Zaak C‑385/20

EL
en
TP

tegen

Caixabank SA

(verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Juzgado de Primera Instancia no 49 de Barcelona)

Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 7 april 2022

„Prejudiciële verwijzing – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13/EEG – Doeltreffendheidsbeginsel – Gelijkwaardigheidsbeginsel – Gerechtelijke procedure tot vaststelling van het oneerlijke karakter van een contractueel beding – Bevoegdheid van de nationale rechter tot ambtshalve toetsing – Nationale procedure voor de begroting van proceskosten – Als advocatenhonoraria vergoedbare kosten”

  1. Bescherming van de consument – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13 – Middelen om een einde te maken aan het gebruik van oneerlijke bedingen – Begroting van de vergoedbare kosten aan advocatenhonoraria die verschuldigd zijn na een beroep tot vaststelling van het oneerlijke karakter van een contractueel beding

    (Richtlijn 93/13 van de Raad, art. 6, lid 1, en 7, lid 1)

    (zie punten 46‑58, dictum1)

  2. Bescherming van de consument – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Richtlijn 93/13 – Middelen om een einde te maken aan het gebruik van oneerlijke bedingen – Begroting van de vergoedbare kosten aan advocatenhonoraria die verschuldigd zijn na een beroep tot vaststelling van het oneerlijke karakter van een contractueel beding

    (Richtlijn 93/13 van de Raad, art. 6, lid 1, en 7, lid 1)

    (zie punten 61‑67, dictum 2)

Zie de tekst van de beslissing.