11.9.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 228/7


ARREST VAN HET HOF

(Tweede kamer)

van 15 juli 2004

in zaak C-415/02: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Koninkrijk België (1)

(Niet-nakoming - Indirecte belastingen - Richtlijn 69/335/EEG - Bijeenbrengen van kapitaal - Taks op beursverrichtingen - Taks op aflevering van effecten aan toonder)

(2004/C 228/14)

Procestaal: Frans

In zaak C-415/02, Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: R. Lyal en C. Giolito) tegen Koninkrijk België (gemachtigde: A. Snoecx, bijgestaan door B. van de Walle de Ghelcke), betreffende een verzoek om vast te stellen dat het Koninkrijk België,

door de inschrijving, in België, op nieuwe effecten die zijn uitgegeven hetzij bij de oprichting van een vennootschap of een beleggingsfonds, hetzij na een kapitaalverhoging, hetzij bij de uitgifte van een lening, te onderwerpen aan de taks op de beursverrichtingen, en

door de materiële overhandiging van effecten aan toonder die Belgische of buitenlandse openbare fondsen betreffen, wanneer het gaat om nieuwe effecten die zijn uitgegeven hetzij bij de oprichting van een vennootschap of een beleggingsfonds, hetzij na een kapitaalverhoging, hetzij bij de uitgifte van een lening, te onderwerpen aan de taks op de aflevering van effecten aan toonder,

de krachtens artikel 11 van richtlijn 69/335/EEG van de Raad van 17 juli 1969 betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal (PB L 249, blz. 25), zoals gewijzigd bij richtlijn 85/303/EEG van de Raad van 10 juni 1985 (PB L 156, blz. 23), op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen, heeft het Hof (Tweede kamer), samengesteld als volgt: C. W. A. Timmermans, kamerpresident, C. Gulmann, R. Schintgen (rapporteur), F. Macken en N. Colneric, rechters; advocaat-generaal: A. Tizzano; griffier: M.-F. Contet, hoofdadministrateur, op 15 juli 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1.

Door de inschrijving, in België, op nieuwe effecten die zijn uitgegeven hetzij bij de oprichting van een vennootschap of een beleggingsfonds, hetzij na een kapitaalverhoging, hetzij bij de uitgifte van een lening, te onderwerpen aan de taks op de beursverrichtingen, en

door de materiële overhandiging van effecten aan toonder die Belgische of buitenlandse openbare fondsen betreffen, wanneer het gaat om nieuwe effecten die zijn uitgegeven hetzij bij de oprichting van een vennootschap of een beleggingsfonds, hetzij na een kapitaalverhoging, hetzij bij de uitgifte van een lening, te onderwerpen aan de taks op de aflevering van effecten aan toonder,

is het Koninkrijk België de krachtens artikel 11 van richtlijn 69/335/EEG van de Raad van 17 juli 1969 betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal, zoals gewijzigd bij richtlijn 85/303/EEG van de Raad van 10 juni 1985, op hem rustende verplichtingen niet nagekomen.

2.

Het Koninkrijk België wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 19 van 25.1.2003.