5.9.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 340/15


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landgericht Köln (Duitsland) op 11 mei 2022 — Gesamtverband Autoteile-Handel e.V. / Scania CV AB

(Zaak C-319/22)

(2022/C 340/19)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Landgericht Köln

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Gesamtverband Autoteile-Handel e.V.

Verwerende partij: Scania CV AB

Prejudiciële vragen

I.

Heeft het in artikel 61, lid 1, tweede zin, van verordening (EU) 2018/858 (1) geformuleerde vereiste dat

“informatie […] op gemakkelijk toegankelijk[e] wijze [wordt gepresenteerd] in de vorm van machineleesbare en elektronisch verwerkbare gegevensbestanden”,

ook betrekking op de reparatie- en onderhoudsinformatie van een voertuig in de zin van artikel 3, punt 48, van deze verordening, of is dat vereiste beperkt tot zogenoemde informatie over reserveonderdelen [“voertuigonderdelen […] die kunnen worden vervangen door reserveonderdelen”] als bedoeld in punt 6.1 van bijlage X bij die verordening?

II.

Moeten artikel 61, lid 1, tweede zin, van verordening (EU) 2018/858, waarin is bepaald dat informatie

“op gemakkelijk toegankelijk[e] wijze in de vorm van machineleesbare en elektronisch verwerkbare gegevensbestanden”

moet worden gepresenteerd, en artikel 61, lid 2, tweede alinea, waarin is bepaald dat aan andere onafhankelijke marktdeelnemers dan reparateurs

“[…] de informatie ook [wordt] verstrekt in een machineleesbaar formaat dat elektronisch kan worden verwerkt met behulp van algemeen beschikbare IT-instrumenten en software, zodat onafhankelijke marktdeelnemers de taak kunnen uitvoeren die verband houdt met hun activiteiten in de aftermarkettoeleveringsketen,”

aldus worden uitgelegd dat de voertuigfabrikant zijn overeenkomstige verplichtingen alleen nakomt indien hij

1.

de informatie via het internet toegankelijk maakt door middel van een machinaal gestuurde raadpleging via een database-interface, waarbij de resultaten kunnen worden gedownload, of volstaat het dat hij op een website enkel voorziet in de mogelijkheid van een handmatige opzoeking door een menselijke gebruiker op een beeldscherm en dat het resultaat van de raadpleging beperkt is tot de zichtbare inhoud van de pagina’s op het beeldscherm,

en

2.

ervoor zorgt dat de informatie die in de databank is gekoppeld aan zijn voertuigidentificatienummers (VIN), kan worden opgezocht aan de hand van die voertuigidentificatienummers, die hij in een afzonderlijke lijst beschikbaar stelt, en los daarvan ook kan worden opgezocht

aan de hand van andere criteria ter identificatie van voertuigen, als bedoeld in punt 6.1, derde alinea, van bijlage X bij verordening [(EU) 2018/858]

en aan de hand van overige door hem gebruikte begrippen voor categorieën (zoals bijvoorbeeld categorieën van componenten, reserveonderdelen, reparatie- en onderhoudsinstructies en technische illustraties) en andere vermeldingen in de databanken in willekeurige combinaties,

of is het voldoende dat de fabrikant enkel voorziet in de mogelijkheid van een gerichte opzoeking aan de hand van het voertuigidentificatienummer van een specifiek voertuig, zonder dat hij een bijgewerkte lijst van alle voertuigidentificatienummers van zijn voertuigen ter beschikking stelt?

en

3.

deze gegevensbestanden ter beschikking stelt in bestanden waarvan het formaat van die aard is dat de daarin vervatte gegevensbestanden onmiddellijk elektronisch (verder) kunnen worden verwerkt, met vermelding van de overeenkomstige beschrijving van de gegevensbestanden (in geval van teksten en tabellen), of is het hiervoor voldoende dat hij louter een beeldschermafdruk in een willekeurig gebruikelijk bestandsformaat, zoals een pdf-bestand, ter beschikking stelt?

III.

Houdt artikel 61, lid 1, van verordening (EU) 2018/858 een wettelijke verplichting in de zin van artikel 6, lid 1, onder c), van de algemene verordening gegevensbescherming voor voertuigfabrikanten in, die de openbaarmaking van voertuigidentificatienummers of informatie in verband met voertuigidentificatienummers aan onafhankelijke marktdeelnemers als andere verwerkingsverantwoordelijken in de zin van artikel 4, punt 7, van de algemene verordening gegevensbescherming rechtvaardigt?


(1)  Verordening (EU) 2018/858 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd, tot wijziging van verordeningen (EG) nr. 715/2007 en (EG) nr. 595/2009 en tot intrekking van richtlijn 2007/46/EG (PB 2018, L 151, blz. 1).