20.9.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 382/9


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Juzgado de lo Mercantil no 3 de Valencia (Spanje) op 19 mei 2021 — Tráficos Manuel Ferrer S.L. e.a. / Daimler AG

(Zaak C-312/21)

(2021/C 382/12)

Procestaal: Spaans

Verwijzende rechter

Juzgado de lo Mercantil no 3 de Valencia

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Tráficos Manuel Ferrer S.L., Ignacio

Verwerende partij: Daimler AG

Prejudiciële vragen

1)

Is een regeling als die van artikel 394, lid 2, [van de Ley de Enjuiciamiento Civil (Spaanse wetboek van burgerlijke rechtsvordering)], op grond waarvan de benadeelde kan worden verwezen in een deel van de proceskosten op basis van het bedrag van de door hem ten onrechte betaalde prijsverhogingen dat aan hem wordt terugbetaald nadat zijn schadevordering wegens inbreuk op het mededingingsrecht gedeeltelijk wordt toegewezen – waarbij wordt uitgegaan van een oorzakelijk verband tussen de inbreuk en het ontstaan van de schade, die in de procedure met zekerheid wordt erkend en begroot en waarvoor een vergoeding wordt toegekend –, verenigbaar met het recht op volledige vergoeding van de schade die de benadeelde heeft geleden als gevolg van een mededingingverstorende gedraging zoals bedoeld in artikel 101 VWEU?

2)

Omvat de bevoegdheid van de nationale rechter om het bedrag van de schade te ramen de subsidiaire en autonome vaststelling van de omvang van de schade, wanneer er sprake is van informatie-asymmetrie of van onoverkomelijke moeilijkheden bij de vaststelling van de omvang van de schade, die de uitoefening van het recht op volledige vergoeding van de schade die de benadeelde heeft geleden als gevolg van een mededingingverstorende praktijk zoals bedoeld in artikel 101 VWEU juncto artikel 47 van het Handvest, niet mogen bemoeilijken, ook wanneer de partij die is benadeeld door een inbreuk op de mededinging in de vorm van een kartel dat tot prijsverhogingen heeft geleid, tijdens de procedure toegang heeft verkregen tot de gegevens waarop de verweerder zich in zijn deskundigenrapport heeft gebaseerd om het bestaan van vergoedbare schade uit te sluiten?

3)

Omvat de bevoegdheid van de nationale rechter om het bedrag van de schade te ramen de subsidiaire en autonome vaststelling van de omvang van de schade, wanneer er sprake is van informatie-asymmetrie of van onoverkomelijke moeilijkheden bij de vaststelling van de omvang van de schade, die de uitoefening van het recht op volledige vergoeding van de schade die de benadeelde heeft geleden als gevolg van een mededingingverstorende praktijk zoals bedoeld in artikel 101 VWEU, gelezen in samenhang met artikel 47 van het Handvest, niet mogen bemoeilijken, ook wanneer de partij die is benadeeld door een inbreuk op de mededinging in de vorm van een kartel dat tot prijsverhogingen heeft geleid, zijn schadevordering instelt tegen een van de adressaten van het administratieve besluit, die hoofdelijk aansprakelijk is voor die schade, maar het product dat of de dienst die de benadeelde in kwestie heeft aangeschaft niet in de handel heeft gebracht?