6.7.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 157/14


NOTULEN

(2006/C 157 E/02)

VERLOOP VAN DE VERGADERING

VOORZITTER: Luigi COCILOVO

Ondervoorzitter

1.   Opening van de vergadering

De vergadering wordt om 09.00 uur geopend.

2.   Rectificaties stemgedrag voorgaande vergaderingen

De volgende leden hebben hun stemgedrag als volgt gerectificeerd:

Vergadering van 09.06.2005

Verslag Duarte Freitas — A6-0157/2005

één enkele stemming: Jean-Louis Bourlanges

Vergadering van 04.07.2005

Wijziging van de agenda — verzoek van Othmar Karas

tegen: Katerina Batzeli

3.   Ingekomen stukken

De volgende stukken zijn ontvangen:

1)

Raad en Commissie:

Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad over het gebruik van het flexibiliteitsinstrument voor herstel en wederopbouw in door de tsunami getroffen landen overeenkomstig punt 24 van het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 (COM(2005)0278 — C6-0211/2005 — 2005/2137(ACI)).

verwezen naar:

ten principale: BUDG

 

advies: AFET, DEVE

Voorstel tot kredietoverschrijving DEC 22/2005 — Afdeling III — Commissie (SEC(2005)0821 — C6-0212/2005 — 2005/2144(GBD)).

verwezen naar:

ten principale: BUDG

2)

parlementaire commissies, het volgende verslag:

* Verslag over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Canada inzake de verwerking van op voorhand af te geven passagiersgegevens (Advance Passenger Information (API) en persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record (PNR) (COM(2005)0200 — C6-0184/2005 — 2005/0095(CNS)) — Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Rapporteur: in 't Veld Sophia (A6-0226/2005)

3)

leden, schriftelijke verklaringen ter inschrijving in het register (artikel 116 van het Reglement)

Richard Howitt, David Hammerstein Mintz, Ursula Stenzel, Adamos Adamou en Grażyna Staniszewska, over reumatische aandoeningen (41/2005).

4.   Schriftelijke verklaringen (artikel 116 van het Reglement)

Schriftelijke verklaringen nrs. 13, 14, 15, 16/2005 hebben niet het vereiste aantal handtekeningen gekregen en komen bijgevolg overeenkomstig het bepaalde in artikel 116, lid 5 van het Reglement te vervallen.

5.   Debat over gevallen van schending van de mensenrechten, de democratie en de rechtsstaat (bekendmaking van de ingediende ontwerpresoluties)

De navolgende leden of fracties hebben overeenkomstig artikel 115 van het Reglement voor de hiernavolgende ontwerpresoluties verzoeken ingediend om het houden van een debat:

I.

ZIMBABWE

Margrete Auken, Marie-Hélène Aubert en Frithjof Schmidt, namens de Verts/ALE-Fractie, over Zimbabwe (B6-0416/2005);

Bastiaan Belder, namens de IND/DEM-Fractie, over Zimbabwe (B6-0421/2005);

Pasqualina Napoletano en Glenys Kinnock, namens de PSE-Fractie, over Zimbabwe (B6-0430/2005);

Elizabeth Lynne en Cecilia Malmström, namens de ALDE-Fractie, over Zimbabwe (B6-0432/2005);

Luisa Morgantini, Marco Rizzo, Vittorio Agnoletto en Gabriele Zimmer, namens de GUE/NGLFractie, over Zimbabwe (B6-0434/2005);

Geoffrey Van Orden, Nirj Deva, Michael Gahler en Bernd Posselt, namens de PPE-DE-Fractie, over Zimbabwe (B6-0439/2005);

Brian Crowley, Ģirts Valdis Kristovskis en Eoin Ryan, namens de UEN-Fractie, over de situatie in Zimbabwe (B6-0442/2005).

II.

KINDERHANDEL IN GUATEMALA

Raül Romeva i Rueda, Alain Lipietz, Monica Frassoni, Eva Lichtenberger en Friedrich-Wilhelm Graefe zu Baringdorf, namens de Verts/ALE-Fractie, over de situatie van de mensenrechten in Guatemala, met inbegrip van kinderhandel (B6-0415/2005);

Philippe Morillon en Antoine Duquesne, namens de ALDE-Fractie, over kinderhandel in Guatemala (B6-0419/2005);

Pasqualina Napoletano, Raimon Obiols i Germà en Edite Estrela, namens de PSE-Fractie, over kinderhandel in Guatemala (B6-0431/2005);

Marco Rizzo, Vittorio Agnoletto en Giusto Catania, namens de GUE/NGL-Fractie, over de situatie van de mensenrechten in Guatemala, met inbegrip van kinderhandel (B6-0435/2005);

Rolandas Pavilionis en Cristiana Muscardini, namens de UEN-Fractie, over kinderhandel in Guatemala (B6-0436/2005);

Fernando Fernández Martín, José Ignacio Salafranca Sánchez-Neyra en Bernd Posselt, namens de PPE-DE-Fractie, over adoptie in Guatemala (B6-0438/2005).

III.

MENSENRECHTEN IN ETHIOPIË

Margrete Auken, Raül Romeva i Rueda, Marie-Hélène Aubert en Frithjof Schmidt, namens de Verts/ALE-Fractie, over de situatie in Ethiopië (B6-0417/2005);

Philippe Morillon en Fiona Hall, namens de ALDE-Fractie, over de situatie in Ethiopië (B6-0418/2005);

Pasqualina Napoletano, namens de PSE-Fractie, over de situatie van de mensenrechten in Ethiopië (B6-0422/2005);

Luisa Morgantini, Marco Rizzo en Vittorio Agnoletto, namens de GUE/NGL-Fractie, over Ethiopië (B6-0433/2005);

Anders Wijkman, Mario Mantovani, Bernd Posselt en Charles Tannock, namens de PPE-DE-Fractie, over de situatie van de mensenrechten in Ethiopië (B6-0437/2005);

Ģirts Valdis Kristovskis, namens de UEN-Fractie, over de situatie in Ethiopië (B6-0441/2005).

De spreektijd zal worden verdeeld overeenkomstig artikel 142 van het Reglement.

6.   Octrooieerbaarheid van in computers geïmplementeerde uitvindingen *** II (debat)

Aanbeveling voor de tweede lezing betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de octrooieerbaarheid van in computers geïmplementeerde uitvindingen (11979/1/2004 — C6-0058/2005 — 2002/0047(COD)) — Commissie juridische zaken.

Rapporteur: Michel Rocard (A6-0207/2005).

Michel Rocard licht de aanbeveling voor de tweede lezing toe.

Het woord wordt gevoerd door Joaquín Almunia (lid van de Commissie).

Het woord wordt gevoerd door Piia-Noora Kauppi, namens de PPE-DE-Fractie, Maria Berger, namens de PSEFractie, Toine Manders, namens de ALDE-Fractie, Eva Lichtenberger, namens de Verts/ALE-Fractie, Ilda Figueiredo, namens de GUE/NGL-Fractie, Thomas Wise, namens de IND/DEM-Fractie, Brian Crowley, namens de UEN-Fractie, Bruno Gollnisch, niet-ingeschrevene, Klaus-Heiner Lehne, Andrzej Jan Szejna, Sharon Margaret Bowles, David Hammerstein Mintz, Umberto Guidoni, Johannes Blokland, Roberta Angelilli, Luca Romagnoli, Giuseppe Gargani en Manuel Medina Ortega.

VOORZITTER: Jacek Emil SARYUSZ-WOLSKI

Ondervoorzitter

Het woord wordt gevoerd door Vittorio Prodi, Rebecca Harms, Vittorio Agnoletto, Kathy Sinnott, Marcin Libicki, Sergej Kozlík, Hans-Peter Mayer, Arlene McCarthy, Andrew Duff, Paul van Buitenen, Erik Meijer, Hans-Peter Martin, Marianne Thyssen, Adam Gierek, Mojca Drčar Murko, Ryszard Czarnecki, Erika Mann, Marco Pannella, Joachim Wuermeling, Edit Herczog, Patrizia Toia, Alexander Stubb, Lasse Lehtinen, Cecilia Malmström, Tomáš Zatloukal, John Attard-Montalto, Simon Coveney, Barbara Kudrycka, Tadeusz Zwiefka, Othmar Karas, Romana Jordan Cizelj, Malcolm Harbour, Zuzana Roithová, Carl Schlyter en Joaquín Almunia.

Het debat wordt gesloten.

Stemming: punt 4.3 van de notulen van 06.07.2005.

VOORZITTER: Dagmar ROTH-BEHRENDT

Ondervoorzitter

7.   Stemmingen

Nadere bijzonderheden betreffende de uitslagen van de stemmingen (amendementen, aparte stemmingen, stemmingen in onderdelen) zijn opgenomen in bijlage 1 bij de notulen.

7.1.   Bestrijding van aardappelcysteaaltjes * (artikel 131 van het Reglement) (stemming)

Verslag over het voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de bestrijding van aardappelcysteaaltjes (COM(2005)0151 — C6-0116/2005 — 2005/0058(CNS)) — Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling.

Rapporteur: Joseph Daul (A6-0192/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 1)

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE

Aangenomen bij één enkele stemming (P6_TA(2005)0261)

7.2.   Protocol EG/China inzake zeevervoer * (artikel 131 van het Reglement) (stemming)

Verslag over het voorstel voor een besluit van de Raad inzake sluiting van een Protocol tot wijziging van de Overeenkomst inzake zeevervoer tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en de Volksrepubliek China anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Hongarije, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië, en de Slowaakse Republiek tot de Europese Unie (COM(2004)0864 — C6-0180/2005 — 2004/0290(CNS)) — Commissie vervoer en toerisme.

Rapporteur: Paolo Costa (A6-0205/2005)

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 2)

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE

Aangenomen bij één enkele stemming (P6_TA(2005)0262)

7.3.   Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels * (artikel 131 van het Reglement) (stemming)

Verslag over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels (COM(2004)0531 — C6-0048/2005 — 2004/0181(CNS)) — Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid.

Rapporteur: Karl-Heinz Florenz (A6-0187/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 3)

VOORSTEL VAN DE COMMISSIE, AMENDEMENTEN en ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE

Aangenomen bij één enkele stemming (P6_TA(2005)0263)

7.4.   Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (artikel 131 van het Reglement) (stemming)

Verslag over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (2004/2203(IMM)) — Commissie juridische zaken.

Rapporteur: Diana Wallis (A6-0209/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 4)

VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT

Aangenomen bij één enkele stemming (P6_TA(2005)0264)

7.5.   Verzoek om opheffing van de immuniteit van Ashley Mote (artikel 131 van het Reglement) (stemming)

Verslag over het verzoek om opheffing van de immuniteit van Ashley Mote (2005/2037(IMM)) — Commissie juridische zaken.

Rapporteur: Klaus-Heiner Lehne (A6-0213/2005)

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 5)

VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT

Aangenomen bij één enkele stemming (P6_TA(2005)0265)

7.6.   Gevaarlijke stoffen en preparaten (ftalaten) en veiligheid van speelgoed *** II (stemming)

Aanbeveling voor de tweede lezing betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot tweeëntwintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (ftalaten in speelgoed en kinderverzorgingsartikelen) (05467/1/2005 — C6-0092/2005 — 1999/0238(COD)) — Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid.

Rapporteur: Antonios Trakatellis (A6-0196/2005).

(Gekwalificeerde meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 6)

GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT VAN DE RAAD

Als geamendeerd goedgekeurd (P6_TA(2005)0266)

7.7.   Continuïteitswaarborg van de elektriciteitsvoorziening en de infrastructuurinvesteringen *** I (stemming)

Verslag over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake maatregelen om de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening en de infrastructuurinvesteringen te waarborgen (COM(2003)0740 — C5-0643/2003 — 2003/0301(COD)) — Commissie industrie, onderzoek en energie.

Rapporteur: Giles Chichester (A6-0099/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 7)

VOORSTEL VAN DE COMMISSIE

Als geamendeerd goedgekeurd (P6_TA(2005)0267)

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE

Aangenomen (P6_TA(2005)0267)

Opmerkingen in het kader van de stemming:

Giles Chichester (rapporteur) na afloop van de stemming.

7.8.   Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (stemming)

Verslag over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (2004/2101(IMM)) — Commissie juridische zaken.

Rapporteur: Diana Wallis (A6-0210/2005)

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 8)

VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT Nr. 1

Aangenomen (P6_TA(2005)0268)

VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT Nr. 2

Aangenomen (P6_TA(2005)0268)

VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT Nr. 3

Aangenomen (P6_TA(2005)0268)

7.9.   Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Jean-Charles Marchiani (stemming)

Verslag over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Jean-Charles Marchiani (2005/2105(IMM)) — Commissie juridische zaken.

Rapporteur: Francesco Enrico Speroni (A6-0208/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 9)

VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT

Aangenomen (P6_TA(2005)0269)

7.10.   Europese Centrale Bank (2004) (stemming)

Verslag over het jaarverslag 2004 van de Europese Centrale Bank (2005/2048(INI)) — Commissie economische en monetaire zaken.

Rapporteur: Kurt Joachim Lauk (A6-0203/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 10)

ONTWERPRESOLUTIE

Verworpen

7.11.   Voorlichtings- en communicatiestrategie betreffende de euro en de EMU (stemming)

Verslag over de uitvoering van een voorlichtings- en communicatiestrategie inzake de euro en de Economische en Monetaire Unie (2005/2078(INI)) — Commissie economische en monetaire zaken.

Rapporteur: Jules Maaten (A6-0197/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 11)

ONTWERPRESOLUTIE

Aangenomen (P6_TA(2005)0270)

7.12.   Actieplan voor de Europese Unie inzake milieutechnologieën (stemming)

Verslag over de stimulering van technologieën voor duurzame ontwikkeling: een actieplan voor de Europese Unie inzake milieutechnologieën (2004/2131(INI)) — Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid.

Rapporteur: Riitta Myller (A6-0141/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 12)

ONTWERPRESOLUTIE

Aangenomen (P6_TA(2005)0271)

7.13.   Uitbuiting van kinderen in ontwikkelingslanden (stemming)

Verslag over de uitbuiting van kinderen in ontwikkelingslanden, met speciale aandacht voor kinderarbeid (2005/2004(INI)) — Commissie ontwikkelingssamenwerking.

Rapporteur: Manolis Mavrommatis (A6-0185/2005).

(Gewone meerderheid)

(Bijzonderheden stemming: bijlage 1, punt 13)

ONTWERPRESOLUTIE

Manolis Mavrommatis (rapporteur) legt een verklaring af overeenkomstig artikel 131, lid 4 van het Reglement.

Aangenomen (P6_TA(2005)0272)

8.   Welkomstwoord

De Voorzitter verwelkomt namens het Parlement een door de heer Rahman Khan, vice-voorzitter van de Raad van staten, geleide delegatie van het Indiase parlement, die op de officiële tribune heeft plaatsgenomen.

VOORZITTER: Josep BORRELL FONTELLES

Voorzitter

9.   Plechtige vergadering — Italië

Van 12.00 tot 12.30 uur komt het Parlement in plechtige vergadering bijeen ter gelegenheid van het bezoek van de heer Carlo Azeglio Ciampi, president van de Republiek Italië.

Carlo Azeglio Ciampi spreekt het Parlement toe.

Mario Borghezio onderbreekt de spreker op luidruchtige wijze, daarbij gesteund door enkele andere tot de Liga Nord behorende Italiaanse leden, die spandoeken ontrollen. De Voorzitter gelast na vergeefse pogingen de ordeverstoorders tot de orde te roepen, hun verwijdering uit de zaal, in overeenstemming met artikel 146 van het Reglement.

Carlo Azeglio Ciampi vervolgt zijn toespraak.

VOORZITTER: Dagmar ROTH-BEHRENDT

Ondervoorzitter

Het woord wordt gevoerd door Bruno Gollnisch over het ontwerp van grondwettelijk verdrag.

10.   Stemverklaringen

Schriftelijke stemverklaringen:

De schriftelijke stemverklaringen in de zin van artikel 163, lid 3 van het Reglement zijn opgenomen in het volledig verslag van deze vergadering.

Mondelinge stemverklaringen:

Verslag Diana Wallis — A6-0209/2005: Luca Romagnoli

Verslag Jules Maaten — A6-0197/2005: Andreas Mölzer

11.   Rectificaties stemgedrag

De volgende leden hebben hun stemgedrag als volgt gerectificeerd:

Verslag Antonios Trakatellis — A6-0196/2005

blok 1 (amendementen 18-21)

vóór: Rodi Kratsa-Tsagaropoulou, Alexander Lambsdorff, María Sornosa Martínez, Anders Wijkman

onthoudingen: Holger Krahmer, Zbigniew Zaleski

Verslag Kurt Joachim Lauk — A6-0203/2005

amendement 11

vóór: Rodi Kratsa-Tsagaropoulou

Verslag Jules Maaten — A6-0197/2005

amendement 8

vóór: Caroline Lucas

tegen: Marie-Hélène Descamps, Gérard Onesta

Verslag Manolis Mavrommatis — A6-0185/2005

amendement 4

vóór: Paul Rübig

tegen: Gunnar Hökmark

onthoudingen: Paul Marie Coûteaux

resolutie (als geheel)

vóór: Lena Ek

(De vergadering wordt om 12.50 uur onderbroken en om 15.05 uur hervat.)

VOORZITTER: Mario MAURO

Ondervoorzitter

12.   Goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering

De notulen van de vorige vergadering worden goedgekeurd.

13.   EFRO, ESF en Cohesiefonds *** — Cohesiefonds *** — Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling *** I — Europese groepering voor grensoverschrijdende samenwerking (EGGS) *** I — Europees Sociaal Fonds *** I — Europees Visserijfonds * (debat)

Tussentijds verslag over het voorstel voor een verordening van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds (COM(2004)0492 — 2004/0163(AVC)) — Commissie regionale ontwikkeling.

Rapporteur: Konstantinos Hatzidakis (A6-0177/2005).

Tussentijds verslag over het voorstel voor een verordening van de Raad tot oprichting van het Cohesiefonds (COM(2004)0494 — 2004/0166(AVC)) — Commissie regionale ontwikkeling.

Rapporteur: Alfonso Andria (A6-0178/2005).

Verslag over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (COM(2004)0495 — C6-0089/2004 — 2004/0167(COD)) — Commissie regionale ontwikkeling.

Rapporteur: Giovanni Claudio Fava (A6-0184/2005).

Verslag over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de oprichting van een Europese groepering voor grensoverschrijdende samenwerking (EGGS) (COM(2004)0496 — C6-0091/2004 — 2004/0168(COD)) — Commissie regionale ontwikkeling.

Rapporteur: Jan Olbrycht (A6-0206/2005).

Verslag over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Sociaal Fonds (COM(2004)0493 — C6-0090/2004 — 2004/0165(COD)) — Commissie werkgelegenheid en sociale zaken.

Rapporteur: José Albino Silva Peneda (A6-0216/2005).

Verslag over het voorstel voor een verordening van de Raad: Europees Visserijfonds (COM(2004)0497 — C6-0212/2004 — 2004/0169(CNS)) — Commissie visserij.

Rapporteur: David Casa (A6-0217/2005).

Konstantinos Hatzidakis leidt het verslag in (A6-0177/2005).

Alfonso Andria leidt het verslag in (A6-0178/2005).

Giovanni Claudio Fava leidt het verslag in (A6-0184/2005).

Jan Olbrycht leidt het verslag in (A6-0206/2005).

José Albino Silva Peneda leidt het verslag in (A6-0216/2005).

David Casa leidt het verslag in (A6-0217/2005).

Het woord wordt gevoerd door Alun Michael (fungerend voorzitter van de Raad).

Het woord wordt gevoerd door Danuta Hübner (lid van de Commissie), Vladimír Špidla (lid van de Commissie) en Joe Borg (lid van de Commissie).

VOORZITTER: Luigi COCILOVO

Ondervoorzitter

Het woord wordt gevoerd door Nathalie Griesbeck (rapporteur voor advies van de Commissie BUDG) over de verslagen A6-0177/2005, A6-0178/2005, A6-0184/2005, A6-0216/2005 en A6-0217/2005, Tadeusz Zwiefka (rapporteur voor advies van de Commissie EMPL) over het verslag A6-0177/2005, Bogusław Sonik (rapporteur voor advies van de Commissie ENVI) over de verslagen A6-0177/2005 en A6-0184/2005, Marie Panayotopoulos-Cassiotou (rapporteur voor advies van de Commissie FEMM) over de verslagen A6-0177/2005 en A6-0216/2005, Josu Ortuondo Larrea (rapporteur voor advies van de commissie TRAN) over het verslag A6-0178/2005, Roselyne Bachelot-Narquin (rapporteur voor advies van de Commissie EMPL) over het verslag A6-0184/2005, Lambert van Nistelrooij (rapporteur voor advies van de Commissie ITRE) over het verslag A6-0184/2005, Gábor Harangozó (rapporteur voor advies van de Commissie AGRI) over het verslag A6-0184/2005, Marta Vincenzi (rapporteur voor advies van de Commissie FEMM) over het verslag A6-0184/2005, Elisabeth Schroedter (rapporteur voor advies van de commissie REGI) over het verslag A6-0216/2005, Jim Higgins (rapporteur voor advies van de commissie REGI) over het verslag A6-0217/2005, Gerardo Galeote Quecedo, namens de PPE-DE-Fractie, Constanze Angela Krehl, namens de PSE-Fractie, Jean Marie Beaupuy, namens de ALDE-Fractie, Gisela Kallenbach, namens de Verts/ALE-Fractie, Ilda Figueiredo, namens de GUE/NGL-Fractie, Vladimír Železný, namens de IND/DEM-Fractie, Adam Jerzy Bielan, namens de UEN-Fractie, Jana Bobošíková, niet-ingeschrevene, Rolf Berend, Iratxe García Pérez, Paavo Väyrynen, Alyn Smith, Bairbre de Brún, Graham Booth, Seán Ó Neachtain, Peter Baco, István Pálfi, Zita Gurmai, Mojca Drčar Murko, Marie-Hélène Aubert, Kyriacos Triantaphyllides, Bastiaan Belder en Salvatore Tatarella.

VOORZITTER: Manuel António dos SANTOS

Ondervoorzitter

Het woord wordt gevoerd door James Hugh Allister, Miroslav Mikolášik, Udo Bullmann, Elspeth Attwooll, Ian Hudghton, Giusto Catania, Mieczysław Edmund Janowski, Carmen Fraga Estévez, Catherine Stihler, Alfonso Andria, Georgios Karatzaferis, Alun Michael, Guntars Krasts, Francesco Musotto, Jan Andersson, Grażyna Staniszewska, Ioannis Gklavakis, Richard Falbr, Markus Pieper, Inés Ayala Sender, Jan Březina, Stavros Arnaoutakis, László Surján, Jamila Madeira, Sérgio Marques, Lidia Joanna Geringer de Oedenberg, Margie Sudre, Bernadette Bourzai, Ria Oomen-Ruijten, Eluned Morgan, Zbigniew Krzysztof Kuźmiuk, Ewa Hedkvist Petersen, Etelka Barsi-Pataky, Duarte Freitas, Rosa Miguélez Ramos, Ivo Belet, Paulo Casaca, Thomas Mann, Richard Seeber, James Nicholson, Danuta Hübner, Vladimír Špidla en Joe Borg.

Het debat wordt gesloten.

Stemming: punt 4.5 van de notulen van 06.07.2005, punt 4.6 van de notulen van 06.07.2005, punt 4.7 van de notulen van 06.07.2005, punt 4.8 van de notulen van 06.07.2005, punt 4.9 van de notulen van 06.07.2005 en punt 4.10 van de notulen van 06.07.2005.

(De vergadering wordt om 19.15 uur onderbroken en om 21.00 uur hervat.)

VOORZITTER: Janusz ONYSZKIEWICZ

Ondervoorzitter

14.   Termijn voor de indiening van amendementen

Het volgende verslag is overeenkomstig artikel 131 van het Reglement in de commissie goedgekeurd:

Verslag over de overeenkomst EG/Canada inzake de verwerking van op voorhand af te geven passagiersgegevens (Advance Passenger Information — API) en persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record — PNR) — Commissie openbare vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (COM(2005)0200 — C6-0184/2005 — 2005/0095(CNS)).

Rapporteur: Sophia in 't Veld (A6-0226/2005)

De termijn voor de indiening van amendementen is vastgesteld op 06.07.2005, 10.00 uur.

15.   Rol van vrouwen in Turkije (debat)

Verslag over de rol van vrouwen in het maatschappelijke, economische en politieke leven in Turkije (2004/2215(INI)) — Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid.

Rapporteur: Emine Bozkurt (A6-0175/2005).

Emine Bozkurt leidt het verslag in.

Het woord wordt gevoerd door Olli Rehn (lid van de Commissie).

Het woord wordt gevoerd door Doris Pack, namens de PPE-DE-Fractie, Lissy Gröner, namens de PSE-Fractie, Anneli Jäätteenmäki, namens de ALDE-Fractie, Hiltrud Breyer, namens de Verts/ALE-Fractie, Feleknas Uca, namens de GUE/NGL-Fractie, Georgios Karatzaferis, namens de IND/DEM-Fractie, Koenraad Dillen, niet-ingeschrevene, Edit Bauer, Zita Gurmai, Cem Özdemir, Jan Tadeusz Masiel, Katerina Batzeli en Olli Rehn.

Het debat wordt gesloten.

Stemming: punt 4.15 van de notulen van 06.07.2005.

16.   Gelijke kansen en behandeling van mannen en vrouwen op het gebied van werkgelegenheid en beroep *** I (debat)

Verslag over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toepassing van het beginsel van gelijke kansen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen in werkgelegenheid en beroep (COM(2004)0279 — C6-0037/2004 — 2004/0084(COD)) — Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid.

