91997E4024

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 4024/97 van Alexandros ALAVANOS aan de Commissie. Maatregelen ten behoeve van gehandicapten

Publicatieblad Nr. C 196 van 22/06/1998 blz. 0062


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4024/97 van Alexandros Alavanos (GUE/NGL) aan de Commissie (14 januari 1998)

Betreft: Maatregelen ten behoeve van gehandicapten

Volgens een onderzoek van de afdeling bouwkunde van de Technische Hogeschool van Athene is meer dan de helft van de openbare gebouwen in Griekenland, 91% van de instellingen voor tertiair onderwijs, 67% van de musea en 63% van de theaters ontoegankelijk voor personen die in hun mobiliteit gehandicapt zijn. Volgens hetzelfde onderzoek worden deze personen wegens de heersende omstandigheden ook uit bussen, trolleybussen en de ondergrondse geweerd. Bovendien is de toegang tot telecommunicatie voor dove personen onmogelijk en zijn er geen terminals die geschikt zijn voor personen met gezichtsproblemen.

Kan de Commissie meedelen:

1. welke maatregelen zij denkt te treffen opdat er vanaf de ontwerpfase van een gebouw of product (zoals bussen, liften) rekening wordt gehouden met toegankelijkheid voor gehandicapten;

2. welke acties zij kan financieren waardoor bewerkstelligd wordt dat gehandicapten zich vrij in het bebouwde en natuurlijke milieu kunnen bewegen en gelijkwaardig toegang tot informatievoorziening en telecommunicatie hebben?

Antwoord van de heer Flynn namens de Commissie (9 maart 1998)

De Commissie is ervan op de hoogte dat veel vervoerssystemen en overheidsgebouwen nog steeds ontoegankelijk zijn. Vervoer speelt een cruciale rol in het dagelijks leven van de mensen. Het verschaft een vitale levenslijn die de mensen in staat stelt te integreren in alle aspecten van het economisch en sociale leven. Sterker nog, de ontzegging van daadwerkelijke toegang tot vervoer is de ontzegging van een gelijke kans op werk. Ontoegankelijk vervoer heeft daarom rechtstreeks invloed op - en vermindert willekeurig - zowel de inzetbaarheid als de gelijke kansen van werkenden met een handicap, zoals verstaan in de op de Europese Top van Luxemburg goedgekeurde richtsnoeren.

Opgemerkt zij dat de eerste verantwoordelijkheid voor beleid en actie op dit gebied bij de lidstaten berust.

Wat de toegankelijkheid van vervoer betreft, heeft de Commissie in 1993 een actieprogramma goedgekeurd, waarin maatregelen werden beschreven die noodzakelijk zijn om te komen tot een betere toegankelijkheid van alle vervoermiddelen ((COM(93) 433 def. )). Daarnaast bevordert de Commissie het concept van ontwerpen voor iedereen en past dit toe bij het ontwerpen van haar eigen gebouwen.

Een voorstel voor een richtlijn inzake minimumeisen voor de verbetering van de mobiliteit en veilig vervoer naar het werk van werkenden met verminderde mobiliteit ((COM(91) 539 def. )), dat in 1991 door de Commissie werd ingediend, is nog steeds bij de Raad in behandeling.

De COST-actie 322 betreffende bussen met verlaagde vloeren werd in 1996 afgesloten en verschafte informatie en advies inzake bussystemen met verlaagde vloeren en is met succes operatief in alle landen die aan dat project hebben deelgenomen (Duitsland, Spanje, Frankrijk, Nederland, Finland, Zweden, Verenigd Koninkrijk, Hongarije en Zwitserland). De COST-actie 335, getiteld "Passagierstoegankelijkheid van zware railsystemen¨ maakt vorderingen. Deze zal leiden tot communautaire normen voor toegankelijke treinen en stations en tot richtsnoeren voor het verschaffen van informatie aan gehandicapte en oudere passagiers.

De Commissie heeft de laatste hand gelegd aan een voorstel voor een richtlijn inzake normen voor bussen en constructie ((PB C 17, 20.1.1998. )). Dit bevat bepalingen voor een betere toegankelijkheid voor mensen met een verminderde mobiliteit. Dit voorstel wordt door het Parlement en de Raad bestudeerd.

Wat informatietechnologieën en telecommunicatie betreft, wordt met de behoeften van gehandicapten rekening gehouden in een aantal richtlijnen, zoals het voorstel voor een richtlijn van het Parlement en de Raad inzake aangesloten telecommunicatie-apparatuur en de wederzijdse erkenning van de conformiteit van apparatuur ((COM(97) 257 def. )), dat momenteel in behandeling is.

Ter ondersteuning van deze activiteit en als voorbereiding van het vijfde kaderprogramma vinden in de overgangsperiode verscheidene acties plaats. Ten eerste is een aanbesteding van een studie inzake "Beoordeling van de ontwerpen-voor-iedereen-aanpak ten behoeve van de integratie van gehandicapten en ouderen in de informatiemaatschappij¨ uitgeschreven. Voorts zijn veel onderzoekprojecten en studies uitgevoerd uit hoofde van de Tide-, Telematica- en COST-programma's, waarvan de resultaten zijn verspreid en die een grote bewustwording tot gevolg hebben gehad.

De Commissie heeft voorgesteld het ontwerpen-voor-iedereen op te nemen in het ontwerp-normalisatiemandaat dat is gericht tot alle normalisatie-organisaties op het gebied van informatie- en telecommunicatietechnologieën die zich bezighouden met consumentenbehoeften in de informatiemaatschappij. Toepassingen en diensten voor de internationale standaard (IS) moeten daarom voor iedereen worden ontworpen en gelijke toegang bieden aan alle consumenten met of zonder speciale behoeften.