4.8.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 183/18


Hogere voorziening ingesteld op 14 mei 2007 door Derya Beyatli tegen de beschikking van het Gerecht van eerste aanleg (Vijfde kamer) van 5 maart 2007 in zaak T-455/04, Derya Beyatli en Armagan Candan/Commissie

(Zaak C-238/07 P)

(2007/C 183/30)

Procestaal: Engels

Partijen

Rekwirante: Derya Beyatli (vertegenwoordiger: A. Demetriades, dikigoros)

Andere partij in de procedure: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

vernietiging van de bestreden beschikking;

nietigverklaring van verweersters besluit van 5 mei 2004;

verwijzing van verweerster in de kosten van de hogere voorziening.

Middelen en voornaamste argumenten

Tot staving van haar hogere voorziening voert rekwirante het volgende aan.

 

Het Gerecht van eerste aanleg is van een onjuiste rechtsopvatting uitgegaan door geen bewijs te verlangen door middel van maatregelen van instructie voor de opening van niet alleen de EPSO-archieven, maar eveneens die van de vertegenwoordiging van de Europese Gemeenschap op Cyprus en/of de Commissie in het algemeen.

 

Als gevolg van het verzuim van het Gerecht heeft verweerster geen inzage gegeven in alle relevante correspondentie tussen de vertegenwoordiging van de Europese Gemeenschap op Cyprus en/of de Commissie en/of EPSO. In de procedure voor het Gerecht is rekwirantes recht op een eerlijk proces dus geschonden.