement.

J.   OPENBAARMAKING EN VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS

30.

Het Europees Parlement en de Autoriteit maken de informatie overeenkomstig artikel 32 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 openbaar, onder meer op internet.

31.

Alle in het kader van deze oproep verzamelde persoonsgegevens worden verwerkt overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (13) en overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014.

32.

Deze gegevens worden verwerkt ten behoeve van de evaluatie van de verzoeken om financiering en de bescherming van de financiële belangen van de Unie. Dit geldt onverminderd de mogelijkheid dat zij worden meegedeeld aan de organen die overeenkomstig het Unierecht verantwoordelijk zijn voor controle en auditing, zoals de interne controlediensten van het Europees Parlement, de Autoriteit, het Europees Openbaar Ministerie (EOM), de Europese Rekenkamer of het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF).

33.

Elke natuurlijke persoon die gelieerd is aan de begunstigde kan op schriftelijk verzoek inzage krijgen in zijn persoonsgegevens en eventuele onjuiste of onvolledige gegevens corrigeren. Verzoeken in verband met de verwerking van zijn persoonsgegevens kunnen worden gericht tot het directoraat-generaal Financiën van het Europees Parlement of de functionaris voor gegevensbescherming van het Europees Parlement. De betrokkene kan te allen tijde een klacht over de verwerking van zijn persoonsgegevens indienen bij de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.

34.

Persoonsgegevens kunnen door het Europees Parlement in het systeem voor vroege opsporing en uitsluiting worden geregistreerd als de begunstigde in een van de in artikel 136, lid 1, en artikel 141 van het Financieel Reglement genoemde situaties verkeert.

K.   VERDERE INFORMATIE

35.

Vragen in verband met deze oproep kunnen, onder vermelding van het referentienummer, naar het volgende e-mailadres worden gestuurd: fin.part.fond.pol@europarl.europa.eu

36.

De in paragraaf 6, onder b), van deze oproep gespecificeerde wetgeving die ten grondslag ligt aan deze oproep en het aanvraagformulier financiering dat aan deze oproep is gehecht, zijn te vinden op de website van het Europees Parlement (http://www.europarl.europa.eu/tenders/invitations.htm)

Bijlage: het aanvraagformulier financiering, met inbegrip van het formulier financiële identificatiegegevens, de verklaring over de voorwaarden en de uitsluitingscriteria, en het model voor de geraamde begroting en de verklaring dat de aanvraag is ingediend via de verbonden Europese politieke partij


(1)  PB L 317 van 4.11.2014, blz. 1. Twee wijzigingen werden gepubliceerd in PB L 114 I van 4.5.2018, blz. 1, en in PB L 85 I van 27.3.2019, blz. 7.

(2)  PB C 249 van 25.7.2019, blz. 2.

(3)  PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1.

(4)  PB L 333 van 19.12.2015, blz. 50.

(5)  PB L 318 van 4.12.2015, blz. 28.

(6)  Reglement van het Europees Parlement van september 2021.

(7)  COM(2021) 734 final 2021/0375 (COD).

(8)  Verordening (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van Richtlijn 1999/93/EG, (PB L 257 van 28.8.2014, blz. 73).

(9)  Opgericht overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014.

(10)  Overeenkomstig titel XI van het Financieel Reglement.

(11)  Tenzij de aanvrager niet werd onderworpen aan de controle uit hoofde van artikel 23 van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 (bijvoorbeeld pas opgericht, enz.).

(12)  Artikel 24, leden 1 en 2, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 – Algemene regels op het gebied van controle:

“1.   Controle op de naleving door Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen van de uit deze verordening voortvloeiende verplichtingen wordt in samenwerking uitgevoerd door de Autoriteit, de ordonnateur van het Europees Parlement en de bevoegde lidstaten.

2.   De Autoriteit controleert de naleving door de Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen van de uit deze verordening voortvloeiende verplichtingen, in het bijzonder wat betreft artikel 3, artikel 4, lid 1, onder a), b) en d) tot en met f), artikel 5, lid 1, onder a) tot en met e) en g), artikel 9, leden 5 en 6, en de artikelen 20, 21 en 22.

