17.4.2004 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 94/18 |
Hogere voorziening, op 16 januari 2004 ingesteld door G. Krikorian, S. Krikorian-Tatoyan en Association Euro-Arménie tegen de beschikking van het Gerecht van eerste aanleg (Eerste kamer) van 17 december 2003 in zaak T-346/03, G. Krikorian e.a./Parlement, Raad en Commissie, en tegen de beschikking van de president van het Gerecht van eerste aanleg van 17 december 2003 in zaak T-346/03 R, G. Krikorian e.a./Parlement, Raad en Commissie
(Zaak C-18/04 P)
(2004/C 94/37)
Bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen is op 16 januari 2004 hogere voorziening ingesteld door G. Krikorian, S. Krikorian-Tatoyan en Association Euro-Arménie tegen de beschikking van het Gerecht van eerste aanleg (Eerste kamer) van 17 december 2003 in zaak T-346/03, G. Krikorian e.a./Parlement, Raad en Commissie, en tegen de beschikking van de president van het Gerecht van eerste aanleg van 17 december 2003 in zaak T-346/03 R, G. Krikorian e.a./Parlement, Raad en Commissie.
Rekwiranten concluderen dat het het Hof behage:
1) |
de beschikking van 17 december 2003, betekend bij op 6 januari 2004 ontvangen aangetekende brief, waarbij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen (Eerste kamer) in zaak T-346/03, G. Krikorian e.a./Parlement, Raad en Commissie, krachtens artikel 111 van het Reglement voor de procesvoering het door rekwiranten ingestelde beroep tot schadevergoeding heeft verworpen op grond dat het rechtens kennelijk ongegrond is, in haar geheel te vernietigen; |
2) |
de beschikking van 17 december 2003, betekend bij op 6 januari 2004 ontvangen aangetekende brief, waarbij de president van het Gerecht in zaak T-346/03 R, G. Krikorian e.a./Parlement, Raad en Commissie, heeft beslist dat het verzoek in kort geding derhalve zonder voorwerp was geraakt, in haar geheel te vernietigen; |
3) |
de vordering in eerste aanleg toe te wijzen en derhalve:
|
Subsidiair,
na vernietiging van de twee bestreden beschikkingen:
4) |
de zaak voor afdoening naar het Gerecht te verwijzen; |
5) |
voor recht te verklaren dat het Gerecht gebonden is met betrekking tot de rechtsvragen die het Hof heeft beantwoord, met name aangaande de dwingende rechtskracht die voor verweerders volgt uit de resolutie van het Europees Parlement van 18 juni 1987 die in hoofde van rekwiranten een gewettigd vertrouwen heeft gecreëerd dat de gemeenschapsinstellingen zich zouden gedragen overeenkomstig die resolutie; |
Hoe dan ook,
6) |
die gemeenschapsinstellingen hoofdelijk te verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
— |
Procedurele onregelmatigheden die de belangen van rekwiranten hebben aangetast:
|
— |
Schending van het gemeenschapsrecht: door de bestreden beschikking te geven, heeft het Gerecht het beginsel van bescherming van gewettigd vertrouwen, het rechtszekerheidsbeginsel en het beginsel van de verkregen rechten geschonden. |