ARREST VAN HET HOF (Zevende kamer)
5 oktober 2023 ( *1 )
„Prejudiciële verwijzing – Bescherming van de consument – Richtlijn 2011/83/EU – Consumentenrechten – Abonnement van een consument op een leerplatform – Automatische verlenging van de overeenkomst – Herroepingsrecht”
In zaak C‑565/22,
betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 267 VWEU, ingediend door het Oberste Gerichtshof (hoogste federale rechter in civiele en strafzaken, Oostenrijk) bij beslissing van 20 juli 2022, ingekomen bij het Hof op 26 augustus 2022, in de procedure
Verein für Konsumenteninformation
tegen
Sofatutor GmbH,
wijst
HET HOF (Zevende kamer),
samengesteld als volgt: M. L. Arastey Sahún (rapporteur), kamerpresident, F. Biltgen en J. Passer, rechters,
advocaat-generaal: A. M. Collins,
griffier: A. Calot Escobar,
gezien de stukken,
gelet op de opmerkingen van:
– |
Verein für Konsumenteninformation, vertegenwoordigd door S. Langer, Rechtsanwalt, |
– |
Sofatutor GmbH, vertegenwoordigd door M. Görg, Rechtsanwalt, |
– |
de Nederlandse regering, vertegenwoordigd door M. K. Bulterman en A. Hanje als gemachtigden, |
– |
de Europese Commissie, vertegenwoordigd door I. Rubene en E. Schmidt als gemachtigden, |
gelet op de beslissing, de advocaat-generaal gehoord, om de zaak zonder conclusie te berechten,
het navolgende
Arrest
1 |
Het verzoek om een prejudiciële beslissing betreft de uitlegging van artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten, tot wijziging van richtlijn 93/13/EEG van de Raad en van richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijn 85/577/EEG van de Raad en van richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB 2011, L 304, blz. 64). |
2 |
Dit verzoek is ingediend in het kader van een geding tussen de Verein für Konsumenteninformation (vereniging voor consumenteninformatie, Oostenrijk; hierna: „VKI”) en Sofatutor GmbH, een vennootschap naar Duits recht, over de vordering van VKI tot verplichting van die vennootschap om consumenten te informeren over de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van hun recht om een op afstand gesloten overeenkomst te herroepen. |
Toepasselijke bepalingen
Unierecht
3 |
Overweging 37 van richtlijn 2011/83 luidt: „Aangezien de consument bij verkoop op afstand de goederen niet kan zien voordat hij de overeenkomst sluit, dient hij een herroepingsrecht te hebben. Om diezelfde reden moet de consument de goederen die hij gekocht heeft kunnen testen en inspecteren, voor zover dit noodzakelijk is om de aard, de kenmerken en de werking van de goederen na te gaan. Bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten dient de consument over een herroepingsrecht te beschikken wegens het verrassingselement en/of psychologische druk. Herroeping van de overeenkomst dient een einde te maken aan de verplichting van de contractpartijen om de overeenkomst uit te voeren.” |
4 |
In artikel 2 van deze richtlijn („Definities”) wordt in punt 7 de „overeenkomst op afstand” als volgt gedefinieerd: „Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder: […]
|
5 |
In artikel 4 van die richtlijn („Niveau van harmonisatie”) staat te lezen: „De lidstaten behouden in hun nationale wetgeving geen bepalingen die afwijken van de bepalingen opgenomen in deze richtlijn, met inbegrip van meer of minder strikte bepalingen die een ander niveau van consumentenbescherming waarborgen, of voeren dergelijke bepalingen niet in, tenzij in deze richtlijn anders is bepaald.” |
6 |
Artikel 6 van diezelfde richtlijn („Informatievoorschriften voor overeenkomsten op afstand en buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten”) bepaalt in lid 1 ervan: „Voordat de consument door een overeenkomst op afstand of een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst, dan wel een daarmee overeenstemmend aanbod daartoe is gebonden, verstrekt de handelaar de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze de volgende informatie: […]