De ordonnateur van het Europees Parlement controleert de naleving door de Europese politieke partijen en Europese politieke stichtingen van de uit deze verordening voortvloeiende verplichtingen die betrekking hebben op de financiering door de Unie, overeenkomstig het Financieel Reglement. Bij de uitvoering van die controle neemt het Europees Parlement de nodige maatregelen met het oog op de preventie en de bestrijding van fraude die de financiële belangen van de Unie schaadt.”

(13)  PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39.


BIJLAGE a

AANVRAAGFORMULIER FINANCIERING

SUBSIDIES (1) VOOR EUROPESE POLITIEKE STICHTINGEN

VOOR BEGROTINGSJAAR [JAAR INVOEGEN]

SAMENSTELLING VAN HET VERZOEK OM FINANCIERING

Onderstaande tabel dient als leidraad bij de voorbereiding van uw verzoek om financiering. U kunt deze tabel gebruiken als checklist om na te gaan of alle vereiste documenten zijn bijgesloten.

Documentnummer

Te verstrekken documenten

 

 

Te verstrekken documenten die niet zijn opgenomen in dit model van het verzoek om financiering

 

1.

De begeleidende brief met vermelding van het aangevraagde bedrag van de subsidie voor begrotingsjaar n, ondertekend door de wettelijk vertegenwoordiger

2.

Een brief van een wettelijk vertegenwoordiger waaruit blijkt dat hij gemachtigd is om juridische verbintenissen aan te gaan namens de aanvrager

3.

Lijst van de personen met vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid ten aanzien van de aanvragende organisatie, zoals de voorzitter, leden van de raad van bestuur, secretaris-generaal of de penningmeester (2)

4.

Bewijs van registratie door de Autoriteit op de datum van het verzoek om financiering (uitsluitend voor aanvragers van wie het besluit tot registratie nog niet openbaar is, d.w.z. nog niet gepubliceerd is op de website van de Autoriteit of in het Publicatieblad)

5.

Werkprogramma

6.

Alleen in het geval van een nieuwe aanvrager die niet aan de voorwaarden van artikel 23, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 kon voldoen: de meest recente gecontroleerde jaarrekening opgesteld door een professionele accountant

 

Te verstrekken documenten die zijn opgenomen in dit model van het verzoek om financiering

 

7.

Formulier financiële identificatiegegevens (alleen voor een nieuwe aanvrager of in geval van wijzigingen van naam, adres of bankrekening)

8.

Verklaring van aanvaarding van de algemene voorwaarden en de uitsluitingscriteria

9.

Een sluitende geraamde begroting

10.

Verklaring dat de aanvraag is ingediend via de verbonden Europese politieke partij

FORMULIER FINANCIËLE IDENTIFICATIEGEGEVENS

Image 1

VERKLARING VAN AANVAARDING VAN DE ALGEMENE VOORWAARDEN EN UITSLUITINGSCRITERIA

Ik, ondergetekende, wettelijk vertegenwoordiger van [naam aanvrager invoegen] verklaar dat:

ik de algemene voorwaarden die zijn vastgelegd in het model van subsidieovereenkomst heb gelezen en deze aanvaard;

de aanvrager zich niet in een van de situaties bevindt die worden genoemd in artikel 136, lid 1*, en artikel 141* van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad (“Financieel Reglement”) (3);

de aanvrager niet onderworpen is aan een van de in artikel 27, lid 1*, of artikel 27, lid 2, onder a), punten v), vi) en vii)* van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 (4) van het Europees Parlement en de Raad opgenomen sancties;

de aanvrager financieel en organisatorisch in staat is de subsidieovereenkomst ten uitvoer te leggen;

de in dit verzoek en de bijlagen aan het Europees Parlement verstrekte informatie waarheidsgetrouw en volledig is.

Geautoriseerde handtekening:

Aanspreektitel (Mw., Dhr., Prof.), naam en voornaam:

 

Functie in de aanvragende organisatie:

 

Plaats/datum:

 

Handtekening:

 

(*)

Hieronder volgt een opsomming van bovengenoemde artikelen:

 

Artikel 136, lid 1, van het Financieel Reglement:

 

De bevoegde ordonnateur sluit een in artikel 135, lid 2, bedoelde persoon of entiteit uit van deelname aan onder deze verordening vallende toekenningsprocedures of van selectie voor de uitvoering van middelen van de Unie wanneer die persoon of entiteit zich in één of meer van de volgende uitsluitingssituaties bevindt:

