|
13.3.2004 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
CE 65/155 |
(2004/C 65 E/170)
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2443/03
van Geoffrey Van Orden (PPE-DE) aan de Commissie
(22 juli 2003)
Betreft: Op zee levende roofvogels
Sommige zeevogels zoals aalscholvers hebben verwoestende gevolgen voor in ondiepten in rivieren en riviermondingen in de EU levende blankschubbige vissen.
Ook wordt de voedselketen in negatieve zin beïnvloed waardoor tal van soorten vogels en grote vis schade ondervinden.
Zijn op zee levende roofvogels zoals aalscholvers op enigerlei wijze beschermd via de EU-wetgeving of hebben nationale overheden de bevoegdheid zo nodig tot ruiming over te gaan?
Antwoord van mevrouw Wallström namens de Commissie
(23 september 2003)
Het geachte parlementslid uit zijn bezorgdheid over de invloed die sommige soorten visetende zeevogels, zoals aalscholvers, hebben op bepaalde visbestanden in rivieren en riviermondingen van de Unie.
Wat de beschermingstatus van deze vogels betreft, wil de Commissie benadrukken dat zoals alle andere wilde vogelsoorten, de aalscholver onder de algemene beschermingsregeling van de vogelrichtlijn (1) valt. Overeenkomstig de in de vogelrichtlijn vastgestelde regeling (artikel 9) mogen de lidstaten afwijken van het verbod om met om het even welke methode opzettelijk vogels te doden of te vangen, opzettelijk hun nesten en eieren te vernielen of te beschadigen of hun nesten weg te nemen.
Toen de vogelrichtlijn in 1979 werd aangenomen, werd de continentale ondersoort van de aalscholver, Phalacrocorax carbo sinensis, als bedreigd beschouwd en bijgevolg opgenomen in bijlage I van de richtlijn hetgeen inhoudt dat speciale habitatbeschermingsmaatregelen dienen te worden getroffen, met name ter bescherming van de leefgebieden.
De populatie van deze soort is echter sterk toegenomen en de soort blijkt zich momenteel in een gunstige staat van instandhouding te bevinden. Naar aanleiding van deze ontwikkelingen heeft de Commissie, na raadpleging van de lidstaten, de aalscholver uit bijlage I van de richtlijn geschrapt.
De Commissie is zich bewust van het bestaan van belangenconflicten tussen vissers en aalscholvers in bepaalde regio's van de Unie, en zij is met de lidstaten overeengekomen dat de voorschiften tot afwijking van de vogelrichtlijn ten volle kunnen worden toegepast om door aalscholvers veroorzaakte ernstige schade te voorkomen, voorzover dit gerechtvaardigd is en geen enkele andere afdoende oplossing kan worden gevonden.
Sinds de aalscholver in 1997 uit bijlage I van de vogelrichtlijn werd geschrapt, is de Commissie de situatie op de voet blijven volgen en heeft zij daarvoor overleg gepleegd met de voor de uitvoering van de vogelrichtlijn bevoegde autoriteiten in de lidstaten. De laatste besprekingen tijdens de bijeenkomst van het Orniscomité op 26 juni 2003 hebben uitgewezen dat de populaties in Europa thans betrekkelijk stabiel lijken te zijn: er bestaat geen eensgezindheid over de behoefte aan internationale samenwerking voor het beheer van de populaties van deze soort.
Ten slotte wordt momenteel in verschillende lidstaten en op Europees niveau onderzoek verricht naar de ontwikkeling van betere methodes om het probleem van de door aalscholvers veroorzaakte visserij schade aan te pakken (zoals bijvoorbeeld het project „Reducing the conflict between cormorants and fisheries on a Pan-European scale: Redcafe”, dat in het raam van het vijfde kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling wordt gefinancierd).
(1) Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand, PB L 103 van 25.4.1979.