Rapporteur: Angelika Niebler (A6-0176/2005).

Het woord wordt gevoerd door Vladimír Špidla (lid van de Commissie).

Joachim Wuermeling (ter vervanging van de rapporteur) leidt het verslag in...

Het woord wordt gevoerd door Marie Panayotopoulos-Cassiotou (rapporteur voor advies van de Commissie EMPL), Katalin Lévai (rapporteur voor advies van de Commissie JURI), Anna Záborská, namens de PPE-DEFractie, Bernadette Vergnaud, namens de PSE-Fractie, Anneli Jäätteenmäki, namens de ALDE-Fractie, Hiltrud Breyer, namens de Verts/ALE-Fractie, Eva-Britt Svensson, namens de GUE/NGL-Fractie, Urszula Krupa, namens de IND/DEM-Fractie, Lissy Gröner, Věra Flasarová, Christa Prets, Vladimír Špidla en Hiltrud Breyer, die de Commissie een vraag stelt, welke Vladimír Špidla beantwoordt.

Het debat wordt gesloten.

Stemming: punt 4.11 van de notulen van 06.07.2005.

17.   Recht van toepassing op niet-contractuele verbintenissen („Rome II”) *** I (debat)

Verslag over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en van de Raad betreffende het recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen („ROME II”) (COM(2003)0427 — C5-0338/2003 — 2003/0168(COD)) — Commissie juridische zaken.

Rapporteur: Diana Wallis (A6-0211/2005).

Het woord wordt gevoerd door Franco Frattini (vice-voorzitter van de Commissie).

Diana Wallis leidt het verslag in.

Het woord wordt gevoerd door Barbara Kudrycka (rapporteur voor advies van de Commissie LIBE), Rainer Wieland, namens de PPE-DE-Fractie, Katalin Lévai, namens de PSE-Fractie, Monica Frassoni, namens de Verts/ALE-Fractie, en Franco Frattini.

Het debat wordt gesloten.

Stemming: punt 4.12 van de notulen van 06.07.2005.

18.   Vliegverbodlijsten/PNR (debat)

Verklaring van de Commissie: Vliegverbodlijsten/PNR

Franco Frattini (vice-voorzitter van de Commissie) legt de verklaring af.

Het woord wordt gevoerd door Georg Jarzembowski, namens de PPE-DE-Fractie, Martine Roure, namens de PSE-Fractie, Sophia in 't Veld, namens de ALDE-Fractie, Stavros Lambrinidis en Franco Frattini

Het debat wordt gesloten.

19.   Politieke situatie en onafhankelijkheid van de media in Belarus (debat)

Verklaring van de Commissie: Politieke situatie en onafhankelijkheid van de media in Belarus.

Benita Ferrero-Waldner (lid van de Commissie) legt de verklaring af

Het woord wordt gevoerd door Bogdan Klich, namens de PPE-DE-Fractie, Marek Maciej Siwiec, namens de PSE-Fractie, Anne E. Jensen, namens de ALDE-Fractie, Konrad Szymański, namens de UEN-Fractie, Aldis Kušķis, Joseph Muscat, Rolandas Pavilionis, Charles Tannock en Benita Ferrero-Waldner

Ontwerpresoluties ingediend overeenkomstig artikel 103, lid 2 van het Reglement, tot besluit van het debat:

Bogdan Klich, Barbara Kudrycka, Laima Liucija Andrikienė, Charles Tannock, Karl von Wogau, Alfred Gomolka en Aldis Kušķis, namens de PPE-DE-Fractie, over steun voor de onafhankelijke media in Wit-Rusland (B6-0411/2005);

Graham Watson en Janusz Onyszkiewicz, namens de ALDE-Fractie, over steun voor de onafhankelijke media in Wit-Rusland (B6-0413/2005);

Elisabeth Schroedter, Milan Horáček en Marie Anne Isler Béguin, namens de Verts/ALE-Fractie, over de onafhankelijkheid van de media en de politieke toestand in Wit-Rusland (B6-0420/2005);

Jonas Sjöstedt en André Brie, namens de GUE/NGL-Fractie, over de toestand in Wit-Rusland (B6-0424/2005);

Jan Marinus Wiersma, Marek Maciej Siwiec en Joseph Muscat, namens de PSE-Fractie, over de aanvallen op de democratische krachten en steun voor de onafhankelijke media in Wit-Rusland (B6-0426/2005);

Rolandas Pavilionis, Konrad Szymański en Inese Vaidere, namens de UEN-Fractie, over de toestand in Wit-Rusland (B6-0428/2005)

Het debat wordt gesloten.

Stemming: punt 9.5 van de notulen van 07.07.2005.

20.   Regels van oorsprong in het kader van preferentiële handelsregelingen (debat)

Mondelinge vraag van Enrique Barón Crespo, aan de Commissie: Regels van oorsprong in het kader van de preferentiële handelsregelingen (B6-0329/2005)

Enrique Barón Crespo licht de mondelinge vraag toe.

László Kovács (lid van de Commissie) beantwoordt de vraag

Het woord wordt gevoerd door Maria Martens, namens de PPE-DE-Fractie, Antolín Sánchez Presedo, namens de PSE-Fractie, en László Kovács.

Het debat wordt gesloten.

21.   Agenda van de volgende vergadering

De agenda voor de vergadering van morgen is vastgesteld (PE 357.481/OJME).

22.   Sluiting van de vergadering

De vergadering wordt om 00.05 uur gesloten.

Julian Priestley

Secretaris-generaal

Janusz Onyszkiewicz

Ondervoorzitter


PRESENTIELIJST

Ondertekend door:

Adamou, Agnoletto, Albertini, Allister, Alvaro, Andersson, Andrejevs, Andria, Andrikienė, Angelilli, Antoniozzi, Arif, Arnaoutakis, Ashworth, Assis, Atkins, Attard-Montalto, Attwooll, Aubert, Audy, Auken, Ayala Sender, Aylward, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Baco, Badia I Cutchet, Barón Crespo, Barsi-Pataky, Batten, Battilocchio, Batzeli, Bauer, Beaupuy, Beazley, Becsey, Beglitis, Belder, Belet, Belohorská, Bennahmias, Beňová, Berend, Berès, van den Berg, Berger, Berlato, Berlinguer, Bersani, Bielan, Birutis, Blokland, Bloom, Bobošíková, Böge, Bösch, Bonde, Bonino, Bono, Booth, Borghezio, Borrell Fontelles, Bourlanges, Bourzai, Bowis, Bowles, Bozkurt, Bradbourn, Mihael Brejc, Brepoels, Breyer, Březina, Brie, Brok, Budreikaitė, van Buitenen, Bullmann, van den Burg, Bushill-Matthews, Busk, Busquin, Busuttil, Buzek, Cabrnoch, Calabuig Rull, Callanan, Camre, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Carollo, Casa, Casaca, Cashman, Caspary, Castex, Castiglione, del Castillo Vera, Catania, Cavada, Cederschiöld, Cercas, Cesa, Chatzimarkakis, Chichester, Chiesa, Chmielewski, Christensen, Chruszcz, Cirino Pomicino, Claeys, Clark, Cocilovo, Coelho, Cohn-Bendit, Corbett, Corbey, Cornillet, Correia, Costa, Cottigny, Coûteaux, Coveney, Cramer, Crowley, Marek Aleksander Czarnecki, Ryszard Czarnecki, D'Alema, Daul, Davies, de Brún, Degutis, De Keyser, Demetriou, Deprez, De Rossa, Descamps, Désir, Deß, Deva, De Veyrac, De Vits, Díaz de Mera García Consuegra, Didžiokas, Díez González, Dillen, Dimitrakopoulos, Dionisi, Di Pietro, Dobolyi, Dombrovskis, Douay, Dover, Doyle, Drčar Murko, Duchoň, Dührkop Dührkop, Duff, Duin, Duka-Zólyomi, Duquesne, Ebner, Ehler, Ek, El Khadraoui, Elles, Esteves, Estrela, Ettl, Eurlings, Jillian Evans, Jonathan Evans, Robert Evans, Fajmon, Falbr, Farage, Fatuzzo, Fava, Fazakas, Ferber, Fernandes, Fernández Martín, Anne Ferreira, Elisa Ferreira, Figueiredo, Fjellner, Flasarová, Flautre, Foglietta, Fontaine, Ford, Fotyga, Fourtou, Fraga Estévez, Frassoni, Freitas, Friedrich, Fruteau, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, García Pérez, Gargani, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gebhardt, Gentvilas, Geremek, Geringer de Oedenberg, Gibault, Gierek, Giertych, Gill, Gklavakis, Glante, Glattfelder, Goebbels, Goepel, Golik, Gollnisch, Gomes, Gomolka, Genowefa Grabowska, Grabowski, Graça Moura, Graefe zu Baringdorf, Gräßle, de Grandes Pascual, Grech, Griesbeck, Gröner, de Groen-Kouwenhoven, Grosch, Grossetête, Gruber, Guardans Cambó, Guellec, Guidoni, Gurmai, Gutiérrez-Cortines, Guy-Quint, Gyürk, Hänsch, Hammerstein Mintz, Hamon, Handzlik, Hannan, Harangozó, Harbour, Harkin, Harms, Hasse Ferreira, Hassi, Hatzidakis, Haug, Heaton-Harris, Hedh, Hedkvist Petersen, Helmer, Henin, Hennicot-Schoepges, Hennis-Plasschaert, Herczog, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Honeyball, Hoppenstedt, Horáček, Howitt, Hudacký, Hudghton, Hughes, Ibrisagic, Ilves, in 't Veld, Isler Béguin, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jäätteenmäki, Jałowiecki, Janowski, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jensen, Joan i Marí, Jöns, Jørgensen, Jordan Cizelj, Juknevičienė, Jelko Kacin, Kaczmarek, Kallenbach, Kamall, Kamiński, Karas, Karatzaferis, Karim, Kasoulides, Kaufmann, Kauppi, Kindermann, Kinnock, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Klinz, Knapman, Koch, Kohlíček, Konrad, Korhola, Kósáné Kovács, Koterec, Kozlík, Krahmer, Krasts, Kratsa-Tsagaropoulou, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kristovskis, Krupa, Kuc, Kudrycka, Kuhne, Kułakowski, Kušķis, Kusstatscher, Kuźmiuk, Lagendijk, Laignel, Lamassoure, Lambert, Lambrinidis, Lambsdorff, Landsbergis, Lang, Langen, Langendries, Laperrouze, La Russa, Lauk, Lavarra, Lax, Lechner, Lehideux, Lehne, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Jean-Marie Le Pen, Marine Le Pen, Fernand Le Rachinel, Letta, Lévai, Janusz Lewandowski, Liberadzki, Libicki, Lichtenberger, Lienemann, Liotard, Lombardo, López-Istúriz White, Louis, Lucas, Ludford, Lulling, Lynne, Maat, Maaten, McAvan, McCarthy, McDonald, McGuinness, McMillan-Scott, Madeira, Malmström, Manders, Maňka, Erika Mann, Thomas Mann, Mantovani, Markov, Marques, Martens, David Martin, Hans-Peter Martin, Martinez, Martínez Martínez, Masiel, Masip Hidalgo, Maštálka, Mastenbroek, Mathieu, Mato Adrover, Matsakis, Matsis, Matsouka, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Medina Ortega, Meijer, Méndez de Vigo, Menéndez del Valle, Meyer Pleite, Miguélez Ramos, Mikko, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Mölzer, Mohácsi, Montoro Romero, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Morgantini, Morillon, Moscovici, Mote, Musacchio, Muscardini, Muscat, Musotto, Mussolini, Napoletano, Nassauer, Nattrass, Navarro, Newton Dunn, Annemie Neyts-Uyttebroeck, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Obiols i Germà, Öger, Özdemir, Olajos, Olbrycht, Ó Neachtain, Onesta, Onyszkiewicz, Oomen-Ruijten, Ortuondo Larrea, Őry, Ouzký, Oviir, Paasilinna, Pack, Borut Pahor, Paleckis, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Pannella, Panzeri, Papadimoulis, Papastamkos, Parish, Patrie, Pavilionis, Peillon, Pęk, Alojz Peterle, Pflüger, Piecyk, Pieper, Pīks, Pinheiro, Pinior, Piotrowski, Pirilli, Piskorski, Pistelli, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Pleštinská, Podestà, Podkański, Poettering, Poignant, Pomés Ruiz, Portas, Posselt, Prets, Prodi, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Ransdorf, Rasmussen, Remek, Resetarits, Reul, Reynaud, Ribeiro e Castro, Riera Madurell, Ries, Riis-Jørgensen, Rivera, Rizzo, Rocard, Rogalski, Roithová, Romagnoli, Romeva i Rueda, Rosati, Roszkowski, Roth-Behrendt, Rothe, Rouček, Roure, Rudi Ubeda, Rübig, Rühle, Rutowicz, Ryan, Sacconi, Saïfi, Sakalas, Salinas García, Salvini, Samaras, Samuelsen, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Sartori, Saryusz-Wolski, Savary, Savi, Sbarbati, Schapira, Scheele, Schierhuber, Schlyter, Schmidt, Ingo Schmitt, Schnellhardt, Schöpflin, Schröder, Schroedter, Schuth, Schwab, Seeber, Seeberg, Segelström, Seppänen, Siekierski, Sifunakis, Silva Peneda, Sinnott, Siwiec, Sjöstedt, Škottová, Smith, Sommer, Sonik, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Spautz, Speroni, Staes, Staniszewska, Starkevičiūtė, Šťastný, Stenzel, Sterckx, Stevenson, Stihler, Stockmann, Strejček, Strož, Stubb, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Svensson, Swoboda, Szájer, Szejna, Szent-Iványi, Szymański, Tabajdi, Tajani, Takkula, Tannock, Tarabella, Tarand, Tatarella, Thomsen, Thyssen, Titford, Titley, Toia, Tomczak, Toubon, Toussas, Trakatellis, Triantaphyllides, Trüpel, Turmes, Tzampazi, Uca, Ulmer, Väyrynen, Vaidere, Vakalis, Valenciano Martínez-Orozco, Vanhecke, Van Lancker, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vaugrenard, Ventre, Verges, Vergnaud, Vernola, Vidal-Quadras Roca, de Villiers, Vincenzi, Virrankoski, Vlasto, Voggenhuber, Wagenknecht, Wallis, Walter, Watson, Henri Weber, Manfred Weber, Weiler, Weisgerber, Westlund, Whitehead, Whittaker, Wieland, Wiersma, Wijkman, Wise, von Wogau, Janusz Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Wurtz, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zani, Zappalà, Zatloukal, Ždanoka, Železný, Zieleniec, Zīle, Zimmer, Zingaretti, Zvěřina, Zwiefka


BIJLAGE 1

STEMMINGSUITSLAGEN

Afkortingen en tekens

+

aangenomen

-

verworpen

vervallen

Ing.

Ing.

HS (..., ..., ...)

hoofdelijke stemming (aantal stemmen vóór, aantal stemmen tegen, onthoudingen)

ES (..., ..., ...)

elektronische stemming (aantal stemmen vóór, aantal stemmen tegen, onthoudingen)

so

stemming in onderdelen

as

aparte stemming

am

amendement

CA

compromisamendement

DD

desbetreffend deel

S

amendement tot schrapping

=

gelijkluidende amendementen

§

paragraaf

art

artikel

overw

overweging

OR

ontwerpresolutie

GOR

gezamenlijke ontwerpresolutie

Geh. S

geheime stemming

1.   Bestrijding van aardappelcysteaaltjes *

Verslag: JOSEPH DAUL (A6-0192/2005)

Betreft

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

één enkele stemming

 

+

 

2.   Protocol EG/China inzake zeevervoer *

Verslag: PAOLO COSTA (A6-0205/2005)

Betreft

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

één enkele stemming

 

+

 

3.   Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels *

Verslag: KARL-HEINZ FLORENZ (A6-0187/2005)

Betreft

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

één enkele stemming

 

+

 

4.   Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi

Verslag: DIANA WALLIS (A6-0209/2005)

Betreft

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

één enkele stemming

ES

+

200, 180, 24

5.   Verzoek om opheffing van de immuniteit van de heer Mote

Verslag: KLAUS-HEINER LEHNE (A6-0213/2005)

Betreft

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

één enkele stemming

 

+

 

6.   Gevaarlijke stoffen en preparaten (ftalaten) en veiligheid van speelgoed *** II

Aanbeveling voor de tweede lezing: ANTONIOS TRAKATELLIS (A6-0196/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

blok 1compromis

18-21

PPE-DE, PSE, ALDE, Verts/ALE, GUE/NGL

HS

+

487, 9, 10

blok 2

1-17

commissie

 

 

art 1

22

IND/DEM

 

-

 

na overw 9

23

IND/DEM

 

-

 

Verzoeken om hoofdelijke stemming

PPE-DE: blok 1

Verts/ALE: blok 1

7.   Continuïteitswaarborg van de elektriciteitsvoorziening en de infrastructuurinvesteringen *** I

Verslag: GILES CHICHESTER (A6-0099/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

Amendementen van de commissie ten principale — stemming en bloc

47-72

commissie

 

+

 

stemming: gewijzigd voorstel

 

+

 

stemming: wetgevingsresolutie

 

+

 

Diversen:

De amendementen 1 t/m 46 zijn ingetrokken

8.   Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi

Verslag: WALLIS (A6-0210/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

Ontwerpbesluit nr. 1

stemming: besluit (geheel)

 

+

 

Ontwerpbesluit nr. 2

stemming: besluit (geheel)

 

+

 

Ontwerpbesluit nr. 3

stemming: besluit (geheel)

 

+

 

9.   Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Jean-Charles Marchiani

Verslag: SPERONI (A6-0208/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

stemming: besluit (geheel)

 

+

 

10.   Europese Centrale Bank

Verslag: LAUK (A6-0203/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

2

4

PSE

 

-

 

10

Verts/ALE

 

-

 

§

oorspronkelijke tekst

as

+

 

§ 3

5

PSE

 

-

 

§

oorspronkelijke tekst

as

-

 

§ 4

12

Verts/ALE

 

-

 

6

PSE

 

-

 

§

oorspronkelijke tekst

as

+

 

na § 4

13

Verts/ALE

 

-

 

§ 5

11

Verts/ALE

HS

-

223, 350, 49

§

oorspronkelijke tekst

as

+

 

§ 11

1S

IND/DEM

 

-

 

7

PSE

 

-

 

§ 14

14

Verts/ALE

 

-

 

§ 20

8

PSE

 

-

 

overw. B

2

PSE

 

-

 

na overw B

9

Verts/ALE

 

-

 

overw D

§

oorspronkelijke tekst

as

+

 

na overw J

3

PSE

 

-

 

stemming: resolutie (als geheel)

ES

-

287, 296, 41

Verzoeken om aparte stemming

PSE: overw D, § 5

Verts/ALE: §§ 2 en 4

ALDE: § 3

Verzoeken om hoofdelijke stemming

Verts/ALE: amendement 11

11.   Voorlichtings- en communicatiestrategie betreffende de euro en de EMU

Verslag: JULES MAATEN (A6-0197/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

§ 1

6S

IND/DEM

 

-

 

§ 2

7

IND/DEM

 

-

 

§ 4

8S

IND/DEM

HS

-

119, 488, 11

12

PSE

so

 

 

1

+

 

2/ES

-

262, 317, 36

2

ALDE

 

+

 

§

oorspronkelijke tekst

 

 

na § 4

13

PSE

ES

-

297, 310, 4

§ 5

15

PPE-DE

ES

+

330, 277, 10

§ 6

3

ALDE

 

+

 

§ 9

9S

IND/DEM

HS

-

128, 487, 9

§ 16

14

PSE

 

+

 

§ 18

10S

IND/DEM

 

-

 

§ 19

16S

IND/DEM

 

-

 

4=

11=

ALDE

IND/DEM

 

+

 

overw D

5

IND/DEM

 

-

 

na overw D

1

ALDE

so

 

 

1

+

 

2

+

 

stemming: resolutie (als geheel)

HS

+

493, 117, 14

Verzoeken om stemming in onderdelen

GUE/NGL

amendement 1

1ste deel: de gehele tekst met uitzondering van de woorden „ondanks het feit dat het politiek... 0, 2% op de inflatie”

2de deel: deze woorden

amendement 12

1ste deel:„acht het ... Grondwet voor Europa”

2de deel:„derhalve moet de ... publiek te winnen”

Verzoeken om hoofdelijke stemming

IND/DEM: am 8 en 9 en eindstemming

12.   Actieplan van de Europese Unie inzake milieutechnologieën

Verslag: RIITTA MYLLER (A6-0141/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

§ 6

1

PSE

 

+

 

stemming: resolutie (als geheel)

 

+

 

13.   Uitbuiting van kinderen in ontwikkelingslanden

Verslag: MANDIS MAVROMMATIS (A6-0185/2005)

Betreft

Am. nr.

van

HS, enz.

Stemming

HS/ES — opmerkingen

§ 6

3

PPE-DE

HS

+

583, 10, 14

§ 9

4

PPE-DE

HS

+

571, 9, 13

§ 12

5

PPE-DE

HS

+

597, 10, 14

§ 14

6

PPE-DE

HS

+

593, 9, 14

na § 20

1

PSE

 

+

 

§ 23

7

PPE-DE

HS

+

604, 8, 15

§ 27

10

GUE/NGL

 

+

 

visum 2

8S

GUE/NGL

ES

+

354, 246, 23

visum 3

9

GUE/NGL

 

+

 

overw A

2

PPE-DE

HS

+

610, 7, 13

stemming: resolutie (als geheel)

HS

+

618, 10, 4

Verzoeken om hoofdelijke stemming

PPE-DE: am 2, 3, 4, 5, 6 en 7 en eindstemming


BIJLAGE II

UITSLAG VAN DE HOOFDELIJKE STEMMINGEN

1.   Aanbeveling Trakatellis A6-0196/2005

Voor: 487

ALDE: Andrejevs, Andria, Attwooll, Birutis, Bowles, Budreikaitė, Chiesa, Cocilovo, Costa, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Gentvilas, Geremek, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Klinz, Kułakowski, Lax, Lynne, Maaten, Malmström, Matsakis, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wurtz

IND/DEM: Bonde, Borghezio, Chruszcz, Giertych, Grabowski, Krupa, Pęk, Salvini, Speroni

NI: Baco, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Czarnecki Marek Aleksander, Czarnecki Ryszard, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Martin Hans-Peter, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Ebner, Elles, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gaubert, Gauzès, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Grosch, Grossetête, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Ibrisagic, Itälä, Jackson, Jałowiecki, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Karas, Kasoulides, Kirkhope, Klamt, Klaß, Koch, Konrad, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, López-Istúriz White, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Méndez de Vigo, Mikolášik, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, van Nistelrooij, Novak, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Pleštinská, Podkański, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Stubb, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasto, Weber Manfred, Wieland, Wojciechowski, Záborská, Zahradil, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Carnero González, Cashman, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Ferreira Anne, Fruteau, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Goebbels, Golik, Gröner, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Hughes, Jørgensen, Kindermann, Kósáné Kovács, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McCarthy, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Siwiec, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, La Russa, Libicki, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lichtenberger, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Smith, Staes, Turmes, Ždanoka

Tegen: 9

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Farage, Titford, Whittaker, Wise

NI: Allister

Onthoudingen: 10

ALDE: Prodi

IND/DEM: Belder, Blokland, Karatzaferis, Železný

NI: Mote

PPE-DE: Coveney, Schmitt Ingo, Schnellhardt

Verts/ALE: van Buitenen

2.   Verslag Lauk A6-0203/2005

Voor: 223

ALDE: Bourlanges

GUE/NGL: Meijer, Morgantini

NI: Czarnecki Marek Aleksander

PPE-DE: Gklavakis, Kasoulides, Matsis, Mavrommatis, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Pīks, Samaras, Trakatellis, Varvitsiotis

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Sifunakis, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lichtenberger, Lipietz, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 350

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Ek, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Malmström, Manders, Matsakis, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

IND/DEM: Batten, Belder, Blokland, Bloom, Bonde, Booth, Borghezio, Chruszcz, Clark, Farage, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Knapman, Krupa, Nattrass, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Titford, Whittaker, Wise, Železný

NI: Allister, Baco, Bobošíková, Czarnecki Ryszard, Helmer, Masiel, Mote, Mussolini, Rutowicz

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cederschiöld, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Elles, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Fjellner, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Ibrisagic, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kauppi, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Korhola, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Mauro, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Parish, Peterle, Pieper, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Stubb, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Vakalis, Van Orden, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Frassoni, Lagendijk

Onthoudingen: 49

ALDE: Chiesa

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meyer Pleite, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Rizzo, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz

IND/DEM: Coûteaux

NI: Battilocchio, Belohorská, Claeys, Dillen, Gollnisch, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Mölzer, Vanhecke

PSE: Hänsch, Rosati

Verts/ALE: van Buitenen, Lucas

3.   Verslag Maaten A6-0197/2005

Voor: 119

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz

IND/DEM: Belder, Blokland, Bloom, Bonde, Booth, Chruszcz, Clark, Farage, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Knapman, Krupa, Nattrass, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Titford, Whittaker, Wise, Železný

NI: Allister, Claeys, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martinez, Mölzer, Mote, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Atkins, Bowis, Bradbourn, Bushill-Matthews, Cabrnoch, Callanan, Chichester, Deva, Dover, Duchoň, Elles, Evans Jonathan, Fajmon, Hannan, Harbour, Heaton-Harris, Jackson, Kamall, Kirkhope, Lauk, McMillan-Scott, Nicholson, Parish, Pieper, Purvis, Siekierski, Škottová, Stevenson, Strejček, Sturdy, Sumberg, Tannock, Trakatellis, Van Orden, Vlasák, Zahradil, Zvěřina, Zwiefka

PSE: De Rossa

UEN: Bielan, Camre, Fotyga, Janowski, Libicki, Roszkowski, Szymański

Verts/ALE: Onesta, Schlyter

Tegen: 488

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Malmström, Manders, Matsakis, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Kaufmann

IND/DEM: Borghezio, Coûteaux

NI: Battilocchio, Bobošíková, Czarnecki Marek Aleksander, Masiel

PPE-DE: Andrikienė, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Brejc, Brepoels, Březina, Busuttil, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cederschiöld, Cesa, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Doyle, Duka-Zólyomi, Ebner, Esteves, Eurlings, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Fjellner, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hatzidakis, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Ibrisagic, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Karas, Kasoulides, Kauppi, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Korhola, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Peterle, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Silva Peneda, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stubb, Sudre, Surján, Szájer, Tajani, Thyssen, Toubon, Vakalis, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Sifunakis, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Krasts, Kristovskis, La Russa, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Romeva i Rueda, Rühle, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Voggenhuber, Ždanoka

Onthoudingen: 11

ALDE: Ek

GUE/NGL: Rizzo

NI: Baco, Belohorská, Kozlík, Martin Hans-Peter

PSE: Attard-Montalto, Ferreira Anne, Hedh

Verts/ALE: van Buitenen, Hudghton

4.   Verslag Maaten A6-0197/2005

Voor: 128

ALDE: Gentvilas, Malmström, Väyrynen

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz

IND/DEM: Belder, Blokland, Bloom, Bonde, Booth, Borghezio, Chruszcz, Clark, Farage, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Knapman, Krupa, Nattrass, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Titford, Whittaker, Wise, Železný

NI: Allister, Claeys, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martinez, Mölzer, Mote, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Ashworth, Atkins, Beazley, Bradbourn, Bushill-Matthews, Cabrnoch, Callanan, Chichester, Deva, Dover, Duchoň, Evans Jonathan, Fajmon, Hannan, Harbour, Heaton-Harris, Jackson, Kamall, Kirkhope, McMillan-Scott, Nicholson, Ouzký, Parish, Protasiewicz, Purvis, Škottová, Stevenson, Strejček, Sturdy, Tannock, Van Orden, Vlasák, Wijkman, Zahradil, Zvěřina

PSE: Andersson, Hedh, Hedkvist Petersen, Pahor, Sánchez Presedo, Segelström, Westlund

UEN: Bielan, Camre, Foglietta, Fotyga, Janowski, Libicki, Roszkowski, Szymański

Verts/ALE: Lucas, Romeva i Rueda, Schlyter

Tegen: 487

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Kaufmann

IND/DEM: Coûteaux

NI: Battilocchio, Masiel

PPE-DE: Andrikienė, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Becsey, Belet, Berend, Böge, Brejc, Brepoels, Březina, Busuttil, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cederschiöld, Cesa, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Doyle, Duka-Zólyomi, Ebner, Eurlings, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Fjellner, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hatzidakis, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Ibrisagic, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Karas, Kasoulides, Kauppi, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Korhola, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stubb, Sudre, Surján, Szájer, Tajani, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zwiefka

PSE: Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Sifunakis, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Crowley, Didžiokas, Krasts, Kristovskis, La Russa, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Özdemir, Onesta, Rühle, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Onthoudingen: 9

ALDE: Ek

GUE/NGL: Rizzo

NI: Baco, Bobošíková, Czarnecki Marek Aleksander, Kozlík, Martin Hans-Peter

PSE: Muscat

Verts/ALE: van Buitenen

5.   Verslag Maaten A6-0197/2005

Voor: 493

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

NI: Bobošíková, Czarnecki Marek Aleksander, Masiel, Rutowicz

PPE-DE: Andrikienė, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Becsey, Belet, Berend, Böge, Brejc, Brepoels, Březina, Busuttil, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cederschiöld, Cesa, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Doyle, Duka-Zólyomi, Ebner, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Fjellner, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hatzidakis, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Ibrisagic, Itälä, Iturgaiz Angulo, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Karas, Kasoulides, Kauppi, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Korhola, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Posselt, Protasiewicz, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Sommer, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stubb, Sudre, Surján, Szájer, Tajani, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Sifunakis, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Krasts, Kristovskis, La Russa, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 117

ALDE: Ek

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz

IND/DEM: Batten, Belder, Blokland, Bloom, Bonde, Booth, Borghezio, Chruszcz, Clark, Coûteaux, Farage, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Knapman, Krupa, Nattrass, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Titford, Whittaker, Wise, Železný

NI: Allister, Battilocchio, Claeys, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Mölzer, Mote, Mussolini, Romagnoli, Vanhecke

PPE-DE: Ashworth, Atkins, Beazley, Bowis, Bradbourn, Bushill-Matthews, Cabrnoch, Callanan, Chichester, Deva, Dover, Duchoň, Elles, Evans Jonathan, Fajmon, Hannan, Harbour, Heaton-Harris, Jackson, Jałowiecki, Kamall, Kirkhope, McMillan-Scott, Nicholson, Ouzký, Parish, Purvis, Škottová, Sonik, Stevenson, Strejček, Sturdy, Sumberg, Tannock, Van Orden, Vlasák, Zahradil, Zvěřina

PSE: Goebbels, Hedh

UEN: Camre

Verts/ALE: Lucas, Schlyter

Onthoudingen: 14

ALDE: Malmström

GUE/NGL: Kaufmann

NI: Baco, Belohorská, Kozlík, Martinez

PPE-DE: Wijkman

UEN: Bielan, Fotyga, Janowski, Libicki, Roszkowski, Szymański

Verts/ALE: van Buitenen

6.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 583

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Resetarits, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Borghezio, Chruszcz, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Krupa, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Tomczak, Železný

NI: Allister, Baco, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Czarnecki Marek Aleksander, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Masiel, Mölzer, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Ehler, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, García-Margallo y Marfil, Gargani, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hudacký, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kauppi, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Stenzel, Stevenson, Strejček, Stubb, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Panzeri, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 10

ALDE: Ek, Malmström

PPE-DE: Elles, Fjellner, Hökmark, Ibrisagic, Itälä, Járóka, Korhola, Šťastný

Onthoudingen: 14

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Farage, Knapman, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

NI: Kozlík, Martinez, Mote

Verts/ALE: van Buitenen

7.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 571

ALDE: Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Resetarits, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Rizzo, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Borghezio, Chruszcz, Grabowski, Karatzaferis, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Tomczak, Železný

NI: Allister, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Czarnecki Marek Aleksander, Czarnecki Ryszard, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Masiel, Mölzer, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cesa, Coelho, Coveney, Daul, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Ehler, Elles, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hannan, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Iturgaiz Angulo, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kauppi, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kuźmiuk, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Saïfi, Samaras, Sartori, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carnero González, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tarabella, Tarand, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 9

ALDE: Ek, Malmström

IND/DEM: Coûteaux

PPE-DE: Cederschiöld, Fjellner, Ibrisagic, Itälä, Korhola, Stubb

Onthoudingen: 13

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Knapman, Louis, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

NI: Kozlík, Mote

Verts/ALE: van Buitenen

8.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 597

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Resetarits, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Chruszcz, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Krupa, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Tomczak, Železný

NI: Allister, Baco, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Czarnecki Marek Aleksander, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Masiel, Mölzer, Mussolini, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Ehler, Elles, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Ferber, Fernández Martín, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hudacký, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Sifunakis, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 10

ALDE: Ek, Malmström

PPE-DE: Cederschiöld, Fatuzzo, Fjellner, Hökmark, Ibrisagic, Itälä, Korhola, Stubb

Onthoudingen: 14

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Coûteaux, Farage, Knapman, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

NI: Kozlík, Mote

Verts/ALE: van Buitenen

9.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 593

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Resetarits, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Rizzo, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Borghezio, Chruszcz, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Krupa, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Tomczak, Železný

NI: Allister, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Masiel, Mölzer, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Ehler, Elles, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hudacký, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Paleckis, Panzeri, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Prets, Rapkay, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 9

ALDE: Ek, Malmström

IND/DEM: Bonde

PPE-DE: Cederschiöld, Fjellner, Ibrisagic, Itälä, Korhola, Stubb

Onthoudingen: 14

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Coûteaux, Farage, Knapman, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

NI: Kozlík, Mote

Verts/ALE: van Buitenen

10.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 604

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Costa, Davies, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Resetarits, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Borghezio, Chruszcz, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Krupa, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Tomczak, Železný

NI: Allister, Baco, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Czarnecki Marek Aleksander, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Masiel, Mölzer, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ehler, Elles, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hudacký, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kauppi, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Stubb, Sturdy, Sudre, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Sifunakis, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 8

ALDE: Ek, Malmström

IND/DEM: Bonde

PPE-DE: Fjellner, Hökmark, Ibrisagic, Korhola, Sumberg

Onthoudingen: 15

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Coûteaux, Knapman, Louis, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

NI: Kozlík, Mote

PPE-DE: Cederschiöld

Verts/ALE: van Buitenen

11.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 610

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Resetarits, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Toussas, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Bonde, Chruszcz, Coûteaux, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Krupa, Louis, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Sinnott, Tomczak, Železný

NI: Allister, Baco, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Czarnecki Marek Aleksander, Czarnecki Ryszard, Dillen, Gollnisch, Helmer, Kozlík, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Masiel, Mölzer, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Ehler, Elles, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hudacký, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Korhola, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Pomés Ruiz, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Stubb, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Paleckis, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Auken, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 7

ALDE: Malmström

IND/DEM: Borghezio, Salvini, Speroni

PPE-DE: Fjellner, Hökmark, Ibrisagic

Onthoudingen: 13

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Farage, Knapman, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

NI: Mote

PPE-DE: Cederschiöld

Verts/ALE: van Buitenen

12.   Verslag Mavrommatis A6-0185/2005

Voor: 618

ALDE: Alvaro, Andrejevs, Andria, Attwooll, Beaupuy, Birutis, Bonino, Bourlanges, Bowles, Budreikaitė, Busk, Cavada, Chatzimarkakis, Chiesa, Cocilovo, Cornillet, Costa, Davies, Degutis, Deprez, Drčar Murko, Duff, Duquesne, Fourtou, Gentvilas, Geremek, Gibault, Griesbeck, Guardans Cambó, Harkin, Hennis-Plasschaert, in 't Veld, Jäätteenmäki, Jensen, Juknevičienė, Kacin, Karim, Klinz, Krahmer, Kułakowski, Lambsdorff, Laperrouze, Lax, Lehideux, Letta, Ludford, Lynne, Maaten, Malmström, Manders, Matsakis, Mohácsi, Morillon, Mulder, Newton Dunn, Neyts-Uyttebroeck, Onyszkiewicz, Ortuondo Larrea, Oviir, Pannella, Pistelli, Prodi, Resetarits, Ries, Riis-Jørgensen, Samuelsen, Savi, Sbarbati, Schuth, Staniszewska, Starkevičiūtė, Sterckx, Szent-Iványi, Takkula, Toia, Väyrynen, Virrankoski, Wallis

GUE/NGL: Adamou, Agnoletto, Brie, Catania, de Brún, Figueiredo, Flasarová, Henin, Kaufmann, Kohlíček, Liotard, Markov, Meijer, Meyer Pleite, Morgantini, Musacchio, Papadimoulis, Pflüger, Portas, Ransdorf, Remek, Rizzo, Seppänen, Sjöstedt, Strož, Svensson, Triantaphyllides, Uca, Verges, Wagenknecht, Wurtz, Zimmer

IND/DEM: Belder, Blokland, Bonde, Borghezio, Chruszcz, Coûteaux, Giertych, Grabowski, Karatzaferis, Krupa, Louis, Pęk, Piotrowski, Rogalski, Salvini, Sinnott, Speroni, Tomczak, Železný

NI: Allister, Baco, Battilocchio, Belohorská, Bobošíková, Claeys, Dillen, Gollnisch, Helmer, Kozlík, Lang, Le Pen Jean-Marie, Le Pen Marine, Le Rachinel, Martin Hans-Peter, Martinez, Masiel, Mölzer, Mussolini, Romagnoli, Rutowicz, Vanhecke

PPE-DE: Andrikienė, Ashworth, Atkins, Audy, Ayuso González, Bachelot-Narquin, Bauer, Beazley, Becsey, Belet, Berend, Böge, Bowis, Bradbourn, Brejc, Brepoels, Březina, Bushill-Matthews, Busuttil, Cabrnoch, Callanan, Casa, Caspary, del Castillo Vera, Cederschiöld, Cesa, Chichester, Chmielewski, Coelho, Coveney, Daul, Demetriou, Descamps, Deß, Deva, De Veyrac, Díaz de Mera García Consuegra, Dimitrakopoulos, Dionisi, Dombrovskis, Dover, Doyle, Duchoň, Duka-Zólyomi, Ebner, Ehler, Elles, Esteves, Eurlings, Evans Jonathan, Fajmon, Fatuzzo, Ferber, Fernández Martín, Fjellner, Florenz, Fontaine, Fraga Estévez, Friedrich, Gahler, Gál, Gaľa, Galeote Quecedo, García-Margallo y Marfil, Gargani, Garriga Polledo, Gaubert, Gauzès, Gawronski, Gklavakis, Glattfelder, Goepel, Gomolka, Graça Moura, Gräßle, de Grandes Pascual, Grosch, Grossetête, Guellec, Gutiérrez-Cortines, Gyürk, Handzlik, Hannan, Harbour, Hatzidakis, Heaton-Harris, Herranz García, Herrero-Tejedor, Hieronymi, Higgins, Hökmark, Hudacký, Ibrisagic, Itälä, Iturgaiz Angulo, Jackson, Jałowiecki, Járóka, Jarzembowski, Jeggle, Jordan Cizelj, Kaczmarek, Kamall, Karas, Kasoulides, Kauppi, Kirkhope, Klamt, Klaß, Klich, Koch, Konrad, Korhola, Kratsa-Tsagaropoulou, Kudrycka, Kušķis, Kuźmiuk, Lamassoure, Landsbergis, Langen, Langendries, Lauk, Lehne, Lewandowski, López-Istúriz White, Lulling, Maat, McMillan-Scott, Mann Thomas, Martens, Mathieu, Mato Adrover, Matsis, Mauro, Mavrommatis, Mayer, Mayor Oreja, Méndez de Vigo, Mikolášik, Millán Mon, Mitchell, Montoro Romero, Musotto, Nassauer, Nicholson, van Nistelrooij, Novak, Olajos, Olbrycht, Oomen-Ruijten, Őry, Ouzký, Pack, Pálfi, Panayotopoulos-Cassiotou, Papastamkos, Parish, Peterle, Pieper, Pīks, Pinheiro, Piskorski, Pleštinská, Podkański, Poettering, Posselt, Protasiewicz, Purvis, Queiró, Quisthoudt-Rowohl, Rack, Radwan, Roithová, Rudi Ubeda, Rübig, Saïfi, Samaras, Sartori, Saryusz-Wolski, Schierhuber, Schmitt Ingo, Schöpflin, Schröder, Schwab, Seeber, Seeberg, Siekierski, Silva Peneda, Škottová, Sommer, Sonik, Spautz, Šťastný, Stenzel, Stevenson, Strejček, Stubb, Sturdy, Sudre, Sumberg, Surján, Szájer, Tajani, Tannock, Thyssen, Toubon, Trakatellis, Vakalis, Van Orden, Varvitsiotis, Vatanen, Vernola, Vidal-Quadras Roca, Vlasák, Vlasto, Weber Manfred, Weisgerber, Wieland, Wijkman, von Wogau, Wojciechowski, Wortmann-Kool, Wuermeling, Záborská, Zahradil, Zaleski, Zappalà, Zatloukal, Zieleniec, Zvěřina, Zwiefka

PSE: Andersson, Arif, Arnaoutakis, Attard-Montalto, Ayala Sender, Barón Crespo, Batzeli, Beglitis, Beňová, van den Berg, Berger, Berlinguer, Bösch, Bono, Bourzai, Bozkurt, Bullmann, van den Burg, Calabuig Rull, Capoulas Santos, Carlotti, Carnero González, Casaca, Cashman, Castex, Cercas, Christensen, Corbett, Corbey, Correia, Cottigny, D'Alema, De Keyser, De Rossa, Désir, De Vits, Díez González, Dobolyi, Douay, Dührkop Dührkop, Duin, El Khadraoui, Estrela, Ettl, Evans Robert, Falbr, Fava, Fazakas, Fernandes, Ferreira Anne, Ferreira Elisa, Fruteau, García Pérez, Gebhardt, Geringer de Oedenberg, Gierek, Gill, Glante, Goebbels, Golik, Gomes, Grabowska, Gröner, Gruber, Gurmai, Guy-Quint, Hänsch, Hamon, Harangozó, Hasse Ferreira, Haug, Hedh, Hedkvist Petersen, Herczog, Honeyball, Howitt, Hughes, Ilves, Jørgensen, Kindermann, Kinnock, Kósáné Kovács, Koterec, Krehl, Kreissl-Dörfler, Kuc, Lambrinidis, Lavarra, Lehtinen, Leichtfried, Leinen, Lévai, Liberadzki, Lienemann, McAvan, McCarthy, Madeira, Maňka, Mann Erika, Martin David, Martínez Martínez, Masip Hidalgo, Mastenbroek, Matsouka, Medina Ortega, Menéndez del Valle, Miguélez Ramos, Mikko, Moraes, Moreno Sánchez, Morgan, Moscovici, Muscat, Myller, Napoletano, Navarro, Obiols i Germà, Öger, Paasilinna, Pahor, Panzeri, Patrie, Peillon, Piecyk, Pinior, Pittella, Pleguezuelos Aguilar, Poignant, Prets, Rapkay, Rasmussen, Reynaud, Riera Madurell, Rocard, Rosati, Rothe, Rouček, Roure, Sacconi, Sakalas, Salinas García, Sánchez Presedo, Santoro, dos Santos, Savary, Schapira, Scheele, Schulz, Segelström, Siwiec, Skinner, Sornosa Martínez, Sousa Pinto, Stihler, Stockmann, Swoboda, Szejna, Tabajdi, Tarabella, Tarand, Thomsen, Titley, Tzampazi, Van Lancker, Vaugrenard, Vergnaud, Vincenzi, Weber Henri, Weiler, Westlund, Whitehead, Wiersma, Wynn, Xenogiannakopoulou, Yañez-Barnuevo García, Zani, Zingaretti

UEN: Angelilli, Aylward, Berlato, Bielan, Camre, Crowley, Didžiokas, Foglietta, Fotyga, Janowski, Krasts, Kristovskis, La Russa, Libicki, Muscardini, Ó Neachtain, Pavilionis, Pirilli, Roszkowski, Szymański, Vaidere, Zīle

Verts/ALE: Aubert, Auken, Breyer, Buitenweg, Cohn-Bendit, Cramer, Evans Jillian, Flautre, Frassoni, Graefe zu Baringdorf, de Groen-Kouwenhoven, Hammerstein Mintz, Harms, Hassi, Horáček, Hudghton, Isler Béguin, Joan i Marí, Kallenbach, Kusstatscher, Lagendijk, Lichtenberger, Lipietz, Lucas, Özdemir, Onesta, Romeva i Rueda, Rühle, Schlyter, Schmidt, Schroedter, Smith, Staes, Trüpel, Turmes, Voggenhuber, Ždanoka

Tegen: 10

ALDE: Ek

IND/DEM: Batten, Bloom, Booth, Clark, Farage, Nattrass, Titford, Whittaker, Wise

Onthoudingen: 4

GUE/NGL: Toussas

IND/DEM: Knapman

NI: Mote

Verts/ALE: van Buitenen


AANGENOMEN TEKSTEN

 

P6_TA(2005)0261

Bestrijding van aardappelcysteaaltjes *

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de bestrijding van aardappelcysteaaltjes (COM(2005)0151 — C6-0116/2005 — 2005/0058(CNS))

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2005)0151) (1),

gelet op artikel 37 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6-0116/2005),

gelet op artikel 51, lid 1 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (A6-0192/2005),

1.

hecht zijn goedkeuring aan het voorstel van de Commissie;

2.

verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

3.

wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

4.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


(1)  Nog niet in het PB gepubliceerd.

P6_TA(2005)0262

Overeenkomst EG/Volksrepubliek China inzake zeevervoer *

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een besluit van de Raad inzake sluiting van een Protocol tot wijziging van de Overeenkomst inzake zeevervoer tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten enerzijds en de Volksrepubliek China anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Cyprus, de Republiek Hongarije, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Malta, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië, en de Republiek Slowakije tot de Europese Unie (COM(2004)0864 — C6-0180/2005 — 2004/0290(CNS))

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel voor een besluit van de Raad (COM(2004)0864) (1),

gelet op artikel 71, lid 1, artikel 80 en artikel 300, lid 2 van het EG-Verdrag,

gelet op artikel 300, lid 3, eerste alinea van het EG-Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6-0180/2005),

gelet op de artikelen 51 en 83, lid 7 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme (A6-0205/2005),

1.

hecht zijn goedkeuring aan de sluiting van het protocol;

2.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten en de Volksrepubliek China.


(1)  Nog niet in het PB gepubliceerd.

P6_TA(2005)0263

Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels *

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting door de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels (COM(2004)0531 — C6-0048/2005 — 2004/0181(CNS))

(Raadplegingsprocedure)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel voor een besluit van de Raad (COM(2004)0531) (1),

gezien de Overeenkomst ter instandhouding van de Afrikaanse en Euraziatische trekkende watervogels,

gelet op artikel 175, lid 1 en artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin van het EG-Verdrag,

gelet op artikel 300, lid 3, eerste alinea van het EG-Verdrag, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C6-0048/2005),

gezien het advies van de Commissie juridische zaken inzake de voorgestelde rechtsgrondslag,

gelet op de artikel 51, artikel 83, lid 7 en artikel 35 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6-0187/2005),

1.

hecht zijn goedkeuring aan het voorstel voor een besluit van de Raad, als geamendeerd door het Parlement, alsmede aan de sluiting van de overeenkomst;

2.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten.

DOOR DE RAAD VOORGESTELDE TEKST

AMENDEMENTEN VAN HET PARLEMENT

Amendement 1

Aanhaling 1

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, lid 1, juncto artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, en artikel 300, lid 3, eerste alinea,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, lid 1, juncto artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, lid 3, eerste alinea en lid 4 ,

Amendement 2

Overweging 5 bis (nieuw)

 

(5 bis) Trekkende watervogels vormen een belangrijk onderdeel van de mondiale biodiversiteit en dienen — in overeenstemming met de Overeenkomst inzake biodiversiteit uit 1992 — voor toekomstige generaties behouden te blijven.

Amendement 3

Overweging 7 bis (nieuw)

 

(7 bis) Wanneer de Commissie namens de Gemeenschap en in het kader van haar machtiging over wijzigingen in het in bijlage 3 bij de Overeenkomst bedoelde actieplan onderhandelt, dient zij met name rekening te houden met de in artikel III, lid 2 van de Overeenkomst opgesomde instandhoudingsmaatregelen.

Amendement 4

Artikel 3

De Commissie wordt gemachtigd om namens de Gemeenschap onderhandelingen te voeren over en haar goedkeuring te hechten aan eventuele wijzigingen van het actieplan bedoeld in artikel IV van de Overeenkomst en de wijzigingen van de Overeenkomst als bedoeld in artikel X . De Commissie voert deze onderhandelingen in overleg met een bijzonder comité dat door de Raad wordt aangewezen. Zij ziet erop toe dat de besluiten die uit hoofde van de Overeenkomst worden genomen, verenigbaar zijn met het bestaande Gemeenschapsrecht en met de doelstellingen van het communautaire beleid.

Met betrekking tot onderwerpen die onder de bevoegdheid van de Gemeenschap vallen, wordt de Commissie gemachtigd om namens de Gemeenschap haar goedkeuring te hechten aan wijzigingen van de bijlagen bij de Overeenkomst die overeenkomstig artikel X, lid 5 van de Overeenkomst worden aangenomen .

 

De Commissie wordt bij de uitvoering van deze taak bijgestaan door een bijzonder comité dat door de Raad wordt aangewezen.

Indien een wijziging van de bijlagen bij de Overeenkomst niet binnen 90 dagen, te rekenen vanaf de aanneming door de conferentie van verdragsluitende partijen, in het desbetreffende Gemeenschapsrecht wordt omgezet, maakt de Commissie met betrekking tot die wijziging een voorbehoud door middel van een tot de depositaris gerichte schriftelijke kennisgeving overeenkomstig artikel X, lid 6 van de Overeenkomst. Indien de wijziging daarna in het Gemeenschapsrecht wordt omgezet, trekt de Commissie het voorbehoud onverwijld in.


(1)  Nog niet in het PB gepubliceerd.

P6_TA(2005)0264

Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi

Besluit van het Europees Parlement over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (2004/2203(IMM))

Het Europees Parlement,

gezien het verzoek van een advocaat van Umberto Bossi om verdediging van zijn immuniteit in het kader van een strafrechtelijke procedure voor de rechtbank van Padua, dat op 3 augustus 2004 werd ingediend, en van de ontvangst waarvan op 13 september 2004 ter plenaire vergadering kennis werd gegeven,

gelet op de artikelen 9 en 10 van het Protocol van 8 april 1965 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en op artikel 6, lid 2 van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen,

gelet op de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 12 mei 1964 en 10 juli 1986 (1),

gelet op artikel 6, lid 3 en artikel 7 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A6-0209/2005),

A.

overwegende dat Umberto Bossi lid van het Europees Parlement was tijdens de vierde zittingsperiode (begin van zijn mandaat op 19 juli 1994, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 november 1994, einde van het mandaat op 19 juli 1999) en tijdens de vijfde zittingsperiode (begin van het mandaat op 20 juli 1999, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 december 1999 en einde van het mandaat op 10 juni 2001 wegens onverenigbaarheid),

B.

overwegende dat tegen de leden van het Europees Parlement geen opsporing kan plaatsvinden, en zij niet kunnen worden aangehouden of vervolgd op grond van de mening of de stem, die zij in de uitoefening van hun ambt hebben uitgebracht (2),

C.

overwegende dat het verbod van rechtsvervolging ook het verbod van civielrechtelijke vervolging van een lid van het Europees Parlement omvat,

1.

besluit de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi te verdedigen;

2.

stelt voor, met inachtneming van artikel 9 van het reeds aangehaalde Protocol en van de geldende procedures van de betrokken lidstaat, te verklaren dat het bedoelde proces niet mag worden voortgezet; verzoekt de rechtbank de dienovereenkomstige conclusies te trekken;

3.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en het verslag van zijn bevoegde commissie onmiddellijk te doen toekomen aan de rechtbank van Padua.


(1)  Zie Jurisprudentie van het Hof 1964, blz. 407, zaak 101/63 (Wagner/Fohrmann en Krier) en Jur. 1986, blz. 2391, zaak 149/85 (Wybot/Faure e.a.).

(2)  Artikel 9 van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen.

P6_TA(2005)0265

Verzoek om opheffing van de immuniteit van Ashley Mote

Besluit van het Europees Parlement over het verzoek om opheffing van de immuniteit van Ashley Mote (2005/2037(IMM))

Het Europees Parlement,

gezien het verzoek om opheffing van de immuniteit van Ashley Mote, dat op verzoek van de Attorney General werd ingediend door de Permanente Vertegenwoordiging van het Verenigd Koninkrijk bij de Europese Unie, en van de ontvangst waarvan op 23 februari 2005 ter plenaire vergadering werd kennis gegeven,

na Ashley Mote te hebben gehoord, overeenkomstig artikel 7, lid 3 van het Reglement,

gelet op de artikelen 8, 9, 10 en 19 van het Protocol van 8 april 1965 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en op artikel 6, lid 2 van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen,

gelet op de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 12 mei 1964 en 10 juli 1986 (1),

gelet op artikel 6, lid 2 en artikel 7 van het Reglement,

gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A6-0213/2005),

1.

besluit de immuniteit van Ashley Mote op te heffen;

2.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en het verslag van zijn bevoegde commissie onmiddellijk te doen toekomen aan de bevoegde autoriteit van het Verenigd Koninkrijk.


(1)  Zie Jurisprudentie van het Hof 1964, blz. 407, zaak 101/63 (Wagner/Fohrmann en Krier) en Jur. 1986, blz. 2391, zaak 149/85 (Wybot/Faure e.a.).

P6_TA(2005)0266

Gevaarlijke stoffen en preparaten (ftalaten) en veiligheid van speelgoed *** II

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement betreffende het gemeenschappelijk standpunt, door de Raad vastgesteld met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad houdende de tweeëntwintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (ftalaten in speelgoed en kinderverzorgingsartikelen) (5467/1/2005 — C6-0092/2005 — 1999/0238(COD))

(Medebeslissingsprocedure: tweede lezing)

Het Europees Parlement,

gezien het gemeenschappelijk standpunt van de Raad (5467/1/2005 — C6-0092/2005),

gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt (1) inzake het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(1999)0577) (2),

gelet op artikel 251, lid 2 van het EG-Verdrag,

gelet op artikel 62 van zijn Reglement,

gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6-0196/2005),

gezien de Verklaringen van de Commissie, in bijlage bij deze wetgevingsresolutie en die tesamen met de wetgevende akte in het Publicatieblad zullen gepubliceerd worden,

1.

hecht zijn goedkeuring aan het gemeenschappelijk standpunt, als geamendeerd door het Parlement;

2.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


(1)  PB C 121 van 24.4.2001, blz. 410.

(2)  PB C 116 van 26.4.2000, blz. 14.

P6_TC2-COD(1999)0238

Standpunt van het Europees Parlement in tweede lezing vastgesteld op 5 juli 2005 met het oog op de aanneming van Richtlijn 2005/.../EG van het Europees Parlement en de Raad houdende de tweeëntwintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (ftalaten in speelgoed en kinderverzorgingsartikelen)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europees, Economisch en Sociaal Comité (2),

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (3),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 14 van het Verdrag dient een ruimte zonder binnengrenzen tot stand te worden gebracht, waarin het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal wordt gewaarborgd.

(2)

Werkzaamheden met betrekking tot de interne markt moeten de kwaliteit van het bestaan, de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de consumenten verbeteren. Deze richtlijn is in overeenstemming met de eis dat een hoog niveau van bescherming van de gezondheid en van de consument moet worden gewaarborgd bij de vaststelling en implementatie van alle communautaire beleidsmaatregelen en activiteiten.

(3)

De aanwezigheid van bepaalde ftalaten in speelgoed- en kinderverzorgingsartikelen van week gemaakt materiaal of met onderdelen van week gemaakt materiaal, dient te worden verboden aangezien de aanwezigheid van bepaalde ftalaten risico's, of potentiële risico's inhoudt, of kan inhouden voor de gezondheid van jonge kinderen. Speelgoed en kinderverzorgingsartikelen kunnen, indien zij in de mond kunnen worden gestopt zonder hiervoor bedoeld te zijn, in bepaalde omstandigheden een gezondheidsrisico vormen voor kleine kinderen, indien zij vervaardigd zijn van week gemaakt materiaal of met onderdelen van week gemaakt materiaal dat bepaalde ftalaten bevat.

(4)

Het Wetenschappelijk Comité inzake toxiciteit, ecotoxiciteit en het milieu (WCTEM) heeft, na door de Commissie te zijn geraadpleegd, adviezen uitgebracht over de aan deze ftalaten verbonden gezondheidsrisico's.

(5)

Bij Aanbeveling 98/485/EG van de Commissie van 1 juli 1998 betreffende kinderverzorgings- en speelgoedartikelen die bestemd zijn om door kinderen onder de leeftijd van drie jaar in de mond te worden gestopt en vervaardigd zijn van zacht PVC dat bepaalde ftalaten bevat (4), wordt de lidstaten verzocht maatregelen vast te stellen ter waarborging van een hoog niveau van bescherming van de gezondheid van kinderen tegen deze producten.

(6)

Ingevolge Beschikking 1999/815/EG van de Commissie  (5), aangenomen in het kader van Richtlijn 92/59/EEG van de Raad van 29 juni 1992 inzake algemene productveiligheid (6), geldt sinds 1999 op EU-niveau een tijdelijk verbod op het gebruik van zes ftalaten in kinderverzorgings- en speelgoedartikelen die bestemd zijn om door kinderen onder de leeftijd van drie jaar in de mond te worden gestopt. Deze beschikking wordt op gezette tijden hernieuwd.

(7)

De reeds door bepaalde lidstaten ingevoerde beperkingen op het op de markt brengen van kinderverzorgings- en speelgoedartikelen vanwege hun ftalaatgehalte, zijn rechtstreeks van invloed op de voltooiing en werking van de interne markt. Het is derhalve noodzakelijk de wetgevingen van de lidstaten op dit gebied onderling aan te passen en wijzigingen aan te brengen in bijlage I bij Richtlijn 76/769/EEG (7).

(8)

Teneinde met name voor kinderen een hoog niveau van gezondheidsbescherming te garanderen, dient het voorzorgsbeginsel te worden toegepast wanneer op grond van de wetenschappelijke evaluatie het risico niet met voldoende zekerheid kan worden bepaald.

(9)

Als organismen in ontwikkeling zijn kinderen bijzonder kwetsbaar voor reproductietoxicologische stoffen. Daarom moet de blootstelling van kinderen aan alle in de praktijk vermijdbare bronnen van emissies van deze stoffen, met name door artikelen die zij in de mond kunnen steken, zoveel mogelijk worden beperkt.

(10)

Tijdens de risicobeoordelingen en/of in het kader van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad van 27 juni 1967 betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen (8), zijn DEHP, DBP en BBP onderkend als reproductietoxicologische stoffen en dan ook ingedeeld als reproductietoxicologisch, categorie 2.

(11)

Wetenschappelijke informatie over DINP, DIDP en DNOP is niet beschikbaar of tegenstrijdig, maar de mogelijkheid dat deze stoffen een potentieel risico inhouden indien zij worden gebruikt in speelgoeden kinderverzorgingsartikelen, die per definitie voor kinderen worden geproduceerd, kan niet worden uitgesloten.

(12)

De onzekere aspecten van de evaluatie van de blootstelling aan deze ftalaten, zoals de vraag hoe lang de artikelen in de mond worden gehouden, alsmede de blootstelling aan andere emissies vanuit andere bronnen, vereisen dat voorzorgsoverwegingen meewegen. Er dienen dan ook beperkingen te worden ingevoerd betreffende het gebruik van deze ftalaten voor speelgoed- en kinderverzorgingsartikelen, alsmede betreffende het op de markt brengen van deze artikelen. Omwille van de evenredigheid dienen de beperkingen voor DINP, DIDP en DNOP evenwel minder streng te zijn dan de voor DEHP, DBP en BBP voorgestelde beperkingen.

(13)

De Commissie zal onderzoek doen naar andere toepassingen van producten van week gemaakt materiaal of met onderdelen van week gemaakt materiaal, die gevaren kunnen veroorzaken voor de mens, vooral wanneer zij gebruikt worden in medische apparatuur.

(14)

Zoals aangegeven in de Mededeling van de Commissie over het voorzorgsbeginsel, zullen de op dit beginsel gebaseerde maatregelen worden getoetst aan nieuwe wetenschappelijke gegevens.

(15)

De Commissie ziet toe op het gebruik van ftalaten en andere stoffen als weekmakers in speelgoed- en kinderverzorgingsartikelen. Zij werkt daarbij samen met de autoriteiten in de lidstaten, die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de markt en de wetshandhaving voor speelgoed- en kinderverzorgingsartikelen en pleegt overleg met de bevoegde producenten- en importeursorganisaties.

(16)

Voor de toepassing van Richtlijn 76/769/EEG moet de term „kinderverzorgingsartikel” worden gedefinieerd.

(17)

Overeenkomstig punt 34 van het Interinstitutioneel akkoord inzake beter wetgeven (9) dient de Raad de lidstaten ertoe aan te sporen voor zichzelf en in het belang van de Gemeenschap hun eigen tabellen op te stellen, die voorzover mogelijk, het verband weergeven tussen de richtlijnen en de omzettingsmaatregelen, en deze openbaar te maken.

(18)

De Commissie zal het gebruik van de in Bijlage I bij Richtlijn 76/769/EEG genoemde ftalaten in andere producten aan een onderzoek onderwerpen wanneer de risicobeoordeling krachtens Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad van 23 maart 1993inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen  (10) is voltooid.

(19)

Deze richtlijn is van toepassing onverminderd de communautaire wetgeving tot vaststelling van minimumvoorschriften voor de bescherming van werknemers, als vervat in Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (11) en in daarop gebaseerde afzonderlijke richtlijnen, met name Richtlijn 90/394/EEG van de Raad van 28 juni 1990 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico's van blootstelling aan carcinogene agentia op het werk (12) en Richtlijn 98/24/EG van de Raad van 7 april 1998 betreffende de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van werknemers tegen risico's van chemische agentia op het werk (13),

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Richtlijn 76/769/EEG wordt als volgt gewijzigd:

1)

de volgende punt wordt toegevoegd aan artikel 1, lid 3:

„c)

kinderverzorgingsartikel: elk product dat bestemd is om de slaap, de ontspanning, hygiënische verzorging en de voeding van, alsmede het zuigen door kinderen te vergemakkelijken;”

2)

bijlage I wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.

Artikel 2

De Europese Commissie zal de maatregelen opgenomen in Richtlijn 76/769/EEG zoals gewijzigd bij deze richtlijn uiterlijk ... (14) opnieuw evalueren in het licht van nieuwe wetenschappelijke informatie over de in bijlage bij deze richtlijn omschreven stoffen en vervangmiddelen daarvan. De maatregelen zullen, indien gerechtvaardigd, dienovereenkomstig worden gewijzigd.

Artikel 3

1.   De lidstaten dienen uiterlijk ... (15) de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken die nodig zijn om aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Zij passen die bepalingen toe met ingang van ... (16).

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor de verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 4

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 5

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te ..., op ...

Voor het Europees Parlement

De Voorzitter

Voor de Raad

De Voorzitter


(1)  PB C 116 E van 26.4.2000, blz. 14.

(2)  PB C 117 van 26.4.2000, blz. 59.

(3)  Standpunt van het Europees Parlement van 6 juli 2000 (PB C 121 van 24.4.2001, blz. 410), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 4 april 2005 (nog niet verschenen in het Publicatieblad) en standpunt van het Europees Parlement van 5 juli 2005.

(4)  PB L 217 van 5.8.1998, blz. 35.

(5)  PB L 315 van 9.12.1999, blz. 46. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2004/781/EG (PB L 344 van 20.11.2004, blz. 35).

(6)  PB L 228 van 11.8.1992, blz. 24. Richtlijn ingetrokken bij Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 11 van 15.1.2002, blz. 4).

(7)  PB L 262 van 27.9.1976, blz. 201. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/98/EG van de Commissie (PB L 305 van 1.10.2004, blz. 63).

(8)  PB L 196 van 16.8.1967, blz. 1 . Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/73/EG van de Commissie (PB L 152 van 30.4.2004, blz. 1).

(9)  PB C 321 van 31.12.2003, blz. 1.

(10)  PB L 84 van 5.4.1993, blz. 1 . Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 284 van 31.10.2003, blz. 1).

(11)  PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1. Richtlijn gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003.

(12)  PB L 196 van 26.7.1990, blz. 1. Richtlijn ingetrokken bij Richtlijn 2004/37/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 50).

(13)  PB L 131 van 5.5.1998, blz. 11.

(14)  Vier jaar na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

(15)  Zes maanden na de datum van inwerkintreding van deze richtlijn.

(16)  Twaalf maanden na de datum van inwerkintreding van deze richtlijn.

BIJLAGE

De volgende punten worden toegevoegd aan bijlage I van Richtlijn 76/769/EEG:

[XX.] De volgende ftalaten (of andere CAS- en EINECSnrs. die betrekking hebben op de stof):

bis(2-ethylhexyl)ftalaat (DEHP)

CAS-nr. 117-81-7

EINECS-nr. 204-211-0

dibutylftalaat (DBP)

CAS-nr. 84-74-2

EINECS-nr. 201-557-4

benzylbutylftalaat (BBP)

CAS-nr. 85-68-7

EINECS-nr. 201-622-7

Mogen niet worden gebruikt als stoffen of als bestanddelen van preparaten in concentraties van meer dan 0,1 % massaprocent van het week gemaakte materiaal in speelgoed- en kinderverzorgingsartikelen.

Dergelijke speelgoed en kinderverzorgingsartikelen die deze ftalaten bevatten in een hogere concentratie dan de hierboven genoemde grens, worden niet op de markt gebracht.

[XX.a.] De volgende ftalaten (of andere CAS- en EINECSnrs. die betrekking hebben op de stof):

di-isononyl'ftalaat (DINP)

CAS-nr. 28553-12-0 en 68515-48-0

EINECS-nr. 249-079-5 en 271-090-9

di-isodecyl'ftalaat (DIDP)

CAS-nr. 26761-40-0 en 68515-49-1

EINECS-nr. 247-977-1 en 271-091-4

di-n-octylftalaat (DNOP)

CAS-nr. 117-84-0

EINECS-nr. 204-214-7

Mogen niet worden gebruikt als stoffen of als bestanddelen van preparaten in concentraties van meer dan 0,1 % massaprocent van het week gemaakte materiaal in speelgoed- en kinderverzorgingsartikelen die door kinderen in de mond kunnen worden gestopt.

Dergelijke speelgoed en kinderverzorgingsartikelen die deze ftalaten bevatten in een hogere concentratie dan de hierboven genoemde grens, worden niet op de markt gebracht.

P6_TA(2005)0267

Gewaarborgde elektriciteitsvoorziening en infrastructuurinvesteringen *** I

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake maatregelen om de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening en de infrastructuurinvesteringen te waarborgen (COM(2003)0740 — C5-0643/2003 — 2003/0301(COD))

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2003)0740) (1),

gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 95 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C5-0643/2003),

gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie industrie, onderzoek en energie en de adviezen van de Commissie economische en monetaire zaken en de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A6-0099/2005),

1.

hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.

verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3.

verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


(1)  Nog niet in het PB gepubliceerd.

P6_TC1-COD(2003)0301

Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 5 juli 2005 met het oog op de aanneming van Richtlijn 2005/.../EG van het Europees Parlement en de Raad inzake maatregelen om de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening en de infrastructuurinvesteringen te waarborgen

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio's,

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit  (3) heeft een zeer belangrijke bijdrage geleverd aan de totstandbrenging van de interne markt voor elektriciteit. Het waarborgen van een hoge mate van continuïteit van de voorziening is een basisvoorwaarde voor een goed functionerende interne markt en genoemde richtlijn biedt de lidstaten de mogelijkheid openbare dienstverplichtingen aan elektriciteitsbedrijven op te leggen die onder andere betrekking kunnen hebben op de continuïteit van de voorziening. Deze openbare dienstverplichtingen moeten zo strak en nauwkeurig mogelijk worden gedefinieerd, en mogen niet resulteren in de schepping van meer productiecapaciteit dan nodig voor het voorkomen van ongewenste onderbreking van de elektriciteitsdistributie voor de eindafnemers.

(2)

De vraag naar elektriciteit wordt gewoonlijk op middellange termijn voorspeld aan de hand van scenario's die worden uitgewerkt door transmissiesysteembeheerders of andere organisaties die deze scenario's kunnen opstellen op verzoek van een lidstaat.

(3)

Een concurrerende interne EU-markt voor elektriciteit vereist een transparant en niet-discriminerend beleid inzake de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening dat aansluit bij de eisen van een dergelijke markt. Het ontbreken van een dergelijk beleid in individuele lidstaten of aanzienlijke discrepanties in het beleid van de verschillende lidstaten zouden tot concurrentievervalsing leiden. Een duidelijke afbakening van de rol en verantwoordelijkheden van de bevoegde autoriteiten en de lidstaten zelf alsmede van alle relevante marktdeelnemers is bijgevolg van cruciaal belang voor de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening en voor het correct functioneren van de interne markt; daarbij moet echter worden voorkomen dat obstakels voor nieuwe marktdeelnemers, zoals een bedrijf dat in een lidstaat elektriciteit opwekt of levert en onlangs in die lidstaat met zijn activiteiten is gestart, worden opgeworpen, dat de interne elektriciteitsmarkt wordt verstoord of dat marktdeelnemers, waaronder bedrijven met een klein marktaandeel , zoals een stroomproducent of -leverancier met een zeer klein aandeel van de relevante communautaire markt, aanzienlijke moeilijkheden ondervinden.

(4)

Beschikking nr. 1229/2003/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 tot opstelling van richtsnoeren voor trans-Europese netwerken in de energiesector (4) bevat een aantal richtsnoeren voor het communautaire beleid inzake trans-Europese energienetwerken; Verordening (EG) nr. 1228/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit (5) bevat o. a. algemene beginselen en gedetailleerde voorschriften inzake congestiebeheer.

(5)

Wanneer men elektriciteitsproductie uit hernieuwbare energiebronnen stimuleert, moet, indien dit uit technisch oogpunt noodzakelijk is, ook de beschikbaarheid van de bijbehorende reserve-capaciteit worden gewaarborgd om te voorkomen dat de betrouwbaarheid en de veiligheid van het net worden aangetast.

(6)

Om aan de milieuverplichtingen van de Gemeenschap te kunnen voldoen en om de afhankelijkheid van externe energiebronnen te beperken, moet rekening worden gehouden met de langetermijneffecten van de groeiende vraag naar elektriciteit.

(7)

Samenwerking tussen nationale transmissiesysteembeheerders bij kwesties die verband houden met netwerkveiligheid, inclusief vaststelling van de transmissiecapaciteit, informatieverstrekking en netwerkmodellering, is van vitaal belang voor de ontwikkeling van een goed functionerende interne markt en zou verder kunnen worden verbeterd . Een gebrek aan coördinatie met betrekking tot netwerkveiligheid is schadelijk voor de totstandbrenging van gelijke concurrentievoorwaarden.

(8)

Het hoofddoel van relevante technische voorschriften en aanbevelingen zoals vervat in het operationeel handboek van de UCTE (Unie voor de coördinatie van het transport van elektriciteit) en soortgelijke voorschriften en aanbevelingen die door NORDEL, de Baltische netcode, en voor de systemen van het Verenigd Koninkrijk en Ierland zijn opgesteld, is de technische werking van het geïnterconnecteerde net te ondersteunen, en daarmee bij te dragen tot de noodzakelijke continue werking van het netwerk wanneer er op één of meer plaatsen in het netwerk een storing optreedt en de kosten voor het beperken van een dergelijke storing in de voorziening zo laag mogelijk te houden.

(9)

Van transmissie- en distributiesysteembeheerders dient te worden verlangd dat zij de eindafnemers een hoog niveau van dienstverlening leveren wat de frequentie en de duur van stroomonderbrekingen betreft.

(10)

Eventuele maatregelen tot handhaving van een voldoende grote productiereservecapaciteit moeten marktgericht en niet-discriminerend zijn en zouden onder andere contractuele garanties en regelingen, capaciteitsopties of capaciteitsverplichtingen kunnen omvatten. Deze maatregelen zouden ook kunnen worden aangevuld met andere niet-discriminerende instrumenten zoals capaciteitsbetalingen.

(11)

Teneinde te waarborgen dat er passende voorafgaande informatie beschikbaar is, dienen de lidstaten maatregelen ter handhaving van het evenwicht tussen aanbod en vraag bekend te maken bij huidige en mogelijke investeerders in productie en bij afnemers van elektriciteit.

(12)

Onverminderd de artikelen 86, 87 en 88 van het Verdrag, is het van belang dat de lidstaten een eenduidig , passend en stabiel kader vaststellen dat de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening vergemakkelijkt en bevorderlijk is voor investeringen in productiecapaciteit en vraagbeheerstechnieken. Daarbij is ook van belang dat passende maatregelen worden getroffen voor het opzetten van een regelgevingskader ter bevordering van investeringen in nieuwe interconnecties voor transmissie, vooral tussen de lidstaten.

(13)

De Europese Raad in Barcelona is een zekere mate van interconnectie tussen de lidstaten overeengekomen . Een geringe mate van interconnectie leidt tot fragmentatie van de markt en vormt een belemmering voor de ontwikkeling van concurrentie. Het bestaan van adequate fysieke interconnectiecapaciteit voor, al dan niet grensoverschrijdende, transmissie is van cruciaal belang, maar op zichzelf niet toereikend om concurrentie honderd procent effectief te maken. In het belang van de eindafnemer zou de verhouding tussen de potentiële voordelen van nieuwe interconnectieprojecten en de kosten voor deze projecten in redelijk evenwicht moeten zijn.

(14)

Terwijl het van belang is de maximaal beschikbare transmissiecapaciteiten te bepalen zonder de vereisten voor een veilige werking van het net te veronachtzamen, moet in dat verband ook gezorgd worden voor volledige doorzichtigheid van de capaciteitsberekening en de toekenningsprocedure in het transmissiesysteem. Op deze wijze zou wellicht beter gebruik kunnen worden gem aakt van de bestaande capaciteit en worden er geen valse signalen over tekorten aan de markt afgegeven, hetgeen een stimulans is voor de totstandbrenging van een interne markt met volledige concurrentie, zoals beoogd in Richtlijn 2003/54/EG.

(15)

Transmissie- en distributiesysteembeheerders hebben behoefte aan een passend en stabiel regelgevingskader voor investeringen en voor onderhoud en vernieuwing van de netwerken .

(16)

Artikel 4 van Richtlijn 2003/54/EG bepaalt dat de lidstaten toezicht houden op de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening en hierover verslag uitbrengen. In dit verslag moet worden ingegaan op factoren op korte, middellange en lange termijn die van belang zijn voor de voorzieningszekerheid, waaronder het voornemen van de transmissiesysteembeheerders om in het netwerk te investeren. Bij de opstelling van dit verslag wordt van de lidstaten verwacht dat zij verwijzen naar informatie en beoordelingen die al worden uitgevoerd door de transmissiesysteembeheerders, zowel individueel als collectief, ook op Europees niveau.

(17)

De lidstaten moeten toezien op de doeltreffende uitvoering van deze richtlijn .

(18)

Overeenkomstig het subsidiariteits- en het proportionaliteitsbeginsel die zijn neergelegd in artikel 5 van het Verdrag kunnen de met de voorgestelde maatregel beoogde doelstellingen, namelijk een continuïteit van de elektriciteitsvoorziening, die gebaseerd is op eerlijke concurrentie en de totstandbrenging van een volledig operationele interne elektriciteitsmarkt, onvoldoende door de lidstaten worden gerealiseerd en kunnen zij bijgevolg, vanwege de omvang en effecten van de voorgenomen maatregel, beter door de Gemeenschap worden verwezenlijkt. Deze richtlijn beperkt zich tot het minimum dat is vereist om deze doelstellingen te bereiken en gaat niet verder dan wat voor dat doel noodzakelijk is,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp en reikwijdte

1.    Deze richtlijn voorziet in maatregelen die erop gericht zijn de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening te waarborgen teneinde de interne EU-markt voor elektriciteit naar behoren te laten functioneren en het volgende te garanderen:

een adequaat productiecapaciteitsniveau,

een adequaat evenwicht tussen aanbod en vraag, en

een passend interconnectieniveau tussen de lidstaten voor de ontwikkeling van de interne markt.

2.    Zij omvat een kader waarbinnen de lidstaten transparante, stabiele en niet-discriminerende beleidsmaatregelen voor de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening moeten vaststellen die verenigbaar zijn met de eisen van een concurrerende interne markt voor elektriciteit.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze richtlijn gelden de definities van artikel 2 van Richtlijn 2003/54/EG. Voorts gelden ook de volgende definities :

a)

„regelgevende instantie”: de overeenkomstig artikel 23 van Richtlijn 2003/54/EG aangewezen regelgevende instanties in de lidstaten;

b)

„continuïteit van de elektriciteitsvoorziening”: het vermogen van een elektriciteitssysteem om elektriciteit te leveren aan eindafnemers, zoals bepaald in deze richtlijn;

c)

„operationele netwerkbeveiliging”: het operationeel houden van het transmissie- en, in voorkomend geval, het distributienetwerk in voorzienbare omstandigheden;

d)

„evenwicht tussen aanbod en vraag”: het voldoen aan de voorzienbare vraag van afnemers naar elektriciteit zonder dat het nodig is verplichte maatregelen tot beperking van het verbruik op te leggen.

Artikel 3

Algemene bepalingen

1.    De lidstaten zorgen voor een hoge mate van continuïteit van de elektriciteitsvoorziening door de nodige maatregelen ter bevordering van een stabiel investeringsklimaat te nemen en door de rol en de verantwoordelijkheden van de bevoegde instanties, waaronder in voorkomend geval de regelgevende instanties, en alle relevante marktdeelnemers vast te stellen en daarover informatie bekend te maken. Tot de relevante marktdeelnemers behoren onder meer transmissie- en distributiesysteembeheerders, elektriciteitsproducenten, leveranciers en eindafnemers.

2.   Bij de uitvoering van de maatregelen als bedoeld in lid 1, houden de lidstaten rekening met:

a)

het belang van het waarborgen van een continue elektriciteitsvoorziening;

b)

het belang van een transparant en stabiel regelgevingskader ;

c)

de interne markt en de mogelijkheden van grensoverschrijdende samenwerking ten behoeve van de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening;

d)

de noodzaak om de transmissie- en distributienetwerken regelmatig te onderhouden en, in voorkomend geval, te vernieuwen om de prestaties ervan op peil te houden ;

e)

het belang een correcte toepassing van Richtlijn 2001/77/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2001 betreffende de bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen op de interne elektriciteitsmarkt (6) en van Richtlijn 2004/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake de bevordering van warmtekrachtkoppeling op basis van de vraag naar nuttige warmte binnen de interne energiemarkt (7) te waarborgen, voorzover de bepalingen daarvan betrekking hebben op de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening ;

f)

de noodzaak van enige mate van diversifiëring in de noodzaak om voor voldoende transmissie- en productiereservecapaciteit te zorgen met het oog op operationele stabiliteit; en

g)

het belang van stimulering van de totstandbrenging van liquide groothandelsmarkten.

3.     Bij de uitvoering van de maatregelen als bedoeld in lid 1, kunnen de lidstaten ook rekening houden met:

a)

de mate van diversifiëring in de elektriciteitsproductie op nationaal of relevant regionaal niveau;

b)

het belang van een beperking van de langetermijngevolgen van de groeiende vraag naar elektriciteit;

c)

het belang van de bevordering van energie-efficiëntie en de invoering van nieuwe technologieën, met name voor vraagbeheer, hernieuwbare energie en decentrale elektriciteitsproductie;

d)

het belang van het wegnemen van administratieve belemmeringen voor investeringen in infrastructuur en productiecapaciteit.

4.   De lidstaten zorgen ervoor dat de overeenkomstig deze richtlijn vastgestelde maatregelen niet discriminerend zijn en geen onredelijke belasting voor de marktdeelnemers, met inbegrip van nieuwkomers op de markt en bedrijven met een klein marktaandeel , vormen. De lidstaten houden tevens reeds vóór de vaststelling van de maatregelen rekening met het effect daarvan op de elektriciteitskosten voor de eindafnemers.

5.     Bij het waarborgen van een passend interconnectieniveau tussen de lidstaten, als bedoeld in artikel 1, lid 1, derde streepje, moet bijzondere aandacht worden besteed aan

de specifieke geografische ligging van iedere lidstaat,

de handhaving van een redelijk evenwicht tussen de kosten voor het bouwen van nieuwe interconnectoren en de baten voor de eindafnemers; en

het waarborgen van een zo doeltreffend mogelijk gebruik van de bestaande interconnectoren.

Artikel 4

Operationele netwerkbeveiliging

1.

a)

De lidstaten of de bevoegde instanties zorgen ervoor dat de transmissiesysteembeheerders minimale operationele voorschriften en verplichtingen inzake netwerkbeveiliging vaststellen .

Voordat zij deze voorschriften en verplichtingen vaststellen, plegen zij overleg met de relevante actoren in de betrokken landen waarmee interconnectie bestaat.

b)

Niettegenstaande punt a), eerste alinea, kunnen de lidstaten eisen dat de transmissiesysteembeheerders deze voorschriften en verplichtingen ter goedkeuring voorleggen aan de bevoegde instantie.

c)

De lidstaten zorgen ervoor dat de transmissie- en, in voorkomend geval, de distributiesysteembeheerders voldoen aan de minimale operationele voorschriften en verplichtingen inzake netwerkbeveiliging.

d)

De lidstaten eisen dat de transmissiesysteembeheerders een passend niveau van netwerkbeveiliging handhaven.

De transmissiesysteembeheerders handhaven daartoe een technische transmissiereservecapaciteit die groot genoeg is voor de operationele netwerkbeveiliging en werken samen met de betrokken transmissiesysteembeheerders waarmee zij een interconnectie hebben. Het niveau van de voorzienbare omstandigheden waarin de beveiliging gehandhaafd moet blijven, wordt bepaald in de voorschriften inzake operationele netwerkbeveiliging.

e)

De lidstaten zorgen er met name voor dat beheerders van onderling verbonden transmissie- en, in voorkomend geval, distributiesystemen tijdig en op doeltreffende wijze overeenkomstig de operationele minimumvereisten informatie over het functioneren van netwerken uitwisselen. Dezelfde vereisten gelden in voorkomend geval voor beheerders van transmissie- en distributiesystemen die geïnterconnecteerd zijn met systeembeheerders buiten de Gemeenschap.

2.    De lidstaten of de bevoegde instanties zorgen ervoor dat de transmissie- en , in voorkomend geval, de distributiesysteembeheerders doelstellingen op het gebied van leveringskwaliteit en prestaties inzake netwerkbeveiliging vaststellen en halen. Deze doelstellingen moeten worden goedgekeurd door de lidstaten of de bevoegde instanties, die toezicht houden op de uitvoering ervan. Deze doelstellingen moeten objectief, transparant en niet-discriminerend zijn en moeten worden bekendgemaakt.

3.     Wanneer de lidstaten de maatregelen als bedoeld in artikel 24 van Richtlijn 2003/54/EG en artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1228/2003 treffen, maken zij geen onderscheid tussen grensoverschrijdende en nationale contracten.

De lidstaten zorgen ervoor dat verminderingen in de voorziening in noodsituaties gebaseerd zijn op vooraf gedefinieerde criteria met betrekking tot het beheer van onevenwichten door de transmissiesysteembeheerders. Alle vrijwaringsmaatregelen worden in nauw overleg met andere relevante transmissiesysteembeheerders genomen, met inachtneming van de ter zake geldende bilaterale overeenkomsten, waaronder overeenkomsten over informatie-uitwisseling.

Artikel 5

Handhaving van het evenwicht tussen aanbod en vraag

1.    De lidstaten treffen passende maatregelen om een evenwicht tussen de elektriciteitsvraag en de beschikbare productiecapaciteit te handhaven .

De lidstaten zullen met name

onverminderd de bijzondere vereisten van kleine geïsoleerde systemen, de vaststelling aanmoedigen van een kader voor de groothandelsmarkt dat passende prijssignalen voor productie en verbruik afgeeft;

de transmissiesysteembeheerders verplichten ervoor te zorgen dat er een productiereservecapaciteit van een passende omvang beschikbaar is om een evenwicht tot stand te brengen en/of gelijkwaardige marktgerichte maatregelen te nemen.

2.     Onverminderd de artikelen 87 en 88 van het Verdrag, kunnen de lidstaten ook aanvullende maatregelen nemen, met inbegrip van, zij het niet beperkt tot, het volgende:

a)

bepalingen ter bevordering van nieuwe productiecapaciteit en de komst van nieuwe productiebedrijven op de markt;

b)

het wegnemen van belemmeringen voor het gebruik van opzegbare overeenkomsten;

c)

het wegnemen van belemmeringen voor het afsluiten van overeenkomsten met een variërende looptijd voor zowel producenten als afnemers;

d)

het stimuleren van de invoering van technieken voor vraagbeheer in real-time, zoals geavanceerde metersystemen;

e)

het bevorderen van energiebesparingsmaatregelen;

f)

aanbestedingsprocedures of procedures die inzake transparantie en non-discriminatie gelijkwaardig zijn overeenkomstig artikel 7, lid 1, van Richtlijn 2003/54/EG.

3.   De lidstaten maken de op grond van dit artikel te treffen maatregelen bekend en zorgen voor een zo ruim mogelijke verspreiding van deze informatie.

Artikel 6

Investeren in netwerken

1.   De lidstaten brengen een regelgevingskader tot stand dat

zowel voor transmissie- als distributiesysteembeheerders in investeringssignalen voorziet om hun netwerken zo te ontwikkelen dat zij aan de voorzienbare vraag van de markt kunnen voldoen;

het onderhoud en, in voorkomend geval, de vernieuwing van hun netwerken vergemakkelijkt.

2.    Onverminderd Verordening (EG) nr. 1228/2003 kunnen de lidstaten ook commerciële investeringen in de interconnectie toestaan.

De lidstaten zorgen ervoor dat besluiten over investeringen in de interconnectie in nauwe samenwerking tussen de relevante transmissiesysteembeheerders worden genomen.

Artikel 7

Verslaggeving

1.   De lidstaten zorgen ervoor dat in het in artikel 4 van Richtlijn 2003/54/EG bedoelde verslag wordt ingegaan op de algehele toereikendheid van het stroomvoorzieningssysteem en de geraamde vraag naar elektriciteit, waaronder

de operationele netwerkbeveiliging,

het geraamde evenwicht tussen aanbod en vraag in de komende vijf jaar,

de vooruitzichten inzake een continuïteit van de elektriciteitsvoorziening voor de periode tussen 5 en 15 jaar na de datum van verslaglegging,

de voornemens van transmissiesysteembeheerders of van andere partijen waarvan zij kennis hebben, voor de komende vijf of meer kalenderjaren op het gebied van investeringen ter voorziening in grensoverschrijdende interconnectiecapaciteit.

2.    De lidstaten of de bevoegde instanties stellen het verslag in nauwe samenwerking met de transmissiesysteembeheerders op. Waar van toepassing, plegen de transmissiesysteembeheerders overleg met naburige transmissiesysteembeheerders.

3.    In het in lid 1, vierde streepje bedoelde gedeelte van het verslag over investeringen in de interconnectie wordt rekening gehouden met:

a)

de beginselen van congestiebeheer, zoals vermeld in Verordening (EG) nr. 1228/2003;

b)

bestaande en geplande transmissieleidingen;

c)

verwachte patronen op het gebied van productie, levering, grensoverschrijdende handel en verbruik waarbij ruimte is voor vraagbeheersmaatregelen; en

d)

regionale, nationale en Europese doelstellingen voor duurzame ontwikkeling, met inbegrip van de projecten behorende tot de assen voor prioritaire projecten die zijn opgenomen in Bijlage I bij Beschikking nr. 1229/2003/EG.

De lidstaten zorgen ervoor dat de transmissiesysteembeheerders informatie vertrekken over hun voornemens of die van andere partijen waarvan zij kennis hebben, op het gebied van investeringen inzake voorziening in grensoverschrijdende interconnectiecapaciteit.

De lidstaten kunnen ook van de transmissiesysteembeheerders eisen dat zij informatie vertrekken over investeringen in verband met de aanleg van interne leidingen die van aanzienlijke invloed zijn op de totstandbrenging van grensoverschrijdende interconnectie.

4.    De lidstaten of de bevoegde instanties zorgen ervoor dat de noodzakelijke middelen voor toegang tot de relevante gegevens worden vergemakkelijkt voor de transmissiesysteembeheerders en/of de bevoegde instanties, waar dit van belang is voor de uitvoering van deze taak.

Er wordt zorg voor gedragen dat vertrouwelijke informatie niet openbaar wordt gemaakt.

5.    Op basis van de in lid 1, vierde streepje bedoelde informatie die door de bevoegde instanties is verstrekt, brengt de Commissie aan de lidstaten, aan de bevoegde instanties en aan de bij Besluit 2003/796/EG van de Commissie van 11 november 2003 (8) opgerichte Europese groep van regelgevende instanties voor elektriciteit en gas verslag uit over de geplande investeringen en de bijdrage daarvan aan de in artikel 1, lid 1, omschreven doelstellingen.

Dit verslag kan worden gecombineerd met de verslaglegging uit hoofde van artikel 28, lid 1, onder c), van Richtlijn 2003/54/EG en wordt bekendgemaakt.

Artikel 8

Uitvoering

1.   De lidstaten treffen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de krachtens deze richtlijn vastgestelde nationale bepalingen worden uitgevoerd.

2.   De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 1 december 2007 in kennis van de desbetreffende bepalingen, en delen haar onverwijld eventuele latere wijzigingen daarop mede.

Artikel 9

Omzetting

1.   De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk ... (9) aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

2.   Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 10

Rapportage

De Commissie volgt en toetst de toepassing van deze richtlijn en dient uiterlijk ... (10) een voortgangsverslag in bij het Europees Parlement en de Raad.

Artikel 11

Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 12

Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te ..., op ...

Voor het Europees Parlement

De Voorzitter

Voor de Raad

De Voorzitter


(1)   PB C 120 van 20.5.2005, blz. 119.

(2)  Standpunt van het Europees Parlement van 5 juli 2005.

(3)  PB L 176 van 15.7.2003, blz. 37. Richtlijn gewijzigd bij Richtlijn 2004/85/EG van de Raad (PB L 236 van 7.7.2004, blz. 10).

(4)  PB L 176 van 15.7.2003, blz. 11.

(5)  PB L 176 van 15.7.2003, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1223/2004 van de Raad (PB L 233 van 2.7.2004, blz. 3).

(6)  PB L 283 van 27.10.2001, blz. 33. Richtlijn gewijzigd door de Toetredingsakte van 2003.

(7)  PB L 52 van 21.2.2004, blz. 50.

(8)  PB L 296 van 14.11.2003, blz. 34.

(9)  24 maanden na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

(10)  48 maanden na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn.

P6_TA(2005)0268

Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi

 

1.

Besluit van het Europees Parlement over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (2004/2101(IMM))

Het Europees Parlement,

gezien het verzoek van een advocaat van Umberto Bossi om verdediging van zijn immuniteit in het kader van een strafrechtelijke procedure voor de Tribunale di Brescia, dat op 7 mei 2004 werd ingediend en waarvan op 22 juli 2004 ter plenaire vergadering kennis werd gegeven,

gelet op de artikelen 9 en 10 van het Protocol van 8 april 1965 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en op artikel 6, lid 2 van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen,

gelet op de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 12 mei 1964 en 10 juli 1986 (1),

gelet op artikel 6, lid 3 en artikel 7 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A6-0210/2005),

A.

overwegende dat Umberto Bossi lid van het Europees Parlement was tijdens de vierde zittingsperiode (begin van mandaat op 19 juli 1994, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 november 1994, einde van het mandaat op 19 juli 1999) en de vijfde zittingsperiode (begin van mandaat op 20 juli 1999, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 december 1999, einde van het mandaat op 10 juni 2001 wegens onverenigbaarheid),

B.

overwegende dat tegen leden van het Europees Parlement geen opsporing kan plaatsvinden, en zij niet kunnen worden aangehouden of vervolgd op grond van de mening of de stem, die zij in de uitoefening van hun ambt hebben uitgebracht (2),

1.

besluit de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi te verdedigen;

2.

stelt voor, met inachtneming van artikel 9 van het reeds aangehaalde Protocol en van de procedure in de betrokken lidstaat, te verklaren dat het bedoelde proces niet mag worden voortgezet; verzoekt de betrokken rechterlijke instantie de dienovereenkomstige conclusies te trekken;

3.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en het verslag van de bevoegde commissie onmiddellijk te doen toekomen aan de Tribunale di Brescia.


(1)  Zie Jurisprudentie van het Hof 1964, blz. 407, zaak 101/63 (Wagner/Fohrmann en Krier) en Jur. 1986, blz. 2391, zaak 149/85 (Wybot/Faure).

(2)  Artikel 9 van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen.

2.

Besluit van het Europees Parlement over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (2004/2101(IMM))

Het Europees Parlement,

gezien het verzoek van een advocaat van Umberto Bossi om verdediging van zijn immuniteit in het kader van een strafrechtelijke procedure voor de Tribunale di Bergamo, dat op 7 mei 2004 werd ingediend en waarvan op 22 juli 2004 ter plenaire vergadering kennis werd gegeven,

gelet op de artikelen 9 en 10 van het Protocol van 8 april 1965 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en op artikel 6, lid 2 van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen,

gelet op de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 12 mei 1964 en 10 juli 1986 (1),

gelet op artikel 6, lid 3 en artikel 7 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A6-0210/2005),

A.

overwegende dat Umberto Bossi lid van het Europees Parlement was tijdens de vierde zittingsperiode (begin van mandaat op 19 juli 1994, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 november 1994, einde van het mandaat op 19 juli 1999) en de vijfde zittingsperiode (begin van mandaat op 20 juli 1999, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 december 1999, einde van het mandaat op 10 juni 2001 wegens onverenigbaarheid),

B.

overwegende dat tegen leden van het Europees Parlement geen opsporing kan plaatsvinden, en zij niet kunnen worden aangehouden of vervolgd op grond van de mening of de stem, die zij in de uitoefening van hun ambt hebben uitgebracht (2),

1.

besluit de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi te verdedigen;

2.

stelt voor, met inachtneming van artikel 9 van het reeds aangehaalde Protocol en van de procedure in de betrokken lidstaat, te verklaren dat het bedoelde proces niet mag worden voortgezet; verzoekt de betrokken rechterlijke instantie de dienovereenkomstige conclusies te trekken;

3.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en het verslag van de bevoegde commissie onmiddellijk te doen toekomen aan de Tribunale di Bergamo.


(1)  Zie Jurisprudentie van het Hof 1964, blz. 407, zaak 101/63 (Wagner/Fohrmann en Krier) en Jur. 1986, blz. 2391, zaak 149/85 (Wybot/Faure).

(2)  Artikel 9 van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen.

3.

Besluit van het Europees Parlement over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Umberto Bossi (2004/2101(IMM))

Het Europees Parlement,

gezien het verzoek van een advocaat van Umberto Bossi om verdediging van zijn immuniteit in het kader van een strafrechtelijke procedure voor de Pretura circondariale di Milano, dat op 7 mei 2004 werd ingediend en waarvan op 22 juli 2004 ter plenaire vergadering kennis werd gegeven,

gelet op de artikelen 9 en 10 van het Protocol van 8 april 1965 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en op artikel 6, lid 2 van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen,

gelet op de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 12 mei 1964 en 10 juli 1986 (1),

gelet op artikel 6, lid 3 en artikel 7 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A6-0210/2005),

A.

overwegende dat Umberto Bossi lid van het Europees Parlement was tijdens de vierde zittingsperiode (begin van mandaat op 19 juli 1994, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 november 1994, einde van het mandaat op 19 juli 1999) en de vijfde zittingsperiode (begin van mandaat op 20 juli 1999, onderzoek van de geloofsbrieven op 15 december 1999, einde van het mandaat op 10 juni 2001 wegens onverenigbaarheid),

B.

overwegende dat de leden van het Europees Parlement op hun eigen grondgebied de immuniteiten genieten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend (2),

C.

overwegende dat in de voor de Pretura circondariale di Milano behandelde zaak, Umberto Bossi zich schuldig zou hebben gemaakt aan geweldpleging en bedreiging van ambtenaren van de Italiaanse politie die op last van de openbare aanklager van Verona, huiszoeking verrichtten in het Milanese hoofdkwartier van de Lega Nord,

D.

overwegende dat Umberto Bossi op dat moment lid was van het Italiaanse parlement en het Italiaanse Corte Constitutionale op 17 mei 2001 heeft beslist dat hij geen parlementaire immuniteit genoot, overwegende dat beledigingen en daden van wederspannigheid en geweld in geen geval handelingen zijn waarvoor parlementaire voorrechten kunnen gelden,

E.

overwegende dat in een dergelijk geval alleen artikel 10, alinea 1, letter a) van het Protocol toepassing kan vinden, maar dat leden van het Italiaans parlement in zulke omstandigheden geen parlementaire immuniteit blijken te genieten tegen gerechtelijke vervolging,

1.

besluit de immuniteit en voorrechten van Umberto Bossi in verband met de strafprocedure voor de Pretura circondariale di Milano niet te verdedigen.


(1)  Zie Jurisprudentie van het Hof 1964, blz. 407, zaak 101/63 (Wagner/Fohrmann en Krier) en Jur. 1986, blz. 2403, zaak 149/85 (Wybot/Faure).

(2)  Artikel 10, alinea 1, letter a) van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen.

P6_TA(2005)0269

Verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Jean-Charles

Marchiani Besluit van het Europees Parlement over het verzoek om verdediging van de immuniteit en de voorrechten van Jean-Charles Marchiani (2005/2105(IMM))

Het Europees Parlement,

gezien het verzoek van Jean-Charles Marchiani om verdediging van zijn immuniteit, dat op 19 mei 2005 werd ingediend, en van de ontvangst waarvan op 26 mei 2005 ter plenaire vergadering kennis werd gegeven,

gelet op de artikelen 9 en 10 van het Protocol van 8 april 1965 betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, en op artikel 6, lid 2, van de Akte van 20 september 1976 betreffende de verkiezing van de leden van het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen,

gelet op de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 12 mei 1964 en 10 juli 1986 (1),

gelet op artikel 6, lid 3, en artikel 7 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie juridische zaken (A6-0208/2005),

A.

overwegende dat Jean-Charles Marchiani bij de vijfde rechtstreekse verkiezingen van 13 juni 1999 tot lid van het Europees Parlement is verkozen, dat het Europees Parlement op 15 december 1999 zijn geloofsbrieven heeft onderzocht (2) en dat zijn mandaat op 19 juli 2004 is geëindigd,

B.

overwegende dat de Franse gerechtelijke instanties in de periode waarin Jean-Charles Marchiani lid van het Europees Parlement was telefoongesprekken van hem hebben afgetapt,

C.

overwegende dat, tijdens de zittingsduur van het Europees Parlement, de leden op hun eigen grondgebied, de immuniteiten genieten welke aan de leden van de volksvertegenwoordiging in hun land zijn verleend (3),

D.

overwegende dat, krachtens artikel 100-7 van het wetboek van strafvordering van de Franse Republiek, telefoons van afgevaardigden en senatoren niet mogen worden afgeluisterd zonder dat de voorzitter van de vergadering waarvan de betrokkene lid is daar door de onderzoeksrechter vooraf van in kennis is gesteld,

E.

overwegende dat het Franse Hof van Cassatie, in strijd met het beginsel iura novit curia, heeft verzuimd artikel 10 van het reeds aangehaalde Protocol toe te passen in zijn arrest nr. 1784 van 16 maart 2005 en daardoor Jean-Charles Marchiani de door artikel 100-7 van het wetboek van strafvordering aan leden van het nationale parlement toegekende immuniteit heeft ontzegd,

1.

besluit de immuniteiten en voorrechten van Jean-Charles Marchiani te verdedigen;

2.

verzoekt om vernietiging of herroeping van het arrest nr. 1784 van 16 maart 2005 van het Franse Hof van Cassatie, en in ieder geval om stopzetting van alle eventuele feitelijke en juridische gevolgen daarvan;

3.

verzoekt zijn Voorzitter dit besluit en het verslag van zijn bevoegde commissie te doen toekomen aan het Hof van Cassatie, de regering, de Nationale Assemblée en de Senaat van de Franse republiek.


(1)  Zie Jurisprudentie van het Hof 1964, blz. 407, zaak 101/63 (Wagner/Fohrmann en Krier) en Jur. 1986, blz. 2391, zaak 149/85 (Wybot/Faure).

(2)  Besluit van het Europees Parlement van 15 december 1999 over het onderzoek van de geloofsbrieven naar aanleiding van de vijfde rechtstreekse verkiezingen van het Europees Parlement van 10 t/m 13 juni 1999 (PB C 296 van 18.10.2000, blz. 93).

(3)  Artikel 10, alinea 1, letter a) van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen.

P6_TA(2005)0270

Voorlichtings- en communicatiestrategie betreffende de euro en de EMU

Resolutie van het Europees Parlement over de uitvoering van een voorlichtings- en communicatiestrategie inzake de euro en de Economische en Monetaire Unie (2005/2078(INI))

Het Europees Parlement,

gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's over de uitvoering van een voorlichtings- en communicatiestrategie over de euro en de Economische en Monetaire Unie (COM(2004)0552),

gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de regio's en de Europese Centrale Bank — Eerste verslag over de praktische voorbereidingen voor de toekomstige uitbreiding van de eurozone (COM(2004)0748),

gezien zijn standpunten van 16 juni 2000 (1) inzake bepalingen betreffende de invoering van de euro,

gezien zijn resolutie van 6 juli 2000 (2) over de voorlichtingsstrategie in de laatste fasen van de voltooiing van de EMU,

gezien zijn resolutie van 4 juli 2001 over de mogelijkheden en middelen om het bedrijfsleven bij te staan bij de omschakeling op de euro (3),

gelet op artikel 45 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A6-0197/2005),

A.

overwegende dat het project van de voltooiing van de EMU en de invoering van de euro na zes jaar algemeen als zeer succesvol wordt beschouwd,

B.

overwegende dat dit wordt bevestigd door de uitstekende reputatie van de euro op de internationale financiële markten, de gestage toename van de in euro's luidende handel en de toenemende verschuiving wereldwijd van de reserves der centrale banken van de dollar naar de euro,

C.

overwegende dat de voordelen van één munt en van de bijbehorende instrumenten — één monetaire politiek en een betere coördinatie van het economisch beleid — thans niet meer serieus betwijfeld kunnen worden dankzij de beschikbaarheid van goedkopere financieringen vanwege ongekend lage renteniveaus, hogere prijstransparantie, die op middellange termijn leidt tot prijsverlaging, wegneming van wisselkoersrisico's binnen de eurozone, vergemakkelijking van handel en reizen binnen de EU, druk op de lidstaten om een op stabiliteit gericht begrotingsbeleid te voeren,

D.

overwegende dat een bepaald deel van het Europese publiek desondanks een negatieve mening over de euro lijkt te hebben, met name in die lidstaten waarvan de nationale munt tegen een hoge koers aan de euro is gekoppeld; overwegende dat opiniepeilingen van Eurobarometer wat dit betreft een stijgende tendens vertonen met 68 % steun bij het publiek voor de munt binnen de eurozone vóór de overgang naar de euro, kort daarna 75% en in de eerste helft van 2004 66 %; overwegende dat de negatieve resultaten van de referenda in Zweden en Denemarken tevens een bewijs zijn voor het bestaan van weerstand bij het publiek tegen de eenheidsmunt in Europa; overwegende dat opiniepeilingen in de nieuwe lidstaten eveneens een zeker scepticisme jegens de invoering van de euro weerspiegelen dat voornamelijk door een gebrek aan relevante informatie wordt veroorzaakt;

E.

overwegende dat deze indrukken voor een groot deel het gevolg waren van bepaalde fouten tijdens de overgang, ondanks het feit dat het politiek en technisch een nuttige en buitengewoon succesvolle operatie was, met een effect van slechts 0,2% op de inflatie; overwegende dat niet genoeg aandacht is geschonken aan de gevolgen van de overgang voor de gemiddelde consument, die de prijzen van alledaagse artikelen en diensten zag stijgen, en voor de kleine en middelgrote ondernemingen (KMO's) die onvoldoende waren geïnformeerd en niet over voldoende contant geld beschikten; overwegende dat het achteraf gezien duidelijk een vergissing was om de voorlichtingscampagnes over de euro zo snel na de fysieke invoering te beëindigen,

F.

overwegende dat het van belang is om naast de kwantitatieve opiniepeilingen van Eurobarometer ook te beschikken over kwalitatieve peilingen van de diepere redenen voor de houding van burgers ten opzichte van de euro; overwegende dat alleen door middel van diepgaande interviews de echte redenen kunnen worden opgespoord waarom bepaalde bevolkingsgroepen de euro afwijzen en sceptisch tegenover de EMU staan; deze redenen kunnen vervolgens als basis worden gebruikt voor gerichte voorlichtingsstrategieën voor bepaalde (eurosceptische) maatschappelijke groepen, waarbij de selectie van groepen een zaak van de betrokken lidstaten en hun nationale voorlichtingsfunctionarissen dient te zijn,

G.

overwegende dat de ervaringen van het bedrijfsleven en de resultaten van mediastudies op het gebied van ’after-sales marketing’ kunnen worden benut om ook na de invoering van de euro het belang van de boodschap opnieuw te bevestigen; overwegende dat het belangrijk is om niet alleen in de aanloop naar de invoering van de euro vertrouwen bij de bevolking op te bouwen, maar dat vertrouwen ook te bevestigen bij diegenen die reeds overtuigd van de juistheid van hun beslissing, en hun meningen te vormen door communicatieve berichtgeving en evenementen ook na de invoering van de euro,

H.

overwegende dat een coherente, grootscheepse en duurzame voorlichtingsstrategie over de euro en de EMU nodig is om de eenheidsmunt te steunen, de herhaling van vroeger gemaakte fouten te voorkomen en de toetredende staten op een soepele overgang voor te bereiden; overwegende dat de Commissie en de Europese Centrale Bank (ECB), onder het democratisch toezicht van het Europees Parlement, en samen met de financiële autoriteiten van de lidstaten, de belangrijkste organen zijn die de verantwoordelijkheid voor het succes van de strategie dragen,

I.

overwegende dat het op middellange tot lange termijn onvermijdelijk is dat de nieuwe lidstaten een enigszins hogere inflatie dan de eurozone zullen hebben, onafhankelijk van de invoering van de euro, ten gevolge van de grote nog steeds aanwezige verschillen in prijsniveaus en de vele aspecten van het complexe inhaalproces,

J.

overwegende dat, in de context van het Europees democratisch proces, iedere informatie- en communicatiecampagne betreffende een Europees onderwerp, om doeltreffend te zijn, deel moet uitmaken van de algemene voorlichtings- en communicatiestrategie van de Europese Unie, zodat de burgers op coherente wijze wordt getoond welke voordelen de Unie hun biedt in hun dagelijks leven,

1.

verwelkomt de voordelen van de EMU zoals prijsstabiliteit, lagere transactiekosten, grotere prijstransparantie binnen de eurozone, geringere volatiliteit op de internationale valutamarkten en bescherming tegen schokken van buitenaf, rentetarieven van recordlaagte, lage hypotheekrente en gemakkelijker reizen; steunt de euro als krachtig symbool van de Europese integratie en als middel om de Europese burgers dichter bij de idealen te brengen die aan de Unie ten grondslag liggen;

2.

stelt vast dat de euro bij bepaalde burgers klaarblijkelijk niet populair is; is van mening dat dit in tegenspraak is met het feit dat de euro mogelijkerwijs het succesvolste Europese project is dat ooit is gestart; is van mening dat de eenheidsmunt verder prioriteit verdient in de voorlichting door de EU; is overtuigd dat de voordelen van de euro en van de EMU — prijsstabiliteit, lage hypotheekrente, gemakkelijker reizen, bescherming tegen fluctuaties van wisselkoersen en schokken van buitenaf — ook in de toekomst uitvoerig aan het publiek moeten worden verkocht en uitgelegd; is van mening dat bijzondere nadruk moet worden gelegd op het informeren en het op de hoogte houden van Europese burgers, consumenten en KMO's die onvoldoende mogelijkheden hebben om zich onmiddellijk aan transacties in euro aan te passen;

3.

is van mening dat de campagne voor de euro en de EMU zich ook moet richten op kleine plaatsen en afgelegen regio's waar de mogelijkheden voor voorlichting aan het publiek ook heden ten dage nog beperkt zijn; is van mening dat in iedere lidstaat desgewenst dubbele prijsaanduiding (in nationale valuta en euro) moet worden gehandhaafd tot de burgers — vooral in de genoemde regio's — volledig met het systeem vertrouwd zijn;

4.

acht het van cruciaal belang dat de beleidsmakers volledige politieke verantwoordelijkheid dragen voor de verdere ontwikkeling van een gemeenschappelijk monetair beleid en een betere economische coördinatie, aangezien een blijvend gezonde euro tot de algehele bevordering van de Unie zal bijdragen en de populariteit van de euro ook belangrijk is wat betreft de eventuele ratificatie van het Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa;

5.

steunt een nauwere coördinatie van het economische beleid tussen de lidstaten en een verstandig begrotingsbeleid binnen de grenzen van een hervormd, maar krachtig stabiliteits- en groeipact; is ervan overtuigd dat het in beginsel door de Europese Raad van Brussel op 22 en 23 maart 2005 vastgestelde herziene stabiliteits- en groeipact, samen met de relevante Gemeenschapsverordeningen betreffende bepaalde onderwerpen, mits op uniforme wijze in de lidstaten uitgevoerd, zal kunnen bijdragen aan de economische stabiliteit op lange termijn van de lidstaten en aan hun aanpassing aan de doelstellingen van de Lissabonstrategie; onderstreept dat de lage economische groei na de invoering van de euro niet is veroorzaakt door de overgang naar de nieuwe munt maar door een gebrekkige uitvoering van de globale richtsnoeren voor het economisch beleid en door het feit dat de doelstellingen van Lissabon niet zijn gehaald en dat structurele hervormingen zijn uitgebleven;

6.

verwelkomt het nieuwste verslag van de Commissie over haar communicatiestrategie inzake de euro, doch stelt vast dat het gezien het prevalerende gebrek aan populariteit te optimistisch van toon is; verzoekt de Commissie haar voornaamste communicatiedoelstellingen na te streven en details uit te werken ten aanzien van de stappen die voor het bereiken daarvan nodig zijn; beklemtoont dat het van belang is meer gebruik te maken van moderne marketingtechnieken, als het erom gaat het publiek van de EMU te overtuigen en door de EMU, de euro en zijn voordelen als aantrekkelijk „pakket” te verkopen;

7.

is het met de Commissie eens dat de voorlichtingscampagne moet worden toegesneden op de cultuur, taal, heersende publieke opinie en bezorgdheden van de burgers van de betrokken lidstaten, evenals op de vraag of een land reeds onderdeel van de eurozone is, op korte of middellange termijn zal toetreden tot de eurozone of daarbuiten wil blijven;

8.

houdt vast aan zijn steun voor het Prince-programma en dringt aan op een verhoging van de daarvoor beschikbare middelen; is ervan overtuigd dat de interinstitutionele dialoog over de euro door de Interinstitutionele Groep voor voorlichting kan worden verbeterd; waarschuwt ervoor dat het cofinancieringsbeginsel dat aan het Prince-programma ten grondslag ligt, tot aanmerkelijke problemen en vertragingen bij de invoering van de euro in de nieuwe lidstaten, die niet over de nodige begrotingsmiddelen beschikken, kan leiden;

9.

is van mening dat het van belang is rekening te houden met de bezorgdheid van de burgers in de drie oude lidstaten die niet tot de euro-zone behoren — Denemarken, Zweden en het Verenigd Koninkrijk — en verzoekt de Commissie de regeringen van die lidstaten te steunen in hun streven een sceptisch publiek van de euro te overtuigen, indien deze regeringen zulks wensen;

10.

is ervan overtuigd dat de recente EU-uitbreiding de EMU en de eenheidsmunt voor grote uitdagingen zal stellen; is van mening dat de Commissie haar inspanningen erop moet concentreren, de nieuwe lidstaten te ondersteunen bij het voorbereiden van hun burgers op de invoering van de euro door middel van intensieve voorlichtingscampagnes, toezicht te houden op de uitvoering van de in dat kader reeds gestarte campagnes en regelmatig verslag uit te brengen over de uitvoering van de nationale actieplannen voor de invoering van de euro;

11.

stelt vast dat door middel van een vereiste van dubbele prijsaanduiding, bijvoorbeeld van ten minste drie maanden vóór de invoering van de euro tot maximaal 12 maanden erna, ten eerste de angst van de bevolking voor door de euro veroorzaakte prijsstijgingen kan worden verminderd en ten tweede een zekere druk op bedrijven en dienstverleners kan worden uitgeoefend om de overgang op de euro niet te gebruiken als voorwendsel voor prijsverhogingen; is van oordeel dat dubbele prijsaanduidingen als nationaal wettelijk vereiste of in de vorm van door kamers van koophandel geïnitieerde vrijwillige gedragscodes of akkoorden tussen de economische en sociale partners, hun waarde hebben bewezen bij de invoering van de euro in een groot aantal van de eerste 12 landen van de eurozone;

12.

doet een beroep op de Commissie rekening te houden met de angst voor prijsstijgingen onder het publiek in de nieuwe lidstaten; gelooft dat de in de huidige eurolanden opgedane ervaringen met malafide praktijken en gevallen van buitensporig naar boven afgeronde prijzen zodanig moeten worden benut dat dergelijke gedragingen in de toekomstig toetredende eurolanden kunnen worden voorkomen; is van oordeel dat het verschil tussen de normale jaarlijkse inflatie en prijsstijgingen door de invoering van de euro in alle lidstaten aan de burgers moet worden uitgelegd;

13.

stelt vast dat in vergelijking met de oude lidstaten in de nieuwe lidstaten meer financiële transacties in contante vorm plaatsvinden, en in mindere mate via elektronische betalingswijzen; dringt er bij de Commissie, de lidstaten en de nationale centrale banken op aan hiermee bij de voorbereiding van de overgang in de nieuwe lidstaten rekening te houden; nodigt hen uit de overgang te benutten om het aantal elektronische betalingen en pinbetalingen op te voeren; is ervan overtuigd dat een korte periode van dubbele circulatie de beste optie voor een succesvolle overgang in de nieuwe lidstaten vormt;

14.

is van mening dat de optimale werkwijzen en kennis die bij de vorige omschakeling zijn opgedaan, hun nut zullen kunnen bewijzen bij de omschakeling in de nieuwe lidstaten en bij de komende uitbreiding en de voorbereidingen in de nieuwe kandidaat-lidstaten;

15.

verzoekt de Commissie meer gewicht aan de overlegprocedures met de sociale partners toe te kennen, om rekening te kunnen houden met de behoeften van het publiek en met name van bepaalde maatschappelijke en economische organisaties;

16.

verzoekt om aanvullende middelen voor de oprichting in iedere lidstaat van een nationaal forum voor de euro onder de bevoegdheid van de minister van Financiën, en in nauwe samenwerking met de nationale centrale banken, een systeem dat zijn nut reeds bij eerdere gelegenheden heeft bewezen; is van mening dat de EU steun moet geven aan „twinning”-projecten waarin de oude lidstaten kunnen helpen bij de verspreiding van optimale werkwijzen en de overdracht van deskundigheid op het niveau van ministeries van Financiën en centrale banken; verzoekt de Commissie specifieke verslagen op te stellen gebaseerd op de beste praktijken en om de nationale, regionale en lokale autoriteiten aan te moedigen lokale meldpunten in te stellen, waar iedereen melding kan maken van misbruiken, zoals ongerechtvaardigde prijsverhogingen;

17.

roept de Commissie op het belang te erkennen van een actieve rol voor het Europees Parlement, de nationale parlementen en de regionale en lokale overheden bij de planning en uitvoering van de communicatiestrategie voor de euro en de EMU; is van mening dat de betrokkenheid van deze organen het democratisch gehalte van de dialoog over de communicatiestrategie zal vergroten, waardoor deze beter op de punten van zorg onder het publiek kan inspelen;

18.

verzoekt de ECB, in haar jaarverslag of in een speciaal verslag, een jaarlijkse kwantitatieve analyse op te nemen — waarover in het Europees Parlement zal worden gedebatteerd — van de voordelen die de euro voor de gewone burger heeft opgeleverd, met concrete voorbeelden van de manier waarop het gebruik van de euro een positief effect op het alledaagse leven van burgers heeft gesorteerd;

19.

verzoekt de Commissie specifieke opiniepeilingen te houden onder KMO's in heel Europa om de mate van acceptatie van de munt in die sector in te schatten; benadrukt het belang om de exploitanten van automaten bij de communicatie- en omzettingsstrategieën te betrekken, omdat zij een belangrijke rol spelen voor de acceptatie van de nieuwe munten en bankbiljetten in het dagelijks leven van de burgers;

20.

dringt er bij de bankensector op aan ervoor te zorgen dat geldautomaten de klanten van meer lage coupures voorzien — daar de meeste contante betalingen niet meer dan 15 à 20 EUR belopen -, om zo het nodige bedrag aan kasgeld van winkeliers te verkleinen en aldus het berovingsrisico te verminderen; merkt voorts op dat dit tevens het risico dat consumenten vervalsingen als wisselgeld ontvangen, vermindert;

21.

verzoekt de Commissie een analyse te publiceren, waarover in het Europees Parlement zal worden gedebatteerd, over het buitensporig hoge aantal biljetten van 500 EUR dat in omloop is en waarvan de uitgifte in 2005 tot 190 miljoen bankbiljetten is verdubbeld op grond van de grote vraag van de economische actoren in de eurozone; heeft begrip voor de voordelen van het biljet van 500 EUR als contant spaartegoed, maar waarschuwt voor de aan zulke grote biljetten verbonden risico's als witwaspraktijken en criminaliteit;

22.

stelt vast dat het percentage elektronische transacties is toegenomen en heeft daarom zijn twijfels over de zin van de handhaving van het biljet van 500 EUR, dat aanvankelijk nodig werd geacht om met de gewoonten van consumenten in sommige lidstaten rekening te houden;

23.

doet een dringend beroep op de ECB om cijfers te publiceren over de verdeling van de vraag naar biljetten van 500 EUR over de diverse centrale banken;

24.

betreurt de nog steeds hoge kosten voor het grensoverschrijdende klein betalingsverkeer in euro's , hoewel Verordening (EG) nr. 2560/2001 betreffende grensoverschrijdende betalingen in euro (4) tot reële verlagingen van de kosten voor gestandaardiseerde grensoverschrijdende betalingen in euro's heeft geleid; ondersteunt de schepping van één Europese betalingszone; verzoekt de Commissie op dit gebied omvattende regelgeving te ontwikkelen en deze gelegenheid aan te grijpen om de elektronische betalingssystemen in de EU te harmoniseren teneinde de gewoonlijk door de consumenten en de KMO's gedragen kosten te reduceren; wijst erop dat het systeem voor zijn effectiviteit is aangewezen op het vertrouwen van de consumenten, dat weer van erkenning van hun rechten afhankelijk is;

25.

verwelkomt het feit dat de ECB aan een tweede generatie bankbiljetten werkt; is overtuigd dat de euro vanwege zijn grootschalige circulatie bijzonder ontvankelijk is voor vervalsingen en dringt er bij de ECB op aan om bij de ontwikkeling van de nieuwe generatie bankbiljetten uiterst waakzaam te zijn en de huidige ervaring in aanmerking te nemen; is van mening dat Europol en de politie van de lidstaten een prioriteit van deze kwestie dienen te maken;

26.

is van mening dat de interinstitutionele dialoog over de euro via de Interinstitutionele Groep voor voorlichting kan worden verbeterd; verzoekt de Commissie de schriftelijke viermaandelijks actualisering van het Prince-programma aan het Europees Parlement te blijven sturen;

27.

bevestigt zijn voornemen, tot uitdrukking gebracht in zijn resolutie van 12 mei 2005 over de uitvoering van de voorlichtings- en communicatiestrategie van de Europese Unie (5), om de interinstitutionele samenwerking op dit punt te verdiepen door jaarlijks een groot debat te organiseren, op basis van een verslag van de Commissie, waaraan zal worden deelgenomen door de commissies die een algemene of gedeeltelijke bevoegdheid hebben op dit gebied, alsmede door de Raad;

28.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


(1)  PB C 67 van 1.3.2001, blz. 324.

(2)  PB C 121 van 24.4.2001, blz. 459.

(3)  PB C 65 E van 14.3.2002, blz. 162.

(4)  PB L 344 van 28.12.2001, blz. 13.

(5)  Aangenomen teksten van die datum, P6_TA(2005)0183.

P6_TA(2005)0271

Actieplan voor de Europese Unie inzake milieutechnologieën

Resolutie van het Europees Parlement over de stimulering van technologieën voor duurzame ontwikkeling: een Actieplan voor de Europese Unie inzake Milieutechnologieën (2004/2131(INI))

Het Europees Parlement,

gezien de Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over de stimulering van technologieën voor duurzame ontwikkeling: een Actieplan voor de Europese Unie inzake Milieutechnologieën (COM(2004)0038),

gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 6 en 174; gezien het proces van Cardiff (Conclusies van de Europese Raad van Cardiff van 15-16 juni 1998) en de strategie voor duurzame ontwikkeling (Conclusies van de Europese Raad van Göteborg van 15-16 juni 2001),

gezien de strategie van Lissabon (Conclusies van de Europese Raad van Barcelona van 15-16 maart 2002),

gezien de Wereldtop voor duurzame ontwikkeling en het uitvoeringsplan van Johannesburg (2002),

gezien de conclusies getiteld „Schoon, intelligent, concurrerend: de door milieu-efficiënte innovaties in het kader van het proces van Lissabon geboden kansen (Conclusies van de Raad Milieu van 14 oktober 2004),”

gezien het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap (1),

gezien het vijfde (2) en zesde (3) kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie,

onder verwijzing naar zijn resolutie van 21 april 2004 over de Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over geïntegreerd productbeleid — Voortbouwen op een milieugericht levenscyclusconcept (4),

gelet op Richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit (5),

gezien de Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over het aandeel van hernieuwbare energie in de EU (COM(2004)0366),

gezien de Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over „Bouwen aan onze gemeenschappelijke toekomst — Beleidsuitdagingen en begrotingsmiddelen in de uitgebreide Unie 2007-2013” (COM(2004)0101),

gezien de Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement en het Europees Economisch en Sociaal Comité over de Integratie van milieuaspecten in de Europese normalisatie (COM(2004)0130),

gezien het werkdocument van de Commissie — Een handboek inzake groene overheidsopdrachten (SEC(2004)1050),

gelet op artikel 45 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid en het advies van de Commissie industrie, onderzoek en energie (A6-0141/2005),

A.

overwegende dat duurzame ontwikkeling — een ontwikkeling die voorziet in de huidige behoeften zonder de behoeften van toekomstige generaties in het gedrang te brengen — een duidelijke doelstelling is van de Europese Unie,

B.

overwegende dat volgens de conclusies van de Europese Raad van Göteborg duurzame ontiwkkeling is gebaseerd op drie peilers: milieubescherming, economische ontwikkeling en sociale cohesie,

C.

overwegende dat duurzame ontwikkeling niet haalbaar is zonder de ontwikkeling van nieuwe milieutechnologie en innovatie,

D.

overwegende dat, om duurzame ontwikkeling te garanderen, voor de strategie van Lissabon — waarmee wordt beoogd van de Europese Unie de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie in de wereld te maken die in staat is voor duurzame economische groei te zorgen met meer en betere werkgelegenheid en een grotere sociale samenhang — doelstellingen voor een economisch, sociaal en milieubeleid nodig zijn die met elkaar stroken en die bovendien een betere economische groei kunnen opleveren,

E.

overwegende dat het in dit verband van cruciaal belang is om de positieve synergie tussen milieubescherming en concurrentievermogen kracht bij te zetten en deze aan te wenden en om de economische groei los te koppelen van de achteruitgang van het milieu; tevens overwegende dat milieutechnologieën (alle technologieën waarvan het gebruik gemeten aan het algemene milieueffect aanzienlijk minder schadelijk is dan hun relevante alternatieven) een belangrijk middel zijn om dit te bereiken,

F.

overwegende dat alleen een voldoende vraag naar milieutechnologieën het proces waarmee innovaties op de markt worden gebracht (van onderzoek, productontwikkeling, productie, lancering tot marktintroductie), zal versnellen,

G.

overwegende dat de Europese Unie over een milieubeleid moet beschikken dat voldoende ambitieus is om vraag te creëren naar milieutechnologieën, met duidelijke en ambitieuze milieudoelstellingen, overeengekomen milieu-indicatoren voor meting van de milieubelasting, internalisering van (externe) milieukosten en beloningen voor leiders in plaats van achterblijvers,

H.

overwegende dat de rol van de consumentenvraag naar milieutechnologie belangrijk is; dat de maatschappij als geheel evenwel een grote verantwoordelijkheid op zich moet nemen, door een gepast kader voor de snelle ontwikkeling van deze technologie te creëren,

I.

overwegende dat het Actieplan inzake Milieutechnologieën (ETAP) niet voorziet in passende instrumenten voor de verbreiding van kennis, technologieoverdracht, innovatie en ontwikkeling,

J.

overwegende dat financiële steun niet alleen belangrijk is voor onderzoek en ontwikkeling, maar ook voor de ontwikkeling van een product voor de markt, en dat de inspanningen om oplossingen te vinden met betrekking tot risicokapitaal dus dienen te worden verhoogd,

K.

overwegende dat het beleid van de Europese Unie samenhangend moet zijn en naar dezelfde doelstellingen moet streven; dat technologische oplossingen voor de bevordering van duurzaamheid daarom moeten worden weerspiegeld in de voorbereiding van de begroting en in de opzet van het Zevende kaderprogramma voor onderzoek; dat de structuurfondsen en het Cohesiefonds dusdanig moeten worden gebruikt dat zij de ontwikkeling van milieutechnologieën steunen,

L.

overwegende dat duurzame ontwikkeling mondiale oplossingen vergt en de Europese Unie er daarom voor moet zorgen dat het interne beleid strookt met het externe beleid, niet alleen in het kader van bilaterale samenwerking en uitvoerkredieten, maar ook met betrekking tot ontwikkelingen in verband met de Verenigde Naties, de Wereldhandelsorganisatie, de OESO en de Wereldbank,

De vraag naar milieutechnologieën opdrijven

1.

is verheugd over de Mededeling als een nuttig uitgangspunt voor discussie en ontwikkeling van concretere voorstellen voor de bevordering van milieutechnologieën, maar wil graag meer nadruk leggen op de ontwikkeling van de vraag naar dergelijke technologieën; wenst een vervanging van de gefragmenteerde aanpak met betrekking tot milieubeleid en duurzame ontwikkeling in het algemeen en met betrekking tot ETAP in het bijzonder, door een systematischer aanpak van het milieubeleid, op basis van het levenscyclusconcept, in het kader van het geïntegreerd productbeleid (Integrated Product Policy, IPP), met in de eerste plaats aandacht voor innovatie en de ontwikkeling van milieuvriendelijke producten; benadrukt tot slot het belang van coördinatie tussen de EU en de lidstaten;

2.

acht het van belang dat de milieudimensie in de EU-strategie betreffende het concurrentievermogen wordt versterkt; is van mening dat de verbetering van de milieusituatie en de werkgelegenheid bij de herziening van de strategie van Lissabon als een mogelijkheid moet worden beschouwd om de doelstelling van meest concurrerende kenniseconomie te halen; is van mening dat de ontwikkeling en het gebruik van milieutechnologie hierbij van doorslaggevend belang zijn;

3.

wijst op het werkgelegenheids- en groeipotentieel van de milieutechnologische sector, waar een brede waaier aan nieuwe zakelijke mogelijkheden en als gevolg hiervan nieuwe banen kunnen worden gecreëerd — met name in KMO's — hetgeen voor een cruciale bijdrage tot het halen van de Lissabondoelstellingen kan zorgen;

4.

stelt vast dat de Europese Unie om de doelstellingen van de Lissabon-strategie te verwezenlijken rekening moet houden met de kleine en middelgrote ondernemingen en betreurt het dat deze in ETAP onderbelicht blijven;

5.

verzoekt de Commissie de factoren te identificeren die het milieu tegenwoordig het meest belasten en vervolgens per sector na te gaan welke technologische innovatie nodig is, om deze problemen aan te pakken; stelt voor hierbij rekening te houden met de volgende elementen:

a)

welke problemen moeten worden aangepakt,

b)

wat belemmert de oplossing van de geïdentificeerde problemen,

c)

wat is de doelstelling van de Unie met betrekking tot deze problemen,

d)

hoe werden de prioriteiten van de acties/doelstellingen bepaald,

e)

wat zijn voor elk terrein de prestatiedoelstellingen,

f)

welke beleidsopties zijn voorhanden om de belemmeringen te verminderen en welke technologie is voor de diverse beleidsopties het meest geschikt,

g)

wat zijn de voor- en nadelen van de diverse opties en welk beleid moet worden gevoerd,

h)

in welke financiering is voor elk van de gekozen acties voorzien,

i)

welke verplichte acties zullen worden ondernomen en met welke tijdslimiet;

6.

erkent de rol van het milieubeleid als stimulator van innovatie in markteconomieën waar innovatie er komt als gevolg van strenge voorschriften; herinnert eraan dat strenge milieunormen ertoe hebben geleid dat de EU in vele groeisectoren een leiderspositie bekleedt en benadrukt dat de EU ernaar moet streven haar leiderspositie op de markt voor nieuwe technologie en conceptuele innovatie te behouden; verzoekt de Commissie daarom methoden en scenario's te ontwikkelen om vooruit te lopen op ontwikkelingen op het gebied van milieutechnologieën;

7.

beklemtoont dat de EU-regelgeving op het gebied van milieu als doelstelling heeft de voortdurende verbetering van de milieusituatie en een zo hoog mogelijk niveau van milieubescherming; is van mening dat de regelgeving moet zijn gebaseerd op de beste beschikbare techniek en behalve ambitieus ook duurzaam en vooruitziend moet zijn, opdat in de productie en de bedrijven de nodige marktvraag naar nieuwe milieutechnologie ontstaat; merkt op dat de richtlijn betreffende ecologisch verantwoord ontwerp een voorbeeld is van de manier waarop een kader kan worden gecreëerd voor significante verbetering op het gebied van productontwerp en milieuprestaties;

8.

verzoekt de Commissie te kiezen voor een ambitieuze doelstelling met betrekking tot het mondiale marktaandeel van de EU in milieutechnologieën; is van mening dat de EU over tien jaar tenminste een marktaandeel van 50 % moet halen; wijst erop dat de markt voor milieugoederen en diensten sterk groeit en dat EU-bedrijven een belangrijke rol moeten blijven spelen op deze markt en moeten profiteren van het voordeel dat zij hebben als initiatiefnemers op dit gebied;

9.

verwelkomt het idee om ambitieuze prestatiedoelstellingen overeen te komen voor alle soorten van productie, diensten en productontwikkeling, vooral op de prioritaire actiegebieden die in het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap werden vastgesteld; wijst erop dat deze doelstellingen de Europese industrie zullen helpen om haar concurrentiekracht te vergroten en meer werkgelegenheid te scheppen en tegelijkertijd zullen leiden tot minder druk op het milieu; verzoekt de Commissie spoedig een ontwerplijst van prestatiedoelstellingen voor te leggen die op het levenscyclusconcept zijn gebaseerd en die moeten worden geïmplementeerd via verplichte minimumvereisten of via vrijwillige akkoorden, als de beleidsdoelstellingen op die manier sneller of goedkoper kunnen worden gehaald dan via verplichte minimumvereisten;

10.

betreurt dat de Mededeling helaas geen ontwerplijst van duidelijk gedefinieerde prestatiedoelstellingen op ecologische sleutelterreinen omvat; verzoekt de Commissie ambitieuze prestatiedoelstellingen op te nemen in voorstellen voor nieuwe wetgeving en voorstellen voor de herziening van bestaande wetgeving; is van mening dat de doelstellingen moeten uitgaan van de best beschikbare technologie en regelmatig aan de vooruitgang van de techniek moeten worden aangepast om daarmee een krachtige stimulans te geven voor voortdurende innovatie binnen de industrie;

11.

verzoekt de Commissie de lidstaten te verplichten routekaarten op te stellen om aan de in ETAP inzake milieutechnologieën vastgestelde vereisten te voldoen, waarbij in deze routekaarten tijdslimieten die met de in ETAP vastgestelde tijdslimieten overeenkomen en koppelingen met de prestatiedoelstellingen moeten worden opgenomen;

12.

verzoekt de Commissie de industrie in het lopende IPP-proces te steunen en traditionele bedrijfsmodellen kritisch te bekijken, teneinde de ontwikkeling van meer geïntegreerde en systematische praktijken te stimuleren, waarbij in het bijzonder aandacht moet gaan naar de mogelijkheden die worden geboden door het samenbrengen van diverse productieactiviteiten, aangezien dan het restmateriaal van het ene productieproces kan worden gebruikt als input voor het andere, bijvoorbeeld het gebruik van gemeentelijk afval om energiebesparingen te realiseren, hetgeen zowel milieu- als economische voordelen kan opleveren;

13.

wijst erop dat door efficiënt gebruik van hulpbronnen en materiaal de kosten voor de industrie en de gezinnen dalen, middelen voor andere investeringen vrijkomen en de EU-economie minder afhankelijk van schaarse hulpbronnen en de hoogst onstabiele markten voor hulpbronnen wordt; dringt er daarom sterk bij de Commissie op aan wetgevingsvoorstellen in dienen om het gebruik zowel van hernieuwbare als van niethernieuwbare natuurlijke hulpbronnen zo veel mogelijk te verminderen;

14.

benadrukt dat de invoering van milieutechnologieën gepaard moet gaan met een efficiënter gebruik van middelen en een verandering van het consumentengedrag, wil de EU duurzame groei kunnen bereiken;

15.

verzoekt de Commissie om methodes en milieu-indicatoren te helpen ontwikkelen die de milieubelasting van verschillende producten, diensten en processen kunnen meten, zodat alle actoren met kennis van zaken besluiten kunnen nemen; verzoekt de Commissie en de lidstaten in de hele EU een campagne op basis van deze informatie over ecologische prestaties te voeren, om de consument ertoe aan te zetten milieuvriendelijke technologie te eisen;

16.

merkt op dat het internaliseringsproces van externe (milieu)kosten zeer langzaam verloopt en wijst op het feit dat het vinden van oplossingen voor dit probleem op communautair niveau (belastingen, belastingvoordelen, subsidies, verhandelbare vergunningen, kosten voor de gebruiker en de vervuiler, enz.) de vraag naar milieutechnologieën aanzienlijk zou verbeteren;

17.

is verheugd over Richtlijn 2003/96/EG van de Raad tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit, die een kleine stap is in de goede richting, maar beklemtoont de noodzaak om meer te doen op dit gebied; spoort de Commissie, de Raad en de lidstaten aan om progressief te zijn bij het voorstellen en aannemen van nieuwe initiatieven om de energie-efficiëntie aan de vraagzijde te verbeteren, de sector van de duurzame energie te versterken en de verspreiding van warmtekrachtkoppeling en het energie-efficiënte gebruik van biomassa te bevorderen, ook in verband met vervoer, huisvesting en bouw;

18.

verzoekt de Commissie een ambitieuze doelstelling met betrekking tot de rol van overheidsaankopen te bepalen, met als doel als algemene regel vast te stellen dat bij alle overheidsaankopen met milieucriteria rekening wordt gehouden en dat de lidstaten voor de belangrijkste producten en diensten tegen 2007 gestandaardiseerde richtsnoeren opstellen en de personen die met overheidsaankopen zijn belast, opleiding over deze richtsnoeren verstrekken; benadrukt dat een validatiesysteem voor milieutechnologieën een centrale rol kan spelen bij de bevordering van het gebruik van groene overheidsopdrachten;

19.

is verheugd over de werkzaamheden van de Commissie in verband met het opstellen van een handboek inzake groene overheidsopdrachten en kijkt uit naar een beoordeling van de invloed daarvan om na te gaan of meer bindende regels nuttig zouden zijn; is het eens met de aanbeveling in het rapport-Kok dat de nationale en lokale overheden een actieplan betreffende milieuvriendelijke overheidsaankopen opstellen;

Een eerlijke en concurrerende markt voor milieutechnologieën creëren

20.

benadrukt dat het belangrijk is de obstakels te identificeren en uit de weg te ruimen die de ruimere toepassing van milieutechnologieën in de weg staan; verzoekt het Europees Milieuagentschap daarom te analyseren in hoeverre communautaire normen een remmende werking op de toepassing en verspreiding van milieutechnologie hebben en verzoekt de Commissie vervolgens een concreet actieprogramma op te stellen, om de geïdentificeerde obstakels te verwijderen, met inbegrip van een tijdschema; verzoekt de Commissie in deze samenhang een rapport op te stellen over de beste praktijken, waardoor het gebruik van milieutechnologie buiten de EU, bijvoorbeeld in Japan, is toegenomen;

21.

verzoekt de Commissie de hoogste prioriteit te geven aan de creatie van de juiste marktvoorwaarden voor milieutechnologie, vooral via besluiten op communautair niveau, bijvoorbeeld door het principe dat de vervuiler betaalt, toe te passen en ervoor te zorgen dat bedrijven die schone technologie bieden, worden beloond;

22.

verzoekt de Commissie en de lidstaten maatregelen te bespoedigen om subsidies die een negatieve invloed hebben op het milieu, te beperken en uiteindelijk geheel af te schaffen; merkt op dat de omvang van deze subsidies aanzienlijk is en verzoekt het Europees Milieuagentschap een overzicht te maken van de subsidies die vervuilende productie en consumptie direct dan wel indirect bevorderen en daarmee schonere technologieën oneerlijke concurrentie aandoen;

23.

wijst erop dat de ontwikkeling van milieutechnologieën, met name in de energiesector, is belemmerd door de grote overheidssteun van de EU voor fossiele brandstoffen en kernenergie in de Gemeenschap; gelooft sterk in het principe van doorberekening van externe kosten in de prijs van energie uit de verschillende bronnen, en is van mening dat dit beginsel de basis zou moeten vormen voor de herziening van de Europese richtlijn inzake staatssteun, welke eind 2005 haar beslag moet krijgen; merkt ook op dat ecotaxen een belangrijk instrument zijn om de energieprijzen op een juist niveau te krijgen;

24.

is van mening dat om een vlot functioneren van de interne markt te garanderen het beste kan worden opgetreden op Gemeenschapsniveau en verzoekt de Commissie ambitieuze initiatieven te nemen ten aanzien van de doorberekening van milieukosten van energieverbruik, als blijkt dat de open coördinatiemethode tot onvoldoende resultaten leidt;

25.

is bezorgd over het feit dat reeds bestaande oplossingen op het gebied van milieutechnologie onvoldoende worden benut; is verheugd over initiatieven om de instrumenten voor de financiering van een efficiënt gebruik van energie en materiaal te versterken en wenst dat investeringssteun van de overheid in het algemeen afhankelijk wordt gemaakt van de keuze van milieuvriendelijke productiemethoden; dringt er voorts bij de Europese Investeringsbank (EIB) en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) op aan de financiering van projecten met milieuinnovatie en -technologie, met name door KMO's, op te voeren;

Tegemoetkomen aan de vraag naar milieutechnologie

26.

beklemtoont dat het van belang is om voldoende middelen aan het onderzoek te verstrekken en herinnert aan de overeenkomst van Barcelona 2002 om de uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling in de Europese Unie te verhogen teneinde in 2010 3% van het bruto binnenlands product te halen; verheugd zich over initiatieven die de financiering verhogen en inspanningen op dit gebied coördineren;

27.

benadrukt dat het zevende kaderprogramma voor onderzoek moet voorzien in financiering voor milieutechnologie; verzoekt de Commissie in de voorstellen voor het volgende kaderprogramma voor onderzoek in overleg met alle betrokkenen (producenten, milieuorganisaties, universiteiten, onderzoeksinstituten, consumenten) per economische sector een strategische onderzoeksagenda op te stellen;

28.

onderstreept de noodzaak om QSAR (Quantitative Structure Activity Relationship) modellen te bevorderen en ondersteunen, een techniek die het mogelijk maakt om bij bepaalde onderzoeken de dierproeven te vervangen;

29.

is van oordeel dat met het oog op de duurzame ontwikkeling een impuls moet worden gegeven aan onderzoek en innovatie op het gebied van technologieën die gespecialiseerd zijn op preventie en op het herstel van natuurlijke, culturele en historisch rijkdommen;

30.

verwelkomt de bevordering van technologieplatforms; benadrukt evenwel dat deze platforms, wat de participatie en de toegang tot informatie betreft, open moeten zijn onder gelijke voorwaarden voor alle belanghebbenden; benadrukt dat het welslagen van deze platforms afhankelijk is van de medewerking en medefinanciering van de industrie; merkt op dat technologieplatforms niet alleen in de bestaande, sterk geïndustrialiseerde sectoren nodig zijn maar ook elders; acht het bijzonder belangrijk dat interactie tussen deze platforms en nationale onderzoeks- en technologieprojecten bestaat;

31.

verzoekt de Commissie maatregelen te ondersteunen om specifiek op het gebied van technologie de kloof tussen onderzoeksactiviteiten, demonstratieprojecten en commercialisering te overbruggen, alsmede meer de nadruk te leggen op martktvormings- en verspreidingsprogramma's en op de vraag welke instrumenten moeten worden gebruikt om markten voor milieutechnologie te vormen;

32.

onderstreept het belang van de aanwending van milieuefficiënte ICT als middel om de milieubelasting te verminderen (dematerialisatie), en dringt er bij de lidstaten op aan om deze denkwijze te vergemakkelijken en te bevorderen;

33.

moedigt de diverse voorstellen voor de verspreiding van bestaande technologieën aan, zoals het opstellen van een EU-catalogus van bestaande repertoria of databanken over milieutechnologieën, technologieplatforms, enz.;

34.

betreurt dat de Commissie het Europese Octrooibureau niet bij deze initiatieven heeft betrokken en eist dat de resultaten van onderzoek op het gebied van milieutechnologie dat is gefinancierd met openbare middelen, verplicht openbaar worden gemaakt;

Een samenhangend beleid, zowel op intern als op extern niveau

35.

verzoekt de Commissie om interne en externe spillovereffecten van het beleid binnen de Europese Unie vanuit het oogpunt van duurzame ontwikkeling te beoordelen om ervoor te zorgen dat de doelstellingen van de Europese Unie niet worden ondergraven; wijst erop dat AEUM's en bestaande initiatieven bij elkaar moeten aansluiten en benadrukt het belang van de toepassing van reeds goedgekeurde instrumenten zoals het Cardiff-proces, door middel van deadlines zoals voorgesteld in het rapport-Kok;

36.

beklemtoont dat het van belang is om de structuurfondsen en het Cohesiefonds aan te wenden op een manier die strookt met de doelstelling van duurzame ontwikkeling en die in het bijzonder investeringen in milieutechnologieën stimuleert; moedigt het gebruik van deze fondsen aan voor de integratie van milieutechnologieën wanneer de kapitaalgoederenvoorraad aan het einde van zijn normale levensduur wordt vervangen;

37.

onderstreept het belang van de opneming van ecovernieuwingen in alle toekomstige communautaire financieringsinstrumenten en acht het onontbeerlijk dat de financiering van milieutechnologie het centrale element wordt van het in voorbereiding zijnde kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie;

38.

beklemtoont dat duurzame ontwikkeling mondiale oplossingen vergt en verwelkomt alle initiatieven om milieutechnologieën te verbreiden en te bevorderen in ontwikkelingslanden; is van mening dat de export van verouderde en vervuilende technologie naar derde landen moet worden voorkomen; beklemtoont dat de Europese Unie de leiding dient te nemen op het gebied van technologieoverdracht en dringt er bij de lidstaten op aan dat zij de publieke sector, de privé-sector en internationale financiële instellingen aanmoedigen om milieutechnologieën te verspreiden en te bevorderen en deze technologieën bij het verstrekken van leningen prioriteit te geven, en tegelijkertijd financiële steun voor verouderde en vervuilende technologie te weigeren; is verheugd over de onlangs aangenomen aanbeveling van de OESO over „Common Approaches on Environment and Officially Supported Export Credits” (een gemeenschappelijke aanpak van het milieu en officieel ondersteunde exportkredieten);

39.

moedigt de Commissie aan om milieuoverwegingen te introduceren in het internationale handelsoverleg en beklemtoont dat het belangrijk is om milieuaspecten te overwegen bij de toepassing van internationale handelsvoorschriften;

40.

merkt op dat schaarse hulpbronnen vaak de oorzaak van regionale conflicten in ontwikkelingsgebieden zijn; is van mening dat de transfer van milieutechnologie van de EU ook kan dienen als instrument ter voorkoming van conflicten;

41.

wijst op de noodzaak technologieën te bevorderen die gericht zijn op de preventie van natuurrampen of activiteiten die tot de vernietiging of aantasting van natuurlijke hulpbronnen kunnen leiden of die gevaren met zich meebrengen voor de bevolking;

*

* *

42.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de EIB en de EBWO, alsmede aan de regeringen en parlementen van de lidstaten.


(1)  Besluit nr. 1600/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2002 tot vaststelling van het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap (PB L 242 van 10.9.2002, blz. 1).

(2)  Besluit nr. 182/1999/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 december 1998 betreffende het vijfde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (1998-2002) (PB L 26 van 1.2.1999, blz. 1).

(3)  Besluit nr. 1513/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende het zesde kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van de totstandbrenging van de Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002-2006) (PB L 232 van 29.8.2002, blz. 1).

(4)  PB C 104 E van 30.4.2004, blz. 725.

(5)  PB L 283 van 31.10.2003, blz. 51. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2004/75/EG (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 100).

P6_TA(2005)0272

Uitbuiting van kinderen in ontwikkelingslanden

Resolutie van het Europees Parlement inzake de uitbuiting van kinderen in ontwikkelingslanden, met speciale aandacht voor kinderarbeid (2005/2004(INI))

Het Europees Parlement,

gelet op de artikelen 177, 178, 180 en 181 van het EG-Verdrag,

gezien gezien het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind (1) en met name de artikelen 28 en 32 daarvan,

gezien de facultatieve protocollen I en II van 2002 bij dat Verdrag over de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie, en over de deelname van kinderen aan gewapende conflicten,

gezien de overeenkomsten nr. 138 betreffende de toegestane minimumleeftijd voor tewerkstelling (1973) en nr. 182 betreffende het verbod van en onmiddellijke actie voor de eliminatie van de ergste vormen van kinderarbeid (1999) van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO),

gezien de ACS-EU-Partnerschapsovereenkomst ondertekend in Cotonou in Benin in juni 2000,

gezien de andere internationale instrumenten die tot doel hebben de bescherming van de rechten van het kind te verbeteren, zoals het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten van de VN (2), de Internationale Overeenkomst inzake economische, sociale en culturele rechten van de VN (3), het VN-Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing (4), het VN-Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen (5) en het Verdrag inzake het verbod van het gebruik, de aanleg van voorraden, de productie en de overdracht van anti-personeelsmijnen en inzake de vernietiging van deze wapens) (6),

gezien het Afrikaans Handvest inzake de Rechten en het Welzijn van het Kind, dat in juli 1999 in Naïrobi (Kenia) werd aangenomen,

gezien de millenniumontwikkelingsdoelstellingen, in het bijzonder doelstellingen 1 en 2, en de millenniumbijeenkomst op hoog niveau van de VN in september 2005 in New York,

onder verwijzing naar zijn eerdere resoluties en de resoluties van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU (7),

gezien het Internationaal Programma voor de Eliminatie van Kinderarbeid (IPEC) dat in 1992 door de IAO werd op gang gebracht en dat in 51 landen operationeel is,

gezien de verslagen en de andere activiteiten van de IAO en UNESCO inzake onderwijs (8),

gezien het Wereldonderwijsforum in Dakar (Senegal) in 2000 (de Top van Dakar), die het document „Education for all”„heeft aangenomen,”

gezien artikel 26 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, waarin onderwijs als een fundamenteel mensenrecht wordt gedefinieerd,

gezien de bijzondere zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over kinderen, die in mei 2002 in New York plaatsvond, en haar conclusies „Een wereld geschikt voor kinderen”,

gezien de EU-richtsnoeren over kinderen in gewapende conflicten (9),

gezien de Verklaring van Libreville over kinderhandel die in 2002 door 21 Afrikaanse landen werd aangenomen (10),

gezien de mededeling van de Commissie inzake de participatie van niet-overheidsactoren in het EGontwikkelingsbeleid (COM(2002)0598),

gezien de resolutie van de Raad over ’corporate social responsability’ (de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven) (11),

gezien de mededeling van de Commissie over de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven: bijdrage van het bedrijfsleven aan duurzame ontwikkeling (COM(2002)0347),

gezien de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen (12),

gezien het verslag van de Hoge Commissaris voor mensenrechten van de VN over de verantwoordelijkheden van transnationale ondernemingen en gerelateerde ondernemingen in verband met de mensenrechten (13),

gezien de Driepartijenverklaring betreffende de beginselen in verband met multinationale ondernemingen en het sociaal beleid, aangenomen door de IAO in november 1977,

gezien het vijfde beginsel van de Global Compact van de VN, te weten „Business should uphold the effective abolition of child labour”,

gezien het verslag van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU over vooruitgang op het gebied van basisonderwijs voor iedereen en gelijkheid van mannen en vrouwen in de ACS-landen in het kader van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling, dat in april 2005 in Bamako (Mali) werd goedgekeurd,

gelet op artikel 45 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie ontwikkelingssamenwerking en het standpunt van de Commissie internationale handel (A6-0185/2005),

A.

overwegende dat volgens UNICEF ’kinderarbeid’ betekent elke vorm van arbeid, verricht door kinderen jonger dan 18 jaar, die gevaarlijk is of de opvoeding van het kind hindert, of schadelijk is voor de gezondheid of de lichamelijke, geestelijke, intellectuele, zedelijke of sociale ontwikkeling van het kind,

B.

overwegende dat er in de wereld 352 miljoen jongens en meisjes aan het werk zijn, waarvan er 179 miljoen het slachtoffer zijn van wat de IAO als de ergste vormen van kinderarbeid definieert,

C.

overwegende dat de meerderheid van de kinderarbeiders in de landbouwsector werkt,

D.

overwegende dat 5 miljoen kinderen op werkplaatsen in Oost-Europa en in het Middellandse-Zeegebied worden uitgebuit, en met name (kennelijk) in EU-lidstaten, hetgeen totaal ontoelaatbaar zou zijn,

E.

overwegende dat het Verdrag over de rechten van het kind in 1989 door alle verdragsluitende landen is bekrachtigd behalve door twee landen, namelijk de Verenigde Staten en Somalië,

F.

overwegende dat armoede geen onoverkomelijke hinderpaal hoeft te zijn voor arme kinderen om te stoppen met werken en voltijds naar school te gaan wanneer passende maatregelen worden genomen: een eind maken aan kinderarbeid is geen voorwaarde voor het uitbannen van armoede,

G.

overwegende dat kinderarbeid de armoede bestendigt en ontwikkeling hindert doordat het de lonen drukt, volwassenen werkloos maakt en kinderen geen onderwijs krijgen,

H.

overwegende dat elk kind het recht heeft op registratie bij de geboorte en het rechtstreeks verband dat dit creëert met het schragen van de relevante mensenrechtennormen die kinderen beschermen tegen uitbuiting via werk,

I.

overwegende dat het zorgen voor onderwijs voor iedereen een van de meest efficiënte strategieën is voor het doorbreken van de armoedecirkel en een kernelement is in duurzame menselijke ontwikkeling en in de inspanningen voor het realiseren van de doelstellingen inzake menselijke ontwikkeling die (zoals internationaal afgesproken) tegen 2015 moeten zijn verwezenlijkt,

J.

overwegende dat de Commissie en de Raad op 10 november 2000 een gezamenlijke verklaring hebben uitgebracht over het universele basisonderwijs en de erkenning van onderwijs als een prioriteit voor ontwikkeling; verder overwegende dat het Europees Parlement de relatie tussen onderwijs en het elimineren van kinderarbeid in tal van resoluties heeft onderkend,

K.

overwegende dat 121 miljoen kinderen (van wie 65 miljoen meisjes) nooit naar school zijn gegaan ook al heeft elk kind een onaantastbaar recht op onderwijs,

L.

overwegende dat kinderarbeid veel kinderen verhindert om naar school te gaan, wat als een luxe wordt beschouwd aangezien hun inkomen een essentiële aanvulling vormt om het gezin te helpen overleven en overwegende dat 120 miljoen van het totale aantal werkende kinderen voltijds werken, met als gevolg dat hun opleiding hetzij ontoereikend is, hetzij volledig wegvalt; overwegende dat in bepaalde gevallen in landen zoals India en China het onderwijs van de kinderen onderbroken wordt omdat de ouders naar het buitenland gaan om er te gaan werken en het kind niet alleen kunnen laten om zijn school af te maken,

M.

overwegende dat het recht van kinderen op onderwijs niet ter discussie kan worden gesteld en onderwijs en beroepsopleiding, in het bijzonder voor meisjes en vrouwen, van essentieel belang zijn bij de armoedebestrijding en nadruk leggend op de politieke verbintenis van de Commissie om de middelen voor onderwijs en opleiding in het kader van de ontwikkelingssamenwerking op te trekken,

N.

overwegende dat de Raad zich duidelijk heeft geëngageerd voor de millenniumontwikkelingsdoelstellingen, welke de uitbanning van armoede, onderwijs voor iedereen en het realiseren van de gelijkheid van man en vrouw inhouden,

O.

overwegende dat fabrikanten van sportartikelen er zich in 1978 toe hebben verbonden om zich aan de Code of Working Practice van de FIFA te houden, die kinderarbeid verbiedt voor de vervaardiging van producten waarvoor zij licenties uitreikt,

P.

overwegende dat ondernemingen, waaronder multinationals, in ethisch opzicht een maatschappelijke verantwoordelijkheid dragen om kinderarbeid te helpen elimineren uit alle stadia van vervaardiging en productie,

Q.

overwegende dat acties tegen kinderarbeid binnen één enkele sector zelden efficiënt zijn,

R.

overwegende dat kwalitatief slecht en/of irrelevant onderwijs kinderen kan afstoten en hen kwetsbaar maakt voor uitbuiting,

1.

roept alle landen op om het VN-verdrag over de rechten van het kind en de facultatieve protocollen ervan zo snel mogelijk te bekrachtigen en af te dwingen;

2.

dringt erop aan bij de twee EU-lidstaten die de IAO-Verdragen nr. 138 en nr. 182 nog niet hebben bekrachtigd, deze alsnog te bekrachtigen en uit te voeren, aangezien elke andere houding in strijd zou zijn met het Handvest van de fundamentele rechten;

3.

beveelt de Commissie aan om van de implementatie van de fundamentele arbeidsnormen een vast onderdeel te maken van bilateraal overleg op alle niveaus zowel met landen waar schendingen plaatsvinden als met landen die daar middels investeringen en handel bij betrokken zijn;

4.

is van oordeel dat de ratificatie en de tenuitvoerlegging van de IAO-Verdragen nrs. 138 en 182 deel uitmaken van de voorwaarden die de Commissie en de Raad moeten opleggen aan landen die kandidaat zijn voor toetreding tot de Europese Unie;

5.

beklemtoont dat de strijd om kinderuitbuiting en kinderarbeid te elimineren een politieke prioriteit voor de EU moet zijn en roept de Commissie op een speciale begrotingslijn te creëren die specifiek voor de bescherming van kinderrechten is bedoeld, in het kader van het Europees initiatief voor democratie en mensenrechten;

6.

spoort de Commissie aan kinderrechten, met inbegrip van de afschaffing van (schrapping) kinderarbeid , volledig en op coherente wijze in haar acties op te nemen, vooral in de strategische documenten met landen en regio's en in nationale/regionale programma's, alsook in het proces van herziening van de Verklaring betreffende het ontwikkelingsbeleid, en haar aandacht op de essentiële rol van het onderwijs te richten;

7.

vraagt de Commissie ervoor te zorgen dat het handelsbeleid van de EU strookt met haar verbintenissen inzake de bescherming en bevordering van kinderrechten en grondig te onderzoeken of het mogelijk is een EU-systeem voor etikettering van in de EU ingevoerde goederen te introduceren ter verklaring dat zij zijn vervaardigd zonder gebruik van kinderarbeid in eender welk deel van de productie- en toeleveringsketen, en etiketten met de vermelding „zonder kinderarbeid gemaakt” op deze producten aan te brengen, terwijl erop wordt toegezien dat dit systeem in overeenstemming is met de internationale handelsvoorschriften van de Wereldhandelsorganisatie (WTO); vraagt dat de resultaten van dit onderzoek worden voorgelegd aan de Commissie internationale handel; vindt ondertussen dat producten uit ontwikkelingslanden moeten worden voorzien van een etiket met de vermelding „verantwoordelijk geteeld/vervaardigd zonder kinderarbeid”;

8.

beveelt de Commissie aan in alle bilaterale handelsovereenkomsten en strategische partnerschappen een clausule op te nemen over implementatie van fundamentele arbeidsnormen, waaronder het uitbannen van kinderarbeid, met een speciale verwijzing naar de eerbiediging van de minimumleeftijd voor toelating tot arbeid;

9.

spoort de Commissie aan ervoor te zorgen dat het probleem van kinderarbeid en de bescherming van kinderen tegen elke vorm van misbruik, uitbuiting of discriminatie cruciale onderwerpen worden binnen de comités en subgroepen inzake mensenrechten die in het kader van de handels- en samenwerkingsakkoorden zijn opgericht;

10.

roept de Raad en de Commissie op om officiële geboorteregistratie in het beleid voor ontwikkelingssamenwerking op te nemen als een fundamenteel recht en een instrument ter bescherming van de rechten van het kind;

11.

spoort de Commissie aan het onderwerp van de officiële geboorteregistratie aan te snijden in al haar toekomstige mededelingen in verband met het ontwikkelingsbeleid en richtlijnen voor te stellen om de verspreiding van deze praktijk te bevorderen;

12.

verwelkomt de oprichting, binnen de Commissie, van een groep commissarissen voor fundamentele rechten en de aanstelling van een persoonlijke vertegenwoordiger inzake mensenrechten en roept hen op om de bescherming en de bevordering van kinderrechten en de eliminatie van kinderarbeid tot een van hun topprioriteiten te maken;

13.

vraagt de Commissie een strategie te ontwikkelen voor de technische ondersteuning van de landen waar het ontbreken van een officiële registratie van kinderen een groot probleem is;

14.

roept de Commissie op om een jaarlijkse mededeling over kinderrechten op te stellen en aldus een samenhangend kader te bieden voor de bescherming van kinderrechten en de eliminatie van kinderarbeid;

15.

is verheugd over de voltooiing van het Strategisch partnerschap voor ontwikkelingssamenwerking met de IAO, in het kader waarvan de afschaffing van kinderarbeid, met name van heel jonge kinderen, als hoogste prioriteit voor gezamenlijke acties wordt beschouwd en verzoekt de Commissie zo spoedig mogelijk over te gaan tot implementatie en regelmatig verslag uit te brengen aan het Europees Parlement; doet een oproep tot de Commissie om regelmatig aan het Parlement verslag uit te brengen over de vooruitgang in de domeinen die door deze samenwerking worden bestreken; roept de Commissie op om gelijkaardige samenwerkingsverbanden in het leven te roepen met andere relevante organisaties, zoals UNICEF;

16.

doet een oproep aan de Raad en zijn voorzitterschap, als de stem van de EU, om de bevordering van kinderrechten en de eliminatie van kinderarbeid te bevorderen tijdens de millenniumbijeenkomst op hoog niveau in september 2005 in New York;

17.

doet een oproep aan de Commissie en de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU om tijdens de onderhandelingen over de herziening van ACS-EU-partnerschapsovereenkomst rekening te houden met het resultaat van de bijzondere zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over kinderen en roept alle lidstaten van die Overeenkomst en van de EU op om de verbintenissen die zij tijdens die zitting zijn aangegaan, na te komen;

18.

herinnert eraan dat de overeenkomst van Cotonou een specifieke bepaling bevat inzake handels- en arbeidsnormen die bevestigt dat de partijen zich verbinden tot het naleven van de fundamentele arbeidsnormen en met name de uitbanning van extreme vormen van kinderarbeid; vraagt de Commissie dat zij ervoor zorgt dat artikel 50 van de overeenkomst van Cotonou wordt uitgevoerd;

19.

is verheugd over de bepaling in de nieuwe SAP+ regeling die aanvullende preferenties biedt aan ontwikkelingslanden die sociale/IAO-normen ratificeren en implementeren en verzoekt de Commissie zorgvuldig toe te zien op de feitelijke implementatie ervan en jaarlijks verslag uit te brengen aan het Parlement;

20.

vraagt dat een positieve wisselwerking wordt bevorderd tussen de liberalisering van de internationale handel en de toepassing van de fundamentele arbeidsnormen; beveelt de Commissie aan voor de diverse componenten die verband houden met de invoering van maatregelen voor de liberalisering van de handel en de mogelijke resultaten van de GATS over de gelijke toegang tot sociale diensten en infrastructuur, een beoordeling van de effecten op korte en lange termijn uit te voeren;

21.

is van mening dat de bestrijding van kinderarbeid kan worden bespoedigd door evenwichtige sociaaleconomische ontwikkeling en vermindering van de armoede; beveelt aan dat de EU haar inspanningen om kinderarbeid te elimineren koppelt aan evenzo grote inspanningen om aan andere arbeidsnormen te voldoen en een menswaardig loon voor volwassen werknemers te garanderen;

Band tussen onderwijs, armoede en eliminatie van kinderarbeid

22.

herhaalt zijn standpunt dat er een zich wederzijds versterkende verhouding is tussen gebrek aan onderwijs en kinderarbeid en dat onderwijs een essentieel middel is voor het realiseren van doelstelling 2 van de millenniumontwikkelingsdoelstellingen tegen 2015;

23.

vraagt dat extra aandacht wordt besteed aan basisonderwijs voor meisjes, die meer hindernissen en obstakels ondervinden dan jongens (aangezien culturele factoren zoals vroeg huwen, discriminatie, hun sociale rol en rol in het gezin, enz. een rol spelen) om naar school te gaan, op de schoolbanken te blijven en hun studies af te ronden; verklaart bovendien dat meisjes die naar school zijn gegaan minder grote en meer gezonde gezinnen hebben en helpen de productiviteit te verhogen en armoede terug te dringen;

24.

roept de Commissie op om de positie van de EU, als de belangrijkste schenker van humanitaire hulp van internationale instellingen zoals de UNESCO, UNICEF, de Wereldbank en het IMF, te gebruiken om deze multilaterale donors aan te sporen druk uit te oefenen voor de uitstippeling van een beleid ter eliminatie van kinderarbeid en voor de opstelling en uitvoering van onderwijsmaatregelen en -programma's die alle werkende kinderen en andere kinderen die niet naar school gaan integreren in een officieel voltijds onderwijs zonder discriminatie op grond van geslacht, handicap, ras of etnische afstamming, godsdienst of cultuur, tot de minimumleeftijd voor arbeid overeenkomstig de IAO-overeenkomst nr. 138;

25.

dringt er bij de Commissie op aan dat zij druk uitoefent om te verzekeren dat de leeftijd waarop het verplicht onderwijs wordt afgerond en de minimumleeftijd voor arbeid in overeenstemming zijn met IAOovereenkomst nr. 138, waarin wordt bepaald dat de minimumleeftijd voor arbeid niet lager mag zijn dat de leeftijd waarop het verplicht onderwijs wordt afgerond en in elk geval niet lager mag zijn dan 15 jaar;

26.

steunt de zes volgende door UNICEF voorgestelde maatregelen om een einde te maken aan kinderarbeid:

onmiddellijke uitbanning van kinderarbeid voor gevaarlijk werk,

de organisatie van gratis en verplicht onderwijs tot 16 jaar,

uitbreiding van de wettelijke bescherming van kinderen,

geboorteregistratie van alle kinderen zodat hun leeftijd kan worden vastgesteld zonder mogelijkheid tot fraude,

de verzameling en adequate controle van gegevens, om precies te weten hoeveel kinderen arbeid verrichten,

de opstelling van gedragscodes;

27.

betreurt het feit dat er na de Top van Dakar geen grote vooruitgang is geboekt in de aanpak van de crisis in het onderwijs en stelt vast dat 113 miljoen kinderen van leerplichtige leeftijd, waarvan twee derden meisjes zijn, op dit ogenblik zelfs van elementair onderwijs verstoken blijven;

28.

meent dat geen enkel kind verstoken mag blijven van zijn fundamenteel recht op onderwijs omdat de ouders het niet kunnen betalen, en herhaalt zijn oproep aan alle regeringen om een duidelijk tijdschema vast te leggen voor een snelle afschaffing van direct en indirect schoolgeld voor basisonderwijs, en tegelijk de kwaliteit van het onderwijs hoog te houden of te verbeteren; dringt erop aan dat door alle passende middelen de toegang voor alle kinderen tot secundair, technisch en hoger onderwijs wordt gewaarborgd; onderstreept dat wanneer de kinderen en de gemeenschappen zelf bij de besluitvorming over scholen betrokken worden, het onderwijs beter kan worden afgestemd op de behoeften van de kinderen;

29.

vindt dat informatie over bestaande onderwijs- en opleidingsprogramma's een sleutel is voor de succesvolle uitvoering van deze programma's en roept de Commissie op er extra op toe te zien dat vrouwen en kinderen voldoende informatie krijgen, aangezien onderwijs hen kan helpen zich te beschermen tegen eender welke vorm van uitbuiting;

30.

roept de Commissie op om duidelijke doelstellingen te bepalen voor de bevordering van universeel basisonderwijs van de beste kwaliteit in de nationale indicatieve actieprogramma's, met bijzondere nadruk op toegang tot onderwijsprogramma's voor meisjes, kinderen in conflictgebieden en kinderen uit gemarginaliseerde en meer kwetsbare sociale groepen;

31.

beveelt aan dat de Commissie steun verleent aan bewustmakingsprogramma's en programma's voor overgangsonderwijs met bijzondere nadruk op de doeltreffendheid van strategieën om werkende kinderen in het officiële dagonderwijs te krijgen, zoals brugscholen en -klassen, die kinderen die nooit naar school zijn gegaan, helpen om zich in de schoolomgeving te integreren met de hulp van gespecialiseerd onderwijspersoneel;

32.

verzoekt de Europese Unie dat zij er bij de landen die al een wetgeving hebben die kinderarbeid verbiedt, op aandringt dat zij de kinderarbeid in hun land volledig elimineren en deze kinderen en ongeschoolde volwassenen terug naar de schoolbanken brengt binnen een gratieperiode van drie jaar;

33.

vraagt de Europese Unie dat zij meer begrotingssteun uittrekt voor een groter aantal scholen en leraren in regio's die dit nodig hebben;

34.

meent dat kinderarbeid het gevolg is van een onevenwichtige sociaal-economische ontwikkeling; beveelt aan dat de inspanningen om kinderarbeid te elimineren rekening houden met sociale omstandigheden en armoede in de ontwikkelingslanden en leiden tot het voorstellen van maatregelen die zijn bedoeld om het inkomen van de gezinnen te doen toenemen door bijvoorbeeld voor volwassen werknemers een minimumloon te garanderen aangezien kinderarbeid destructief is voor de lonen van volwassenen;

35.

meent dat de eliminatie van armoede de enige manier is om de noodzakelijke voorwaarden te scheppen voor de uitroeiing van kinderuitbuiting en beklemtoont het belang dat het microkredietsysteem kan hebben om het gezinsinkomen te verhogen;

36.

roept de Commissie op toezicht te houden op alle communautaire steun voor elementair onderwijs in welke mate deze bijdraagt tot de strijd tegen die vormen van kinderarbeid die de kinderen van de schoolbanken weghaalt, zonder dat dit evenwel een beperking legt op het zenden van humanitaire hulp, bestaande uit voedingsproducten en andere hulp voor de ontwikkeling van de infrastructuur van de regio's;

37.

onderstreept dat voltijds onderwijs voor iedereen een onderwijssysteem vergt dat strategieën omvat om alle kinderen die werken (of die om een andere reden niet naar school gaan) voltijds in de schoolbanken te krijgen; vraagt de Europese Unie ervoor te zorgen dat alle door de Gemeenschap gefinancierde onderwijsprogramma's voorzien in omvattende strategieën, zoals maatschappelijke motivering en inhaalcursussen voor oudere leerlingen;

38.

verwelkomt de activiteiten van het Internationaal Programma voor de Eliminatie van Kinderarbeid (IPEC) en steunt de prikkels die dit programma voorstelt om kinderen weer naar school te krijgen, zoals gratis maaltijden voor kinderen en andere hulp aan hun gezinnen;

39.

steunt de werkzaamheden van de IAO en haar samenwerking met de WTO, ook via een regelmatige dialoog en stelt voor deze uitwisseling verder te versterken;

Ergste vormen van kinderarbeid

40.

spreekt zijn bezorgdheid uit over de ernstige schendingen van kinderrechten, zoals deze in het VNVerdrag voor de rechten van het kind worden gedefinieerd, waaronder het recht op gezondheid, onderwijs en voeding en de bescherming tegen geweld, uitbuiting en mishandeling;

41.

vraagt de Commissie steun te verlenen aan programma's ter bestrijding van minder courante vormen van kinderarbeid, zoals huishoudelijk werk, en de verkoop van kinderen ter afbetaling van schulden van het gezin (schuldslavernij);

42.

verwelkomt het initiatief van de Commissie om een mededeling op te stellen inzake mensenhandel (2005);

43.

herhaalt zijn voorstel om een bijzondere EU-vertegenwoordiger aan te stellen voor kinderen die het slachtoffer zijn van een gewapend conflict, oorlog, ontheemding, droogte, honger, natuurrampen of aids, of kinderen die het slachtoffer zijn van mensenhandel, en ervoor te zorgen dat er aan dergelijke situaties voldoende aandacht wordt besteed;

44.

vraagt de steun van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) in de vorm van een verbod op kinderarbeid in de handel en stelt voor dat producten die zonder kinderarbeid zijn vervaardigd als zodanig worden aangemerkt en geëtiketteerd om de consument bewust te maken van verantwoorde praktijken;

45.

verzoekt de Commissie de Europese Unie en de ontwikkelingslanden te herinneren aan hun verplichtingen in het kader van de Conventie van Den Haag over internationale adoptie en er met name voor te zorgen dat alle landen die EU-hulp krijgen deze conventie hebben ondertekend en geratificeerd en deze landen te helpen om te voorkomen dat kinderen schade wordt toegebracht door ongepaste of ongewettigde procedures voor nationale of internationale adoptie;

Verantwoordelijkheid van bedrijven

46.

verwelkomt het initiatief van de Commissie voor het opstellen van een mededeling inzake de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven die voor april 2005 was gepland;

47.

beveelt de Commissie aan te onderzoeken of er adequate wettelijke waarborgen en regelingen op EUniveau gecreëerd moeten worden aan de hand waarvan EU-importeurs die goederen importeren waarvoor fundamentele IAO-conventies zijn geschonden, o.a. door gebruikmaking van kinderarbeid in de productieketen, vastgesteld en wettelijk vervolgd kunnen worden; vraagt dan ook aan de Commissie dat zij nagaat of er financiële stimulansen kunnen worden gecreëerd voor EU-importeurs die regelmatige en onafhankelijke controles uitvoeren op de vervaardiging van hun producten in alle derde landen die een deel vormen van de productieketen;

48.

roept de Commissie en de Raad op om initiatieven voor eerlijke handel te bevorderen, in het bijzonder in de nieuwe EU-lidstaten, en toezicht uit te oefenen op fabrikanten om ervoor te zorgen dat hun methodes beantwoorden aan de normen voor eerlijke handel;

49.

beveelt de Commissie aan na te gaan welke ondernemingen systematisch en voortdurend gebruik maken van kinderarbeid in een deel van de productie- en toeleveringsketen, en vraagt dat deze lijst ter beschikking wordt gesteld aan EU-importeurs;

50.

roept de lidstaten op om de consumenten beter bewust te maken van de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven en om initiatieven te steunen ter bevordering van producten, voornamelijk landbouwproducten en producten die door de sportartikelenindustrie zijn vervaardigd, zonder dat er kinderarbeid aan te pas is gekomen;

51.

verzoekt de plaatselijke regeringen samen te werken met internationale organisaties om toe te zien op de industrie en de landbouw ter voorkoming van kinderarbeid en samen te werken voor de bouw en het onderhoud van adequate faciliteiten voor voltijds onderwijs met gekwalificeerd onderwijspersoneel en gratis vervoer en gratis maaltijden, zodat alle kinderen naar school kunnen gaan;

52.

vraagt de Commissie en de lidstaten dat zij meewerken aan de ontwikkeling van de VN-normen inzake de verantwoordelijkheid van transnationale bedrijven en andere zakelijke ondernemingen met betrekking tot de mensenrechten, zodat deze een effectief algemeen instrument worden tegen kinderarbeid en mogelijke schendingen van mensenrechten door ondernemingen;

53.

verzoekt de Commissie met klem de naleving van fundamentele arbeidsnormen als voorwaarde op te nemen in haar inkoop- en aanbestedingsbeleid; verzoekt de Commissie daartoe een beleid te ontwikkelen dat het ook voor de kleine producenten in ontwikkelingslanden mogelijk maakt aan deze normen te voldoen;

54.

roept de Raad op om de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en de Global Compact van de VN te steunen;

55.

beveelt de Commissie aan om de reikwijdte van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen te verbreden van investeringen naar handel, het uitvoeringsinstrumentarium te versterken en met regeringen van ontwikkelingslanden afspraken te maken over de manier waarop ondernemingen kunnen bijdragen „aan de feitelijke afschaffing van kinderarbeid”;

56.

moedigt transnationale ondernemingen aan om in al hun activiteiten en toeleveringsketens maatschappelijk verantwoord te ondernemen in samenwerking met alle relevante betrokkenen en daarover verantwoording af te leggen;

57.

beveelt de Commissie aan dat zij, indien de regeringen van de ontwikkelingslanden de OESO-richtsnoeren niet naleven, in de klacht inzake de niet-naleving ook de namen openbaar maakt van de ondernemingen en de multinationals die bij de productie van bekende producten gebruik maken van kinderarbeid;

58.

spoort de regeringen van de landen waar internationale ondernemingen gevestigd zijn, aan toe te zien op de implementatie van de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en geregeld rapporten te publiceren over de bijdrage van deze ondernemingen aan de effectieve afschaffing van kinderarbeid en de implementatie van de fundamentele IAO-arbeidsnormen;

59.

verwelkomt de ondertekening van het Protocol voor het telen en verwerken van cacaobonen en de daarvan afgeleide producten door internationale producenten uit de cacaosector en de resultaten van de tenuitvoerlegging van het plan om het gebruik van kinderen bij de productie (het stikken) van voetballen in Pakistan te beperken, en steunt alle andere gelijkaardige inspanningen;

60.

steunt de ontwikkeling van initiatieven in de particuliere sector om kinderarbeid af te schaffen, met inbegrip van gedragscodes, en spoort aan tot meer samenwerking, transparantie en samenhang tussen deze initiatieven, die gebaseerd zouden moeten zijn op de fundamentele IAO-arbeidsnormen, en waarop onafhankelijk toezicht zou moeten worden uitgeoefend;

*

* *

61.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie, alsmede aan de regeringen van de lidstaten, de co-voorzitters van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU en UNICEF en andere relevante agentschappen van de VN.


(1)  Aangenomen in 1989 en in 1990 in werking getreden.

(2)  Aangenomen in december 1966 en in maart 1976 in werking getreden.

(3)  Aangenomen in december 1966 en in januari 1976 in werking getreden.

(4)  Aangenomen in december 1984 en in juni 1987 in werking getreden.

(5)  Aangenomen in 1979 en in september 1981 in werking getreden.

(6)  Aangenomen in september 1997 en in maart 1999 in werking getreden.

(7)  Met name de resoluties van het Europees Parlement van 3 juli 2003 inzake kinderhandel en kindsoldaten (PB C 74 E van 24.3.2004, blz. 854), van 15 mei 2003 over de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement inzake de rol van onderwijs en scholing in de armoedebestrijding in ontwikkelingslanden (PB C 67 E van 17.3.2004, blz. 285), van 6 september 2001 inzake basisonderwijs voor kinderen in de ontwikkelingslanden in verband met de bijzondere zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over kinderen (PB C 72 E van 21.3.2002, blz. 360), van 11 april 2002 over het standpunt van de EU tijdens de speciale vergadering over kinderen van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (PB C 127 E van 29.5.2003, blz. 691), van 13 juni 2002 over kinderarbeid bij de vervaardiging van sportartikelen (PB C 261 E van 30.10.2003, blz. 587) en de resolutie van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU over de rechten van kinderen en in het bijzonder kindsoldaten (PB C 26 van 29.1.2004, blz. 17).

(8)  Met name de IAO-verslagen „A future without child labour' (’Een toekomst zonder kinderarbeid’) (2002),”„Combating Child Labour through Education' (’Kinderarbeid via het onderwijs bestrijden’) (2003),”„Investing in every child' (’Investeren in elk kind’) (2004) en het UNESCO/OESO-rapport”„Financing Education-Investments and Returns” (2002) (’Onderwijsfinanciering — Investering en rendement’).

(9)  Aangenomen door de Raad op 10 december 2003 (doc. nr. 15634/03).

(10)  Aangenomen door de eerste Top van staats- en regeringsleiders van ACS-landen in Libreville, Gabon, op 7 november 1997.

(11)  Aangenomen door de Raad op 10 januari 2003 (doc. nr. 5049/03).

(12)  Jaarverslag over de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen: editie 2000.

(13)  VN-document nr. E/CN. 4/2005/91, 15 februari 2005.