12.7.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 278/13 |
Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 20 mei 2021 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tallinna Ringkonnakohus — Estland) — Sotsiaalministeerium / Riigi Tugiteenuste Keskus, voorheen Innove SA
(Zaak C-6/20) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Overheidsopdrachten voor leveringen - Richtlijn 2004/18/EG - Artikelen 2 en 46 - Project dat wordt gefinancierd door het Fonds voor Europese hulp aan de meest behoeftigen - Selectiecriteria voor inschrijvers - Verordening (EG) nr. 852/2004 - Artikel 6 - Vereiste om te beschikken over een registratie of erkenning van de nationale voedselveiligheidsautoriteit van de staat waar de opdracht zal worden uitgevoerd)
(2021/C 278/17)
Procestaal: Ests
Verwijzende rechter
Tallinna Ringkonnakohus
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Sotsiaalministeerium
Verwerende partij: Riigi Tugiteenuste Keskus, voorheen Innove SA
in tegenwoordigheid van: Rahandusministeerium
Dictum
1) |
De artikelen 2 en 46 van richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een nationale regeling volgens welke de aanbestedende dienst in de aankondiging van de opdracht als kwalitatief selectiecriterium van de inschrijvers moet verlangen dat zij reeds bij de indiening van hun inschrijving aantonen te beschikken over de registratie of de erkenning die vereist is volgens de regeling die geldt voor de activiteit waarop de overheidsopdracht in kwestie betrekking heeft en die is afgegeven door de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de opdracht zal worden uitgevoerd, zelfs al hebben zij een soortgelijke registratie of erkenning al verkregen in de lidstaat waar zij gevestigd zijn. |
2) |
Het beginsel van bescherming van het gewettigd vertrouwen moet aldus worden uitgelegd dat het niet kan worden ingeroepen door een aanbestedende dienst die in een aanbestedingsprocedure — om aan de nationale levensmiddelenwetgeving te voldoen — van de inschrijvers heeft verlangd dat zij reeds bij de indiening van hun inschrijving beschikken over een registratie of erkenning die is afgegeven door de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de opdracht zal worden uitgevoerd. |