(a)

de persoon of entiteit is failliet, onderworpen aan insolventie- of liquidatieprocedures, zijn activa worden beheerd door een curator of een gerecht, hij een regeling met schuldeisers heeft getroffen, zijn bedrijfsactiviteiten zijn geschorst of hij in een andere vergelijkbare toestand verkeert als gevolg van een soortgelijke procedure uit hoofde van Unierecht of nationaal recht;

(b)

in een definitieve rechterlijke beslissing of een definitief administratief besluit is vastgesteld dat de persoon of entiteit zijn verplichtingen, overeenkomstig het toepasselijke recht, tot betaling van belastingen of socialezekerheidsbijdragen niet nakomt;

(c)

in een definitieve rechterlijke beslissing of een definitief administratief besluit is vastgesteld dat de persoon of entiteit een ernstige beroepsfout heeft gemaakt doordat hij/zij de toepasselijke wet- of regelgeving of de ethische normen van de beroepsgroep waartoe hij/zij behoort, heeft overtreden of doordat hij/zij onrechtmatig gedrag heeft vertoond dat zijn professionele geloofwaardigheid aantast wanneer dit gedrag blijk geeft van kwaad opzet of grove nalatigheid, waaronder met name:

i)

het op frauduleuze of nalatige wijze afleggen van valse verklaringen met betrekking tot de informatie die wordt verlangd voor de verificatie van de afwezigheid van gronden voor uitsluiting of de vervulling van subsidiabiliteits- of selectiecriteria of bij de uitvoering van de juridische verbintenis;

ii)

het sluiten van een overeenkomst met andere personen of andere entiteiten met als doel de mededinging te vervalsen;

iii)

het schenden van intellectuele-eigendomsrechten;

iv)

het pogen de besluitvorming van de bevoegde ordonnateur tijdens de gunningsprocedure te beïnvloeden;

v)

het pogen vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen kan opleveren in de gunningsprocedure;

(d)

in een definitieve rechterlijke beslissing is vastgesteld dat de persoon of entiteit zich schuldig heeft gemaakt aan een van de volgende feiten:

i)

fraude in de zin van artikel 3 van Richtlijn (EU) 2017/1371 van het Europees Parlement en de Raad en artikel 1 van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, vastgesteld bij akte van de Raad van 26 juli 1995;

ii)

corruptie, als omschreven in artikel 4, lid 2, van Richtlijn (EU) 2017/1371 of actieve corruptie in de zin van artikel 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren van de Europese Gemeenschappen of van de lidstaten van de Europese Unie betrokken zijn, vastgesteld bij akte van de Raad van 26 mei 1997, of gedragingen als bedoeld in artikel 2, lid 1, van Kaderbesluit 2003/568/JBZ van de Raad, of corruptie als omschreven in andere toepasselijke regelgeving;

iii)

gedragingen die verband houden met een criminele organisatie als bedoeld in artikel 2 van Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad;

iv)

witwassen van geld of terrorismefinanciering in de zin van artikel 1, leden 3, 4 en 5, van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad;

v)

terroristische misdrijven of strafbare feiten in verband met terroristische activiteiten in de zin van respectievelijk de artikelen 1 en 3 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad, dan wel uitlokking van, medeplichtigheid aan of poging tot het plegen van zodanig misdrijf of strafbaar feit, als bedoeld in artikel 4 van genoemd besluit;

vi)

kinderarbeid of andere strafbare feiten op het gebied van mensenhandel als bedoeld in artikel 2 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad;

(e)

de persoon of entiteit aanzienlijk is tekortgeschoten in de nakoming van belangrijke verplichtingen bij de uitvoering van een uit de begroting gefinancierde juridische verbintenis, hetgeen tot

i)

de vroegtijdige beëindiging van een juridische verbintenis heeft geleid;

ii)

oplegging van een schadevergoeding of andere contractuele sancties heeft geleid; of

iii)

na toetsen en audits of onderzoeken door een ordonnateur, OLAF of de Rekenkamer aan het licht is gekomen;

(f)

in een definitieve rechterlijke beslissing of een definitief administratief besluit is vastgesteld dat de persoon of entiteit een onregelmatigheid in de zin van artikel 1, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad heeft begaan;

(g)

in een definitieve rechterlijke beslissing of een definitief administratief besluit is vastgesteld dat de persoon of entiteit in een andere jurisdictie een entiteit heeft opgericht met de bedoeling om fiscale, sociale of enige andere wettelijke verplichtingen te omzeilen die in de jurisdictie waar de statutaire zetel, het hoofdbestuur of de hoofdvestiging is gevestigd;

(h)

in een definitieve rechterlijke beslissing of een definitief administratief besluit is vastgesteld dat er een entiteit is opgericht met de bedoeling als vermeld onder g).

