|
14.3.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 119/11 |
Arrest van het Hof (Derde kamer) van 27 januari 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Augstākā tiesa (Senāts) — Letland) — “Sātiņi-S” SIA
(Zaak C-238/20) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Artikel 17 - Recht op eigendom - Richtlijn 2009/147/EG - Compensatie voor de schade die door beschermde in het wild levende vogels is aangericht aan aquacultuur in een Natura 2000-gebied - Lagere compensatie dan de daadwerkelijk geleden schade - Artikel 107, lid 1, VWEU - Staatssteun - Begrip “voordeel” - Voorwaarden - Verordening (EU) nr. 717/2014 - De-minimisregel)
(2022/C 119/14)
Procestaal: Lets
Verwijzende rechter
Augstākā tiesa (Senāts)
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij:“Sātiņi-S” SIA
in tegenwoordigheid van: Dabas aizsardzības pārvalde
Dictum
|
1) |
Artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie moet aldus worden uitgelegd dat het zich er niet tegen verzet dat de compensatie die door een lidstaat wordt toegekend voor de verliezen die een marktdeelnemer heeft geleden vanwege beschermingsmaatregelen die in een Natura 2000-gebied van toepassing zijn krachtens richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand, aanzienlijk lager is dan de door die marktdeelnemer daadwerkelijk geleden verliezen. |
|
2) |
Artikel 107, lid 1, VWEU moet aldus worden uitgelegd dat de compensatie die door een lidstaat wordt toegekend voor de verliezen die een marktdeelnemer heeft geleden vanwege beschermingsmaatregelen die in een Natura 2000-gebied van toepassing zijn krachtens richtlijn 2009/147, een voordeel verleent dat staatssteun kan vormen in de zin van die bepaling, indien de andere voorwaarden voor die kwalificatie zijn vervuld. |
|
3) |
Artikel 3, lid 2, van verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 [VWEU] op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector moet aldus worden uitgelegd dat, indien een compensatie zoals die welke in punt 2 van dit dictum is omschreven voldoet aan de voorwaarden van artikel 107, lid 1, VWEU, het in dat artikel 3, lid 2, vastgelegde plafond van 30 000 EUR voor de-minimissteun op die compensatie van toepassing is. |