24.7.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 190/1


HOF VAN JUSTITIE

ARREST VAN HET HOF

(Tweede kamer)

van 10 juni 2004

in zaak C-454/01: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Bondsrepubliek Duitsland (1)

(Richtlijn 96/59/EG - Beheer van afvalstoffen - Verwijdering van polychloorbifenylen en polychloorterfenylen)

(2004/C 190/01)

Procestaal: Duits

In zaak C-454/01, Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: G. zur Hausen) tegen Bondsrepubliek Duitsland (gemachtigden: W.-D. Plessing en R. Stüwe), betreffende een verzoek om vast te stellen dat de Bondsrepubliek Duitsland, door niet binnen de gestelde termijnen het plan bedoeld in artikel 11, lid 1, eerste streepje, van richtlijn 96/59/EG van de Raad van 16 september 1996 betreffende de verwijdering van polychloorbifenylen en polychloorterfenylen (PCB's/PCT's) (PB L 243, blz. 31) op te stellen of aan de Commissie mee te delen, de krachtens het EG-Verdrag op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen, heeft het Hof (Tweede kamer), samengesteld als volgt: C. W. A. Timmermans (rapporteur), kamerpresident, C. Gulmann, R. Schintgen, F. Macken en N. Colneric, rechters, advocaat-generaal: C. Stix-Hackl, griffier: M.-F. Contet, hoofdadministrateur, op 10 juni 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Door niet binnen de gestelde termijnen het plan bedoeld in artikel 11, lid 1, eerste streepje, van richtlijn 96/59/EG van de Raad van 16 september 1996 betreffende de verwijdering van polychloorbifenylen en polychloorterfenylen (PCB's/PCT's), op te stellen, en aan de Commissie mee te delen, is de Bondsrepubliek Duitsland de krachtens deze richtlijn op haar rustende verplichtingen niet nagekomen.

2)

De Bondsrepubliek Duitsland wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 17 van 19.1.2002.