20.11.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 284/3


ARREST VAN HET HOF

(grote kamer)

van 14 september 2004

in zaak C-19/03 (verzoek van het Landgericht München I om een prejudiciële beslissing): Verbraucher-Zentrale Hamburg eV tegen O2 (Germany) GmbH & Co. OHG (1)

(Economisch en monetair beleid - Verordening (EG) nr. 1103/97 - Invoering van euro - Omrekening tussen nationale munteenheden en euro-eenheid - Afronding van te betalen of te boeken geldbedragen na omrekening - Overeenkomst in telecommunicatiesector - Begrip „te betalen of te boeken geldbedrag” - Tarifering per minuut van telefoongesprekken)

(2004/C 284/05)

Procestaal: Duits

In zaak C-19/03, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door het Landgericht München I (Duitsland), bij beschikking van 17 december 2002, ingeschreven bij het Hof op 20 januari 2003, in de procedure: Verbraucher-Zentrale Hamburg eV tegen O2 (Germany) GmbH & Co. OHG, heeft het Hof (grote kamer), samengesteld als volgt: V. Skouris, president, P. Jann, C. W. A. Timmermans, A. Rosas, C. Gulmann, J.-P. Puissochet (rapporteur) en J. N. Cunha Rodrigues, kamerpresidenten, R. Schintgen, F. Macken, N. Colneric en S. von Bahr, rechters, advocaat-generaal: M. Poiares Maduro, griffier: M. Múgica Arzamendi, hoofdadministrateur, op 14 september 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Een tarief zoals de in het hoofdgeding aan de orde zijnde prijs per minuut is geen te betalen of te boeken geldbedrag in de zin van artikel 5, eerste zin, van verordening (EG) nr. 1103/97 van de Raad van 17 juni 1997 over enkele bepalingen betreffende de invoering van de euro, en hoeft derhalve niet in alle gevallen op de dichtstbijzijnde cent te worden afgerond. Hieraan doet niet af dat dit tarief gebaseerd is op een bepaald veelvoud van de eenheid die dient voor de berekening van het eindbedrag van de factuur, of dat dit tarief voor de consument de bepalende factor is voor de prijs van goederen of diensten.

2)

Verordening nr. 1103/97 moet aldus worden uitgelegd, dat zij zich niet ertegen verzet dat andere dan te betalen of te boeken bedragen op de dichtstbijzijnde cent worden afgerond, op voorwaarde dat deze afronding het bij artikel 3 van deze verordening verzekerde beginsel van continuïteit van contracten en het door voornoemde verordening beoogde doel van neutraliteit van de overgang op de euro in acht neemt, dat wil zeggen dat de afronding de door de economische subjecten – met inbegrip van de consumenten – aangegane contractuele verbintenissen niet mag aantasten en geen reële invloed mag hebben op de daadwerkelijk te betalen prijs.


(1)  PB C 70 van 22.3.2003.