11.11.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 383/59 |
Arrest van het Gerecht van 10 september 2019 – BO/Hof van Justitie van de Europese Unie
(Zaak T-50/18) (1)
(„Overheidsopdrachten voor diensten - Aanbestedingsprocedure - Aanbesteding door het Hof van Justitie van de Europese Unie - Freelancevertalers - Selectieprocedure - Afwijzing van de offerte van een inschrijver - Motiveringsplicht - Kennelijke beoordelingsfout”)
(2019/C 383/67)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: BO (vertegenwoordiger: E. Kleani, advocaat)
Verwerende partij: Hof van Justitie van de Europese Unie (vertegenwoordigers: J. Inghelram, Á. Almendros Manzano en V. Hanley-Emilsson, gemachtigden)
Voorwerp
Verzoek krachtens artikel 263 VWEU tot nietigverklaring van het besluit van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 23 november 2017 waarbij de inschrijving van verzoekende partij met het oog op het sluiten van een kaderovereenkomst voor de vertaling van juridische teksten van het Duits naar het Grieks is afgewezen.
Dictum
1) |
Het beroep wordt verworpen. |
2) |
BO wordt verwezen in de kosten. |