[…]
[…]
[…]” |
7 |
Artikel 8 van richtlijn 2011/83 („Formele vereisten voor overeenkomsten op afstand”) bepaalt: „1. Bij overeenkomsten op afstand verstrekt de handelaar de in artikel 6, lid 1, genoemde informatie aan de consument of stelt deze beschikbaar, op een wijze die passend is voor de gebruikte middelen voor communicatie op afstand in een duidelijke en begrijpelijke taal. Voor zover deze informatie op een duurzame gegevensdrager wordt verstrekt, is zij in leesbare vorm. 2. Indien een overeenkomst op afstand die op elektronische wijze wordt gesloten een betalingsverplichting voor de consument inhoudt, wijst de handelaar de consument op duidelijke en in het oog springende manier en onmiddellijk voordat de consument zijn bestelling plaatst, op de in artikel 6, lid 1, onder a), e), o) en p), genoemde informatie. De handelaar ziet erop toe dat de consument bij het plaatsen van zijn bestelling, uitdrukkelijk erkent dat de bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Indien het plaatsen van een bestelling inhoudt dat een knop of een soortgelijke functie moet worden aangeklikt, wordt de knop of soortgelijke functie op een goed leesbare wijze aangemerkt met alleen de woorden ‚bestelling met betalingsverplichting’ of een overeenkomstige ondubbelzinnige formulering waaruit blijkt dat het plaatsen van de bestelling een verplichting inhoudt om de handelaar te betalen. Indien aan de bepalingen van deze alinea niet is voldaan is de consument niet door de overeenkomst of de bestelling gebonden. […] 8. Indien de consument wenst dat de verrichting van diensten of de levering van water, gas of elektriciteit, die niet gereed voor verkoop zijn gemaakt in een beperkt volume of in een bepaalde hoeveelheid, of van stadsverwarming aanvangt tijdens de in artikel 9, lid 2, bepaalde herroepingstermijn, eist de handelaar dat de consument daar uitdrukkelijk om verzoekt. […]” |
8 |
Artikel 9 van deze richtlijn („Herroepingsrecht”) luidt als volgt: „1. Behoudens wanneer de in artikel 16 bepaalde uitzonderingen van toepassing zijn, beschikt de consument over een termijn van 14 dagen om de overeenkomst op afstand of de buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst zonder opgave van redenen te herroepen, en zonder andere kosten te moeten dragen dan die welke in artikel 13, lid 2, en artikel 14 zijn vastgesteld. 2. Onverminderd artikel 10 verstrijkt de in lid 1 van dit artikel bedoelde herroepingstermijn 14 dagen na:
[…]
3. De lidstaten verbieden de partijen bij de overeenkomst niet hun contractuele verplichtingen na te komen gedurende de herroepingstermijn. […]” |
9 |
Artikel 10 van genoemde richtlijn („Weglating van informatie over het herroepingsrecht”) bepaalt: „1. Indien de handelaar de consument niet de ingevolge artikel 6, lid 1, onder h), verplichte informatie over het herroepingsrecht heeft verstrekt, loopt de herroepingstermijn af twaalf maanden na het einde van de oorspronkelijke, overeenkomstig artikel 9, lid 2, vastgestelde herroepingstermijn. 2. Indien de handelaar de in lid 1 van dit artikel bedoelde informatie aan de consument heeft verstrekt binnen twaalf maanden na de in artikel 9, lid 2, bedoelde dag, verstrijkt de herroepingstermijn 14 dagen na de dag waarop de consument die informatie heeft ontvangen.” |
10 |
Artikel 11 („Uitoefening van het herroepingsrecht”) van richtlijn 2011/83 bepaalt in lid 1: „Voor het verstrijken van de herroepingstermijn stelt de consument de handelaar op de hoogte van zijn beslissing de overeenkomst te herroepen. Daartoe kan de consument:
[…]” |
11 |
Artikel 12 van richtlijn 2011/83 („Gevolgen van herroeping”) luidt: „De uitoefening van het herroepingsrecht beëindigt de verplichting voor de partijen om:
|
12 |
Artikel 14 van deze richtlijn („Verplichtingen van de consument bij herroeping”) bepaalt: „[…] 3. Indien een consument het herroepingsrecht uitoefent nadat hij een verzoek overeenkomstig artikel 7, lid 3, of artikel 8, lid 8, heeft gedaan, betaalt de consument de handelaar een bedrag dat evenredig is aan hetgeen reeds is geleverd op het moment dat de consument de handelaar ervan in kennis heeft gesteld dat hij zijn herroepingsrecht uitoefent, vergeleken met de volledige uitvoering van de overeenkomst. Het evenredige bedrag dat de consument aan de handelaar moet betalen wordt berekend op grondslag van de totale prijs zoals vastgelegd in de overeenkomst. Als de totale prijs excessief is, wordt het evenredige bedrag berekend op grondslag van de marktwaarde van het geleverde. 4. De consument draagt geen kosten voor:
5. Tenzij anders bepaald in artikel 13, lid 2, en in onderhavig artikel, kan de consument in geen enkel opzicht aansprakelijk worden gesteld ingevolge de uitoefening van zijn herroepingsrecht.” |
Oostenrijks recht
13 |
§ 4, lid 1, van het Fern- und Auswärtsgeschäfte-Gesetz (wet inzake op afstand en buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten) van 26 mei 2014 (BGBl. I, 33/2014; hierna: „FAGG”) bepaalt: „Voordat de consument door een overeenkomst of zijn toestemming tot het sluiten van een overeenkomst is gebonden, moet de handelaar de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze de volgende informatie verstrekken: […]
[…]
[…]” |
14 |
§ 11, lid 1, FAGG bepaalt: „De consument kan een op afstand of een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst binnen 14 dagen zonder opgave van redenen herroepen.” |
Hoofdgeding en prejudiciële vraag
15 |
Sofatutor exploiteert onlineleerplatforms voor scholieren in het lager en middelbaar onderwijs. Zij biedt haar diensten aan op het gehele grondgebied van Oostenrijk en gaat aldus juridische betrekkingen aan met consumenten die hun woonplaats of gewone verblijfplaats in Oostenrijk hebben. Sofatutor sluit overeenkomsten waarop zij haar algemene voorwaarden van toepassing verklaart. |
16 |
In deze algemene voorwaarden is bepaald dat een abonnement bij de eerste boeking ervan op deze platforms vanaf het sluiten van de overeenkomst 30 dagen lang gratis kan worden getest en tijdens die periode op elk moment met onmiddellijke ingang kan worden opgezegd. Hierin is eveneens bepaald dat het abonnement pas na afloop van deze 30 dagen hoeft te worden betaald en dat de tijdens die boeking overeengekomen abonnementsperiode begint te lopen indien niet binnen deze 30 dagen wordt opgezegd. |
17 |
Indien de betaalde abonnementsperiode afloopt zonder dat Sofatutor of de consument tijdig heeft opgezegd, wordt het betreffende abonnement volgens diezelfde algemene voorwaarden automatisch voor bepaalde duur verlengd. |
18 |
Sofatutor informeert de consument bij de sluiting van de overeenkomst op afstand over diens recht van herroeping dat uit hoofde van die sluiting geldt. |
19 |
Volgens VKI heeft de consument overeenkomstig artikel 9 van richtlijn 2011/83 en overeenkomstig het FAGG niet alleen een herroepingsrecht uit hoofde van het afsluiten van een gratis proefabonnement van 30 dagen, maar ook uit hoofde van de omzetting van dat abonnement in een regulier abonnement en de verlenging van dat reguliere abonnement. |
20 |
In deze omstandigheden heeft VKI bij het Handelsgericht Wien (handelsrechter Wenen, Oostenrijk) een vordering ingesteld tot het verplichten van Sofatutor om in het economisch verkeer met consumenten hen in geval van verlenging van een op afstand gesloten overeenkomst voor bepaalde duur op duidelijke en begrijpelijke wijze te informeren over de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van hun recht om deze overeenkomst te herroepen, mede door het verstrekken van het modelformulier voor herroeping, dan wel door het toepassen van soortgelijke praktijken. |
