92002E1813

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1813/02 van Chris Davies (ELDR) aan de Commissie. Overeenkomst over de internationale handel in bedreigde soorten wilde fauna en flora (CITES).

Publicatieblad Nr. 052 E van 06/03/2003 blz. 0103 - 0104


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1813/02

van Chris Davies (ELDR) aan de Commissie

(25 juni 2002)

Betreft: Overeenkomst over de internationale handel in bedreigde soorten wilde fauna en flora (CITES)

Is de Europese Commissie van plan om bij de volgende gelegenheid de nodige druk uit te oefenen om de reuzenhaai te laten opnemen als bedreigde soort die prioriteit moet krijgen op grond van de CITES-overeenkomst?

Zo ja, hoe groot acht ze de kans van slagen?

Zijn er stappen die genomen kunnen worden door het Europees Parlement, de parlementen van de lidstaten of afzonderlijke Europese parlementsleden om de kans van slagen te verbeteren?

Antwoord van mevrouw Wallström namens de Commissie

(25 juli 2002)

Aangezien de Gemeenschap nog geen partij is bij de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde dier- en plantensoorten (CITES), beschikt de Commissie niet over de bevoegdheid om zelf voorstellen in te dienen.

De geldende procedure is dat een lidstaat een voorstel doet dat, alvorens bij het CITES-secretariaat te worden ingediend, door alle overige lidstaten moet worden goedgekeurd. Vervolgens wordt het voorstel door de lidstaat in kwestie bij het secretariaat ingediend namens de lidstaten van de Europese Gemeenschap.

In het geval van de reuzenhaai heeft het Verenigd Koninkrijk in overeenstemming met het CITES-beheerscomité van de Gemeenschap een herzien voorstel voor de volgende Conferentie van CITES-Partijen (3-15 november 2002 in Santiago, Chili) ingediend dat ertoe strekt deze soort op de lijst van aanhangsel II van CITES te plaatsen. Dit is gebeurd in mei 2002. De Commissie steunt dit voorstel ten volle, en wel uit het oogpunt van zowel milieu- als visserijbelangen.

De laatste keer dat werd voorgesteld de reuzenhaai toe te voegen aan bovengenoemde lijst werd als voornaamste bezwaar geopperd dat deze kwestie meer tot de bevoegdheden behoort van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO). Het voorstel werd toen met een gering stemmenverschil afgewezen.

Sinds deze laatste Conferentie van Partijen zijn er twee elementen veranderd:

- de FAO heeft ondertussen overeenstemming bereikt over een interpretatie van de CITES-selectiecriteria voor commerciële vissoorten en het namens de lidstaten van de Gemeenschap ingediende voorstel maakt duidelijk dat de reuzenhaai aan deze criteria voldoet;

- als Partij bij CITES heeft het Verenigd Koninkrijk ook de FAO en de relevante regionale visserijorganisaties geraadpleegd; het heeft daarbij weinig negatieve reacties ontvangen.

Lobbywerk, bij de landen die op de vorige conferentie hebben tegengestemd, door alle partijen die zich willen inzetten voor de bescherming van de reuzenhaai kan nuttig zijn.