9.4.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 123/25


Beroep ingesteld op 6 februari 2018 — Aeris Invest / GAR

(Zaak T-62/18)

(2018/C 123/33)

Procestaal: Spaans

Partijen

Verzoekende partij: Aeris Invest Sàrl (Luxemburg, Luxemburg) (vertegenwoordigers: R. Vallina Hoset, A. Sellés Marco, C. Iglesias Megías en A. Lois Perreau de Pinninck, advocaten)

Verwerende partij: Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het besluit van het beroepspanel van de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad in zaak 43/2017 van 28 november 2017 en bevestigend besluit SRB/CM01/ARES(2017)4898090 van 6 september 2017 nietig te verklaren, en

de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster zes middelen aan.

1.

Eerste middel: besluit SRB/ES/2017/01 inzake de toegang van het publiek tot documenten van de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad (hierna: „Toegangsbesluit”) schendt artikel 90 van verordening nr. 806/2014 en artikel 4 van verordening nr. 1049/2001, aangezien het enerzijds het recht op toegang tot documenten ultra vires regelt en anderzijds uitzonderingen op het recht op toegang tot documenten in het leven roept waarin verordening nr. 1049/2001 niet voorziet. Aangezien de rechtsgrondslag ervan ingevolge artikel 277 VWEU niet-toepasselijk is, moet het besluit van het panel bijgevolg nietig worden verklaard.

2.

Tweede middel: het besluit van het panel schendt artikel 296 VWEU aangezien het slechts vaag en algemeen stelt dat de openbaarmaking van de volledige tekst van het plan van 2016, het afwikkelingbesluit en het waarderingsverslag in strijd is met artikel 4, lid 1, onder a), en artikel 4, lid 2, van verordening nr. 1049/2001.

3.

Derde middel: het besluit van het panel schendt artikel 15 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikel 42 van het Handvest van de grondrechten en artikel 4, lid 1, onder a), van verordening nr. 1049/2001 aangezien i) het beleid inzake de afwikkeling van kredietinstellingen geen geldige uitzondering is om het grondrecht op toegang tot documenten te beperken; ii) niet is voldaan aan de vereisten van artikel 4, lid 1, onder a), van verordening nr. 1049/2001, en iii) de afweging van het betrokken belangen het noodzakelijk maakt toegang te verlenen tot de gevraagde documenten.

4.

Vierde middel: het besluit van het panel schendt artikel 15 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikel 42 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en artikel 4, lid 2, van verordening nr. 1049/2001, aangezien het verlenen van volledige toegang tot het afwikkelingsbesluit, het waarderingsverslag en het plan voor 2016: i) niet van invloed is op de commerciële belangen van natuurlijke en rechtspersonen, en ii) in ieder geval de afweging van de betrokken belangen ervoor pleit toegang tot de documenten te verlenen.

5.

Vijfde middel: het besluit van het panel schendt artikel 15 VWEU en artikel 88 van verordening nr. 806/2014 door de toegang te weigeren tot informatie die niet onder het beroepsgeheim valt, aangezien i) er geen vermoeden van vertrouwelijkheid bestaat op grond van artikel 88 van verordening nr. 806/2014 en artikel 339 VWEU, en ii) zelfs indien een dergelijk vermoeden van vertrouwelijkheid zou bestaan, het niet van toepassing zou zijn omdat wordt verzocht om toegang tot de documenten teneinde deze in een gerechtelijke procedure te gebruiken.

6.

Zesde middel: bij het besluit van het panel is sprake van misbruik van bevoegdheid, aangezien het verzoekster volledige toegang tot het plan van 2016 ontzegt op grond van het feit dat het „volledig valt onder de uitzonderingen van artikel 4, lid 1, onder a), derde streepje, artikel 4, lid 1, onder c), en artikel 4, lid 2, [van het toegangsbesluit]”, terwijl er in werkelijkheid aanwijzingen zijn die het aannemelijk maken dat deze weigering alleen tot doel heeft de fouten, tekortkomingen en gebreken van dat plan te verdoezelen.