21 |
Bij uitspraak van 23 juni 2021 heeft deze rechter die vordering toegewezen. |
22 |
Tegen deze uitspraak heeft Sofatutor hoger beroep ingesteld bij het Oberlandesgericht Wien (hoogste rechterlijke instantie van de deelstaat Wenen, Oostenrijk), dat die uitspraak bij arrest van 18 maart 2022 heeft vernietigd en genoemde vordering ten gronde heeft afgewezen. |
23 |
VKI heeft vervolgens tegen dit arrest beroep in Revision ingesteld bij de verwijzende rechter, het Oberste Gerichtshof (hoogste federale rechter in civiele en strafzaken, Oostenrijk). |
24 |
Deze rechter stelt ten eerste vast dat het herroepingsrecht blijkens de wetsgeschiedenis van § 11 FAGG niet enkel geldt voor de eerste sluiting van een overeenkomst tussen een handelaar en een consument. Ook de verlenging van een bestaande, maar voor bepaalde duur gesloten overeenkomst, of de inhoudelijke wijziging van deze overeenkomst, wanneer die overeenkomst op afstand of buiten verkoopruimten worden gesloten, kunnen onder het FAGG vallen en aldus een herroepingsrecht voor de consument doen ontstaan wat betreft die verlenging of wijziging van de overeenkomst. |
25 |
Ten tweede verwijst hij naar het arrest van 18 juni 2020, Sparkasse Südholstein (C‑639/18, EU:C:2020:477), waarin het Hof heeft geoordeeld dat artikel 2, onder a), van richtlijn 2002/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002 betreffende de verkoop op afstand van financiële diensten aan consumenten en tot wijziging van de richtlijnen 90/619/EEG, 97/7/EG en 98/27/EG van de Raad (PB 2002, L 271, blz. 16) aldus moet worden uitgelegd dat een aanvullende overeenkomst bij een leningsovereenkomst niet onder het begrip „overeenkomst inzake financiële diensten” in de zin van die bepaling valt, wanneer de aanvullende overeenkomst enkel het aanvankelijk overeengekomen rentetarief wijzigt zonder de looptijd van de leningsovereenkomst te verlengen of het bedrag ervan te wijzigen, en de oorspronkelijke bedingen van die leningsovereenkomst bepaalden dat een dergelijke aanvullende overeenkomst zou worden vastgesteld of, als dit niet zou gebeuren, een variabel rentetarief zou worden toegepast. |
26 |
In deze omstandigheden heeft het Oberste Gerichtshof de behandeling van de zaak geschorst en het Hof verzocht om een prejudiciële beslissing over de volgende vraag: „Moet artikel 9, lid 1, van richtlijn [2011/83] aldus worden uitgelegd dat de consument in geval van ‚automatische verlenging’ [artikel 6, lid 1, onder o), van de richtlijn] van een op afstand gesloten overeenkomst opnieuw een herroepingsrecht heeft?” |
Beantwoording van de prejudiciële vraag
27 |
Met zijn vraag wenst de verwijzende rechter in wezen te vernemen of artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83 aldus moet worden uitgelegd dat het recht van de consument om een op afstand gesloten overeenkomst te herroepen één keer wordt gewaarborgd ten aanzien van een dienstverleningsovereenkomst waarin is bepaald dat de consument niet hoeft te betalen gedurende een eerste periode die – indien de consument deze overeenkomst tijdens die periode niet opzegt of herroept – wordt gevolgd door een betaalde periode die – indien die overeenkomst niet wordt opgezegd – automatisch voor een bepaalde duur wordt verlengd, of aldus moet worden uitgelegd dat de consument dit recht heeft elke keer wanneer die overeenkomst wordt omgezet of verlengd. |
28 |
