28.4.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 95/33 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden op 2 maarts 2007 — J.C.M. Beheer BV tegen Staatssecretaris van Financiën
(Zaak C-124/07)
(2007/C 95/62)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Hoge Raad der Nederlanden
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekster: J.C.M. Beheer BV
Verweerder: Staatssecretaris van Financiën
Prejudiciële vraag
Strekt het bepaalde in artikel 13, B, aanhef en letter a, van de Zesde richtlijn (1) zich uit tot werkzaamheden van een (rechts)persoon die kenmerkende en essentiële werkzaamheden van een assurantiemakelaar en verzekeringsagent verricht, waarbij op naam van een andere assurantiemakelaar of verzekeringsagent bemiddeld wordt bij het tot stand brengen van verzekeringen?
(1) Zesde Richtlijn 77/388/EEG van de Raad, van 17 mei 1977, betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1).