201806010341917452018/C 211/222702018CJC21120180618NL01NLINFO_JUDICIAL20180419181811

Zaak C-270/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 19 april 2018 — UPM France / Premier ministre, Ministre de l’Action et des Comptes publics


C2112018NL1810120180419NL0022181181

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 19 april 2018 — UPM France / Premier ministre, Ministre de l’Action et des Comptes publics

(Zaak C-270/18)

2018/C 211/22Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Conseil d’État

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: UPM France

Verwerende partijen: Premier ministre, Ministre de l’Action et des Comptes publics

Prejudiciële vragen

1)

Moeten de bepalingen [OMISSIS] van artikel 21[, lid 5, derde alinea,] van richtlijn [2003/96] ( 1 ) aldus worden uitgelegd dat de vrijstelling die de lidstaten ingevolge deze bepalingen aan kleine elektriciteitsproducenten kunnen verlenen, mits zij belasting heffen op de voor de productie van die elektriciteit gebruikte energieproducten, het gevolg kan zijn van een situatie als die welke in punt 7 van de onderhavige beslissing is beschreven voor de periode vóór 1 januari 2011, waarin Frankrijk, zoals toegestaan door de richtlijn, nog geen binnenlandse belasting op het eindverbruik van elektriciteit, en dientengevolge ook nog geen vrijstelling van die belasting ten gunste van kleine producenten had ingevoerd?

2)

Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, hoe moeten dan de bepalingen [OMISSIS] van artikel 14, [lid 1, onder a),] van de richtlijn en die [OMISSIS] van artikel 21[, lid 5, derde alinea,] van deze richtlijn worden gecombineerd ten aanzien van kleine producenten die de door hen geproduceerde elektriciteit voor hun activiteit verbruiken? Hebben deze bepalingen meer in het bijzonder tot gevolg dat een minimumbelasting wordt geheven die voortvloeit uit de belastingheffing op elektriciteit die is geproduceerd met vrijstelling van het gebruikte aardgas of uit een vrijstelling van de belasting op de elektriciteitsproductie, in welk geval de staat verplicht is het gebruikte aardgas te belasten?


( 1 ) Richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit (PB 2003, L 283, blz. 51).