Vooraf zij opgemerkt dat richtlijn 2011/83 is gewijzigd bij richtlijn (EU) 2019/2161 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 tot wijziging van richtlijn 93/13/EEG van de Raad en richtlijnen 98/6/EG, 2005/29/EG en 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft betere handhaving en modernisering van de regels voor consumentenbescherming in de Unie (PB 2019, L 328, blz. 7). Richtlijn 2019/2161, die op 7 januari 2020 in werking is getreden, verplicht de lidstaten evenwel de bepalingen ervan uiterlijk op 28 november 2021 in hun respectieve rechtsorden om te zetten en deze toe te passen vanaf 28 mei 2022. Aangezien het Handelsgericht Wien op 23 juni 2021 in eerste aanleg uitspraak heeft gedaan in het hoofdgeding en de verwijzende rechter niet verwijst naar de nationale bepalingen die ter omzetting van richtlijn 2019/2161 in de Oostenrijkse rechtsorde zijn ingevoerd, moet worden geoordeeld dat richtlijn 2011/83 in de onderhavige zaak van toepassing blijft in de versie die niet is gewijzigd bij richtlijn 2019/2161. |
29 |
Nu dit is verduidelijkt, moet erop worden gewezen dat de consument krachtens artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83, behoudens wanneer de in artikel 16 bepaalde uitzonderingen van toepassing zijn, beschikt over een termijn van 14 dagen om de overeenkomst op afstand of de buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst zonder opgave van redenen te herroepen, en zonder andere kosten te moeten dragen dan die welke in artikel 13, lid 2, en artikel 14 van deze richtlijn zijn vastgesteld. |
30 |
Artikel 9, lid 2, onder a) en c), van die richtlijn bepaalt dat deze herroepingstermijn – onverminderd artikel 10 ervan – voor dienstenovereenkomsten en voor overeenkomsten voor de levering van digitale inhoud, anders dan op een materiële drager, verstrijkt 14 dagen na de dag waarop de overeenkomst wordt gesloten. |
31 |
Uit artikel 11, lid 1, van richtlijn 2011/83 volgt dat de consument, indien hij zijn herroepingsrecht wenst uit te oefenen, de handelaar vóór het verstrijken van die herroepingstermijn op de hoogte stelt van zijn beslissing om de overeenkomst te herroepen. In deze bepaling wordt verduidelijkt dat de consument daartoe gebruik kan maken van het modelformulier voor herroeping zoals opgenomen in bijlage I, deel B, van die richtlijn, of een andere ondubbelzinnige verklaring kan afgeven waarin hij verklaart de overeenkomst te herroepen. |
32 |
Volgens artikel 12, onder a), van deze richtlijn beëindigt de uitoefening van het herroepingsrecht de verplichting voor de partijen om de overeenkomst op afstand of de buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst uit te voeren. |
33 |
Een van de gevolgen van het bestaan van het recht van de consument om een dergelijke overeenkomst te herroepen is de in artikel 6, lid 1, onder h), van richtlijn 2011/83 bedoelde informatieplicht. Volgens deze bepaling verstrekt de handelaar de consument, voordat deze door een overeenkomst op afstand, een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst, dan wel een daarmee overeenstemmend aanbod daartoe is gebonden, op duidelijke en begrijpelijke wijze informatie over de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van het herroepingsrecht overeenkomstig artikel 11, lid 1, van deze richtlijn alsmede het modelformulier voor herroeping opgenomen in bijlage I, deel B, bij die richtlijn. |
34 |
In dit verband zij eraan herinnerd dat, gelet op het belang van het herroepingsrecht voor de bescherming van de consument, de precontractuele informatie betreffende dat recht voor deze consument van wezenlijk belang is, en deze informatie hem in staat stelt om met kennis van zaken te beslissen of hij al dan niet de overeenkomst op afstand met de handelaar wil aangaan. Teneinde deze informatie ten volle te kunnen benutten, moet de consument vooraf op de hoogte zijn van de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van dat herroepingsrecht (arrest van 23 januari 2019, Walbusch Walter Busch,C‑430/17, EU:C:2019:47, punt 46). |
35 |
Daarnaast beoogt artikel 6, lid 1, van richtlijn 2011/83 met name ervoor te zorgen dat aan de consument, voordat er een overeenkomst wordt gesloten, informatie wordt verstrekt die vereist is voor de goede uitvoering van deze overeenkomst en vooral voor de uitoefening van zijn rechten, waaronder met name zijn herroepingsrecht (zie in die zin arrest van 10 juli 2019, Amazon EU,C‑649/17, EU:C:2019:576, punt 43). |
36 |
In casu strekt het beroep van VKI er in het hoofdgeding toe Sofatutor te verplichten om in het economisch verkeer met consumenten hen in geval van verlenging van een op afstand gesloten overeenkomst voor bepaalde duur op duidelijke en begrijpelijke wijze te informeren over de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van hun recht om deze overeenkomst te herroepen, mede door het verstrekken van het modelformulier voor herroeping, dan wel door het toepassen van soortgelijke praktijken. |
37 |
Uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat de Oostenrijkse wetgever artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83 heeft omgezet in de Oostenrijkse rechtsorde door de vaststelling van § 11, lid 1, FAGG, waarin is bepaald dat de consument een op afstand of een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst binnen 14 dagen zonder opgave van redenen kan beëindigen. Opgemerkt zij dat de formulering van deze bepaling geen antwoord geeft op de vraag of de consument één keer over een dergelijk herroepingsrecht beschikt ingevolge de sluiting van een overeenkomst, dan wel of hij bij een verlenging van die overeenkomst, zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde is, opnieuw over dat recht beschikt. |
38 |
Aangezien richtlijn 2011/83 overeenkomstig artikel 4 ervan de wetgeving van de lidstaten in beginsel volledig harmoniseert, worden de omvang van en de voorwaarden voor de uitoefening van het herroepingsrecht dat is neergelegd in de nationale regeling waarbij artikel 9, lid 1, van deze richtlijn in de rechtsorde van de lidstaten is omgezet, bepaald door de omvang van en de voorwaarden voor de uitoefening van dat recht als bedoeld in die laatste bepaling. |
39 |
Het doel van het herroepingsrecht is dat het wordt geacht het nadeel te compenseren dat de consument lijdt bij een op afstand gesloten overeenkomst, door hem een passende bedenktijd toe te kennen waarin hij het verworven goed kan keuren en uitproberen (arrest van 27 maart 2019, slewo,C‑681/17, EU:C:2019:255, punt 33 en aldaar aangehaalde rechtspraak). |
40 |
Deze vaststelling wordt gesteund door overweging 37 van richtlijn 2011/83 waarin staat dat de consument een herroepingsrecht dient te hebben aangezien hij „bij verkoop op afstand de goederen niet kan zien voordat hij de overeenkomst sluit”. Volgens de bewoordingen van die overweging moet de consument „om diezelfde reden […] de goederen die hij gekocht heeft kunnen testen en inspecteren, voor zover dit noodzakelijk is om de aard, de kenmerken en de werking van de goederen na te gaan”. |
41 |
In dit verband dient te worden vastgesteld dat de aan de consument toegekende bedenktijd zowel in het geval van verkoop van goederen als in het geval van dienstverlening gebaseerd is op dezelfde doelstellingen. |
42 |
Ten eerste heeft het herroepingsrecht tot doel de consument in staat te stellen tijdig kennis te nemen van de kenmerken van de dienst waarop de betreffende overeenkomst betrekking heeft. Ten tweede wordt met dit herroepingsrecht bevorderd dat de consument een weloverwogen beslissing kan nemen waarbij alle contractvoorwaarden en de gevolgen van de sluiting van de betreffende overeenkomst in aanmerking worden genomen, zodat hij kan beslissen of hij met een handelaar een overeenkomst wil aangaan (zie in die zin arresten van 23 januari 2019, Walbusch Walter Busch,C‑430/17, EU:C:2019:47, punt 36, en 10 juli 2019, Amazon EU,C‑649/17, EU:C:2019:576, punt 43). |
