16.11.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 390/11 |
Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 10 september 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Državna revizijska komisija za revizijo postopkov oddaje javnih naročil — Slovenië) — Tax-Fin-Lex d.o.o. / Ministrstvo za notranje zadeve
(Zaak C-367/19) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Overheidsopdrachten voor diensten - Richtlijn 2014/24/EU - Artikel 2, lid 1, punt 5 - Begrip “overheidsopdracht” - Begrip “overeenkomst onder bezwarende titel” - Offerte van een inschrijver met een prijs van nul euro - Afwijzing van de inschrijving - Artikel 69 - Abnormaal lage inschrijving)
(2020/C 390/14)
Procestaal: Sloveens
Verwijzende rechter
Državna revizijska komisija za revizijo postopkov oddaje javnih naročil
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Tax-Fin-Lex d.o.o.
Verwerende partij: Ministrstvo za notranje zadeve
in tegenwoordigheid van: LEXPERA d.o.o.,
Dictum
Artikel 2, lid 1, punt 5, van richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 inzake het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van richtlijn 2004/18/EG, zoals gewijzigd bij de gedelegeerde verordening (EU) 2017/2365 van de Commissie van 18 december 2017, moet aldus worden uitgelegd dat het geen rechtsgrondslag biedt om de offerte van een inschrijver in het kader van een openbare aanbestedingsprocedure af te wijzen op de enkele grond dat de in de offerte voorgestelde prijs nul euro bedraagt.