 

Artikel 141, lid 1, van het Financieel Reglement:

 

De bevoegde ordonnateur wijst een deelnemer bij een gunningsprocedure af indien deze:

(a)

in een uitsluitingssituatie verkeert die overeenkomstig artikel 136 is vastgesteld;

(b)

valse verklaringen heeft afgelegd in de informatie die wordt verlangd als voorwaarde voor deelname aan de procedure of die informatie niet heeft verstrekt;

(c)

voorheen betrokken was bij het opstellen van in de gunningsprocedure gebruikte documenten, indien zulks een schending van het beginsel van gelijke behandeling inhoudt, met inbegrip van vervalsing van de mededinging die niet op een andere wijze kan worden verholpen.

In overeenstemming met artikel 18, lid 2, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 mag de verzoekende partij niet aan een van de in artikel 27, lid 1, en artikel 27, lid 2, onder a), punten v), vi) en vii), opgenomen sancties onderworpen zijn.

 

Artikel 27, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014:

 

Overeenkomstig artikel 16 besluit de Autoriteit bij wijze van sanctie in elk van de volgende situaties tot schrapping van een Europese politieke partij of een Europese politieke stichting uit het register:

(a)

indien de partij of de stichting in kwestie bij een onherroepelijke rechterlijke beslissing is veroordeeld voor onwettige activiteiten die de financiële belangen van de Europese Unie schaden in de zin van artikel 106, lid 1, van het Financieel Reglement;

(b)

indien na toepassing van de procedures van artikel 10, leden 2 tot en met 5, is vastgesteld dat de partij of de stichting niet langer voldoet aan een of meer van de in artikel 3, leden 1 en 2, vastgelegde voorwaarden;

(b bis)

indien het besluit tot registratie van de partij of stichting in kwestie berust op onjuiste of misleidende informatie waarvoor de verzoekende partij verantwoordelijk is of indien het besluit met bedrog is verkregen; of

(c)

indien een verzoek van een lidstaat tot schrapping uit het register op grond van ernstige niet-naleving van de uit nationaal recht voortvloeiende verplichtingen voldoet aan de in artikel 16, lid 3, onder b), vastgestelde vereisten.

 

Artikel 27, lid 2, onder a), punten v), vi) en vii), van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014:

 

De Autoriteit legt in de volgende gevallen financiële sancties op:

(a)

niet-kwantificeerbare inbreuken:

v)

indien een Europese politieke partij of een Europese politieke stichting bij een onherroepelijke rechterlijke beslissing is veroordeeld voor onwettige activiteiten die de financiële belangen van de Europese Unie schaden in de zin van artikel 106, lid 1, van het Financieel Reglement;

vi)

indien een Europese politieke partij of een Europese politieke stichting op enig moment opzettelijk onjuiste of misleidende informatie heeft achtergehouden of geleverd, of indien de organen die op grond van deze verordening gemachtigd zijn de begunstigden van financiering uit de algemene begroting van de Europese Unie aan audits of controles te onderwerpen fouten in de jaarrekeningen ontdekken die overeenkomstig de in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1606/2002 gedefinieerde internationale standaarden voor jaarrekeningen worden beschouwd als weglatingen of onjuiste weergaves van informatie van materieel belang;

vii)

indien overeenkomstig de in artikel 10 bis bedoelde verificatieprocedure wordt vastgesteld dat een Europese politieke partij of een Europese politieke stichting de uitslag van verkiezingen voor het Europees Parlement bewust heeft beïnvloed of heeft trachten te beïnvloeden door gebruik te maken van een inbreuk op de toepasselijke regels inzake de bescherming van persoonsgegevens.


(1)  De financiering valt in de categorie actiesubsidies in de zin van titel VIII van het Financieel Reglement (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).