43 |
In casu blijkt uit de verwijzingsbeslissing dat de in het hoofdgeding aan de orde zijnde dienstverlening gedurende 30 dagen kosteloos is en dat deze dienstverlening, indien de consument de overeenkomst in deze 30 dagen niet opzegt of herroept, wordt omgezet in een dienst waarvoor gedurende een verlengbare bepaalde duur moet worden betaald. Deze beslissing bevat echter geen informatie waaruit blijkt dat een dergelijke omzetting of verlenging van de betreffende overeenkomst leidt tot een wijziging van andere voorwaarden van die overeenkomst. |
44 |
In dit verband moet worden opgemerkt dat, overeenkomstig artikel 6, lid 1, onder e), en artikel 8, lid 2, van richtlijn 2011/83, de totale prijs van de diensten waarop deze overeenkomst betrekking heeft een van de wezenlijke kenmerken is van een op afstand gesloten overeenkomst in de zin van deze richtlijn. |
45 |
Op grond van dit artikel 6, lid 1, onder e), dient de handelaar, voordat een dergelijke overeenkomst wordt gesloten, de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze informatie te verstrekken over deze prijs. Zoals blijkt uit voornoemd artikel 8, lid 2, wijst de handelaar, indien een overeenkomst op afstand die op elektronische wijze wordt gesloten een betalingsverplichting voor de consument inhoudt, de consument op duidelijke en in het oog springende manier en onmiddellijk voordat de consument zijn bestelling plaatst, op de totale prijs van de diensten waarop die overeenkomst betrekking heeft. In die bepaling wordt verduidelijkt dat de handelaar erop toeziet dat de consument bij het plaatsen van zijn bestelling uitdrukkelijk erkent dat de bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Indien het plaatsen van een bestelling inhoudt dat een knop of een soortgelijke functie moet worden aangeklikt, wordt de knop of soortgelijke functie op een goed leesbare wijze aangemerkt met alleen de woorden „bestelling met betalingsverplichting” of een overeenkomstige ondubbelzinnige formulering waaruit blijkt dat het plaatsen van de bestelling een verplichting inhoudt om de handelaar te betalen. Indien de handelaar niet aan dit vereiste voldoet, is de consument niet door de overeenkomst of de bestelling gebonden. |
46 |
Het Hof heeft het belang dat de handelaar de consument uitdrukkelijk informeert over de prijs van de diensten waarop de betreffende overeenkomst betrekking heeft, bevestigd in de punten 25 tot en met 30 van het arrest van 7 april 2022, Fuhrmann-2 (C‑249/21, EU:C:2022:269). |
47 |
Gelet op een en ander moet worden vastgesteld dat het doel van het recht van de consument om een op afstand gesloten dienstverleningsovereenkomst te herroepen, wordt bereikt als deze consument, voordat die overeenkomst wordt gesloten, beschikt over duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige informatie over de prijs van de diensten waarop die overeenkomst betrekking heeft, welke prijs verschuldigd is vanaf ofwel het moment dat die overeenkomst gesloten wordt, ofwel een latere datum, zoals de datum waarop die overeenkomst is omgezet in een overeenkomst waarvoor moet worden betaald of de datum waarop de overeenkomst voor bepaalde duur wordt verlengd. |
48 |
Ook wanneer de consument bij het sluiten van een overeenkomst waarin is voorzien in een periode waarin de dienstverlening gratis is, door de handelaar op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze wordt geïnformeerd over het feit dat, na afloop van deze gratis periode en wanneer de consument deze overeenkomst tijdens die periode niet heeft opgezegd of herroepen, voor deze dienstverlening moet worden betaald, betekent dit dus niet dat de contractvoorwaarden wijzigen die de consument ter kennis zijn gebracht. In een dergelijk geval rechtvaardigt het in het vorige punt genoemde doel niet dat de betrokken consument, nadat die overeenkomst is omgezet in een overeenkomst op grond waarvan moet worden betaald, opnieuw over een herroepingsrecht beschikt. Voorts heeft deze consument evenmin het recht om de overeenkomst te herroepen wanneer die overeenkomst op grond waarvan moet worden betaald voor bepaalde duur wordt verlengd. |
