91997E2662

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2662/97 van Patricia McKENNA aan de Commissie. In Rwanda van oorlogsmisdaden beschuldigde kinderen en teenagers

Publicatieblad Nr. C 158 van 25/05/1998 blz. 0011


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2662/97 van Patricia McKenna (V) aan de Commissie (1 september 1997)

Betreft: In Rwanda van oorlogsmisdaden beschuldigde kinderen en teenagers

Volgens ramingen van UNICEF, het Kinderfonds van de Verenigde Naties, zijn 2.300 van de 100.000 personen die in Rwanda gevangen zitten in afwachting van een proces wegens vermeende oorlogsmisdaden, kinderen en teenagers. Ongeveer 200 van deze kinderen waren ten tijde van de volkerenmoord in 1994 waarschijnlijk jonger dan 14 jaar. De omstandigheden waaronder zij gevangen zitten zijn in veler ogen ontoelaatbaar.

Aangezien de Rwandese rechtbanken en het justitieel apparaat overbelast zijn, heeft UNICEF er met nadruk op gewezen dat de internationale gemeenschap aan Rwanda advocaten ter beschikking dient te stellen om deze zaken waarbij kinderen en teenagers betrokken zijn te kunnen afhandelen.

Heeft de Commissie voorstellen om advocaten die werken met kinderen en teenagers in Rwanda financieel te steunen?

Antwoord van de heer Pinheiro namens de Commissie (30 oktober 1997)

De Commissie is ervan op de hoogte dat veel mensen nog steeds hun proces afwachten in gevangenissen. Volgens de meest recente ramingen gaat het om een totaalcijfer van bijna 130.000 personen, waaronder enkele kinderen en teenagers.

De Commissie heeft de situatie van de kinderen die zich onder de gevangenen bevinden en verdacht worden van volkerenmoord opnieuw onder de aandacht gebracht van de Rwandese autoriteiten door middel van een demarche van de Trojka op 4 september 1997 over de omstandigheden in gevangenissen.

Omdat de Commissie zich zorgen maakt over de omstandigheden in de gevangenissen en omdat zij wenst dat de volkerenmoordprocessen snel en in een correct wettelijk kader verlopen, biedt zij ten aanzien van de volkerenmoordprocessen hulp aan de regering door de financiering van twee projecten in het kader van de begrotingslijn Democratie en mensenrechten. Een volgend project is in voorbereiding.

Ter uitvoering van het eerste project, Steunprogramma voor het Rwandese Ministerie van Justitie, is bijna 1,4 miljoen ecu toegekend voor de opleiding en uitbetaling van het salaris van 600 extra personeelsleden voor de rechtbanken gedurende 18 maanden, met de bedoeling het justitieel apparaat bij te staan.

Het tweede project dient ter ondersteuning van de inspanningen van Avocats sans frontières teneinde de beklaagden en de burgerlijke partijen rechtsbijstand te verlenen bij de volkerenmoordprocessen. Deze steun, die meer dan 1,2 miljoen ecu bedraagt, zal worden voortgezet.

Een project met Penal Reform International wordt voorbereid (1,25 miljoen ecu) om bij te dragen tot verbetering van het management van de gevangenisadministratie en productieve activiteiten binnen de gevangenissen op touw te zetten.

Verder beoogt het tweede renovatieprogramma van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) de financiering van de renovatie van het Hooggerechtshof en de kantoren van de openbare aanklager. Bijkomende steun zal worden verleend voor de renovatie van de 143 districtsrechtbanken. De EOF-steun voor het tweede renovatieprogramma ten gunste van het justitieel apparaat bedraagt in totaal 4,9 miljoen ecu.

Met de bovenvermelde programma's draagt de Commissie bij tot de verbetering van zowel de omstandigheden in de gevangenissen als de verdediging bij de processen, wat in het belang is van alle gevangenen, ook de minderjarigen.