SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1928/97 van Salvador Garriga Polledo (PPE) aan de Raad (5 juni 1997)

Betreft: Uitbreiding van de Europese Unie

Is het in overeenstemming met het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) tussen de vijftien lidstaten om de uitbreiding van de Europese Unie te stellen boven het bereiken van de economische en sociale samenhang in de EU?

Antwoord (17 oktober 1997)

De Europese Raad van Kopenhagen van juni 1996 heeft erkenning verleend aan het streven van de landen van Midden- en Oost Europa om lid te worden van de Europese Unie. In dat verband werd geen enkele rangorde vastgesteld tussen de doelstelling van de uitbreiding en die van de economische en sociale samenhang in de Europese Unie.

De Europese Raad van Amsterdam van 16 en 17 juni jongstleden heeft opgemerkt dat de afsluiting van de Intergouvernementele Conferentie de weg opent voor de start van het uitbreidingsproces conform de conclusies van de Europese Raad van Madrid.

De Commissie heeft op 16 juli haar adviezen over de verzoeken tot toetreding gepresenteerd, alsmede een gedetailleerde mededeling "Agenda 2000¨ betreffende de ontwikkeling van de Gemeenschap; die mededeling bevat de belangrijkste conclusies en aanbevelingen uit de adviezen.

De Raad Algemene Zaken zal de adviezen van de Commissie en de "Agenda 2000¨ gronding bespreken en daarover gedetailleerd verslag uitbrengen aan de Europese Raad, die in december van dit jaar in Luxemburg zal bijeenkomen en de nodige betreffende het gehele uitbreidingsproces zal nemen.