23.10.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 262/11


ARREST VAN HET HOF

(Zesde kamer)

van 9 september 2004

in zaak C-454/03: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Koninkrijk België (1)

(Niet-nakoming - Niet-omzetting van richtlijn 98/44/EG)

(2004/C 262/23)

Procestaal: Frans

In zaak C-454/03, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 28 oktober 2003, Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: K. Banks) tegen Koninkrijk België (gemachtigde: E. Dominkovits), heeft het Hof (Zesde kamer), samengesteld als volgt: J.-P. Puissochet, kamerpresident, F. Macken (rapporteur) en S. von Bahr, rechters; advocaat-generaal: F.G. Jacobs; griffier: R. Grass, op 9 september 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Door niet de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die nodig zijn om te voldoen aan richtlijn 98/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 1998 betreffende de rechtsbescherming van biotechnologische uitvindingen, is het Koninkrijk België de krachtens artikel 15 van deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet nagekomen.

2)

Het Koninkrijk België wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 289 van 29 november 2003.