(2)  Bijvoorbeeld onder verwijzing naar de desbetreffende bepalingen van het statuut van de aanvrager, indien van toepassing.

(3)  PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1.

(4)  PB L 317 van 4.11.2014, blz. 1.


BIJLAGE b

GERAAMDE BEGROTING

Kosten

 

Ontvangsten

Subsidiabele kosten

Begroting

Werkelijk

 

 

Begroting

Werkelijk

A.1:

Personeelskosten

1.

Salarissen

2.

Bijdragen

3.

Beroepsopleiding

4.

Reiskosten voor personeel

5.

Andere personeelskosten

 

 

 

D.1.

Opneming van de “voorziening ter dekking van subsidiabele uitgaven van het eerste kwartaal van het jaar n”

n.v.t.

 

D.2.

Voor jaar n toegekende financiering van het Europees Parlement

 

 

D.3.

Bijdragen van leden

 

 

3.1

van organisaties die lid zijn

3.2

van individuele leden

 

 

A.2:

Infrastructuur- en exploitatiekosten

1.

Huur, lasten en onderhoudskosten

2.

Kosten van installatie, exploitatie en onderhoud van uitrusting

3.

Afschrijvingskosten van roerende en onroerende goederen

4.

Papier en andere kantoorbenodigdheden

5.

Porto en telecommunicatie

6.

Kosten voor drukken, vertaling en reproductie

7.

Andere infrastructuurkosten

 

 

D.4.

Giften

 

 

 

 

 

D.5.

Andere eigen middelen

 

 

(te preciseren)

 

 

A.3:

Administratieve kosten

1.

Documentatiekosten (kranten, persagentschappen, databanken)

2.

Studie- en onderzoekskosten

3.

Juridische kosten

4.

Kosten boekhouding en auditing

5.

Diverse administratieve kosten

6.

Steun aan derden

 

 

A.4:

Vergader- en vertegenwoordigingskosten

1.

Vergaderkosten

2.

Deelname aan seminars en conferenties

3.

Vertegenwoordigingskosten

4.

Kosten voor uitnodigingen

5.

Andere vergaderkosten

 

 

A.5:

Informatie- en publicatiekosten

1.

Publicatiekosten

2.

Opzetten en beheren van websites

3.

Publiciteitskosten

4.

Communicatiemateriaal (gadgets)

5.

Seminars en tentoonstellingen

6.

Andere informatiekosten

 

 

A.6:

Toewijzing voor de “voorziening ter dekking van subsidiabele uitgaven van het eerste kwartaal van het jaar n+1”

 

 

A.

TOTAAL SUBSIDIABELE KOSTEN

 

 

Niet-subsidiabele kosten

1.

Toewijzingen voor andere voorzieningen

2.

Financiële kosten

3.

Wisselkoersverliezen

4.

Dubieuze vorderingen aan derden

5.

Andere (te preciseren)

6.

Bijdragen in natura

 

 

B.

TOTAAL NIET-SUBSIDIABELE KOSTEN

 

 

C.

TOTAAL KOSTEN

 

 

D.6.

Renteopbrengsten uit voorfinanciering

 

 

D.7.

Bijdragen in natura

 

 

 

D.

TOTAAL ONTVANGSTEN

 

 

E.

Winst/verlies (D-C)

 

 

 

F.

Overmaking van eigen middelen naar reserverekening

 

 

G.

Winst/verlies voor verificatie van de naleving van de regel dat financiering geen winst mag opleveren (E-F)

 

 

VERKLARING DAT DE AANVRAAG IS INGEDIEND VIA EEN VERBONDEN EUROPESE POLITIEKE PARTIJ

Ik, ondergetekende, de wettelijke vertegenwoordiger van [naam partij invoegen], verklaar dat, overeenkomstig artikel 18, lid 5, van Verordening (EU, Euratom) nr.1141/2014 het onderhavige verzoek om financiering van [naam aanvrager invoegen] voor het begrotingsjaar 2023 is ingediend via de verbonden Europese politieke partij [naam van de verbonden Europese politieke partij invoegen].

Geautoriseerde handtekening:

Aanspreektitel (Mw., Dhr., Prof.), naam en voornaam:

 

Functie in de Europese politieke partij:

 

Plaats/datum:

 

Handtekening: