25.2.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 48/6


ARREST VAN HET HOF

(Tweede kamer)

van 10 januari 2006

in zaak C-222/04 (verzoek van de Corte suprema di cassazione om een prejudiciële beslissing): Ministero dell'Economia e delle Finanze tegen Cassa di Risparmio di Firenze SpA, Fondazione Cassa di Risparmio di San Miniato, Cassa di Risparmio di San Miniato SpA (1)

(Staatssteun - Artikelen 87 EG en 88 EG - Banken - Bancaire stichtingen - Begrip onderneming - Vermindering van directe belasting over door bancaire stichtingen ontvangen dividenden - Kwalificatie als staatssteun - Verenigbaarheid met gemeenschappelijke markt - Beschikking 2003/146/EG van Commissie - Geldigheidstoetsing - Niet-ontvankelijkheid - Artikelen 12 EG, 43 EG en 56 EG - Discriminatieverbod - Vrijheid van vestiging - Vrij verkeer van kapitaal)

(2006/C 48/11)

Procestaal: Italiaans

In zaak C-222/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door de Corte suprema di cassazione (Italië) bij beslissing van 23 maart 2004, ingekomen bij het Hof op 28 mei 2004, in de procedure Ministero dell'Economia e delle Finanze tegen Cassa di Risparmio di Firenze SpA, Fondazione Cassa di Risparmio di San Miniato, Cassa di Risparmio di San Miniato SpA, heeft het Hof (Tweede kamer), samengesteld als volgt: C. W. A. Timmermans, kamerpresident, C. Gulmann (rapporteur), R. Schintgen, R. Silva de Lapuerta en G. Arestis, rechters; advocaat-generaal: F. G. Jacobs; griffier: M. Ferreira, hoofdadministrateur, op 10 januari 2006 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Een rechtspersoon als bedoeld in het hoofdgeding, kan na een onderzoek dat de nationale rechter met inachtneming van de toenmalige regeling dient te verrichten, als een „onderneming” in de zin van artikel 87, lid 1, EG worden aangemerkt, en was als zodanig destijds aan de gemeenschapsregels inzake steunmaatregelen onderworpen.

2)

Een vrijstelling van een inhouding op dividenden als bedoeld in het hoofdgeding, kan na een onderzoek dat door de nationale rechter dient te worden verricht, als staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, EG worden aangemerkt.


(1)  PB C 190 van 24.7.2004.