10.3.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 56/23 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Kammarrätten i Jönköping (Zweden) op 22 januari 2007 — Mattias Jalkhed/Jordbruksverket
(Zaak C-18/07)
(2007/C 56/42)
Procestaal: Zweeds
Verwijzende rechter
Kammarrätten i Jönköping
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Mattias Jalkhed
Verwerende partij: Jordbruksverket
Prejudiciële vragen
1) |
Vormt een nationale bepaling inhoudende een verbod op het houden van roofvogels als gezelschapsdier of voor hobbydoeleinden een kwantitatieve invoerbeperking of een maatregel van gelijke werking als bedoeld in artikel 28 EG-Verdrag, indien de desbetreffende bepaling met zich meebrengt dat de invoer van een dergelijke vogel in de desbetreffende lidstaat vanuit een andere lidstaat verboden is? |
2) |
Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord: Kan de desbetreffende nationale bepaling desondanks als verenigbaar met het gemeenschapsrecht worden aangemerkt om die reden dat de bepaling, zoals de bevoegde autoriteit van de lidstaat aanvoert, gerechtvaardigd is vanwege het feit dat het zeer moeilijk is om bij roofvogels in gevangenschap tegemoet te komen aan hun behoefte om natuurlijk gedrag te vertonen (d.w.z. het sociale gedrag van de vogels, het foerageergedrag en de behoefte aan beweging) en te waarborgen dat domesticatie, leidend tot schrikachtigheid en ongewenste stress, achterwege blijft?
|
(1) PB L 204, blz. 37.