Beroep ingesteld op 8 juli 2020 — Techniplan / Commissie

(Zaak T-426/20)

(2020/C 279/71)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Techniplan Srl (Roma, Italië) (vertegenwoordigers: R. Giuffrida en A. Bonavita, avvocati)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

—

vast te stellen dat de Europese Commissie artikel 263 VWEU heeft geschonden, in strijd met de wezenlijke vormvoorschriften die gelden voor de vaststelling van een handeling die een natuurlijke of rechtspersoon — in casu Techniplan — rechtstreeks en individueel raakt, doordat zij geen rekening heeft gehouden met de brief waarin de vooraankondiging en de formele ingebrekestelling krachtens artikel 265 VWEU werden betwist;

—	te gelasten dat schadevergoeding wordt betaald voor elke dag vertraging die bij de uitvoering wordt opgelopen, alsook te gelasten dat haar kosten en uitgaven worden terugbetaald.

Middelen en voornaamste argumenten

Het onderhavige beroep is gericht tegen de beslissing en de daarmee samenhangende debetnota van 28 mei 2020, die is opgesteld tegen Techniplan s.r.l., waarmee de betaling van 107 505,66 EUR werd gevraagd, met betrekking tot het project FED/2011/261 985.

Tot staving van haar beroep stelt verzoekster dat het rechtszekerheids- en het transparantiebeginsel alsook wezenlijke vormvoorschriften zijn geschonden. Zij voert in dit verband aan:

—

dat het door een particuliere onderneming opgestelde definitieve auditverslag een aantal vermeende discrepanties en onregelmatigheden bij de uitvoering van de werkzaamheden aan het licht heeft gebracht. De verzoekende onderneming heeft deze punt voor punt betwist en de aandacht gevestigd op een aantal ernstige onnauwkeurigheden in dit auditverslag;

—	dat de verzoekende onderneming de verklaringen van alle bij het project betrokken deskundigen heeft overgelegd, die ten overstaan van de Congolese rechter waren afgelegd en die aantoonden dat zij daadwerkelijk op de plaats van de werkzaamheden aanwezig waren;

—	dat de deskundigen regelmatig zijn aangeworven en door Techniplan zijn ingezet bij de uitvoering van de contractueel overeengekomen werkzaamheden;

—	dat de verzoekende onderneming zonder enige reden werd uitgesloten van de voortzetting van de overeenkomst;

—	dat de betalingen werden stopgezet zonder dat daarvoor specifieke redenen zijn opgegeven.