19.9.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 359/37


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 15 juni 2022 — Confédération paysanne / Ministère de l’Agriculture et de la Souveraineté alimentaire, Ministère de l’Économie, des Finances et de la Souveraineté industrielle et numérique

(Zaak C-399/22)

(2022/C 359/42)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Conseil d’État

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Confédération paysanne

Verwerende partij: Ministère de l’Agriculture et de la Souveraineté alimentaire, Ministère de l’Économie, des Finances et de la Souveraineté industrielle et numérique

Prejudiciële vragen

1)

Moeten de bepalingen van verordeningen nrs. 1169/2011 (1), 1308/2013 (2), 543/2011 (3) en 952/2013 (4) aldus worden uitgelegd dat zij een lidstaat toestaan om een nationale maatregel vast te stellen waarbij een verbod wordt ingesteld op de invoer, uit een bepaald land, van fruit en groenten die niet voldoen aan artikel 26 van verordening nr. 1169/2011 of artikel 76 van verordening nr. 1308/2013 wegens niet-vermelding van het land of gebied waaruit het fruit en de groenten werkelijk van oorsprong zijn, met name wanneer er sprake is van grootschalige schending die moeilijk kan worden gecontroleerd zodra de producten het grondgebied van de Unie zijn binnengekomen?

2)

Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, moet de bij besluit van de Raad van 28 januari 2019 goedgekeurde overeenkomst in de vorm van een briefwisseling over de wijziging van de Protocollen nrs. 1 en 4 van de Euromediterrane overeenkomst van 26 februari 1996 waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Unie en haar lidstaten enerzijds en het Koninkrijk Marokko anderzijds, aldus worden uitgelegd dat fruit en groenten die op het grondgebied van de Westelijke Sahara zijn geoogst, voor de toepassing van de artikelen 9 en 26 van verordening (EU) nr. 1669/2011 en van artikel 76 van verordening (EU) nr. 1308/2011, van oorsprong zijn uit Marokko en dat de Marokkaanse autoriteiten bevoegd zijn om voor de op dat grondgebied geoogste groenten en fruit de in verordening nr. 543/2011 bedoelde normcontrolecertificaten af te geven?

3)

Indien de tweede vraag bevestigend wordt beantwoord, is het besluit van de Raad van 28 januari 2019 tot goedkeuring van die overeenkomst in de vorm van een briefwisseling verenigbaar met artikel 3, lid 5, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, artikel 21 van dit verdrag en het gewoonterechtelijk zelfbeschikkingsbeginsel, dat met name in artikel 1 van het Handvest van de Verenigde Naties in herinnering wordt geroepen?

4)

Moeten de artikelen 9 en 26 van verordening (EU) nr. 1669/2011 en artikel 76 van verordening (EU) nr. 1308/2011 aldus worden uitgelegd dat de verpakking van groenten en fruit die op het grondgebied van de Westelijke Sahara zijn geoogst, zowel in het stadium van de invoer als in het stadium van de verkoop aan de consument, niet Marokko als land van oorsprong mag vermelden, maar het grondgebied van de Westelijke Sahara moet vermelden?


(1)  Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten, tot wijziging van verordeningen (EG) nr. 1924/2006 en (EG) nr. 1925/2006 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijn 87/250/EEG van de Commissie, richtlijn 90/496/EEG van de Raad, richtlijn 1999/10/EG van de Commissie, richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad, richtlijnen 2002/67/EG en 2008/5/EG van de Commissie, en verordening (EG) nr. 608/2004 van de Commissie (PB 2011, L 304, blz. 18, met rectificatie in PB 2013, L 163, blz. 32).

(2)  Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (PB 2013, L 347, blz. 671).

(3)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (PB 2011, L 157, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB 2013, L 269, blz. 1, met rectificatie in PB 2013, L 287, blz. 90).