49 |
In casu staat het aan de verwijzende rechter om te onderzoeken of Sofatutor de consumenten duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige informatie heeft verstrekt over de totale prijs van de betreffende diensten, overeenkomstig richtlijn 2011/83. |
50 |
Wanneer die informatie niet op transparante wijze is meegedeeld bij de sluiting van de betreffende overeenkomst – gesteld al dat de consument door die overeenkomst is gebonden, zoals volgt uit punt 45 van het onderhavige arrest –, is het verschil tussen enerzijds de informatie die daadwerkelijk over de contractvoorwaarden is meegedeeld en anderzijds de voorwaarden voor die overeenkomst na een gratis proefperiode als die in het hoofdgeding, daarentegen zo fundamenteel dat na die gratis proefperiode een nieuw herroepingsrecht in de zin van artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83 moet worden toegekend. |
51 |
Gelet op een en ander dient op de gestelde vraag te worden geantwoord dat artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83 aldus moet worden uitgelegd dat het recht van de consument om een op afstand gesloten overeenkomst te herroepen één keer wordt gewaarborgd ten aanzien van een dienstverleningsovereenkomst waarin is bepaald dat de consument niet hoeft te betalen gedurende een eerste periode die – indien de consument deze overeenkomst tijdens die periode niet opzegt of herroept – wordt gevolgd door een betaalde periode die, indien die overeenkomst niet wordt opgezegd, automatisch voor een bepaalde duur wordt verlengd, op voorwaarde dat de consument er bij de sluiting van die overeenkomst op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze door de handelaar over wordt geïnformeerd dat na die eerste periode waarin die dienstverlening gratis was, voor die betreffende dienstverlening moet worden betaald. |
Kosten
52 |
Ten aanzien van de partijen in het hoofdgeding is de procedure als een aldaar gerezen incident te beschouwen, zodat de verwijzende rechter over de kosten heeft te beslissen. De door anderen wegens indiening van hun opmerkingen bij het Hof gemaakte kosten komen niet voor vergoeding in aanmerking. |
Het Hof (Zevende kamer) verklaart voor recht: |
Artikel 9, lid 1, van richtlijn 2011/83/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende consumentenrechten, tot wijziging van richtlijn 93/13/EEG van de Raad en van richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijn 85/577/EEG van de Raad en van richtlijn 97/7/EG van het Europees Parlement en de Raad, |
moet aldus worden uitgelegd dat |
het recht van de consument om een op afstand gesloten overeenkomst te herroepen één keer wordt gewaarborgd ten aanzien van een dienstverleningsovereenkomst waarin is bepaald dat de consument niet hoeft te betalen gedurende een eerste periode die – indien de consument deze overeenkomst tijdens die periode niet opzegt of herroept – wordt gevolgd door een betaalde periode die, indien die overeenkomst niet wordt opgezegd, automatisch voor een bepaalde duur wordt verlengd, op voorwaarde dat de consument er bij de sluiting van die overeenkomst op duidelijke, begrijpelijke en ondubbelzinnige wijze door de handelaar over wordt geïnformeerd dat na die eerste periode waarin die dienstverlening gratis was, voor die betreffende dienstverlening moet worden betaald. |
ondertekeningen |
( *1 ) Procestaal: Duits.