3.4.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 84/852


(2004/C 84 E/0945)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0706/04

van Jaime Valdivielso de Cué (PPE-DE) aan de Commissie

(9 maart 2004)

Betreft:   Wijn

De Commissie heeft in februari verrassend genoeg een wijziging van de voorschriften inzake de etikettering van wijn goedgekeurd. Daardoor kunnen derde landen in onze streken wijnen op de markt brengen die voorzien zijn van traditionele Europese vermeldingen, zoals „crianza”, „reserva” of „gran reserva”, in tegenstelling tot wat de producerende landen willen.

De Commissie ijvert sinds jaren voor het behoud van onze traditionele benamingen, zowel via bilaterale onderhandelingen als via de Wereldhandelsorganisatie. Enkele derde landen hebben onlangs klacht ingediend bij de Wereldhandelsorganisatie tegen Verordening (EG) nr. 753/2002 (1) inzake de etikettering van wijn, omdat die het gebruik van de in de Gemeenschap gangbare traditionele vermeldingen in de praktijk niet toestaat.

Kan de Commissie verklaren waarom ze de uitspraak van de Wereldhandelsorganisatie niet heeft afgewacht alvorens enige wijziging van de wetgeving door te voeren, waardoor ze nu de mogelijkheid niet meer heeft om onze belangen bij genoemde internationale organisatie te verdedigen?

Welke criteria liggen aan deze wijziging van de traditionele houding terzake van de Europese Unie ten grondslag?

Hoeveel zullen de verliezen in deze sector volgens de Commissie bedragen?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(13 april 2004)

De Commissie heeft nieuwe voorschriften ingevoerd met betrekking tot de omschrijving, de aanduiding en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten om te voorkomen dat binnen de WTO een panel zou worden opgericht. Dit zou een ernstige bedreiging hebben gevormd voor het Europese beleid op het gebied van de etikettering van wijn.

Nadat de Wereldhandelsorganisatie in kennis was gesteld van Verordening (EG) nr. 753/2002 (2), hebben verschillende derde landen hun opmerkingen meegedeeld aan de WTO en blijk gegeven van enig voorbehoud. In Genève vond hierover tweemaal overleg plaats. Derde landen beschouwden de exclusieve bescherming van bepaalde traditionele benamingen (deel B), naast het recht inzake geografische aanduidingen, als een nieuw intellectueel eigendomsrecht dat door de Unie werd ingevoerd in het kader van de overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIPS). Een desbetreffend panel binnen de WTO had het EU-beleid inzake de bescherming van geografische aanduidingen op losse schroeven kunnen zetten en moest daarom worden vermeden.

In het licht van de opmerkingen van de derde landen heeft de Commissie besloten om in de desbetreffende verordening bepaalde wijzigingen aan te brengen. Deze wijzigingen hebben voornamelijk betrekking op de mogelijkheid voor derde landen om bepaalde traditionele benamingen te gebruiken met inachtneming van de in de lidstaten geldende voorschriften.

Voorts moest er rekening mee worden gehouden dat veel derde landen niet over een gecentraliseerde regelgeving voor de wijnbouw beschikken. Bijgevolg werden de Europese eisen op het gebied van de regelgeving gewijzigd en werd het principe van „reglementering” vervangen door „geldende regels”, die eveneens de door representatieve beroepsorganisaties vastgestelde regels omvatten. Ook werd een definitie van „representativiteit” opgenomen.

Bovendien moet worden onderstreept dat in Verordening (EG) nr. 1493/1999 (3) van de Raad, in tegenstelling tot bijlage III van Verordening (EG) nr. 753/2002, geen enkele keer wordt verwezen naar de twee categorieën van traditionele benamingen, maar alleen naar de mogelijkheid voor de Commissie om normen inzake traditionele benamingen vast te stellen in overeenstemming met de in de lidstaten geldende bepalingen.

De nieuwe voorwaarden voor het gebruik van traditionele benamingen van de Gemeenschap door derde landen zijn gelijkwaardig aan de voorwaarden die in de voorafgaande periode van kracht waren voor het gebruik van traditionele benamingen van bijlage III, deel A, bij Verordening (EG) nr. 316/2004 (4).

Tot deze voorwaarden behoren, overeenkomstig artikel 1, punt 10, van Verordening (EG) nr. 316/2004 houdende wijziging van artikel 37, lid 1, onder e), van Verordening nr. 753/2002:

a)

het derde land moet een met redenen omkleed verzoek indienen bij de Commissie en bewijzen overhandigen die de erkenning van de traditionele benaming wettigen;

b)

de taal van de traditionele benaming moet de officiële taal zijn van het derde land dat het verzoek en de aanduiding heeft geformuleerd, en moet gedurende een periode van minimaal tien jaar zijn gebruikt;

c)

als de taal van de traditionele benaming niet de officiële taal van het derde land is, moet het gebruik ervan in de wetgeving van het desbetreffende land zijn vastgelegd en moet de traditionele benaming in dit geval in deze taal ten minste de laatste 25 jaar onafgebroken zijn gebruikt;

d)

daarnaast moet aan andere criteria, zoals „specificiteit” en „onderscheidend karakter” van de aanduiding, alsook het uitsluiten van de mogelijkheid tot misleiding van de consument, waarin dezelfde verordening voorziet, worden voldaan.

In het specifieke geval van de traditionele Spaanse benamingen „Reserva”, „Gran Reserva” of „Crianza” als bedoeld in de schriftelijke vraag die aan de Commissie is gesteld, blijven de voorwaarden met betrekking tot het gebruik van deze aanduidingen door derde landen in de Gemeenschap ongewijzigd aangezien deze aanduiding al is vermeld in bijlage III, deel A, bij Verordening (EG) nr. 753/2002.


(1)  PB L 118 van 4.5.2002, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 753/2002 van de Commissie van 29 april 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad wat betreft de omschrijving, de aanduiding, de aanbiedingsvorm en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten, PB L 118 van 4.5.2002.

(3)  Verordening (EG) Nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, PB L 179 van 14.7.1999.

(4)  Verordening (EG) nr. 316/2004 van de Commissie van 20 februari 2004 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 753/2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad wat betreft de omschrijving, de aanduiding, de aanbiedingsvorm en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten, PB L 55 van 24.2.2004.