23.4.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 142/52 |
Beroep ingesteld op 6 februari 2018 — Alfamicro / Commissie
(Zaak T-64/18)
(2018/C 142/70)
Procestaal: Portugees
Partijen
Verzoekende partij: Alfamicro — Sistema de Computadores — Sociedade Unipessoal, Lda (Cascais, Portugal) (vertegenwoordigers: G. Gentil Anastácio en D. Pirra Xarepe, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
— |
ten eerste, verklaren dat besluit (2017) 8839 final van de Commissie van 13 december 2017 betreffende de invordering van een schuld, met betrekking tot debetnota nr. 3241507078, nietig en van generlei waarde is, en, ten tweede, dat besluit nietig verklaren voor het overige; |
— |
de Commissie verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
1. |
Ter ondersteuning van het verzoek te verklaren dat het besluit nietig en van generlei waarde is, stelt verzoekster dat de Commissie zich een bevoegdheid van de rechterlijke macht heeft toegeëigend door in de plaats van de beslissing die het Gerecht op 14 november 2017 heeft genomen in zaak T-831/14, waarin werd vastgesteld dat de Unie een tegoed op grond van een bepaalde verbintenis heeft, een besluit betreffende diezelfde verbintenis te stellen dat een andere inhoud heeft en een uitvoerbare titel vormt, hetgeen in strijd is met artikel 19 VEU en artikel 272 VWEU; |
2. |
Ter ondersteuning van het verzoek tot nietigverklaring stelt verzoekster:
|
(1) Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (PB 2012, L 298, blz. 1).